Hallo bezoeker,
welkom op het blog van de Mailgroep Huisdieren, een hechte groep Dierenvrienden-SeniorenNetters, die er zijn voor, door en met elkaar.
Op dit blog kunnen jullie kennismaken met onze dieren, tips vinden over de verzorging en de gezondheid van de dieren, dierengedichten en dierenartikels lezen, werkjes in verband met dieren bekijken, enz.
Veel kijk- en leesplezier!
08-01-2008
De terugkeer van de Regenboog-brug
De kleine hond arriveerde bij de Regenboog-brug, en een meute honden kwam op hem aanstormen om hem te begroeten. Hij zette zich schrap, omdat hij verwachtte dat hij aangevallen werd, maar dit was de eerste meute honden die hem kwispelend tegemoet kwam en hem kuste in plaats van aan te vallen.
Het was prachtig hier, en iedereen was aardig voor hem. Geen van zijn nieuwe vrienden was geboren bij een broodfokker, zoals hij, en gebruikt voor hondengevechten, en achtergelaten in een asiel omdat hij een kruising was, getekend door de strijd, en niet snoezig. Ze vertelden hem waarom ze wachtten op de mensen die van ze hielden. ''Wat is liefde''? vroeg hij, en God besloot om hem terug te laten keren naar de aarde om dat te ontdekken.
Het was warm en donker, het hondje nestelde zich bij de anderen en wachtte om weder geboren te worden. Doodsbang was hij. Hij bleef achter zolang hij kon, uiteindelijk werd hij eruit getrokken aan zijn achterpootjes. Handen zonder bont hielden hem voorzichtig vast en veegden hem teder droog, opende zijn mond en leidde hem naar een warme tepel met melk. Hij kon hem niet goed vasthouden, want een van zijn dikke broers duwde hem opzij. De menselijke hand schoof de andere pup naar een andere tepel en hield ter ondersteuning zijn lijfje vast zodat hij kon drinken Ahhh, dat is beter dacht hij, en dronk totdat zijn kaakjes er moe van werden, en doezelde in slaap naast zijn warme, harige moeder.
''Ik herinner mij dit'', hij peinsde, jammer dat hij weer op moet groeien om klappen te krijgen, achter gelaten te worden in de koude regen en gebruikt voor hondengevechten en te sterven als een hond die niemand wil. ''Ik herinner mij hoe het was om een hond te zijn'', dacht hij droevig.
Die nacht kroop hij naar zijn moeder en probeerde te drinken, maar de anderen bleven hem maar wegduwen, hij kon er niet bijkomen. Toen ze eindelijk verzadigd waren en hun achterste schoon was gelikt, kon hij eindelijk een tepel bemachtigen. Maar de menselijke handen waren er niet om hem te ondersteunen en er was in geen enkel tepel nog een druppel melk te vinden. Hij was zwak en zo klein, het was zelfs moeilijk om recht overeind te blijven, hij viel om, rolde op zijn rug en kon zelf niet meer omhoog komen,
Hij begon heftig te janken, en plotseling waren de mensenhanden daar, ze tilden hem op en duwden een rubber ding in zijn mond. Het smaakte en voelde niet als zijn moeder, maar het was warm en haalde dat rare gevoel uit zijn buikje weg. Even later had hij moeite met ademen, zijn longen waren niet voldoende ontwikkeld, omdat hij te lang had gewacht om zich bij de anderen aan te sluiten toen hij nog snel een stoeipartijtje wilde doen bij de Regenboog-brug. Hij voelde de hartslag van de mens die hem op haar borst had gelegd en hij werd bedekt met warme zachte stof om hem warm te houden, en zijn benige lijfje werd met zachte tedere bewegingen gemasseerd.
Hij bleef maar denken aan zijn nieuwe vrienden die zo aardig voor hem waren bij de Bridge, en vroeg God of hij terug mocht. ''Ja'', zei God," maar nu nog niet, jij wilde toch weten wat liefde was?"
Dus, voor de komende uren ( het leken wel dagen, maar het was donker en hij kon niet weten hoe laat het was) gaven de mensen hem bijvoeding en lieten hem kennis maken met de warmte van zijn moeders lichaam en haar tong en een hoop warme en zachte metgezellen. Hij werd steeds zwakker, en de mens pakte hem steeds vaker, ze lieten de andere pups slapen terwijl hij werd vertroetelt en gekust, hij mocht luisteren naar een hartslag die sterk en liefdevol was.
Uiteindelijk kwam God terug en vroeg: ''Ben je klaar om terug te komen naar de Regenboog-brug?" "Ja," gaf hij als antwoord, met een beetje spijt, want de mens wilde hem niet laten gaan, die zat te huilen. Hij drukte de laatste lucht uit zijn longen en zweefde terug naar de Regenboog-brug.
Hij keek nog achterom naar de mens die nog steeds zat te huilen en het levenloze lijfje dat hij geleend had voor zijn reis, nog stevig vast hield. ''Dank je God'' zei hij. ''Liefde is prachtig, en ik zal wachten bij de Regenboog-brug en de mens laten weten, als ze komt, ... dat ik ook van haar houd.