Toertocht (25-45-55 km) van WTC Papillion te Minderhout op zondag 21-09-2014.
Op zondag 21 september zijn mijn maat Jari en ik de toertocht van WTC Papillion gaan rijden in Minderhout. Toen ik er even voor het afgesproken uur met de bike arriveerde zag ik zijn auto al geparkeerd staan, maar kon ik hem nergens vinden! Na me ingeschreven te hebben nog eens naar die auto gaan kijken! Het bleek niet de zijne te zijn, maar een identieke met dan nog dezelfde opvallende letter in de nummerplaat! Dan maar binnen gewacht bij een kop koffie. Omstreeks 09.45 u zijn we vertrokken.
Het ging het dorp uit over servitudes en stille wegen die hier sinds enige tijd ook voorzien werden van naambordjes. We passeerden de Laarmolen op de Mark en reden via de Bosuil en een veldweg achter de gevangenis van Hoogstraten en via Poeleinde naar Wortel. We passeerden het knap gelegen en deels verbouwde huis van een collega. Na de oversteek van de Beukendreef waar seingevers stonden, reden we over een groene vaste route langsheen de bosrand richting Wortel-Kolonie en voorbij de in erfpacht gegeven te restaureren witte huizen die vroeger deel uitmaakten van de zogenaamde Rijksweldadigheidskolonie of Landloperskolonie! Via de Schooldreef en een onverharde dreef reden we voorbij de gevangenis van Wortel. We passeerden de Klapekster, een trefpunt van Natuurpunt, en de Bonte Beestenboel, ondergebracht in de gebouwen van het voormalige Rijkslandbouwbedrijf waar de landlopers en thuislozen indertijd tewerkgesteld waren.
Aan het einde van de dreef bereikten we het onverharde Grenspad dat pal op de grens tussen België en Nederland voert. Hier was er een eerste splitsing tussen de routes van 25 km en van 45-55 km op 10 km van het vertrek. Het was nog maar 10.15 u, dus we hadden snel gereden! Gekozen voor de langste toer Op het Grenspad ging het rechtsaf in de richting van Baarle-Hertog, evenwijdig met de grote baan die van Minderhout naar Baarle voert. Net voor het bereiken van deze baan, hier door de mensen de Rooie Weg genoemd, sloegen we rechtsaf een zandwegel in en nogmaals rechtsaf om op 13 km Bootjesven te bereiken. Dit is een grote bosvijver met middenin een eilandje. In de winter een geliefde plek om te schaatsen wanneer het enkele dagen na elkaar flink vriest.
Zanderige wegen, bosdreven, singletracks en assenwegen voerden ons in de richting van Merksplas. Grappig is dat naast één van deze assenwegen een zandduin ligt met enkele dennen en waarover een korte singletrack loopt, hooguit honderd meter lang, waarover alle lokale toertochten gestuurd worden! Om dan toch enkele hoogtecentimeters te realiseren! Na een asfaltbaantje (de Oude Baan in Merksplas?) troffen we op 17 km een splitsing tussen de 45 km en de 55 km. Voor de langste toer ging het een grasspoor rechts in om het Graafsbos te bereiken. Tot 21 km troffen we daar leuke ietwat vochtige singletracks in de buurt van de rode vaste route. Omstreeks 25 km arriveerden we in de omgeving van het kruispunt tussen Hoekeinde en de Pampaweg. Vanaf daar volgden bredere veldwegen en assenwegen aan de rand van het bosgebied Eindepoel op de grens tussen Merksplas en Wortel.
Zoals te verwachten was doken we op een gegeven ogenblik de groene vaste route op, meer bepaald de zeer bochtige singletrack door het dennenbos aan Staakheuvel. Eentje met veel draaien en keren door vaak zeer korte bochtjes en met de nodige putten en bulten. Hij lag er zeer goed berijdbaar en droog bij. Bij nat weer staan de putten vaak vol met plassen en is het er lastig rijden! Deze vaste routes zijn zo’n acht jaren geleden uitgezet rond de tijd dat ik met biken ben begonnen. De singletracks van Staakheuvel waren toen de nagel aan mijn doodskist wanneer m’n vriend, een collega, me mee op sleeptouw nam tijdens mijn eerste ritten nadat hij me letterlijk mee naar de fietsenwinkel gesleept had om een mountainbike te kopen! Ik zal hem daar altijd dankbaar voor blijven, want acht jaar later rijd ik nog altijd met even veel plezier rond, leerde er veel gelijkgezinde mensen door kennen en gaf het me nieuwe levensdoelen. Daar kwamen later het schrijven van deze verhaaltjes en het oprichten van een eigen website, waarvan hij het luik over wielrennen verzorgt, bij. Met als kers op de taart de kennismaking met m’n huidige fietsmakker die mijn weekends kleurt, het beste wat me in jaren is overkomen. De fiets heeft mijn hele leven ten goede veranderd en ik ben er een gelukkiger mens door geworden die elke week opnieuw iets heeft om naar uit te kijken! Geen betere compensatie dan de fiets in het weekend tegen de stress van tijdens de werkweek!
Zo reed ik van 26,50 km tot 29 km in het zog van m’n makker Jari over de bochtige singletrack op de groene vaste route door de bossen waarin van de kaalslag van enkele jaren geleden niks meer te merken is! Het ging ook stukken vlotter dan in de tijd van toen, alhoewel ik enigszins teleurgesteld was doordat ik uiteindelijk toch nog vier keren voetje aan de grond had moeten zetten in voor mij te korte bochtjes! 11.30 u. Aan het einde van de singletrack kwam er een splitsing tussen de routes van 45 km en van 50 km. Gekozen voor het langste traject.
Tot 30 km ging het over een mij onbekend bospad doorheen gras waar het er iets technischer aan toe ging over een natte ondergrond, door bochtjes en over bultjes. We kwamen uit het bos tevoorschijn op het betonbaantje aan de Ginhovense brug, een bruggetje over een beek op de grens tussen Merksplas en Zondereigen (Baarle-Hertog). We reden door het gehucht Zondereigen en eens daar voorbij volgde een zeer lange, rechte, natte zandweg met veel plassen waarbij we ongemerkt de grens met Nederland overschreden. We arriveerden op de Hoogstratensebaan, in de streek beter bekend als de Rooie Weg, de rustige maar omwille van snel rijden gevaarlijke baan die Minderhout met Baarle-Hertog verbindt. We reden dan een tijd langsheen deze baan in de richting van Castelré, een gehuchtje van Baarle-Nassau op de grens met België.
Op 35,75 km verlieten we de grote baan en sloegen linksaf een zandpad in dat op Nederlands grondgebied evenwijdig loopt met het Grenspad aan Bootjesven. 12.00 u. Vanaf hier bereden we een graspad tussen twee wildroosters. Rechtsaf bereikten we na een zandweg de bevoorrading op de hoek van een pad tussen bos en velden. Pas op 38 km, dus ruim over de helft van de afstand! Om 12.10 u. Daar kon je eten van cake en granenrepen en was er sportdrank om te drinken. Een babbeltje gemaakt met de drie jonge mannen ter plaatse, waarvan één mijn professioneel levenspad zo’n vijf jaar geleden kruiste en één met het typische Kempense accent!
Na de stop kruisten we nogmaals de Hoogstratensebaan (Rooie Weg) en ging het na een zandweg de mooie singletrack op die door een bos nabij het gehucht Hal (in België) evenwijdig loopt met de Haldijk (in Nederland). Tot 40 km konden we ons uitleven op deze track. Daarna doorkruisten we de bewoonde kern van Hal, waar niet meer dan een aantal boerderijen staan. Tijdens eigen ritjes indertijd in deze streek zette ik me altijd even te rusten op de bank aan het kapelletje in de bocht naar de Blauwbossen toe. In de schuur van de stokoude hoeve tegenover de kapel stonden geen ramen meer. Allicht ruimde de al even stokoude boer plaats voor iemand jonger die de vervallen gebouwen onder handen neemt! Net voor de kapel ging het rechtsaf in de straat Hal en dan rechtsaf de veldweg Gouverneursbossen in. Halverwege doken we dan effectief de Gouverneursbossen in, een smalle strook bos in Hal waardoor recht op recht een pad loopt waarop zich een singletrack heeft ontwikkeld. We reden over het erf en voorbij het huis met de “kerkramen” en door een private weide. De ondergrond van die weide lag er droog! Soms kan hier een echte slijkpoel staan! Zo bereikten we de mooie singletrack die over enkele bulten door de Gouverneursbossen loopt! Achter het huis begint namelijk die mooie singletrack. De villa met paardenstallen waarvan de toegangspoort in het bos staat, stond te koop! Voor een stevige prijs allicht!
Eens het bos weer uit passeerden we de landelijke wegen Habelaar (België) en Oude Strumpt (Nederland) en kregen we een splitsing tussen de routes van 25-45 km en van 50 km op 43,50 km van de start om 12.45 u. Bij het in rijden van de bossen aan Heerle troffen we de bikers die aanstalten maakten met het wegnemen van de bepijling. In dit bos ligt een singletrack die zich met vele grote bochten tussen de bomen slingert. Omdat er geen ondergroei is, zie je de bikers dan als een lange kronkelende trein door het bos rijden. Nu reden we er alleen! Ik vermoed dat het een privaat bos is, maar de meeste tochten in de streek krijgen dan blijkbaar toch de toestemming om het pad te gebruiken. Van 45 km tot 48 km konden we spelen in dit bos, eerst op die kronkelende singletrack, daarna over mooie bospaden en grassporen door het bos.
We kwamen uit deze Blauwbossen tevoorschijn in de gelijknamige straat tegenover de manege waar de bekende Antilliaanse Feesten tijdens de zomer georganiseerd worden. Van daar werden we naar en over een smal pad rond de visvijver gestuurd. Eens daar voorbij werd de keuze gelaten tussen “zwaar” en “gewoon”. De eerste optie bestond uit het moeten bedwingen van de grote zandhopen op de terreinen van de steenbakkerij Desta. Op deze plek werd ooit de veldrit Superprestige Hoogstraten beslecht. Omdat ook hier aanstalten gemaakt werd met het opruimen van de pijlen en ik er geen behoefte meer aan had om mij af te beulen op de voor mij onmogelijke zandhopen, heb ik er een deel van links laten liggen. Jari volgde al snel mijn voorbeeld. 50 km.
Via de assenweg door de open velden ging het dan opnieuw richting Hal om de singletracks aan te kunnen doen die gelegen zijn in het “bos achter de Duitse Nonnen”. In deze strook bos liggen een aantal mooie paadjes verborgen. Dat de plek zo in de volksmond bekend is, is een overblijfsel van de oorlogsjaren. Langsheen de Bredaseweg, de weg die van Minderhout naar Meerle en verder naar het Nederlandse Strijbeek en Ulvenhout voert, stond een klooster waar sinds de oorlogsjaren Duitse nonnen verbleven. Een aantal jaren geleden is het gebouw verkocht en opgedeeld in twee woningen voor gezinnen. Het waren oorspronkelijk ook twee woningen die indertijd tot een klooster werden samengevoegd. Achter het klooster ligt het dennenbos waarvan sprake. In dat bos liggen ook enkele buitenverblijven.
We verlieten het bos opnieuw via Hal en reden de Nederlandse grens weer over via een typische zandweg waarlangs een asfalt fietspad voert. Naast deze zandweg ligt ook een strook bos waarin een plezante track werd meegepikt. Hier ben ik ooit eens tijdens een private rit zwaar over de kop gegaan door met mijn schoen te blijven haken aan een in het groen verborgen stuk ijzerdraad. De littekens van waar de trapper van m’n fiets m’n been verwondde zijn een blijvende herinnering aan dit uitstapje! We kruisten de beek Het Merkske en bereikten het gehuchtje Castelré (Baarle-Nassau). Via de zeer lange zandweg door de open velden, waar bij droog weer bijna niet te rijden valt omwille van het losse zand, bereikten we het begin van de Rooie Weg op de grens met België. Via de Castelréweg ging het opnieuw naar de parochiezaal in de Koestraat en waren we na de beloofde 55 km als laatste deelnemers weer bij af.
Terwijl Jari zijn fiets aan een wasbeurt onderwierp, ben ik nog achter een wielertoerist aan gegaan. We hadden die kerel met zijn fiets tegen de grond zien stuiken toen hij de betonnen voet van een hekken had geraakt. Ik merkte dat hij zijn helm had laten vallen en niet weer opgeraapt alvorens verder te rijden! De reden was zoals ik vermoedde: die man was stomdronken. Meer dan hem de raad geven van maar beter te voet naar huis te keren kon ik niet doen! Ik begrijp niet dat zijn maten hem zo lieten gaan! Wij hebben ooit een metgezel onder escorte per fiets naar huis begeleid omdat zijn laatste glas er één te veel was geweest! Als je iemand zo alleen laat gaan en je leest achteraf in de krant dat hij verongelukt is, dan vergeef je dat je hele leven niet meer! Er zaten binnen trouwens nog renners die al goed boven hun theewater waren en bij vertrek aan de fietsbewaking stonden te lallen!
Jari had het parcours van de rit in Waasmunster daags voordien super gevonden, terwijl ik er iets minder enthousiast over was geweest! Vandaag was het net andersom! Er zaten hier wel meer stukken met bredere paden in, maar toch veel off-road en vaak buiten de bewoonde wereld, terwijl de rit in Waasmunster veel bos kent, maar bewoond bos met villa’s. Afhankelijk van de richting waarin men uit gaat kan met in de streek van Hoogstraten tochten uitstippelen doorheen afwisselende landschappen, zoals de bossen in Wortel en Merksplas en de meer open streek over de Nederlandse grens in Castelré. Omdat Minderhout dichter bij de grens ligt dan Hoogstraten, werden de bossen van Merksplas niet aangesneden en richtte de toer zich meer op de streek rond Hal en Castleré. Wij hadden ons in ieder geval goed geamuseerd, genoten van het mooie weer en ondanks de late start toch nog de hele rit kunnen rijden!
Jari zorgde voor de route op Google-Maps: klik hier!
Het verslag van deze toertocht kan je ook lezen op mtb-you.be en op mountainbike.be en op m'n site mtbwijzer.be!
StrammerMax

|