Toertocht (28-35-45 km) van WTC De Windklievers te Zoersel op zondag 25-10-2015.
Het werd voor deze zondag nog eens een ritje alleen. Jari wilde niet al te ver van huis rijden en koos voor de tocht in Sint-Amands. Anderzijds had een collega me tijdens de week al enkele keren gevraagd of ik de toertocht van de club van diens vader niet eens wou komen rijden. Dus trok ik naar de toertocht van de Windklievers te Zoersel. Ik had deze toertocht in een ver verleden al eens gereden, nog voor ik weet had van het lidmaatschap van die vader. Wat ik me er nog van herinnerde was dat het zeker geen spectaculaire tocht was, geen die je zeker absoluut nog eens wil overdoen. Een klassiek toerke zoals ik ze al wel eens meer reed na pas met biken te zijn gestart en al wel eens meer tochten uitkoos in deze regio. De start was vanaf de voetbalvelden in Zoersel, op de grens met Westmalle, langsheen de baan tussen beide gemeenten. Ik stond zelfs geparkeerd op het naastgelegen bedrijventerrein van Oostmalle en tot mijn verwondering zelfs vlak bij het station van de autokeuring waar ik mij de laatste jaren elke keer weer aanbied met mijn vehikel. Om 9.30 u was ik ingeschreven in de kantine van de voetbal, zo te zien nog recent van bouw.
De tocht vertrok van aan de voetbalvelden door een smal spoor tussen de bomen. We verlieten het dorp via straten, een bospad en een wijk met mooie villa’s. Dan volgde een vrij lang stuk over het asfalt van een baan die Salphen heet, vanaf de grens tussen Zoersel en Oostmalle. We reden er onder meer voorbij de tussen de bomen verscholen staande Sint-Antoniuskapel van het gehucht Salphen. We kregen tegenliggers te zien, dat waren de bikers die de tocht al bijna achter de rug hadden! Snelle rijders die om halfacht vertrokken waren konden de tocht allicht op een uur of twee rijden. Op 4,85 km ging het dan toch een bospad in. Toen ik er even halt hield stak de volledige kidstoer me voorbij! Ik had die klein mannen aan de start al bijeen zien staan. Tot 6,50 km reed ik in het zog van de kinderen over een lang bospad dat overging in een zandweg tussen bos en velden. Er volgde weer een strook asfalt die na korte tijd overging in een veldweg die naar een asfaltbaantje midden de bossen leidde. We sloegen linksaf het asfaltbaantje in dat er door een knap bos in herfstkleuren liep, helaas private eigendom. 8 km. De toer kon blijkbaar rekenen op veel belangstelling, want er reden hier heel wat bikers waar soms echte koerskonijnen tussen zaten die je net niet van de baan reden!
Op 9,50 km bereikten we opnieuw de bewoonde wereld en tot 10,50 km reden we langsheen de zeer drukke baan tot we ter hoogte van een beek op de grens met Wechelderzande (Lille) rechtsaf een bospad in sloegen. Op 11,50 km bereikten we de bossen met de buitenhuizen in Wechelderzande en ging het het pacours van de rode vaste route op. Op 13,50 km kregen we een eerste leuke singletrack voor de wielen. Even later troffen we op 13,85 km van de start een eerste splitsing tussen de ritten van 28 km en van 35-42 km aan het buitenhuis “met vodden rond”! Dan gaat men in de bossen wonen en zet men zo’n lelijke afsluiting met canvas! Zet dan eerder wat groene struiken om je private stek! We troffen enkele mooie singletracks op de rode vaste route en passeerden op 16 km de manege Lille Stables. Er reden hier trouwens heel wat paardenkoetsen en ruiters door het bos. Direct daarna passeerden we de Lilse Golf Club om van 17 tot 18 km de mooiste track van de rode route voor de wielen te krijgen. Daarna twee keren linksaf voor het smalle paadje dat voorbij de Achtzalighedenboom voert, of wat er helaas nog van overblijft! Door bomenkap rond dit natuurmonument kwam de dennenboom met acht stammen bloot te staan aan de weerselementen en vielen zijn acht zaligheden ten prooi aan de wind! Er zit niet veel leven meer in de 160 jaar oude boom. Of hoe zogezegd natuurbehoud ook contraproductief kan werken!
We vervolgden onze tocht door de bossen van Wechelderzande om op 21 km van het vertrek toe te komen op de bevoorrading die opgesteld stond aan het bekende hutje naast de vijver in de Visbeekvallei. 10.50 u. Er was daar nog redelijk wat beweging. Je kon er eten van bananen, wafels en cake en alles doorspoelen met een beker sportdrank. Terwijl ik daar stond arriveerde er een aanzienlijke delegatie bikers van Het Vliegend Wiel, zo’n achttien deelnemers! Hooguit tien minuten aan de stop blijven staan. Vanaf de stop verlieten we de vaste rode route. Daarna ging het via het paadje langs de vijver, een bospad en een smal spoor tussen bos en veld naar de bewoonde wereld. We kruisten de hoofdweg door Wechelderzande waar de oversteek beveiligd was door seingevers. Aan de overkant ging het op 23 km het bos weer in. Daar kregen we enkele meer technische en minder gebruikte singletracks voor de wielen. Met veel korte bochtjes en wortels. Ik had daar nog al gereden tijdens andere toertochten.
Na de oversteek van een rustig baantje reden we over een bospad en passeerden De Zevende Hemel, een gerestaureerde schuur die een soort cultureel centrum met zaal herbergt. 24,50 km. Een boswegeltje en een veldspoor waarop een kleine modderpoel, leidde tot een splitsing tussen de ritten van 28-35 km en van 42 km ter hoogte van een betonbaantje op 28 km van het vertrek. Gekozen voor de langste route. 11.30 u. Ik reed het witte kasteeltje van Blommerschot voorbij en even verder een uitloper van het militair domein waar enkele met zand en gras bedekte bunkers liggen. Er zijn toertochten die over die “heuvels” rijden! Aan die bunkers ging het een singletrack op die evenwijdig liep met de weg. De singletrack dook het bos in en tot maar liefst 32 km reden we recht op recht over dit spoor en lange paden door het bos van Blommerschot met het militaire domein aan onze rechterkant. Uiteindelijk kwam het pad uit op het betonbaantje Blommerschot ter hoogte van een toegangspoort, een achteringang naar het Navo Vliegveld van Oostmalle. Je kon er een startbaan zien liggen en voor een hangar stonden enkele kleine vliegtuigen. Veel legeractiviteit is er niet meer, er is geen eenheid gelegerd en tijdens het weekend wordt het vliegveld gebruikt door burgerlijke vliegclubs. Er zijn toertochten die door de bossen naast de startbanen komen en elk jaar wordt er de veldrit van Oostmalle beslecht.
Vanaf het betonbaantje Blommerschot doken we de onverharde Kruisdreef en de bossen in. Daar reden we voorbij het grote kruisbeeld dat op een boogscheut van de snelweg E34 staat. Hier bereden we dan ook enkele knappe bospaden in de buurt van de snelweg en onder anderen een wasbordpaadje met kleine heuveltjes. Eens het bos weer uit reden we door de velden van het gehucht Einhoven (Zoersel). We passeerden het huisje langs het parcours van de Pol en Mariëttewandeling, genoemd naar de beeldhouwers van de Zoerselse Linde. Een bord herinnert er aan de dorpsfiguur Joke Driesen die in een gelijkaardig huisje woonde en vereeuwigd werd in de linde. 34 km.
Rond 1930 opende naturistenvereniging "De Spar" er een terrein en kwamen nudisten van buitenaf zich in deze omgeving, midden de natuur, ontspannen. In een eigenhandig gebouwd ‘nudarium’ deden ze aan naaktzwemmen en naakt-gymnastiek. Op dit terrein moesten volwassenen en kinderen apart recreëren. Hiertoe was besloten na een veroordeling van Kiené de Mongeot op 31 januari 1931 waarbij hij een foto publiceerde van hemzelf en twee naakte kinderen. De Zoerselaren spraken van de 'blootgatters' en vertelden overal van de vele onnoemelijke dingen, die zich daar afspeelden. Een legende vertelt dat een stroper op zijn nachtelijke tocht door het bos acht naakte vrouwen tegenkwam. Hij viel in slaap op een kruispunt van dreven en werd de volgende dag wakker zonder iets terug te vinden van zijn nachtelijke avontuur. De pastoor liet op die plaats een kruis, nu het kruis van Blommerschot, oprichten om de 'heksen' te verjagen.
Brede veldwegen voerden langsheen bossen in de richting van de start. De parcoursbouwers waren zo slim geweest van het asfalt bij aanvang in de tocht te plaatsen en de onverharde wegen en paden voor de terugrit te reserveren. Het einde van de rit blijft langer in het geheugen dan het begin! We kwamen uit op een asfaltbaantje waar voor een half afgebroken oude hoeve een nieuwe villa gebouwd werd. Op 38,75 km stond hier een bordje dat de laatste twee kilometer aankondigde. Even verder passeerde ik de Sint-Antoniuskapel van Salphen waar ik deze ochtend de tegenliggers had zien rijden die de tocht toen bijna achter de rug hadden! Op dit baantje dat Salphen heet overschreed ik de grens tussen Malle en Zoersel. Even verder wachtte een laatste koppel seingevers ons op voor de oversteek van een hoofdweg door Zoersel. Een bordje kondigde de laatste kilometer aan. De Windklievers dankten ons even verder voor onze deelname. Ik bereikte de grote baan van Westmalle naar Zoersel waarmee er na 42 km om 12.30 u een einde kwam aan de rit.
Mijn fiets toevertrouwd aan de dames van de bewaakte parking. In de kantine mijn dorst nog gelest. Er zaten bikers die ik al op andere tochten gezien had, zoals enkele leden van de Landelijke Gilde van Loenhout en een groep jonge gasten die ik ook had zien zitten na de toertocht in Kasterlee-Houtum. Deze toertocht is niet van het kaliber waarvan je vindt dat hij voor geen geld van de wereld mag gemist worden, maar al bij al was hij best genietbaar omdat hij naast enkele bekende plekken ook plaatsen aandoet waar andere tochten in deze streek niet komen. De organisatie was in orde en de mensen waren overal vriendelijk. Met bijzondere dank aan de vele seingevers aan de gevaarlijke oversteekplaatsen! Ik had de indruk dat de tocht toch op ruime belangstelling kon rekenen.
Het verslag van deze toertocht is ook te lezen op mtb-you.be en op mountainbike.be!
StrammerMax

|