de Zuid-Russische Owtcharka
Ras: Zuid-Russische Owtcharka Oorsprong: Rusland en Oekraïne Gehouden als: Herders en waakhond Grootte: Reuen min. 65 cm en teven min. 62 cm Gewicht: 55-75 kg Kleur: Wit of grijs-cremé Vachtsoort: Lang, ruw en borstelachtig en heeft een dikke ondervacht Gem. Leeftijd: 9-11 Jaar
Kenmerken: - Dikke botten - Schedel en snuit zijn even lang - Haar op de snuit vormt een snor - Hangende en lange oren - Hangend haar over het gezicht
Herkomst: Deze hond is een van de grootste bewakers en verdedigers van de kudde (schofthoogtes van meer dan 90 cm komen voor). Hij is gefokt om de krachtige wolven in het zuiden van de Oekraïne en de Krim aan te kunnen.
Algemeen voorkomen: Een grote, sterk gespierde hond met hangende oren en een staart die aan het einde in een krul hangt. De Zuidrussische Owcharka is levendig en heeft zeer snelle reflexen.
Vacht: De Zuidrussische Owcharka heeft een dubbele vacht die weerbestendig is: een dichte ondervacht en een lange, ruwe en borstelige bovenvacht. Hij komt voor in de kleuren wit, verschillende tinten grijs/beige en in wit met grijze platen.
Gezondheid: In het ras komt heupdysplasie voor; verder geen rasspecifieke problemen bekend.
Aard: Zelfstandig, eerlijk, onomkoopbaar, moedig, intelligent, sober en hard voor zichzelf. Hij is zeer trouw aan zijn baas en diens gezin, wantrouwend tegenover vreemden, dominant (reuen dulden soms geen andere reuen op hun terrein) en zeer territoriumgebonden. Hij handelt meestal naar eigen inzicht en kan dat razendsnel doen. De opvoeding moet op wederzijds respect gebaseerd zijn; een Zuidrussische Owcharka voert alleen een bevel uit als hij daar het nut van inziet. Deze hond is geschikt voor mensen die de ruimte hebben en afgelegen wonen; het is zeker geen hond voor beginners.
|