Inleiding:
Het konijn behoort tot de orde der Lagomorpha (haasachtigen). Zij onderscheiden zich van de knaagdieren (Rodentia) doordat ze achter de voorste snijtanden 2 stifttandjes hebben.
Geschiedenis... Oorspronkelijk is het konijn waarschijnlijk afkomstig uit Azie, waarna het zich over grote delen van de wereld verspreid heeft. Gedurende de ijstijd is het leefgebied verkleind en zijn de konijnen uiteindelijk terechtgekomen op het Iberisch Schiereiland, het huidig Spanje en Portugal. Rond 250 B.C. zijn de konijnen voor het eerst in gevangenschap gehouden door de Romeinen. Zij fokten de konijnen om hun vlees en om hun vacht. Ze werden gehouden in zogenaamde "leporarien", grote ommuurde tuinen die de konijnen tegen vijanden beschermden, maar van een echte domesticatie was nog geen sprake. Pas in de middeleeuwen verspreidde het konijn zich richting Noord-Europa en werd het konijn voor het eerst door monnikken als huisdier gehouden. Zij begonnen ook met het creeren van rassen door konijnen met een afwijkende vachtkleur met elkaar te kruisen.
Nu... Pas na de 2e wereldoorlog raakt het konijn langzamerhand in zwang als gezelschapsdier, een trend die zicht tot de dag van vandaag voortzet. Steeds meer mensen nemen een konijn als huisdier.
Het normale gebit:
Het gebit van het konijn bestaat uit 4 snijtanden, 2 stifttanden en 20 kiezen. De melktanden van het konijn wisselen in een periode vlak voor de geboorte tot 3-5 weken na de geboorte.
Stiftanden zijn kleine snijtandjes die achter de snijtanden van de bovenkaak staan. Dit onderscheid konijnen van knaagdieren zoals de cavia, hamster en de rat.
Knagers... Alhoewel een konijn geen knaagdier is zijn het wel uitmuntende knagers. Dit komt mede doordat tanden en kiezen door middel van lamellen tussen de wortel en het slijmvlies van de tandkas diep in het bot verankerd zijn. Ongeveerd 2/3e van de tand bestaat uit wortel!
Op de röntgenfoto hieronder zie je hoe de tanden en kiezen in de kaak zitten:
Levenslang groeien... De tanden en kiezen van konijnen hebben een open wortel en groeien gedurende hun hele leven door. De snijtanden groeien 2-2.4 mm per week. Dit is dus bijna 10 cm per jaar! Deze groei word opgevangen door slijtage van de tanden en kiezen. De slijtage vindt plaats als gevolg van het knagen en kauwen op voedsel. Het is belangrijk dat groei en slijtage met elkaar in evenwicht zijn.
Slijtage... Bij een normaal gebit staan de bovensnijtanden voor de ondersnijtanden en raken de ondersnijtanden de stifttanden. Hierdoor slijten de snijtanden beitelvormig op elkaar af en zijn ze zeer geschikt om mee te kunnen knagen. De kiezen slijten af door het malen op voer. Het konijn maalt zijn voer door tijdens het kauwen zijn kiezen horizontaal te bewegen. Hierdoor slijten de kiezen op elkaar af.
(wordt vervolgd met Gebitsproblemen bij het konijn) (Dierengebit Nederland)
|
|