De basisregels van gehoorzaamheidstraining
Pups zijn het makkelijkst af te richten. Oudere honden doen er langer over om een nieuw persoon als leider te erkennen, maar als u consequent bent, zal de hond u gaan respecteren. Het aanleren van goede manieren is verrassend eenvoudig. De meeste honden geven graag gehoor aan deze opdrachten omdat ze hun leider gunstig willen stemmen en omdat het in hun eigen belang is. Straf uw hond nooit voor iets wat hij enige tijd geleden heeft gedaan. Het zou vb. voor je hond een raadsel zijn waarom hij straf krijgt wanneer je thuiskomt en vernielzucht aantreft. Hij zal er niets van begrijpen; hij weet alleen dat u boos op hem bent. Hij zal reageren door onderdanig gedrag te tonen om uw gezag te bevestigen. Mensen zien dit vaak ten onrechte als een teken van schuldbesef. Dat is het zeker niet. Achteraf straffen werkt averechts.
Hou de lessen kort. Eén of twee minuten is lang genoeg voor een pup. Vijf minuten is te lang, maar de pup kan zich wel een paar keer per dag kort concentreren. Oudere honden houden de aandacht er langer bij, maar zelfs honden met het grootste geestelijke uithoudingsvermogen kunnen zich niet langer dan een kwartier optimaal concentreren. Hou de lessen leuk. Als uw hond zich niet amuseert, zet de training dan maar uit uw hoofd. Na wat lichaamsbeweging zal uw hond beter luisteren. Oefen op een moment dat uw hond alert is. De perfecte tijd is vlak voor etenstijd. Bij pups betekent dit dat u drie of vier trainingskansen per dag heeft. Naarmate de pup ouder wordt en het aantal maaltijden minder wordt, kunt u met hem gaan oefenen als hij geslapen heeft en zijn behoefte heeft gedaan.
Combineer in het begin een lekker koekje met prijzende woorden. Daarna laat u geleidelijk de krachtigste beloning, het eten, af en toe weg. Soms wel en soms niet iets lekkers geven is de beste manier om de training met succes te laten verlopen. Beëindig de training altijd op een vrolijke manier. Bewaar de krachtigste beloning voor je hond niet voor het laatste omdat u dan ongewild aanleert dat het einde van de training iets is om naar uit te kijken, omdat dan de leukste beloning komt!
Begin met de training in uw eigen huis om afleiding te voorkomen.
Dit geldt voor eenvoudige oefeningen zoals zit, hier, blijf, en af, maar ook het lopen aan de lijn of het volgen aan de voet kan binnen worden aangeleerd. De gang is een prima oefenplek. Doet hij het binnenshuis eenmaal goed, zoek dan een plek waar meer afleiding is, zoals de achtertuin.
Pas wanneer de hond zich volledig naar wens gedraagt, kan de training worden verplaatst naar een uitdagendere plek, zoals het park.
Wees consequent. Sta rechtop, noem de naam van uw hond om zijn aandacht te trekken en gebruik alleen commandos of handgebaren als u oogcontact met hem hebt. Beloon hem zodra hij gehoor geeft aan uw opdracht, en geef nooit een commando als u het opvolgen ervan niet kunt afdwingen. Als u uw hond wil terecht wijzen, kijk dan streng, laat uw stem zakken en zeg scherp nee. Leer de hond te reageren op een combinatie van handsignalen en verbale commandos.
Laat je niet uitlachen als je aan de les wilt beginnen......
Herhaal commandos niet de hele tijd, hier zal uw hond alleen maar van in de war raken. Als de training niet goed gaat, stop er dan mee. Bedenk goed wat u aan het doen was: het probleem kan bij u liggen, en niet bij de hond. Aarzel niet om hulp te zoeken. Het team van dierenkliniek Causus staat voor u klaar met goed advies.
Als er nu meerdere gezinsleden trainen met de hond, let er dan goed op dat iedereen dezelfde commandos en signalen gebruikt. Zo raakt de hond niet in de war. Het idee om met meerdere honden te trainen is een onmogelijke opgave. Als u toch met twee honden wil trainen, doe het dan om de beurt. Zorg dat de ene hond buiten gehoorsafstand is, wanneer u met de andere oefent.
de vijf basiscommando's
De vier basiscommandos zijn hier, zit, blijf en af. Wanneer uw hond deze oefeningen feilloos onder de knie heeft, is hij klaar voor het volgen aan de voet. Het commando zit is belangrijk omdat dit telkens het vertrekpunt van de oefening is.
Honden worden aangeleerd om aan de linkerkant van de begeleider te lopen (de hond bevindt zich altijd ter hoogte van de voet van zijn begeleider, vandaar de term aan de voet volgen). Bij het leren volgen aan de voet maakt het geen wezenlijk verschil of de hond aangelijnd is of niet. Het gaat niet om goed of fout, maar om de manier waarop u en uw hond op een prettige manier samenwerken. Als uw pup u zonder riem vrijwillig volgt, kan u gemakkelijk overstappen naar het aangelijnd volgen aan de voet. Gebruik een riem met een kliksluiting die qua gewicht geschikt is voor uw hond. Als u niet eerder met een riem gewerkt hebt, laat uw pup er dan rustig naar kijken en aan ruiken.
Hoe gaan we deze 5 basiscommandos aanleren?
1. Uw hond leren komen
Ga op een plek, zonder afleiding, een klein stukje van de pup af staan. (De gang is ideaal). Zeg, met een koekje zichtbaar in uw hand, de naam van de pup. Zodra hij naar u toekomt zegt u: hier
Terwijl de pup op u af komt, roept u op hoge en vrolijke toon: Brave hond! Buig door uw knieën en spreid uw armen om de pup aan te moedigen direct naar u toe te komen.
Als de pup bij u is, kniel dan helemaal om op zijn hoogte te komen. Beloon hem met woorden, een knuffel of een koekje. Oefen af en toe ergens anders om de aandacht van de pup vast te houden.
2. Uw hond leren zitten
Hou een koekje in uw rechter hand, de riem in uw linker hand en stap met uw gezicht naar de pup toe. Hou de pup rustig terwijl u hem roept en hem dan pas het koekje laat zien.
Als de pup bij u is, brengt u het koekje omhoog tot boven zijn hoofd. De pup zal gaan zitten om naar het lekkers te kunnen blijven kijken. Zeg zit zodra hij door zijn achterpoten zakt.
Probeer de pup naast en voor u te laten zitten. Beloon elke reactie met woorden, knuffels of koekjes. Geef na een paar keer te oefenen steeds minder vaak koekjes, totdat uw stem alleen voldoende beloning is.
3. Uw hond leren zitten en blijven
Hou de looplijn opgerold in uw linkerhand, zodat er spanning op staat. Als de hond naar het koekje in uw rechterhand kijkt en gaat zitten, zegt u zit.
Hou spanning op de lijn en stap weg met uw rechtervoet, terwijl u blijf zegt.
Zet uw linkerbeen naast uw rechterbeen en houd de hele tijd enig oogcontact met je hond.
Oefen lichte druk uit op de lijn en houd die boven het hoofd van de hond. Keer uw lichaam naar de hond toe en houd zijn aandacht vast door het koekje hoog te houden.
Beloon de hond voor het blijven. Loop langzaam om hem heen, de lijn blijft waar hij is. Zeg zo weinig mogelijk om de hond niet in verwarring te brengen.
Na een paar keer oefenen moet de hond blijven zitten aan de lijn. Laat de lijn nu op de grond liggen en doe de oefening opnieuw. Vergeet niet de hond te belonen voor zijn goed gedrag.
Geef de beloning als de hond zit en hou de lijn op de grond. Beloon hem altijd als hij iets goed doet, niet erna.
Beëindig de training door met open armen oké te zeggen. Stop altijd op een goed moment. Maak uw hond niet te wild met uw eigen enthousiasme totdat de training voorbij is.
4. Uw hond leren te gaan liggen
Kniel links naast uw zittende pup en hou de halsband vast met uw rechterhand. Hou uw linkerhand met een koekje erin bij de neus van de pup en breng uw hand naar beneden.
Terwijl de neus van de pup achter het koekje aangaat, brengt u het dichter naar hem toe. Zodra de pup aanstalten maakt te gaan liggen, zegt u af. Wacht met de beloning.
Breng uw hand naar voren om de pup te verleiden om te gaan liggen. Beloon hem met uw stem en het koekje. Herhaal de oefening regelmatig totdat de pup op het commando reageert.
5. Uw hond leren aan de riem te lopen
Deze oefening begint binnenshuis. De pup heeft een goed passende, comfortabele halsband nodig. Laat hem aan de riem ruiken en kijken en klik die dan aan de halsband vast.
Ga rechts naast uw pup staan en hou de riem en een koekje in uw rechterhand. Uw linkerhand houdt u op de riem, klaar om naar zijn halsband te glijden. Laat de pup zitten.
U stapt nu weg, de linkervoet eerst. Terwijl de pup naast u loopt, zegt u voet. Als hij doorloopt, laat u uw linkerhand naar zijn halsband zakken om hem rustig naar achteren te trekken.
Als de pup eenmaal naast u stilstaat, beloont u hem met uw stem en het koekje. Laat hem dan zitten. Als de pup goed reageert op de commandos, kunt u steeds langere stukjes lopen.
Als de pup netjes naast u loopt en braaf gaat zitten, kunt u hem een bochtje naar rechts leren. Leid hem met uw rechterhand naar rechts en zeg voet.
Om linksaf te slaan gaat u sneller lopen. Het koekje houdt u voor de neus zodat hij langzaam blijft lopen. Houd de pup dicht tegen uw linkerbeen en zegt rustig terwijl hij snelheid terugneemt.
En even uitblazen na zo'n vermoeiende training en examen mag zeker. Een dikke knuffel van de eigenaar kan even leuk zijn dan een koekje als beloning.
© 2003 - dierenkliniek Causus - Oudenburg (Belgium) - info@causus.be - disclaimer
|