Toertocht (25-35-50-60 km met een optionele lus van 5 km) van MTB Overijse te Overijse op zondag 06-05-2012.
Vandaag weer zeer vroeg uit de veren om naar Overijse te rijden. Onderweg op de snelweg zag ik een duif geschept worden door een auto. Ter hoogte van Mechelen zag ik een blauwe auto met bike naderen. Ik dacht eerst dat het Kevin V was, maar het bleek Rubber-12 himself te zijn! Op de ring rond Brussel zag ik een wagen met Franse nummerplaat een gang gaan! Wat die kerel bezielde blijft een raadsel, feit is dat hij zijn wagen met veel geslier, maar zonder brokken tot op de pechstrook kreeg. Even later vloog hij als een gek weer voorbij! Ik wist dat ik al in Overijse was komen rijden, maar ik kon me van deze toer niets meer herinneren. Maar zodra ik de snelweg verliet, was daar de startplaats, en toen merkte ik dat het niet de eerste keer was dat ik hier de toer van MTB Overijse ben komen rijden. Me even verderop geparkeerd op een stuk straat evenwijdig met de hoofdweg. Daar stond ik voor niets of niemand in de weg. Ook SilverFokske had blijkbaar deze plek ontdekt, hij stond zich klaar te maken, en Rubber-12 moet er ook in de buurt gestaan hebben, want ze kwamen beiden af. Ik vond het betrekkelijk koud, maar vermoedend wat mij te wachten stond, liet ik de wintervest liggen en trok een regen- en windvestje aan. Dennis van de Blackberries was ook present aan de inschrijving.
Om 9.15 u met zn allen vertrokken. Via een veldweg doken we al direct het bos in waar we een mooie track voor de wielen kregen. Mij toch wat ingehouden waar het naar beneden ging, omdat de grond er toch nat bij lag. Mij aan de kant gezwierd om enkele jonge kerels te laten voorbij gaan. Die wipten gezwind over enkele boomstammen. Indien ik zon kunstjes zou proberen, ik lag direct op mijn voorgevel! Na 2 km kwamen we weer in een straat van de wijk waarin de startplaats ligt. Vorig jaar stond ik daar geparkeerd. Daar was het meteen klimmen geblazen en boven op het kruispunt stonden Rubber, Fokske en Dennis aan de kant. Dennis had te kampen met een kettingbreuk. Hij was de eigenaar van het eindje schakels dat ik op straat had zien liggen en zijn ketting meteen inkortte met vijf centimeter. Omdat mijn technische bijstand tot de derde macht die van Rubber en Fokske nog niet kan evenaren, maar meteen verder gereden. Die kerels zouden me dadelijk toch weer inhalen.
Mijn oude knoken, die de laatste tijd veel nachtrust moeten ontberen, werden al snel zwaar op de proef gesteld door de opeenvolgende klimmende en dalende veldwegen die ons doorheen deze mooie streek voerden. Het trio, man, vrouw en kind, van het Waasland Mountainbike Team en dito School, kwam ik voor de derde keer op korte tijd tegen op een toertocht! Tegen hun kunde kan ik niet op! Op 5 km werden alle registers dan pas echt goed opengetrokken en diende zich een zware klim door de Vossebeekweg aan, beloond met een mooie afdaling. Reeds na 7 km werd een extra optionele lus van 5 km aangeboden. Vermoedend dat het trio metgezellen, dat mij intussen na het herstel van de ketting weer was voorbijgestoken, deze optie niet aan zich zou laten voorbijgaan, ook gekozen voor dit extraatje. Dat was geen verkeerde beslissing, want de lus opende met een plezante afdaling doorheen een vrij woeste holle weg. De situatie werd even penibel toen dat verdomde zeem van mn fietsbroek tijdens het afdalen achter mn zadel bleef haken en ik daardoor mijn kont niet meer in zitpositie kreeg, terwijl mijn wielen over stenen en keien denderden!
Eens beneden, ging het een grote baan over om onze weg te vervolgen over een breed kiezelpad naast het beekje de IJse, waar Overijse zijn naam aan dankt. Dat deze extra lus lekker vlak scheen te zijn, kon ik al direct in mijn dromen opbergen. Tegen mijn orgel! Eens van het grindpad af, ging het al weer snel stevig op en neer over landelijke gehavende asfaltbaantjes en enkele mooie holle wegen. Volgde een track op de rand van een bos, gelegen op een heuvel die luistert naar de naam Koningsberg met links naast de bosrand mooie villas van rijke mensen. In dit bos liggen allicht mooie paadjes voor de lokale biker die zijn streek kent. Tot 12 km kregen we landelijke wegen in een glooiend landschap die ons over heuvels voerden met mooie vergezichten onder een spijtig genoeg loodgrijze hemel. Op 17 km kregen we een knappe afdaling door een holle weg die luistert naar de naam Zavelstraat in, ik vermoed, Huldenberg. Het viel me op dat de bewoning in deze streek vaak tot vlak aan de bosrand reikt en dat de straten van asfalt plots overgaan in een onverharde holle weg, hetzij klimmend, hetzij lekker naar beneden razend.
Ik had voor de verandering in de winkel eens gekozen voor witte overschoentjes! Den Rubber had deze bij het vertrek ook opgemorken en er zelfs een foto van gemaakt! Eigenlijk vond ik me daar wel sexy mee staan! Dat is natuurlijk een illusie. Er is daar een spreekwoord over! Iets van een (oude) aap en een gouden ring! Of meer concreet vertaald: een olifant op witte sokken, blijft een olifant. Alsof ik met witte overschoentjes het ranke lichaam van een twintigjarige zou herwinnen! Lang wit zijn ze ook niet gebleven. En ondanks het feit dat ik ze twee maten te klein had gekocht opdat ze goed over de schoenen gespannen zouden blijven zitten, schoten die verrekte rotdingen er geregeld toch weer af bij elk rondje modderdabben.
We bereikten een pad naast een riviertje, waar het even afstappen was om door een van water verzadigde ondergrond te ploeteren in het zog van redelijk wat anderen die hier ook onderweg waren. Op deze plek kwamen we na 18 km het natuurgebied Rodebos en Laanvallei binnen. Die houten sperbareel aan de voet van het donkere Rodebos, kon ik me nog goed herinneren van de vorige keer en uit andere tochten die hier passeren. Tenzij je heel behendig bent, moet je afstappen om door de smalle doorgang te geraken, waardoor je geen aanloop kan nemen voor de klim. Het was een troost dat iedereen hier te voet ging. Zelfs de jongere kerel, met op zn zwarte broek de sporen van een val in het slijk, die enkele verdienstelijke pogingen waagde om weer op de fiets te gaan zitten, moest uiteindelijk het onderspit delven tegenover een wortel. Toen ik hijgend bijna boven was, kwam er toch een kei voorbij gefietst, en die kerel was niet meer van de jongste! Paadjes voerden ons doorheen een prachtig stukje bos en omstreeks 21 km voorbij een soort zigeunerkamp. Er stonden daar een aantal wagens met Franse nummerplaten.
Op 23 km volgde, gelegen op een plek waar een vaste route het bos in duikt, een afdaling van 15 procent. Niet aan mij besteed om mij daar als kamikaze van een dertig centimeter hoog dropke te werpen en dan tegen 15 procent naar beneden te sjezen! Een kilometer later troffen we de bevoorrading op een kruispunt van landelijke betonbaantjes, ik vermoed te Ottenburg in de buurt van de Loswegstraat. Een drummer gaf er van katoen onder een Aquarius-tent, maar het godendrankje zelf was nergens te bespeuren. Tot twee in blauw gehulde jonge snaken een hele kar verse voorraad aanvoerden! De bevoorrading was tip top! Appelsien, banaan, cake, peperkoek en vooral de ronde koekjes met chocolade konden mij bekoren. Op de plaats van de stop was ook de splitsing tussen de 35 km enerzijds en de 50-60 km anderzijds. Ik was al een tijd onderweg, maar bij kiezen voor de korte toer zou het plezier al binnen tien kilometer afgelopen zijn. En zou den Rubber mij voor watje verslijten! Door de bordjes ter plaatse was het duidelijk dat de grote toeren hier een tweede maal zouden passeren. Een biker die niet goed wist hoe het nu verder moest, gewezen op het bordje retour. Die had het grootste deel van zijn 60 km al achter de wielen!
Eenzaam de richting van de lange ritten uit gegaan en al direct kunnen genieten van een knappe track doorheen de bossen, om uit te komen aan een open plek waar bomen gerooid waren. Het paadje liep er al hobbelend neerwaarts over het gehavende terrein. Ik kreeg er het gezelschap van enkele andere bikers. Een megabangelijke afdaling, alwaar ik een hele meute Cameleonbikers (M/V) achter me aan kreeg, bracht ons naar de Florivalstraat die enkele meters verder van naam veranderde in Rue de Florival, op de grens van Ottenburg en Archennes (Grez-Doiceau). Jakkes, deze plek was me bekend van andere tochten! Dat betekende dat we in de buurt van Pécrot waren en seffens stevig de hoogte zouden in gejaagd worden! Het tellertje toonde hier 26,5 km.
We werden inderdaad ter hoogte van het stationnetje van Florival, de spoorweg over gestuurd via een overgang, speciaal bedoeld voor wandelaars en bikers. Maar in plaats van de track in een holle weg op een vaste route opgestuurd te worden, waar halverwege een gedenksteen staat voor burgers uit Gastuche, die tijdens de oorlog stierven bij een bombardement, moesten we links afslaan. Die holle weg vergeet ik nooit. Ooit reed ik hier tijdens een toer vanuit Loonbeek in helse weersomstandigheden met striemende regen en wind! Geen mens was er toen te zien! Deze plek herbergt zeer vele paadjes, want diverse tochten komen hier voorbij, en allemaal op een andere manier. Deze keer ook weer anders. Want we werden niet direct naar boven gestuurd in de holle weg, maar wel naar links toe op een paadje dat zich op de flank van de helling bevond. Links beneden kwam de rijbaan alsmaar lager te liggen, terwijl de track ons langzaam naar boven voerde doorheen de knappe omgeving. Volgens een kaart reden we in het Bois de la Hocaille.
Dan ging het voor mij tergend traag naar boven over een brede kiezelweg die luistert naar de naam Val Vert en waar de mooie villas van rijke mensen verscholen liggen tussen de bomen. Alleen de inrijpoorten verraden dat er huizen staan. En eindelijk zag ik in de verte achter me nog eens een biker naderen. Een slijkweg bracht me weer tot in het open veld met mooie vergezichten. Op 30 km trof ik midden de velden de splitsing tussen de routes van 50 en van 60 km. Een jonge snaak die me daarnet nog had ingehaald zag ik in de verte op de toer van 50 km verdwijnen en deze grote Jan dook de 60 km op! Alsof ik al niet lang genoeg onderweg was! Het ging bij aanvang een slijkerige veldweg op om daarna gedurende enkele kilometers te kunnen genieten van de doortocht van een private jacht in het Bois de la Hocaille. Dit alles afgesloten met een mooie afdaling om na 35 km via de Rue de Weert Saint-Georges en de Rue du bois brûlé weer een stukje bewoonde wereld te bereiken. Even opzoeken achteraf leert me dat we in Nethen (Grez-Doiceau) waren. Ik denk dat mijn kompanen dan al achter hun glas bruine aan de après zaten!
Via een paadje met enkele uit de kluiten gewassen plassen, op de rand van veld en bos, bereikten we na 37 km de plek waar een grote villa op een kaal domein staat, door stokoude muren omzoomd en met de resten van wat eens een poortgebouw geweest is. Ik schat dat de Meerdaalwoudroute vanuit Heverlee ook deze plek aandoet. Links van het domein kruipt een prachtige holle weg tergend langzaam naar boven. Maar we werden naar rechts gestuurd in de richting van de Rue de Savanel. Opgeschreven om de plek op kaart te kunnen lokaliseren. Een kasseiwegeltje leidde me voorbij de stokoude, deels reeds ingestorte ommuring, waarbij ik tussen de bomen een oud kasteel meende te kunnen zien. Dat zou het Kasteel Savanel zijn. Tot 39 km worden we een meer bewoond gebied van Grez-Doiceau doorheen gestuurd. Dat moet dus Nethen geweest zijn. Dat alles over straatjes die ferm op en neer gaan! De doortocht werd afgesloten met een vermoeiende klim over een gehavend kasseibaantje waarlangs schilderachtig gelegen huizen links hun stek gevonden hebben en uitkijken op de bossen rechts. We passeren een kruisbeeld waar een bordje meldt dat wie hier vroeger voor ons baden er thans begraven liggen. Dan ging het even naar beneden en doken we naast een paar glasbakken naar rechts een track in over uit de kluiten gewassen rotsen in een holle weg doorheen de bossen. Stenen, groeven, slijk en plassen maakten er het rijden lastig. Spijtig genoeg hebben ook onverlaten deze mooie locatie ontdekt om er sluik te storten. Of het hier was, kan ik me niet meer herinneren, maar op een paadje vol diepe voren en spleten en tussen twee prikkeldraden, had ik het toch niet zo begrepen. De koeien in de weide kon het geen moer schelen. Ze sch.ten waar ze stonden!
Een mooie veldweg brengt ons doorheen een schilderachtig landschap met prachtige vergezichten tot een kruispunt van betonbaantjes in het liefelijke Bossut, waar enkele mooie huizen in alle rust gezellig bij elkaar staan te wezen! Een dure villa met aparte toren in aanbouw, staat nog steeds in dezelfde onafgewerkte staat. Even verder komen mensen toe met allerlei attributen. Er staan al een aantal rozen opgesteld met mensen die in de buurt daarvan op stoelen zitten. Een schietwedstrijd? Pijl en boog? Vuurwapens? Joost mag het weten! Via een stuk vettig bos en naast een voetbalveld met keurig onderhouden grasmat bereiken we weer de meer bewoonde wereld. Een veldwegeltje leidt me naar een kasseiwegeltje in het midden van nergens. Waartoe dient het? Naar waar heeft het overwoekerde paadje ooit geleid? Ik bereikte de spoorweg en kon een ranke kerktoren boven de bomen zien uit steken. Via een smal bruggetje ging het de spoorweg onder om een prachtig zicht te krijgen over de gele koolzaadvelden in volle bloei. Het tellertje toont 45,5 km. In de verte zie ik een soort kasteel staan. Het gaat de spoorweg over en ik passeer een groot wit huis met statige inrijpoort in een bocht van de straat. Deze plek heb ik nog al gezien! Tot 48 km rijden we doorheen een meer bewoonde wereld in de buurt van de spoorweg. Waaruit ik besluit dat aan de lus zo stilaan een einde zal komen. Aan een tweede overweg tref ik langsheen het spoor een wirwar van koterijen, waaronder een verlaten duivenhok. Een biker vliegt me voorbij en foetert op de slagbomen die naar beneden gaan. Even verder zie ik hem weer. Hij roept me toe dat de bevoorrading niet ver meer is en gaat er met een razende vaart vandoor! Seffens zal blijken dat hij vandaag dit stuk van de toer in de gaten hield. Ik herken het brede grindpad waar we de Dijle kruisen en verderop de bossen in duiken.
Voor ik weer van de koekjes met chocolade kon knabbelen, moest ik eerst nog een paar keren klimmen in het bos, om dan via een servitude tussen tuinen de stop voor de tweede maal te bereiken. Buiten mannen van MTB Overijse, in de aanslag om pijlen op te ruimen, was er nog één biker aanwezig. De jongens van Aquarius worstelden met de frigos om ze weer in hun bestelwagen te krijgen. Ik had er exact 50 km op zitten. En ik was goed moe! Twee chocoladekoekjes keken me aan! Take me, take me! Snel weer op pad. Snel is een relatief begrip voor mij tijdens toertochten! Het begon sterk op een dagtrip te lijken!
Tot 53 km volgde de doortocht van Ottenburg (Huldenberg) met nog een kilometer verder een formidabele afdaling over een pad vol stenen! In de verte bleef ik de biker van aan de stop zien en dat zou het geval blijven tot de finish. Blijkbaar ben ik dan toch niet de enige traagrijder! Op 55 km werden mijn vermoeide leden andermaal zwaar op de proef gesteld toen ik met veel moeite al hijgend naar boven kroop over de Oude Abt, een geasfalteerde holle weg. Die oude abt zal ook niet gemakkelijk boven zijn geraakt! Alsof MTB Overijse mij niet wilde laten gaan, moesten we links naar boven een veldwegeltje in, waar een bordje privé de toegang aan anderen ontzegt. Volgde tot 61 km ettelijke kilometers singletrack en paden doorheen een mooi bos. Ik vermoed in privaat bezit. Hier en daar waren linten gespannen. Vage herinneringen van de vorige editie kwamen weer boven. De stevige klimmetjes werden hoe langer hoe zwaarder en het was beslist geen makkie om dit vermoeiende stuk na zon lange rit nog te moeten bedwingen. Het verlangen naar de eindstreep begon het te winnen op het genot van de omgeving. Het was zo stilaan welletjes geweest.
Einde in zicht? Dag Jan! De steile Waaienbergstraat in een verlaten wereld, kon ik langzaam maar zeker overwinnen. De biker van aan de stop zag ik enkele honderden meters voor me te voet wandelen. Bijna 62 km! Nog 3 te gaan! Vergeet het! We doorkruisten Tombeek, stevig op en af doorheen enkele straten! Om dan nogmaals reeds halfdood een klim over een holle weg voor te wielen te krijgen. Kasseitjes gingen aan de laatste huizen over in onverhard. De moed zonk me in de schoenen toen ik uitgenodigd werd om de Venusberg te bedwingen! Een pracht van een holle weg, daar niet van, over en tussen stenen en over een soort van dwarsbalkjes die er gelegd werden om de erosie tegen te gaan. Er kwam geen einde aan. Na elke zachte bocht kwam er nog Venusberg! Wel, ik ben tot aan het einde geraakt zonder voet aan de grond te zetten! Wat toch wel een prestatie was na meer dan 60 km afgepeigerd te zijn geworden geweest!
Volgden nog een stukje over kasseien, nog enkele klimmetjes over paadjes en de doortocht van een wijk in Overijse. Aan de verkeersremmers in de straat merkte ik dat we in de buurt van af waren! Maar die mannen van Overijse lieten ons eerst nog alle hoeken en kanten van de omgeving zien. Na 69 km bereikte ik halfdood de aankomst. Mijn metgezel sinds de tweede stop stond te knoeien aan de bikewash. Kraantjes open, kraantjes toe! Je moet natuurlijk aan het oranje uiteinde van de spuitkop draaien! Ik herinner me van vorig jaar dat er toen bij mijn aankomst evenmin nog veel bikers waren, maar dat ik er nog met iemand aan de praat geraakt was tijdens het eten van een pistolet! Nu was er niemand meer, geen fiets meer te bespeuren! Vuil de auto in gekropen en huiswaarts. Nog tot laat mn fiets en kleren gewassen, mn spullen weer proper gemaakt en gezorgd voor iets eetbaars. Om daarna als een blok in slaap te vallen!
Een mooie rit, veel afwisseling wat het parcours betreft, duidelijk afgepijld en een ideale verhouding tussen off-road en recuperatiestrookjes over asfalt waar het toch nog steeds makkelijker klimmen is dan over bos- en veldwegen. Verzorgde bevoorradingen en aan mijn tempo kunnen rijden zonder afgejakkerd te worden door de opruimploegen. Voor mij geen makkie! Jammer van het sombere weer, maar gelukkig geen regen gehad. Na de eerste stop werd het wel een eenzame rit!
Het verslag van deze toertocht kan je ook lezen op mtb-you en op mountainbike.be!
De onderstaande foto's van de poort van het Château Savanel en een holle weg nabij Nethen zijn te vinden op het blog Wandelgroetjes uit Borgloon van Johnny en Christiane.
|