Toertocht (23-33-40-52 km) van de Peltercrossers te Overpelt-Holheide op zaterdag 16-02-2013.
Op deze zaterdag nog eens vanuit Antwerpen naar Overpelt-Holheide gereden om er de toertocht van de Peltercrossers te komen rijden. Omwille van de lange inschrijftijd, van 09.00 u tot 14.30 u, was er niet veel drukte in de zaal Holheide toen ik me er ging inschrijven en ik ben dan ook moederziel alleen vertrokken, exact op het middaguur. Zoals steeds bij de tochten die hier vertrekken, doken we onmiddellijk de bossen in die naast het voetbalveld zijn gelegen. Na enkele bospaden bereikten we via een beworteld paadje op de blauw-zwarte vaste route een straat in de woonwijk, staken de hoofdstraat van Holheide over om het eerste off-road veldwegeltje rechts in te slaan. Dat ligt er altijd redelijk vettig bij. De veldweg bracht me tot in de Hunnenbergstraat met als enige gezelschap een groepje wielertoeristen. Even verder ging het voor mij rechtsaf tussen bos en veld. Het bos in om verderop een rijweg te kruisen en na 4,5 km een vettige singletrack voor de wielen te krijgen. Hier en daar lagen nog de laatste sneeuwresten langs de kant. Eindelijk kreeg ik dan toch twee andere deelnemers te zien en kort daarna nog een derde.
In het bos volgde een kleine lus over een singletrack om weer uit te komen op dezelfde plek. Even verder was er na een bospad op 6 km een eerste splitsing tussen de kidstoer en de 23 km enerzijds en de 33-40-52 km anderzijds. Een kilometer verder maakte ook de 33 km zich los van de twee grootste afstanden. Na een lange rit met de auto was de 52 km voor mij de meest logische keuze. Omstreeks 8 km vermoedde ik dat we de bossen in de buurt van Hobos in reden. Daar heb je een gemengd bos van dennen met aan weerszijden van de paden kale loofbomen, zodat de recht op rechte paden er toch veel licht krijgen. Twee bikers deelden er even mijn vrij eenzame tocht. Na 10 km bereikte ik een mij bekende plek waar een oude grenspaal uit 1770 zijn nieuwe stek vond. Een steen eigenlijk die vroeger de grens tussen Overpelt en Eksel markeerde. Om 12.45 u toch nog eens een andere deelnemer op mijn pad.
Het ging even een woonwijk in om vanaf de Diestersebaan op het grondgebied van Eksel rechtsaf een bos in te duiken. In dit bos liggen enorm veel singletracks verscholen die me na 12,5 km naar een overvloedig van wortels voorziene bospad voerden. Nadat ik deze wortels zonder veel problemen noch glijden onder mijn wielen had voelen passeren bereikte ik de plek waar de 40 en de 52 km scheidden, zegge op 13 km na het vertrek. Het ging daarna tot aan de rand van de bossen waar een wit kapelletje naast een grote baan staat op het kruispunt met de Weverstraat op de grens van de bebouwde kom van Eksel (14 km). Ik ben op die baan ooit gepasseerd toen ik huiswaarts reed van een toertocht in de streek, maar dat is al lang geleden. Terwijl ik even halt hield aan het kapelletje, kwamen er twee bikers uit het bos. We doken onmiddellijk weer het groen in over singletracks tot aan een voetbalveld (15 km) waar een biker me inhaalt en achterlaat. Ik zie hem verdwijnen in een vrij natte en lastiger singletrack die er evenwijdig loopt met een kalme grote baan. Het aantal bikers tellen had een doel! Er was na afloop van de rit namelijk een curryworst beloofd! Aangezien ik als trage voor dit soort zaken meestal achter het net vis, lees meer concreet, naast de frietketel vis, was het belangrijk van te tellen! Elke voorbijstekende rijder verminderde namelijk mijn kansen op een eetbare afsluiter!
De rit kon al niet meer stuk, want had me al van bij de start zo goed als continu door de bossen gevoerd, maar op 17 km volgde een memorabel stukje plezante singletracks op en af door een dennenbos. Daar in de buurt stonden de vier grote poten van een enorme hoogspanningsmast die tot hoog boven de bomen reikte. Niet te schatten hoe groot de oppervlakte was die deze pyloon overspande! Dat zon gevaarten recht blijven bij storm! Na een kleine lus over leuke paden passeerden we nogmaals de voet van de hoge mast. Ik kreeg er het gezelschap van twee anderen. Weer twee worsten minder! Het was genieten van nogmaals mooie singletracks op en af over bultjes groot en klein om uit te komen op de drukke Eindhovensebaan, de weg die Hasselt met Eindhoven verbindt, hier tussen Overpelt en Hechtel en ter hoogte van de autokeuring. Eens de baan over werd de volgende portie singeltracks aangesneden en verminderde mijn kans op een curryworst nogmaals met twee eenheden! Tot dik 21,5 km zeer mooie tracks op en af in dennenbossen met een goed berijdbare droge ondergrond. Om daarna nogmaals de Eindhovensebaan te moeten kruisen. Aantal bikers: +1. Aantal worsten: -1! Intussen was het al 13.45 u geworden. Traag als ik ben en dan nog al dat telwerk, deels een beroepsmisvorming, en het gesakker om een bij het schakelen doorslaande ketting! Een volgende collega bracht de tussenstand op 15 bikers!
Na een reeks bospaden bereikte ik op 23 km een plek waar ik in de verte bikers uit de tegenovergestelde richting zag komen, waardoor ik vermoed dat de verschillende afstanden hier weer samen kwamen. Ook omdat ik vanaf deze plek meer rijders te zien kreeg. Het ging een asfaltbaantje over om op de hoek van een bos weer tussen de bomen te duiken, een plekje mij bekend van eerdere edities of andere tochten. Een groepje van drie in een blauwe regenjasje gestoken rijders werd gevolgd door een duo en nog een groep van vijf. Niets dan bospaden werden ons deel tot omstreeks 26 km. Dezelfde ingrediënten, aangevuld met een snuifje singletracks tot 28,5 km om daar ingehaald te worden door drie curryworsten. Na een bocht op een bospad te hebben genomen zag ik achter me een ferm treintje naderen! Een ware aanslag op de frietketel onder de vorm van vijftien pittige rijders waarvan bijna de helft Blauwe Kei op hun kont had staan. Na nog eens drie exemplaren diende ik nogmaals een grote baan te kruisen.
Tot 30 km volgden redelijk vettige veldwegen met bij momenten slijk en plassen. Na een doornatte winter en de gesmolten sneeuw was het te verwachten dat niet de hele tocht over een droge ondergrond zou gaan. Samen met twee anderen bereikte ik een asfalt fietspad naast een zandweg waarop enkele zeer grote plassen stonden om op de plek waar ooit de bevoorrading van andere tochten stond (een keer in de zomer waar ik Bruce Wayne te zien kreeg en een keer in de winter met vuurkorf) met een metgezel het bos weer in te rijden (31 km). De ondergrond liet zien dat we zo stilaan de Witte Berg naderden. Er volgden nog bangelijke singletracks op en af en met het nodige bochtenwerk. Een echte speeltuin in het gezelschap van 8 anderen. En dan doemde de bevoorrading op. Maar in plaats van zich onmiddellijk op al het lekkers te kunnen storten, volgde eerste nog een proef! De Pelterplaaggeesten lieten namelijk iedereen in het zicht van de knabbelende voorgangers eerst de Witte Berg op rijden om op de top rechtsomkeer te maken en weer naar beneden gestuurd te worden. Een extra motivatie om boven en heelhuids weer beneden te geraken. Tijdens mijn eerste tochten in deze streek raakte ik hier nooit boven, maar gaandeweg leerde ik de beste weg naar boven kennen. Nu zie je trouwens veel beter dan vroeger een pad naar boven toe. Tussenstand van de voor mijn neus weggekaapte curryworsten: 15 + 42 = 57!
De bevoorrading op 32,5 km omstreeks 14.50 u was er eentje op u tegen te zeggen: bananen, appelsienen, frangipane, wafels, soep en drank in overvloed. Wie hier niets naar zijn zin vond is een moeilijke mens! Er was nog redelijk wat beweging en de rijders bleven toekomen. Zoals te verwachten was, werden we naar de achterkant van de Witte Berg gestuurd om daar weer naar boven gejaagd te worden. Of ik er langs die kant op geraak, verschilt van keer tot keer. Soms lukt het, soms niet. Omdat mijn voorgangster stil viel ter hoogte van de dikke wortel en vooral mede omdat mijn ketting weer onheilspellende geluiden maakte na het schakelen, is het een klim in twee beurten geworden. Ondanks het feit dat ik weet dat er na de top links een beter paadje tussen de bomen ligt, ontkwam ik bij de afdaling niet aan het losse zand. Weer naar boven op de tweede bult, rechtsomkeer en door het losse zand naar beneden. Dan direct weer naar boven, wat me nog nooit volledig rijdend gelukt is omwille van het mulle zand. Via het smalle paadje weer naar beneden om daar een ander dan het gebruikelijke bospad in te slaan. Er volgden bredere bospaden waarop sporen als tracks ontstaan waren en die me doorheen lichte en donkere bossen voerden. Hier was het iets drukker op de paden met een ruwe schatting van 12 metgezellen in de schier eindeloze bossen. Op een kort stukje waar we door een lint van tegenliggers gescheiden werden, zag ik de United Bikers-vrouw en enkele mannen die ik aan de bevoorrading had zien staan en nog al te zien kreeg op tochten in deze regio me tegemoet komen gereden.
Op 37 km kreeg ik vanuit het bos de bekende gecamoufleerde omheining van de Ford testbaan te zien. Het ging daar kort even langs. Aan de geluiden te horen werd er gereden. Brede en smalle boswegen waren voor ons uitgestippeld. Ik deelde ze met een zevental anderen. Mijn vermoeden werd bevestigd. Omdat het niet het eerste tochtje is dat ik hier rijd, begin ik zo stilaan te weten waar we naartoe gestuurd zullen worden, ook al zou ik die plaatsen niet op eigen houtje kunnen terugvinden! Omstreeks 37 km kregen we inderdaad de iets technischer singletrack op een hoogte in het bos voor de wielen. Op en af over een paar heuveltjes en doorspekt met vele korte bochtjes rond boomstammen. Wetend dat ik hier vorige zomer ooit heb rijden sukkelen, bracht ik het er deze keer met een sputterende ketting eigenlijk zeer goed van af. Slechts twee keer voetje aan de grond. Een klimmetje na een korte bocht haal ik enkel met veel geluk! Tijdens zon klimmetje zag ik lager plots een wiel de lucht in gaan. Daar ging er eentje over de kop! Hij moest even bekomen, maar er was een makker bij en een andere rijder daalde af om te zien of alles in orde was. Eens weer beneden brachten paden me weer tot aan de rand van het bos met aan de andere kant van het omgeploegde veld een hoek van de omheining van de testbaan.
Na 40 km trof ik weer een splitsing tussen de 23 km en de andere routes. Dit ter hoogte van het meer aan een zandgroeve. Tien bikers komen bij op de rekening van de frietpot. De singletrack loopt even naast de groeve, om opgevolgd te worden door bredere boswegen met twee sporen. Om dan het bos in te duiken over een singletrack en verderop even te raken aan de asfaltbaan door, ik vermoed, Lommelzand (41 km). Daarna bereikte ik weer een singletrack die door een veld gescheiden wordt van de omheining van de testbaan. Dit smalle pad voert er tussen een lage prikkeldraad en het bos naast een metalen uitkijkpost voor mensen die reeën willen observeren (42 km). In het gezelschap van nog een curryworst reed ik daarna voorbij het mooie nieuwe huis (manege) dat ik indertijd nog in aanbouw heb geweten. Het ging er rechtsaf. Als je er linksaf slaat, kom je aan het einde van het pad uit naast het voetbalveld van Lommel-Kattenbos. Ontdekt bij een andere tocht! Van 42,5 km tot bijna 44 km volgde de bekende track die naast de spoorweg loopt tot aan de eerstvolgende overweg ter hoogte van een kruispunt van zandwegen. Op het betonnen fietspad krijg ik nog eens vijf lotgenoten te zien.
Op 44,5 km kruiste ik de bekende rustige asfaltbaan door Lommelzand om een paadje naast een meer (van de zandgroeve?) te treffen. Dan volgde een iets vettiger stuk met de twee bekende dropkes, waarvan één met dikke wortel. Een dikke kilometer later reed ik er op de bekende zanderige singletrack in de buurt van het kruispunt van de grote wegen van Mol naar Lommel en Overpelt en van Hasselt naar Eindhoven, waar de spoorweg deze laatstgenoemde baan kruist. Vier bikers passeren me tijdens een korte stop. De laatste ervan was Jan uit Poppel, leren kennen tijdens een mountainbikeweekend in Daverdisse, georganiseerd door een gemeenschappelijke kennis. Minder dan half zo oud en drie maal zo snel als ondergetekende! Of zijn vader er bij was heb ik niet kunnen zien!
Het slot van de tocht bracht de bikers over de bekende en minder bekende, er liggen er immers zo veel, paadjes en tracks in de bossen van Holheide of Holven, waarbij we nog twee keer de drukke baan dienden te kruisen. Omstreeks 48 km hadden de parcoursbouwers enkele stukken singletracks vers aangelegd om de verbinding met bestaande paden te verzekeren. Het was er voor mij wat lastig rijden omwille van de losse omgewoelde ondergrond, als bladgrond in een bloempot, en enkele zeer korte bochtjes rond boomstammen. Hopelijk rijden de Peltercrossers deze verse paadjes wat meer in tijdens hun lokale ritten. Tot de laatste kilometers volgde nog een overaanbod aan singletracks in het bos naast het voetbalveld om in de nabijgelegen woonwijk rond de kerk van Holheide te arriveren. Schatting van het aantal geziene bikers tijdens de laatste etappe: 20. Dit brengt het totaal op 57 + 59 = 116. De door een aggregaat aangedreven bikewash was nog operationeel en in gebruik. En ik was, ondanks het eenzame einde, niet de laatste die toekwam. Het tellertje toonde 53,50 km.
Na de wasbeurt de fiets aan de auto afgedroogd met een vod, want thuis wassen kon ik vergeten omwille van nog een lange reis huiswaarts. En voor zondag stond de marathon in Bergen-op-Zoom (NL) op het programma. De beloofde curryworst werd me vanuit het keukentje naast de zaal vriendelijk aangeboden en doorgespoeld met een drankje. Na een warme douche in de barak van de voetballers wachtte me nog een ferme trip huiswaarts. Zoals steeds een ferme tocht in de bossen vol paden en singletracks. Degelijk uitgepijld met zagemeel als extra verduidelijking. Bevoorrading, bewaakte bikeparking, bikewash en warme douches allemaal prima geregeld. Een warm aanbevolen Peltercrosserspareltje in het bosrijke Overpelt.
Het verslag van deze toertocht is ook te lezen op mtb-you.be en op mountainbike.be!


|