Snoeidemonstratie bij Pruim en Kers
De biotelers
kwamen te Lembeke samen voor een snoeidemonstratie door Heino Van Doomspeek op
pruim en kers. Het betreft een nieuwe aanplant van 2 jaar oud.
In
tegenstelling met appelen en peren mogen pruimen en kersen niet tijdens de
winter gesnoeid worden omdat dan de snoeiwonden gemakkelijk geïnfecteerd worden
door bacteriekanker (Pseudomonas) en loodglans. De wonden genezen beter als de
sapstroom vanaf half maart en april terug op gang komt.
Als onderstam
gebruikt men St Julien A en de nieuwe VVA 1 met een 40% mindere groeikracht. De
bomen staan op 3 m van elkaar in de rij met een tussenruimte van 4 m tussen de
rijen. Men heeft de rassen Opal, Queen Victoria en Jubileum aangeplant. Een van
de deelnemers zou er absoluut ook Avalon bijzetten, omdat dat zon lekkere pruim
is bij thuisverkoop.
De bedoeling is
een hart tak te kweken tot op +/- 3,5 m hoogte.
Op ongeveer 3m komt er een bovendraad om
de toppen vast te zetten. Momenteel worden ze gesteund met een tonkinstok en de
onderste draad waaraan de waterslang met aan weerszijden van de boom een nippel
bevestigd is voor pleksgewijze watergifte.
Bij pruim en
kers past men de Zahn methode toe.
Bij deze methode mogen de gesteltakken slechts de helft van de hart tak
bedragen. De bedoeling is een evenwicht te krijgen tussen groei en
vruchtbaarheid. Onderaan worden tot op 70 cm de zijtakken verwijderd. Men snoeit op
een stompje van 1cm, geen gladde insneden langs de stam.
Alle
zijtakken die dikker zijn dan de helft van de hart tak moeten eruit. Deze tak
snoeit men op een stomp van een snoeischaarlengte. Daardoor komt er meer licht
op de rest van de takken en vruchten. Als het goed is komen er uit de overgebleven
stomp een of meer nieuwe scheuten die vruchthout worden. Vooral boven in de top
mogen geen takken blijven staan die zouden concurreren met de hoofdtak. Knippen
doet men een beetje schuin, op een naar buiten wijzend oog en met het mes van
de hart tak weg.
Bij
pruimen worden er gemakkelijker zijtakken gevormd dan bij kersen. Bij deze
laatste demonstreerde kweker Bart Van Parijs hoe men een laagstaande dikke tak beter
breekt en daarna vastzet om mogelijks al direct vruchtdracht te hebben. Pas
daarna wegsnoeien.
Het is
de bedoeling dat een boom aldus in de loop der jaren allemaal dun
vruchthout heeft gevormd en de groei eruit is. Deze manier van
snoeien heet, naar de uitvinder ervan, de Zahn-snoei. Verder
worden de bomen boven begrensd op ongeveer 3 meter.
Op het
kersenperceel staan de hoge betonpalen er reeds. Hieraan zal de
overdekkingsconstructie opgehangen worden waarvan de nok tot op 4,80m zal
komen. Zonder
afdekking kan men niet meer rendabel kersen kweken.
FOTOS
Er
zitten ook zwak gevormde exemplaren tussen. Hier komt wat meer overleg bij kijken
om er over meerdere jaren nog een behoorlijke boom van te maken.