De staartmees of Aegithalos caudatus U zult een groepje staartmezen eerder door uw tuin zien trekken dan een voedertafel bezoeken. De zwerm bestaat meestal uit ouders en hun jongen van dat jaar. Zo'n groep heeft voordelen, zoals het samen vinden van het voedsel, het alarmeren tegen roofvogels en verder kruipen ze soms dicht bij elkaar op koude avonden om elkaar warm te houden. In februari en maart splitsen de wintergroepen zich en de mannetjes bezetten eigen territoria binnen het gebied waar ze rondgezworven hebben en paren met de vrouwtjes van andere groepen. Kenmerken Het verenpak is voornamelijk zwart en wit; de jongen zijn bruiner van kleur. De staartmees heeft een lange staart en een roze schakering op het lijf. Lengte : 14 cm. Voedsel Staartmezen eten veel minder zaden dan andere mezen. Ze eten vooral insecten en andere ongewervelde dieren. In tegenstelling tot andere mezen houden ze voedsel niet onder hun poten vast om het beter te kunnen opeten. In plaats daarvan hangen ze ondersteboven aan een pootje, terwijl ze met het andere het voedsel grijpen. Wintervoedering Sommige staartmezen leren dat er iets te halen valt, vooral bij ijzel en vorst. Ze houden van kleine stukjes vlees, vet en pinda's en worden ook aangetrokken door vet dat op de schors van bomen is gesmeerd. Nest Het bouwen van het nest begint al in februari of maart en duurt, omdat het bijzonder fijn is afgewerkt, wel drie weken. De bol van mos, spinnenweb, haar, veertjes en korstmos wordt door beide partners gebouwd in een dicht braambos, heg of hoog in de mik van een boom. De jongen worden soms gevoerd door helpers; dit zijn naaste familieleden die hun eigen jongen verloren hebben. Broedgegevens Maanden maart tot mei - één legsel - acht tot twaalf roodgestippelde, witte eieren - broedtijd : 14-18 dagen door het vrouwtje - vliegvlug : na 15-16 dagen; pas het volgende broedseizoen zelfstandig. (worldbase) ( eveneens de mail met de Stabyhoun was bron vergeten te vermelden)
|