Toertocht (28-40-52-72-90 km) van de Leuvense brandweer te Heverlee op 11-09-2011.
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Deze zondag weer zeer vroeg uit de veren om te komen biken bij de brandweermannen van Leuven aan de afrit 16 te Heverlee. De keuze voor deze toertocht kan ook symbolisch geweest zijn, exact tien jaar na de aanslagen op de torens van het World Trade Center te New-York, waarbij ook heel wat brandweermannen de dood vonden tijdens de hopeloze reddingsacties. Deze keuze, als eerbetoon aan alle reddingsdiensten ter wereld. Me ingeschreven en een blauw armbandje toegestopt gekregen met de bedoeling de 92 km te komen rijden! Maar het zou al snel blijken dat deze keuze iets te optimistisch was in verhouding tot de conditie, zodat het raadzamer was onderweg over te schakelen op de toer van 72 km. Anders reed ik er vandaag misschien nog ergens rond! Vertrokken om 9.10 u na met een berichtje aan rubber-12 mijn vertrek te hebben gemeld om de jacht te openen. Er kwam niet direct reactie, hij was dus nog onderweg met de auto, of lag nog in zijn nest.
Het vertrek was net zoals vorig jaar over de singletrack langsheen de snelweg. Toen was het heel slecht weer en was het daar een echte modderpoel waar toen geen doorkomen aan was! Want die kleiachtige lichtbruine grond blijft in natte toestand overal aan vastkleven. Nu lag het allemaal goed vast, met hier en daar een klein plasje. Volgde het korte stukje van de vaste route naast de snelweg, maar dan in omgekeerde richting. Die singeltrack daar ligt er vrij glibberig en gehavend bij met diepe putten en voren. Niet zo mn ding, maar er waren ook andere bikers die daar op de sukkel waren. Ik voelde mij in het begin niet al te gerust op de glibberige paadjes, alhoewel ik met mijn superbanden eigenlijk zelden wegglijd! Dan ging het naar rechts door een donkere tunnel voor landbouwverkeer en fietsers onder de snelweg. En eens de tunnel uit weer naar rechts om een stukje mee te pikken van het deel van de vaste Meerdaalwoudroute dat naast de Dijle komt. Mijn tellertje toonde 7 km. Een jeugdgroep was er kajaks aan het afladen. In plaats van de smalle kasseiweg richting Korbeek-Dijle te nemen, staken we over en vervolgden we het pad door de velden. Enkele wandelaars gingen er spontaan aan de kant om doorgang te verlenen op de plek waar het smalle paadje zijn weg vervolgt tussen een prikkeldraad en een bos. Het groepje Bierbikers dat ik bij mijn vertrek gezien had, stak me voorbij! Tot straks, riep de man met het Zwitsers kruis op zn borst! In uw dromen, heb ik gedacht, wetend dat dit voor mij een lange daguitstap ging worden aan dit tempo!
Eens daar voorbij dienden de eerste twee zware beklimmingen over holle wegen zich aan. Ik houd van deze mooie holle wegen, maar men moet er toch wat voor over hebben om ze te bedwingen! De splitsing voor de 72 en de 90 km volgde al na 10 km, waardoor ik al vrij vlug een keuze moest maken voor de langere afstanden. Ik wist niet dat die op diverse plaatsen over een aantal extra lussen liep. Ik heb niet de gewoonte van de routekaart op voorhand te bekijken en laat meestal alles maar op me afkomen. Vrij snel daarna drong de keuze voor de 90 km zich al op. Me even aan de kant gezet, want er was een bericht binnengelopen. Den rubber was een half uur later vertrokken voor de 90 km en meldde dat die volgens de brandweermannen drie extra lussen bevatte (het moeten er meer geweest zijn). Terwijl ik daar aan de kant stond draaiden vijf andere bikers af richting de 72 km. Ik had, buiten vlak na de start, al een hele tijd alleen gereden. Er stonden daar ook twee wandelaars naar mij te kijken alsof ze wilden weten of ik de 72 dan wel de 90 km zou kiezen! Wat moet een mens dan? Vijf vlotte bikers die de 72 km kiezen en een pannenkoek die de 90 op gaat! Dan laat ik straks wel een paar lussen vallen!
De parcoursbouwers moeten gedacht hebben dat alleen supermannen voor de lange toer kiezen, want dra volgde een niet onaardige afdaling in een overigens prachtige holle weg, waar het de rijder vooral moeilijk gemaakt werd door grote brokken steenpuin, tot zelfs grote stukken asfalt die ooit elders als wegdek hebben gelegen. Ik ging er toch gezwind over, ook al zou vijf jaar geleden mijn broek in deze omstandigheden vol hebben gelegen! Al moet ik toegeven dat deze schijtluis op andere minder groffe paden of dropkes te voet is gegaan! Steenpuin keerde regelmatig als constante weer in deze toertocht. Nu weet ik wel dat de inboorlingen hier soms de gewoonte hebben om de paden te verharden met de tot puin vermalen resten van hun vroegere nederzettingen, maar deze keer viel het toch meer op dan vroeger! Ik vermoed dat de overvloedige regen heel wat puin weggespoeld en aan de oppervlakte gebracht heeft. Na de doortocht van de holle weg kwamen we in een open landschap waar het de moeite loonde eens links en rechts te kijken en te genieten van het zicht op de glooiende velden in groen en geel. Aan een volgende splitsing stak me eindelijk nog eens een andere biker voorbij, onmiddellijk gevolgd door een duo op een tandem. Ik vermoed dat hier alle afstanden weer samen reden. Ik weet niet of dit duo de toertocht reed, omdat ik hen later nog eens tegenkwam, terwijl ze in de tegenovergestelde richting reden. Ik heb nog tegenliggers gezien die op eigen houtje een rit maakten. Den rubber haalde me in. En alsof hij nog meer zout in de wonde wilde strooien, vroeg hij me of ik werkelijk om tien over negen was vertrokken! Alsof ik al niet weet dat ik een slak ben!
Veldwegen op en af voerden ons naar de eerste bevoorrading op 28 km. Rubber was er met een paar andere bikers in de weer om een jonge kerel te helpen met het herstellen van een kettingbreuk. Hij had een kettingpons, nog een andere een powerlink. Er was nog redelijk wat beweging aan deze stop. Er lagen nog appelsienen en koeken, de bananen waren reeds door de voorgangers verslonden. Was dit een toertocht voor apen? Vertrokken terwijl de rubber het niet in de mot had! Na de stop ging het over een smal paadje in een mooie holle weg, maar ik weet niet meer of het naar boven was, dan wel naar beneden. Ik vermoed het eerste! Daarna heb ik het wijze besluit genomen de richting van de 72 op te gaan. En zo kon den rubber mij nog eens proberen in te halen! De toer voerde ons richting Bertem over veldwegen en afdalingen in holle wegen. Soms tot vlak naast de snelweg. Volgde een moeizaam stukje over de schilderachtige en naar het einde toe gekasseide Paardenstraat om boven bij het kruispunt met de Rotspoelstraat weer een paar huizen in de bewoonde wereld te bereiken. Het plezier van de fiets te berijden werd enigszins getemperd door het gevoel dat het vandaag maar moeizaam vooruit ging en ik het bij momenten toch zwaar had om de hellingen op te geraken. Toen ik boven aan die Paardenstraat stond uit te hijgen, hoorde ik plots de mij bekende schalkse stem die op een sarcastische toon meedeelde te menen mijn geheim te hebben blootgelegd! Maar dat moet ge maar tussen de regels van zijn verhaal zien te ontdekken! Hij had nochtans op zijn plechtige communieziel beloofd van niets ervan aan de openbaarheid prijs te geven! Wacht maar, tot ik hem eens bij zijnen lurf kan vatten!
Vrij snel had den snoodaard mij weer weten af te schudden! Wat niet moeilijk was, gezien stevige beklimmingen in holle wegen en over de klassieke gekasseide paadjes mijn tempo weer deden zakken tot slakkenproporties. Ik dook het Bertembos in op het ogenblik dat drie bikers me gezwind voorbij staken en ik ze snel daarna in de verte naar boven zag rijden over het stijgende brede bospad. Aan de bekende stevige klim was het even te voet, voorafgegaan door nog een paar bikers, waaronder een meisje. Wandelaars hadden bewondering voor een vrouw op een bike. Zoals de echte stoere mannen! Was het maar waar, heb ik geantwoord, terwijl ik als een weekdier naar boven strompelde. Nog verder passeerde ik het Chimaera-huisje, een boswachterswoning waar nog tochten passeren, tijdens de grote vakantie nog deze vanuit Oud-Heverlee met start vanaf de voetbalvelden tegenover Don Bosco. De plek waar ik Chimaera de eerste en voorlopig enige keer heb ontmoet.
Voor het huisje ging het linksaf de track tussen de bomen in, gevolgd door een afdaling over een smal pad, op de hielen gezeten door een andere deelnemer, daarna een lange zware klim over kasseitjes en afgesloten door een afdaling over een door stenen en voren gehavend pad. Een lastige wandelaar fulmineerde en français dat er plek genoeg was toen ik bij gebrek aan bel ring, ring riep! Maar ik kon toch moeilijk tussen hem die links en zijn vrouw die rechts op het pad liep, slalommen! Met het risico van een casse guelle voor mezelf en de biker achter me in mijn nek te krijgen! Ik ben beleefd gebleven en heb gezwegen, de hoop koesterend dat Brussel-Halle-Vilvoorde toch maar snel en zonder compensaties zou gesplitst worden, om maar te zwijgen van Vlaamse onafhankelijkheid!
De tweede bevoorrading kwam voor mij op 43 km en stond op de betonnen oprit voor een hangar waar ook andere tochten zich neer komen vleien. Het stuk van daarnet lag me nog vrij vers in het geheugen. Hier was al veel minder beweging, terwijl de voorraad er ook gerantsoeneerd was, te zien aan de half doorgesneden wafels en de lege fruitschalen. Maar de citroengele sportdrank werd er met veel overtuiging als prestatiebevorderend aangeprezen, als men er maar voldoende van tot zich nam! Om maar te zwijgen van de heroïsche brandweerverhalen onder de bevoorraders waarvan ik flarden kon opvangen. Mijn kennis van deze plek is van dien aard dat ik weet dat je na deze stop een stevige helling over kasseien opgejaagd wordt! Deze keer toch eens gekeken naar de straatnaam en deze opgenomen in mijn fotografisch geheugen (nietwaar, rubber). Het betreft de Oude Bertembosstraat in Bertem.
Eens boven volgde een stukje vlakker terrein en werden we voorbij de Bertem Radar gestuurd die de vliegtuigen veilig van en naar de grond stuurt. Dat betekende dat we een grote lus hadden gereden, want ik had deze radar aan het begin van de tocht reeds heel in de verte opgemorken! De route deed ons een lange afdaling in duiken over een holle kasseiweg die luistert naar de naam Dreefstraat. Veldwegen werden ons deel, waarna een zware asfaltklim ons naar Everberg voerde, een plek die haar naam duidelijk niet heeft gestolen, maar mij de weinige haren onder de helm ten berge deed rijzen! Een snelle blik achterwaarts leerde me dat ik eindelijk nog eens het korte gezelschap van een medebiker genoot. Het gaf me moed van te zien dat deze kerel ook al zijn krachten behoefde om op een klein verzet boven te geraken. En ik was blij dat hij me ondanks zijn inspanningen een blik en een groet waardig achtte!
Even verder was mijn-vriend-van-een-minuut weer verdwenen. Waarschijnlijk naar links de maïs ingedoken op de toer van 90 km, terwijl ik rechtdoor moest voor de 72. Vrij snel daarna stond een bordje met de verlossende tekst bevoorrading. Om daar weer oog in oog te staan met mijn kwelgeest, den rubber! De tweede bevoorrading was door haar voorraad heen, maar hier op de derde stop was alles nog ruim aanwezig. Zelfs zodanig dat een mens bijna verlegen was van cake te eten, zo dik waren de hompen gesneden! Maar aangezien we met zekerheid wisten tot de laatste passanten te behoren, was verlegenheid nergens voor nodig en hebben we ons tegoed gedaan aan de bananen, de appelsienen, de cake en de peperkoek. En kregen we van de brandweermannen nog krachtvoer mee voor onderweg! Twee bikers die me eerder ingehaald hadden kwamen toe, een met een Italiaans truitje en deze van de Everberg-klim. Dat mijn schalkse kwelgeest ook zijn goed kanten heeft, werd bewezen door het feit dat hij me op sleeptouw heeft genomen voor de laatste 20 kilometers. Zo niet, lag ik nu nog te zieltogen in de een of andere holle weg! Hem kunnen blijven volgen was de motivatie die mij nog op de been hield, ook al weet ik dat hij zijn snelheid danig teruggeschroefd had in plaats van mij harteloos af te schudden en alleen te laten afzien, wat gemakkelijk gekund had.
We passeerden een plek die ik vrij recent nog aangedaan had tijdens een toertocht vanuit Wijgmaal, waarbij ik zodanig de slak had uitgehangen dat de pijlen op het laatste deel van de tocht reeds opgeruimd waren! Vruchteloos zoekend naar pijlen kwam ik toen een lotgenoot uit Hove tegen waarmee ik de laatste kilometers via de weg over Herent weer naar Wijgmaal gefietst ben. Het pad slingert zich daar door een prachtig beukenbos nadat men eerst een korte, stevige klim dient te overwinnen. Dat ging niet meer voor den deze, tenzij te voet! Alvorens het bos weer te verlaten dienden we een beslijkte zone met diepe plassen te trotseren. Een kreet achter me verried dat den rubber in de modder was blijven steken! Volgden nog plaatsen die mij bekend waren uit eerdere tochten. En de brandweermannen peigerden ons echt af tot op de laatste meter, wadend door een modderbad onder een brug, de rubber mijn gesukkel vastleggend op foto met zijn gsm! De vinnige biker in het zwart-gele fluotruitje stak me een twee keer voorbij na zijn passage door het modderbad. Volgde nog het bos met het na de vorige editie of na een andere toertocht fel becommentarieerde dropke wat thans aangeduid werd door een gevarenbordje. Den rubber op de bank zittend, net zoals die vorige keer, met de vraag van doet ie het of doet ie het niet? Wat had je nu gedacht? Het traject was er zelfs verlegd! We werden nu weer naar boven gestuurd, voor mij te voet en binnensmonds vloekend, om over een gelijkaardig dropke weer naar beneden te razen. Voor de doorsnee biker tenminste, want razen zat er voor mij echt niet meer in. De moed zonk me in de mountainbikeschoenen, zelfs tot onder de schoenplaatjes! Tijdens die laatste vijf kilometers stak er ons nog een biker voorbij, een woordje wisselend met den rubber. Een laatste krachtinspanning in een klim door een holle weg! Ik was opgelucht om na het laatste paadje door het gras de brandweerkazerne weer te zien staan. Mijn tellertje klokte 75 km af.
Toen een brandweerman, die de wasplaats schoonspoot, vier twinkelende ogen te zien kreeg, werden ons prompt twee megaspuiten aangeboden. Alsof een jongensdroom in vervulling ging, konden we onze bikes te lijf gaan met overdadig water, alle standen van de spuiten uitproberend. Den rubber blies zelfs bijna fiets en nadarhekken weg! Daarbij heeft hij zelfs niet eens de boze blikken gezien van de biker die verderop met de gewone tuinslang in de weer was en mee kon genieten van de superdouche! Enkele drankjes en pistolets, verkocht door een bevallige blonde jongedame, waren welgekomen onder de hangar. Toen we meenden als laatsten op te krassen, kwamen er nog twee bikers toe van de rit! Ene geraakte bijna niet meer van zn fiets en stond op zn benen te trillen van de inspanning, wat bij mij sympathie opwekte voor deze moedige kerel! Alsof de rubber mij vandaag nog niet genoeg keren had ingehaald, stak hij me op de snelweg nog eens voorbij, nadat hij eerst zijn auto niet direct had kunnen terugvinden! Even verder kregen we een mega-wolkbreuk te verwerken, alsof God nu de brandweerspuiten had opengezet voor een gratis carwash, en waardoor het verkeer op de wisselaars richting Brussel en Antwerpen stokte. Daarna met de stroom mee rustig naar huis getuft.
Dit verslag is ook te lezen op mountainbike.be en op mtb-you!
Op de foto's: de omgeving van Bertembos en zijn holle wegen, een nieuw huis in de Oude Bertembosstraat en Bertem Radar.
|