Toertocht (32-42-52-62-90 km) van TC De Markies te Bergen-op-Zoom op zondag 17-02-2013.
Nadat deze tocht vorig jaar afgelast werd omwille van de winterse weersomstandigheden, deze zondag afgereisd naar de Nederlandse stad Bergen-op-Zoom om er deel te nemen aan de toertocht en marathon (32-42-52-62-90 km) van TC De Markies. Parkeerplaats genoeg in de moderne wijk aan de rand van de stad, gelegen aan de Binnenschelde en met de allures van een kustgemeente. Me In Den Kajuit ingeschreven voor de marathon van 90 km die ik met grote kans niet uit zou rijden vermits de afslag voor de laatste 30 km die richting Woensdrecht, Hoogerheide en Huijbergen gaat, vanaf een bepaald moment wordt afgesloten. Het was intussen immers al 9.00 u en traag als ik ben zou ik daar net als de vorige jaren te laat arriveren!
De rit vertrok over het strand waar het mulle zand me al van bij aanvang parten speelde. We werden al snel naar de dijk van de Geertruidapolder gevoerd waar ik het al knap warm kreeg tijdens het stompen door het van water oververzadigde gras. Had ik bij het klaarmaken aan de auto toch maar mijn regenjasje bij aangetrokken omwille van de koude wind, een stuk kouder dan gisteren, en de natte mist, daar had ik nu al spijt van! Ik zweette me al snel te pletter! Op 2,5 km na de start trof ik de splitsing tussen de basislus van 32 km en de eerste extra lus voor de langere afstanden. De toertocht wordt hier uitgestippeld met een basislus van 32 km waarop zes extra lussen aansluiten. De eerste vier lussen waren ongeveer 5 km lang, de vijfde lus was 11 km lang en de zesde, exclusief voor de marathon, 30 km.
De eerste lus ging over de zogenaamde Molenplaat, dit is een natuurgebied dat aansluit op het Markiezaatsmeer. Het zijn opgespoten gronden op een eertijds drooggevallen plaat in de Oosterschelde. Het is er altijd zwaar trappen, zeker nu de grond overal vol water zat, en er is bitter weinig te zien in dit kale niemandsland. Zeker nu er een dikke mist hing. Daarom dat velen deze lus mijden en de plek altijd druk becommentarieerd wordt in de fora. Tot 7,5 km voerde de tocht mij dus doorheen een eerder saai open grasland, omringd door een dijk, en diende ik enkele zeer natte passages te trotseren. Het laatste stuk voerde me over een nooit door voertuigen bereden asfaltweg om omstreeks 9.30 u weer de plek te bereiken waar de lus was begonnen. Daar verloor ik samen met enkele andere bikers even het noorden en was het onduidelijk waar het naartoe moest. We dienden zelfs iemand terug te roepen die voor de tweede keer aan de lus dreigde te beginnen. We moesten een honderdtal meter even op onze stappen terugkeren, vandaar dat ik bij aanvang bikers uit de andere richting zag komen, om dan de hoofdlus weer te bereiken.
Hetgeen nu kwam kon ik me nog goed herinneren van de voorgaande keren. De rit voert de bikers daar immers over de bovenrand van een aan de linkerkant schuin naar het water toe hellende asfalt dijk, terwijl er rechts een draadafsluiting is. Iedereen reed er dus tot 9 km achter elkaar over het smalle horizontale randje. Aan het einde ging het recht naar beneden over het schuine asfalt. Om op 10 km de Noordersluis te bereiken waar jolige seingevers het eventuele verkeer in de gaten hielden. Tot 12 km volgde dan het laatste stuk van de eerder saaie aanzet om de stad te kunnen verlaten. We reden er over de fietspaden langsheen enkele kalme lanen door het industriegebied aan de rand van Bergen-op-Zoom. Eens voorbij de bedrijven ging het plots de hoogte in om een straat te bereiken die Koepel heet. Daar stond een groot huis van een rijke Nederlander. Het huis was gedoopt met een Franse naam. De straat ging over in een smalle servitude en daar hield ik even halt.
Er kwam een biker te voet uit de andere richting en het probleem was al snel duidelijk toen ik de gebroken ketting in zijn hand zag bungelen. In plaats van de pechdienst te bellen heb ik mijn kettingpons en een powerlink opgediept uit mn rugzakje. Tien minuten later was de fiets weer rijklaar, ook al was het even sukkelen om de verwrongen schakel los te krijgen, wat de interesse opwekte van een buurtbewoner en diens zoon. De man had zijn zinnen gezet op de marathon van 90 km en was content dat hij zijn rit verder kon zetten. Toen we weer vertrokken was het exact 10.00 u. Eens een servitudepad voorbij verdween hij na een bocht in een veldweg tussen de bomen en uit mijn leven. Veldwegen en servitudes leidden me voorbij Spinolaberg tot in Halsteren, waar ik na 14 km arriveerde. Er volgde een stukje off-road langsheen een vijver, De Groote Melanen (?) en na een vettig weidepad bereikte ik een plek waar de tweede lus zich op 16,75 km afsplitste van de hoofdlus van 32 km. 10.15 u. We reden er doorheen een soort park over een pad rond vijvers. Op 18 km volgde een mooie singletrack op en af doorheen de bossen.
De track werd op 19 km afgesloten met de doortocht van een zeer modderige strook waar het noodgedwongen even te voet was. Ik ben er even blijven staan om te zien hoe de bikers van een grote naderende groep het ervan af zouden brengen bij hun passage van deze vettige strook. Sommigen zou ik aan de bevoorrading nog terugzien. Al snel bereikten we het onlangs opnieuw aangelegde Fort De Roovere. Dat is geen fort in de betekenis van een stenen bouwwerk, maar in de oude betekenis van een aarden schuilplaats voor legertroepen in door hoge zanddijken afgeschermde zones. De kaalkap waarmee de herstelling in de vroegere staat gepaard ging, werd niet door iedereen in dank afgenomen. Zeker niet door de plaatselijke mountainbikers die een deel van hun speeltuin hierdoor zagen verdwijnen. Tot 22 km konden we er genieten van de nog overblijvende paadjes en tracks die zich langsheen waterpartijen tussen de bomen slingeren. De houten doorsteek door een aangelegde vijver (zie foto onder) stond nu compleet onder water! We maakten gebruik van enkele paadjes op de zwarte vaste route van Bergen-op-Zoom. Tot aan km 24 volgt een lastige, brede bosweg door het domein Buitenlust waar het zwaar stompen is. Hiermee komt er een einde aan de tweede lus.
Smalle en brede boswegen leidden me daarna tot aan het Tuincentrum De Heide, waar ik door seingevers naar het fietspad naast de drukkere baan geleid wordt. Even gaat het langsheen deze baan en een lage brug onder om weer het bos in te duiken. Daar berijden we stukken van de zwarte vaste route. Ik krijg last met een doorslaande ketting telkens ik schakel. Op 28 km tref ik omstreeks 11.15 u de eerste bevoorrading op een open plekje naast een asfaltbaan in het bos. Bananen, sportdrank, warme thee en bouillon staan er op het menu. Er is nog wat beweging waaronder een paar bikers die ik daarstraks door de slijkzone had zien ploeteren. Ik ben er hooguit vijf minuten blijven hangen. Het bos weer in om onmiddellijk daarna de splitsing te treffen voor de derde lus. Daar ging het weer over paden van de zwarte vaste route met enkele stevige klimmen en dalen. Met de sputterende ketting raakte ik moeilijk over de hoogste toppen. Er reden nog enkele andere bikers rond en toen ik op een top even halt hield zag ik degene die na me kwam omvallen omdat hij een dikke wortel in de klim niet over geraakte. Ik was wijselijk voor het onding gestopt. Ik kreeg deze kerel nadien nog een paar keren te zien en hij had het evenmin onder de markt om over de hoogste bulten te geraken. Nadien stak hij me in het zog van een snellere rijder voorbij en verdween. Van 32 tot 43 km kregen we een knap stukje dat ons via zanderige paadjes over een grote open heidevlakte voerde en omheen een meertje. Er liepen redelijk wat wandelaars rond op De Heide. Intussen was het al bijna middag geworden.
Aan de Bemmelenberg ging het de spoorweg over en volgden we een breed pad naast een diepe gracht. Dat zou wel eens De Zoom kunnen geweest zijn. We kwamen even het bos uit, daar stonden twee seingevers, om via een kalme brug de snelweg te kruisen. Deze plek herkende ik nog van vroeger en wellicht ook uit andere tochten. Met nog eens twee seingevers op de uitkijk doken we aan de andere kant van de weg de bossen van Zoomland in. Exact om 12.00 u na 36 km. De leuke heuveltjes die links en rechts naast één van de bredere paden liggen waren helaas met linten afgesloten. Spijtig! Sommige tochten pijlen hier ook recht op recht af, maar de bikers die de plek kennen maken dan dankbaar gebruik van de heuveltjes. Mooie bospaden leidden me doorheen de bossen van Zoomland. Op 38 km passeerde ik in de buurt van De Zoom een hoeve waar de pauze van sommige andere toertochten altijd opgesteld staat. Twee seingevers deden ons linksaf slaan op een asfaltbaantje en even verder ging het rechtsaf de bossen in over de groene vaste route. Daar trof ik midden de bossen de splitsing tussen de routes van 32-42 km en 52-62-90 km. Na 39 km om 12.15 u.
Droge paden leidden me gedurende de vierde lus Boslust I over de heide naar een bos toe. Daar kreeg ik toch nog een groepje van vijf bikers te zien. Er volgen bospaden en omstreeks 43 km reed ik voorbij De Nieuwe Kloof, een midden in de bossen gelegen complex met feestzalen. Twee bikers stonden er langs de kant. Na een lang recht pad doorheen een dennenbos trof ik na 44 km de splitsing waar de 52 km zich losmaakte van de 62-90 km. De richting van de 62-90 km aangehouden voor de vijfde lus die Boslust II gedoopt was. 12.40 u. Op 46 km kwam ik in het bos uit op een baantje dat Zurenhoek heet en kreeg ik een rijder van de inrichtende club te zien. Hij vroeg me of alles in orde was. Mijn vermoeden werd bevestigd, de man maakte aanstalten met de opruim van de pijlen. Ik mocht dus een tandje bij steken! Ik bereikte woeste bossen en achteraf heb ik op een kaart de reden daarvan gezien. Hier bevond ik me op de rand van de uitgestrekte bossen van Wouwse Plantage. Een tijdje kreeg ik een andere biker in mn zog over redelijk gehavend, lastig en nat terrein. Toen deze man me voorbijstak, riep hij me toe dat we geluk hadden, want dat men al begonnen was met het wegnemen van de pijlen! Maar dat wist ik toen al! Hij was meteen de laatste deelnemer die ik te zien kreeg.
Omstreeks 49 km kreeg ik enkele stevige klimmetjes over enkele ferme bulten voor de wielen. Vermoeidheid begon de kop op te steken. De marathon kon ik voor de zoveelste keer op rij wel vergeten! Na 51 km kreeg ik op een paadje, evenwijdig met een asfaltbaan, de tweede stop te zien. Twee oudere mannen hadden er voor de bevoorrading gezorgd! Hadden, want alles was door de vorige bikers opgegeten. Er was zelfs geen water meer. Geen nood, water had ik genoeg bij en ik kreeg nog een banaan mee voor onderweg. Volgens het tweetal had ik nog slechts een tien kilometer voor de boeg! Toen ik het tweetal aan de stop vertelde van mijn gesukkel met de doorslaande ketting, gaven ze me de raad wat aan het moertje naast het remhendeltje te morrelen. Misschien niet goed afgesteld! Want ze hadden gezien dat de ketting, de cassette en de derailleurwieltjes gloednieuw waren! Er kwam nog een biker toe, maar deze was bij toeval op het parcours geraakt en de pijlen beginnen te volgen. Hij vroeg waar de tocht van start was gegaan. Niet lang blijven staan, afscheid genomen van het drietal en weer op weg.
Na een pad recht op recht door het bos volgde een lang pad doorheen hoog bruin geworden gras om omstreeks 53 km een mooi stuk bos te treffen en een baan te moeten kruisen. Daar zat de laatste seingever in fluojasje al klaar op zijn fiets om te vertrekken. Op het brede pad aan de overkant van de baan trof ik de laatste splitsing waar de zesde lus voor de 90 km apart ging en dit op 55 km na de start omstreeks 13.30 u. Een bordje verwees er naar een kaasboerderij. Maar het splitsingsbord was er al aan de kant gezet. Omwille van de tijd, de niet al te optimale conditie en een sputterende fiets, zat de marathon er voor mij ook deze keer weer niet in. Toen ik even halt hield zag ik de man met het fluojasje in mijn richting komen gefietst. Even verder gebeurde wat ik gevreesd had: ik vond geen pijlen meer! Even omgekeken naar de man in het fluojasje en die wees de te volgen richting aan. Zo loodste hij me enkele paden verder tot aan de oversteek van een grote baan waar nog twee seingevers stonden en weer pijlen hingen.
Nu volgden voor mij de laatste kilometers, beginnend met een vettig stuk aan de overzijde van de baan, waarbij ik enkele door de modder ploeterende wandelaars passeerde die uit het bospad kwamen. Het bospad leidde me verder tot ik weer in een meer open omgeving kwam om ter hoogte van Hildernisse op een gehavend asfaltbaantje de spoorweg te kruisen. Daar liep een echtpaar met twee kleine zonen op wandel. Er volgde nog een zachte klim over een zompig pad naast het spoor waarbij ik voor me het silhouet van de stad weer te zien kreeg. Door een open vlakte reed ik richting een dijk alwaar een kunstwerk naast een grote betonnen toren mijn aandacht trok. Het bestond uit een betonnen zuil waarop emmers waren bevestigd. De emmer van toen is de buis van nu, stond er op een bord. Het kunstwerk moest herinneren aan de opening van een afvalwaterleiding want de poepemmer van toen is nu vervangen door een rioolbuis! Die gekke Nederlanders!
Het ging nog via een houten brug over een waterloop om tot mijn ontzetting gedurende de laatste kilometers nog naar boven gejaagd te worden over een paadje doorheen een nat grasveld! Dit zou de Beatrixberg kunnen geweest zijn. De Nederlandse koningin, voor zolang ze het nog is, zal toch wel niet opgezet zijn met de rotzooi die er rond de zitbank boven op de top van haar berg lag! Men had er wel een goed uitzicht over de omgeving en de stad. Luttele ogenblikken later was ik weer In Den Kajuit. Er waren al mannen bezig met de opruim van de bikewash, dus daar heb ik geen gebruik van gemaakt.
Ondanks dat er reclame voor werd gemaakt was er geen kabouterbier meer (La Chouffe voor de Vlamingen) in Den Kajuit, maar een frisse Vedett ging ook goed binnen, al weten ze hier wel van prijzen! Me buiten onder het tentje nog een broodje hamburger en een kommetje hete soep gekocht. Goed om op te warmen! Ik was de laatste klant, want even later begonnen twee jongens alles op te ruimen. Van één van de medewerkers kreeg ik nog zijn bonnetje voor een broodje kroket en dat broodje heb ik ook lekker achter de kiezen gestoken! Dat kennen wij in België niet, een vleeskroket tussen een zachte sandwich! En dan wordt er nog gevraagd of er iets op moet! Het zaakje doorgespoeld met nog een tweede Vedett. Zo waren de afgereden calorieën er snel weer bij! Er was daar binnen nog een gezellige drukte, van medewerkers en andere klanten, zodat ik niet direct zin had om al huiswaarts te trekken. Uiteindelijk heb ik een uur later dan toch in de koude mijn fiets weer opgeladen. De mist was intussen verdwenen, er kwam zelfs een flauw waterzonnetje door. Om niet dezelfde weg terug huiswaarts te moeten, de GPS ingesteld op vermijd snelwegen. Via de lokale wegen kwam ik al snel op bekend terrein en vanaf Hoogerheide op de Putseweg richting de grens. Eens die over zag ik de dampen van het kippenkraam op Belgische bodem. Ik had wel zin in een gebraden kip voor vanavond, maar op zoek naar een parkeerplaats reed ik me hopeloos vast in de smalle straatjes van Putte! Wat een gesukkel was me dat daar! Er kunnen daar nergens twee autos passeren! Er stond dan ook nog een grote vrachtwagen die de parking van het warenhuis niet op kon rijden! Ik ben dan maar zonder kip verder huiswaarts gereden. Om de zondag te eindigen zoals zo vaak met het wassen van de fiets, kleren en rijder.
Een sombere, vrij eenzame rit door aanvankelijk dikke mist en in de koude! Met de beloofde 62 km bijna exact op het tellertje. De organisatie was volledig in orde, van meegegeven noodnummer tot bevoorrading en overal seingevers aan de, zelfs rustige, oversteekplaatsen. Spijtig dat ik de marathon gemist heb, maar de conditie was er niet en de fiets sputterde tegen. Samen met de 53 km van zaterdag in het Limburgse Overpelt had ik aan de vooravond van een drukke werkweek (vandaar dit late verslag) toch genoeg kilometers in de benen!
Het verslag van deze toertocht is ook te lezen op mtb-you.be, mtb-you.nl, mountainbike.be en mountainbike.nl!


|