Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
05-09-2025
5 september 2025 - Wielsbeke
De wandeling. Wie denkt: Wielsbeke, dat wil ik wel eens zien, kan ik niet tegenhouden, maar hij weze gewaarschuwd: het Roterspad dat we vandaag gevolgd hebben is waardeloos voor elke wandelaar met het hart op de juiste plaats. Ik probeer toch met het positieve te beginnen: de route is uitstekend bewegwijzerd en de oude Leie-arm (op de stafkaarten aangeduid als Kloosterbeek) is prachtig, maar dat is alles, tenzij ik als Hallenaar ook de kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Halle zou vernoemen. Voor de rest is het alsof je door industriezones loopt en het jaagpad naast de gekanaliseerde Leie, dat voor soelaas zou moeten zorgen, is lelijk en ingenomen door tweewielers van allerlei slag. Het brengt de TWQ wel op 29%, maar eigenlijk zou het een dikke, vette nul moeten zijn, want langs de Leie loopt niet meer dan een autovrij pad dat lelijk en breed geasfalteerd is; de Leie moet je er vaak bij raden. We waren mild in onze quotering: 2/20, lager zullen we dit jaar wel niet meer vallen. En oh ja, eigenlijk was het 11 km lang afzien, ondanks het vlakke parcours. KaartenNGIofrouteyou.
Het Kasteel Hernieuwenburg, thans gemeentehuis van Wielsbeke.
Een oude Leie-arm die op de topografische kaart Kloosterbeek heet. Ongetwijfeld het mooiste plekje van de ontgoochelende wandeling.
Het weer. Van licht naar zwaar bewolkt, maar het ging om cumuluswolken die de hemel bepaald mooi kunnen tooien. De temperatuur lag rond de 20° en dus was het aangenaam stappen.
De stafkaarten. 21/5-6 Izegem (2016) - 29/1-2 Kortrijk (2018)
Hoe we er geraakten. Vanuit Waregem vertrekken zowel bussen van lijn 11 (naar Roeselare) als van lijn 12 (naar Tielt) en dat levert een perfecte halfuurdienst op. Dankzij de IC Welkenraedt - Kortrijk is Waregem bovendien vlot te bereiken (met een overstap in Brussel-Zuid) en dus moesten we niet lang twijfelen. Voor de terugreis kon het analoog.
Een beetje geschiedenis. Wielsbeke lag aan een kruispunt van een spoorlijn en een tramlijn: sinds 1868 reden er treinen tussen Ingelmunster en Anzegem die ook Wielsbeke bedienden. En in 1900 kwam daar nog een tramlijn Kortrijk - Aarsele bovenop. Beide lijnen kruisten elkaar op de plaats waar nu de rotonde in de N982 zich bevindt. Op de actuele stafkaart heet het hier Lobeek.
Net voor WO II lag de treindienst op lijn 69B al op apegapen: er bleven nog 2 treinen per dag over. Er was wel een aanvullende busdienst (tabel 183) Ingelmunster - Anzegem, met 4 busritparen per dag. In tabel 365 vinden we de tram Kortrijk - Aarsele terug, uitgebaat met autorails.
Als zowel de spoor- als de tramlijn verdwijnen, wordt de bestaande bediening vrij goed behouden, met een lijn 211 van de NMBS (Izegem - Anzegem) en een buslijn (tabel 727) Kortrijk - Aarsele - Tielt. De verbussing heeft het mogelijk gemaakt de lijn tot Tielt te verlengen, met dien verstande dat lokaal verkeer tussen Aarsele en Tielt verboden is. Dat zou nl. concurrentie zijn voor de NMBS.
Uit het busboekje van de NMVB van 01.06.1969 weten we dat de buslijn ondertussen het lijnnummer 15 heeft gekregen. En in het spoorboekje van 1965 vinden we lijn 211 niet langer terug; die heet nu 68a.
Later zou de West-Vlaamse entiteit de lijnnummers weer vervangen door tabelnummers: de 15 werd de 727/1.
Met de basismobiliteit kreeg Wielsbeke wel 4 buslijnen die het grondgebied van de gemeente nu en dan doorkruisten, zij het niet op regelmatige basis. Drie belbussen moesten de enorme gaten in de bediening opvangen. Dat veranderde met de invoering van de basisbereikbaarheid. Tielt kreeg twee goed gestoffeerde buslijnen (11 Roeselare - Waregem en 12 Waregem - Tielt), aangevuld met schooldiensten 221 en 852 en de flexbus van de regio Midwest.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
3207 (IC FDR)
09:02 09:14
stipt
76055 (FML) - 73082 (FML)
M7
controlr: N
Brussel-Zuid - Waregem
0430 (IC LK)
09:37 10:29
+3
1886 (NK) - 61071 (LK)
M6
controle: J
Waregem - Wielsbeke
[11] (Roeselare)
10:49 10:59
+1
ab660-046
Mercedes eCitaro
Parmentier
-
Wielsbeke - Waregem
[11] (Waregem)
14:11 14:21
+4
ab660-048
Mercedes eCitaro
Parmentier
Waregem - Brussel-Zuid
0414 (IC GWK)
14:32 15:24
stipt
1845 (FSD) - 61071 (LK)
M6
controle: J
Brussel-Zuid - Halle
3237 (IC LK)
15:47 15:57
+2
76082 (FML) - 73046 (FML)
M7
controle: N
En wat we beleefden. IC 3207 bestaat uit 4 M7-rijtuigen; Belux had er 6 voorzien. Maar de trein is wel stipt. Ook IC 430 doet het trouwens goed, met 3 minuutjes vertraging. Van de 11 reizigers op het bovendek zitten er 6 verkeerd: 6 toeristen uit landen waar de Arabische cijfers nog niet zijn doorgedrongen. De tbg is in topvorm: net voor Gent-Sint-Pieters wordt omgeroepen dat de S naar Eeklo op "ons" wacht en dat we ons dus zo snel mogelijk naar het perron naar Eeklo moeten begeven. Voorbij Gent worden reizigers naar De Pinte gewaarschuwd dat ze niet mogen uitstappen uit de laatste 4 rijtuigen: ze moeten naar voren opschuiven tot aan het eersteklasrijtuig of tot ze "hem" tegenkomen. Het is duidelijk, zelfs voor de meest verwarde reiziger. Voorbij De Pinte wordt trouwens nog eens omgeroepen dat reizigers voor Deinze, Waregem, Harelbeke en Kortrijk overal uit mogen stappen, zonder te panikeren.
In Waregem stappen we naar het ondertussen bekende perron 5 van het busstation. De bus brengt ons probleemloos naar Wielsbeke, o.a. langs het mooi overeind gebleven station van Sint-Eloois-Vijve.
Voor de terugrit is het even afwachten hoe groot de invloed zal zijn van een omleiding net voor Wielsbeke. Maar dat valt mee. Met 4 minuten vertraging komen we in Waregem aan en zo halen we gemakkelijk de IC naar Brussel en Welkenraedt. Het is trouwens hetzelfde rijtuigenstel als vanmorgen. En we besluiten om het rustig aan te doen, niet met de IC naar Binche en evenmin met de verlate IC naar Quiévrain, maar met de IC naar Kortrijk. Opvallend: binnen een korte tijdsspanne vertrekken er 3 treinen naar Kortrijk, waarvan 2 zelfs op hetzelfde spoor. Met alle bijkomende info kun je je nauwelijks vergissen, maar niet iedereen is even geoefend.
De treinlectuur. Paolo GIORDANO, Tasmanië. Frederik Willem DAEM, Tekens van leven.
Luisteren naar de top-100 van de Lage Landen. Soms denk ik dat alle goede, spitse, originele teksten in de jaren 1960 en 1970 zijn opgebruikt. Ben ik nu een oude knol? Dan moet ik tenminste niet sneuvelen op Waregem Koerse…
Uitgedrukt… Ge moet 'em/'eu geen smoeln liern trekkn. Hij/zij weet zijn/haar plan wel te trekken, vaak met negatieve connotatie.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnen en een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
Voor de tweede opeenvolgende week zal onze bus van 17:47 niet rijden. Dat wordt dus opnieuw een tochtje te voet van 4 km. In totaal worden vanavond 4 busritten afgeschaft - met een uurdienst is dat tamelijk desastreus.
05.08.2025
Ik denk dat we vandaag een triest record vestigen: niet minder dan 8 ritten van de R55 rijden vandaag niet en vermits enkele ook geen gps-gegevens hebben ligt dit cijfer waarschijnlijk nog hoger. Mijn vrouw zou meer dan een half uur moeten wachten en komt dus maar te voet van Halle naar huis. Nog eens 4 kilometer: blijf gezond, neem De Lijn.
12.08.2025
Bedoeling is om aan Halle Park de R55 van 12:08 te nemen. De bus heeft geen tracking info en dus verdwijnt hij ook van haltelink na zijn theoretische doorkomstuur. De kans dat de bus helemaal niet rijdt, is groot. Tot hij plots toch weer in de lijst verschijnt, zij het met 18 minuten. Toen Flanders Bus deze rit nog reed, kwam dat ook geregeld voor; het maakt dus blijkbaar niets uit of het Flanders Bus of het "nieuwe" Hansea is die deze rit uitvoert. Zal wel wat met herbenuttiging te maken hebben. De bus rijdt met film R55 Halle AZ. Als ik de chauffeur er opmerkzaam op maak, zegt die dat de juiste film (Alsemberg Winderickxplein*) niet ter beschikking is. En dat brengt ons bij het volgende probleem: de R55 bedient in normale omstandigheden ongeveer 65 halten. Door allerlei omleidingen blijven er daar nog 39 van over. Maar het kan nog straffer: op 15.08 is er een duathlon in Halle en dan worden nog 9 halten geschrapt, wat het totaal op 48 van de 65 halten brengt. Als dat het belang van goed openbaar vervoer niet onderstreept dan weet ik het ook niet.
*Van 11 tot 30 augustus wordt de bediening van alle halten tussen Alsemberg Winderickxplein en Rode Grote Hut geschrapt; dat verklaart de ontbrekende film.
19.08.2025
De enorme inkorting van de reisweg op lijn R55 heeft nog een ander ongewenst en dus hoogst onaangenaam effect: sommige chauffeurs rijden op het normale traject, als de omleiding voorbij is, tot een kwartier te vroeg. Lekker lange rustpauzes tussen 2 ritten, hoera, maar reizigers die er dan maar van uitgaan dat hun bus weer niet rijdt, al is die al een kwartier geleden doorgekomen.
21.08.2025
In de busrijke Arkenvest staat een defecte auto. In een mum van tijd heeft zich een karavaan met o.m. een 7-tal bussen gevormd. Kan gebeuren. Er blijkt echt geen doorkomen aan te zijn. Waarom De Lijn niet sneller gewaarschuwd wordt en meldt dat de Arkenvest onbruikbaar is, is me niet duidelijk. Als men sneller had gereageerd, was de schade ongetwijfeld kleiner geweest: het volstond de omleiding die nu al vaak gebruik wordt, in te voeren. Het hele probleem heeft een uur aangesleept…
31.08.2025 Vandaag wordt de Grote prijs van de Stad Halle gereden. Dat betekent dat het openbaar busvervoer in de ruime regio de hele dag zwaar geteisterd wordt. Om maar één voorbeeld te geven: R55 bedient op zondag 38 halten, daarvan worden er 20 geschrapt. Vervanghalten kunnen nauwelijks als alternatief dienen, tenzij je bereid bent de benenwagen in te schakelen. Halle is een tamelijk doods provinciestadje en allerlei stoeten, kermissen, sportwedstrijden, festivals en meer moeten de doodsreutel van de stad naar de achtergrond verdringen. Tegelijk wordt telkens duidelijk dat de bus een noodzakelijk (?) kwaad is waar men zondermeer afstand van kan nemen.
De wandeling. Dat de provincie Limburg de fietsers en eigenlijk ook de wandelaars graag verwent, weten we. Wij puren onze inspiratie vandaag uit een wandelbox met de eenvoudige titel Wandelen in Limburg. Die bevat 8 streekkaarten die borg staan voor 2000 km wandelplezier. Ik heb het niet nageteld. De kaart van vandaag draagt als titel Sint-Pietersberg, al zullen we die vandaag niet beklimmen. Wel stappen we in Kanne een wandeling die (uitmuntend) aangeduid is met een blauwe ruit. Het enige schoonheidsfoutje: Kanne grenzeloos zou 5 wandelingen behelzen die allemaal op het Statieplein van Riemst (Kanne dus) beginnen, maar dat is niet waar. Dat bezorgde ons in het begin wat vervelend zoekwerk tot we doorhadden dat de blauwe wandeling eigenlijk begint aan de voet van de brug over het Albertkanaal. Heen en terug scheelt dat een dikke kilometer. Op het kaartje (of hier) heb ik de wandeling uitgetekend vanaf Kanne Plaats; dat is tenslotte ook de plaats waar de bus de OV-gebruikers afzet. De wandeling is 7.980 km lang en de TWQ bedraagt 48%. Dat is in onze ogen een grove onderschatting, want je krijgt van deze wandeling toch wel de indruk dat een veel groter deel over voetwegen (en steile trappen, in de buurt van het fort van Eben-Emael) loopt. Wij hebben alleszins volop genoten en quoteerden 18/20. Dat fort is vooral bekend om zijn nutteloosheid bij het begin van WO II. Duitse para's slaagden erin in een kwartier tijds het fort en zijn antennes uit te schakelen. Het doet me wat denken aan wat we nu meemaken. Het fort (en de bunkers en schietkoepels) die we vandaag konden "bewonderen" moeten ongetwijfeld een bijzonder zware investering zijn geweest - er was een hele fortengordel - die dus compleet nutteloos bleek. Met de Franckens en andere De Wevers van deze tijd beleven we ongetwijfeld iets gelijkaardigs. Op het moment dat de militaire uitgaven zouden moeten renderen zijn ze waarschijnlijk alweer hopeloos achterhaald. En zijn dringender uitgaven op de lange baan geschoven of zelfs helemaal geschrapt.
Foto's vind jehier. Dat het er zo veel zijn illustreert hoe knap de route eigenlijk was.
Dit zijn er alvast enkele:
Trappen brengen je naar en van het plateau.
Panorama dat druipt van het water: Albertkanaal, Maas, Pietersplas.
Het weer. Half tot zwaar bewolkt, rustig en warm (25°).
De stafkaarten. 34/5-6 Tongeren (2021) - 34/7-8 Voeren (2021)
Hoe we er geraakten. Tot vorig jaar - we waren vorig jaar ook al in Kanne - leek volgens De Lijn de enige oplossing een flexbus in aansluiting met een reguliere lijn. Toen kozen we voor een bus naar Maastricht, vanwaar we met lijn 13 (Arriva) naar Kanne konden rijden. Dit jaar kozen we voor de gemakkelijkste (en relatief dure) oplossing: met de trein naar Maastricht en daar met de genoemde bus 13 naar Kanne. Ook voor de terugreis kozen we voor deze (de snelste) oplossing. Eigenaardig genoeg vermeldt de app van De Lijn nu ook verplaatsingen naar Kanne met de Arriva-lijn 13. Dat kan alleen maar toegejuicht worden, maar het verdoezelt wel hoe De Lijn de bediening van Kanne verwaarloost.
Een beetje geschiedenis. De voorlaatste halte van lijn 13 heet Kanne Statieplein en dat doet natuurlijk een belletje rinkelen: ooit moet hier een tram gereden hebben en wel van Glons naar Maastricht. Spil was de nog steeds actieve stelplaats van Bassenge. De lijn werd voltooid in 1894, maar het gedeelte Kanne - Maastricht sneuvelde al in 1939 en in 1943 werd de rest van de lijn een spijtig oorlogsslachtoffer. Ze zou nooit meer gereactiveerd worden. Wel kwam er een buslijn 24 Tongeren - Maastricht - Visé, die voor een behoorlijke bediening van Kanne zorgde. Ik heb het nu over het tijdperk van de NMVB, toen deze lijn nog kon teruggevonden worden in de busboekjes van Liège én Limburg. De dubbelzinnigheid zou grotendeels verdwijnen met de vrij zinloze opsplitsing van de NMVB in De Lijn en de TEC. De Lijn vertaalde de nieuwe toestand met een resem lijnen: 18 (Bilzen - Riemst - Kanne: hoofdzakelijk schoolritten), 39 (Tongeren - Valmeer - Kanne - Vroenhoven (met een vrij behoorlijke bediening van Kanne), 39b (Voeren - Visé - Tongeren, schoolritten) en 24 (Tongeren - Kanne, waarvan de dienstregeling uiteindelijk opgenomen wordt in lijn 39.) Ook TEC-LV laat zich niet onbetuigd: ze erfden van de NMVB lijnen 76 (Riemst - Bassenge - Hermée - Herstal - Liège) en 79 (Hermée - Herstal - Kanne). Die bediening van Kanne, veelal met overstap in Bassenge) zou het rekken tot begin 21ste eeuw. En nog even een prettige anekdote: ik bestookte gedurende maanden de centrale diensten van De Lijn omdat ze er absoluut niet in slaagden de productie en verspreiding van de busboekjes onder controle te krijgen. Dat moet hen daar in Mechelen danig op de zenuwen gewerkt hebben, want op een bepaald moment kreeg ik een brief van Jan Peumans himself, toen directeur marketing en strategie, van De Lijn, om een afspraak te beleggen. We hebben toen minstens 2 uur met elkaar gepraat en ik had de indruk dat ik inderdaad een luisterend oor voor me had. (Niet dat de toestand achteraf beter werd…) Enkele weken later stapten we in Kanne en na de wandeling wilden we onszelf trakteren op een pint in een dorpscafé, maar we waren nog maar nauwelijks door de deur toen ik hoorde: "Maar meneer Van Cutsem toch! Ben je met de bus gekomen?" Ik kon het toen niet laten: "Dag meneer Peumans, met de bus, ja, maar wel met de TEC, want De Lijn komt hier niet op zaterdag."
En tegenwoordig wordt Kanne dus nog nauwelijks bediend door De Lijn. Ironisch genoeg heeft men er wel een Hoppinpunt ingeplant, maar veel kans om te hoppen, is er niet. Tenzij je de flexbus wil reserveren of een bus van Arriva met uurdienst tussen Maastricht en Kanne wil nemen. Dat laatste is eigenlijk de enige bruikbare oplossing, voor wie, zoals wij, een beetje van ver komt.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
3408 (IC FTR)
09:20 09:30
+3
801 (GCR)
mr75
controle: N
Brussel-Zuid - Liège-Guillemins
0508 (IC GWK)
09:56 11:00
stipt
1842 (FSD) - 73007 (FSD)
M7
controle: J
Liège-Guillemins - Maastricht
18933 (S MT)
11:08 11:43
stipt
311 (NK)
mr80
controle: J
Maastricht - Kanne
[13] (Kanne)
12:07 12:31
stipt
6570
Mercedes
Arriva
-
Kanne - Maastricht
[13] (Maastricht)
15:32 15:56
stipt
Mercedes
Arriva
Maastricht - Liège-Guillemins
18946 (Liège-Guillemins)
16:17 16:50
+2
311 (NK)
mr80
controle: N
Liège-Guillemins - Brussel-Noord
0539 (IC FSD)
17:01 17:51
stipt
1810 (FSD) - 73021 (FSD)
M7
controle: J
Brussel-Noord - Halle
1939 (IC FTY)
18:01 18:25
stipt
1894 (NK) - 58059 (FSR)
M4
controle: N
En wat we beleefden. We wilden eigenlijk IC 1708 nemen, maar als er iets is dat we geleerd hebben: neem de eerste trein die komt, niet de voorziene. Vandaag is dat weer eens ons geluk: IC 3408 rijdt met een lichte vertraging, niet genoeg om ons te verontrusten, maar IC 1708 zal uiteindelijk een half uur vertraging bij elkaar rijden en dat zou wel nefast geweest zijn: we zouden IC 508 gewoon gemist hebben. IC 3408 naar Turnhout vertrekt trouwens van spoor 2 en rijdt over lijn 96E. Daar zullen de werken op lijn 96N wel aan de basis van liggen. Eigenlijk hebben we op dat moment al met een probleempje af te rekenen gehad. Plan was om een seniorenbiljet tot Visé te kopen, aangevuld met een internationaal biljet Visé - Maastricht. Maar de internationale app geeft niet thuis: ik heb alles ingevuld zoals het hoort, maar als ik treinen moet kiezen - vrij nutteloos, want je kunt gelijk welke trein nemen - krijg ik een foutmelding en het verzoek vroegere of latere treinen te nemen. Maar er is geen beweging in te krijgen. De NMBS heeft ondertussen al zoveel afgeschaft, dat ik er eigenlijk geen rekening meer mee houdt dat ik in Halle een biljet Visé - Maastricht zou kunnen kopen. Maar wat blijkt: dat kan zelfs aan de automaat en dat wordt keurig gedemonstreerd/uitgevoerd door de mobiele loketbediende. IC 508 maakt er een smetteloze rit van. Vanmorgen waren er nog problemen op lijn 2 omdat de werken er uitgelopen waren, maar nu komen we perfect op tijd in Liège-Guillemins aan. En dan komt toch wel de verrassing van de dag: de S naar Maastricht staat klaar, maar het is break 311 die de dienst uitmaakt. Nu had ik voordien sporadisch al wel zoiets opgevangen, maar mijn motto is: geloof nooit wat je niet zelf gezien hebt. En eigenlijk ben ik blij met deze break, die flashy dingen van Arriva liggen me niet zo. De tbg moet wel in 4 talen omroepen dat de trein niet verder rijdt dan Maastricht en dat er een trein naar Aachen vertrekt om 10:11, de S-trein via Welkenraedt. Wie naar Aachen moet is daar natuurlijk mee geholpen, maar er liggen wel meer stations tussen Maastricht en Aachen. Meteen na het vertrek komt de tbg langs: van de 9 reizigers in eerste klas zitten er 6 juist. Ik denk dat 2/3 een mooi en courant gemiddelde is. Dan volgen de normale ik-hou-me-van-den-domme-acts.
Zo stond mr 311 in Maastricht op 4 april 1986, als IC Maastricht - Knokke.
In Maastricht wordt ons duidelijk gemaakt dat er recent een wijziging geweest is in de dienstregelingen van de Arrivabussen. De chauffeur stopt waarschijnlijk nog aan zijn oude perron, wat een kleine volksverhuizing veroorzaakt. Klein, want van de vorige keer weten we dat er maar 8 reizigers mee mogen en dat de chauffeur het volste recht heeft staande reizigers te weigeren. En ja, de 8 plaatsen geraken inderdaad vol. De chauffeur is van het stipte type: hij wacht onderweg tot 2 keer toe op het voorziene doorkomstuur, en dat voor een rit van 24 minuten. Zes reizigers moeten tot het eindpunt mee.
Ook de terugrit verloopt vlot, al zijn er deze keer op geen enkel moment 8 reizigers.
Het is opnieuw ms 311 dat klaar staat om ons naar Liège te brengen en dat met dezelfde tbg. Die controleert deze keer niet; het is opnieuw ongezellig druk in eerste. IC 539 rijdt al net zo stipt als zijn dienstgenoot vanmorgen. Tussen haakjes, het is vandaag de eerste keer dat onze treinen een M7-BD mee hebben. IC 1939 bestaat uit M4-rijtuigen; het zou wel eens de laatste keer kunnen zijn dat we nog in deze prettige rijtuigen mee kunnen. Hoewel een ADx rijtuig vooraan hangt, is het een 18 die de dienst uitmaakt. Een 27 ware mooier geweest, maar je kunt nu eenmaal niet alles hebben. We komen zelfs wat te vroeg in Halle aan en kijken terug op prettige treinreizen en een schitterende en interessante wandeling en dan willen we de 25° er graag bij nemen.
De treinlectuur. Karl MAY, De boodschap van Winnetoe. Dertig jaar na de in de bekende boeken van Old Shatterhand en Winnetoe beschreven avonturen, keert Old Shatterhand met zijn echtgenote Karla terug naar het Wilde Westen, waar men van plan is een monument op te richten voor Winnetoe, dit tot groot ongenoegen van vijandige stammen en ook van Old Shatterhand die vindt dat je Winnetoe niet tot zijn recht kunt laten komen in een beeld van hout, steen of metaal. Juli ZEH, Onder buren.
Ik heb de evolutie van begin tot einde meegemaakt: steeds meer "collega's" die met de meest onzinnige taken werden belast, als halve psychologen en psychiaters en die het daar zo druk mee hadden, dat ze onmogelijk nog voor de klas konden staan. (Soms konden ze dat ook voordien niet…) Er was er maar één die zijn strepen verdiende en dat was onze IT'er die zijn handen vol had met het herstellen en updaten van vastgelopen pc's en daar niet eens volledig voor vrijgesteld werd. Het verbaast me dan ook niet dat het lerarentekort zou verdwijnen als sneeuw voor de zon, als al die welzijnswerkers plots opnieuw les zouden geven.
Uitgedrukt… Loopt eens, dan moe' je nie' gaan… Gezegd tegen iemand die je tot wat spoed wil aanzetten, omdat hij/zij duidelijk te traag is.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. In 2004 verscheen bij Lannoo het Groot wandelboek Vlaanderen. Rechts bovenaan de kaft werd terecht vermeld dat het om een volledig nieuwe uitgave ging, van de hand van Luc Vanneste. In het boek worden 75 wandelingen beschreven, 15 per provincie, telkens met uitvoerige toelichting over al die dingen die interessant kunnen zijn voor de wandelaar. Wij stappen vandaag het nummer 22 met de titel Kiewit, Rustig wandelen in de omgeving van Bokrijk. Wandelaars die trein en bus gebruikten waren destijds nog erg schaars en dus werd er volop van uitgegaan dat die met de wagen naar een bruikbare parkeerplaats moesten rijden om de tocht daar te beginnen. Mondjesmaat is daar de laatste jaren (misschien) wat verandering in gekomen, maar van enige tegemoetkoming aan de trein- en busgebruiker is er in deze gids nauwelijks sprake. Hoe verklaar je anders dat je meteen van het perron van Bokrijk kunt aansluiten op de wandelroute, een luxe die we niet zo heel vaak hebben. Wij hebben ze dan ook naar onze hand gezet en beginnen de tocht bij het station van Bokrijk in plaats van de parking in Kiewit. Hier en daar moesten we onze route wel aanpassen, omdat de te volgen wegen ondoenbaar, afgesloten of onbestaande waren geworden maar globaal genomen is veruit het grootste deel intact gebleven. De TWQ bedraagt 63 %, wat voor deze 14.790 km lange tocht toch een mooie reeks zanderige veld-, bos- en voetwegen betekent. Je stapt o.m. door het prachtige arboretum, je komt bij de Kinderboerderij van Kiewit en het tweede deel brengt je de rust van mooie vijvers, met hier en daar een hengelaar en een stel zwanen. Ditkaartjezal wel een en ander duidelijk maken.
…het tweede deel brengt je de rust van mooie vijvers…
…dat je meteen van het perron van Bokrijk kunt aansluiten op de wandelroute…
Het weer. Betrokken en met 19° een ideale wandeltemperatuur.
De stafkaarten. 25/7-8 Hasselt (2017)
Hoe we er geraakten. Veruit het gemakkelijkst was een verbinding met 2 treinen met overstap in de NZV. Voor de heenreis was er alleen de IC Gent - Genk, voor de terugreis konden we ook de Genk - Blankenberge nemen.
Een beetje geschiedenis. Je hoort wel eens klagen over de NMBS, maar geloof me vrij, in de loop van enkele decennia zijn de reismogelijkheden exponentieel toegenomen. Ik nam er ter illustratie het spoorboekje van 01.06.1975 bij en bekeek de dienstregeling van lijn 21 Landen - Hasselt - Eisden (Mijnen). Wat Bokrijk betreft: de bediening was in alle opzichten minimaal. Niet alleen stopten er op weekdagen alleen treinen tot 7.9.75; tijdens de weekends werd iets ruimer gemikt: tot 27.9.75 en opnieuw vanaf 3.4.76. Een strikt toeristische invalshoek dus. De eerste trein naar As met stilstand in Bokrijk in de vermelde periodes vertrok uit Hasselt om 9:22 (de volgende om 12:47, maar die kwam wel al van Leuven via Diest). Ik herinner me een samenstelling met een loc 62 en één K1-rijtuig BD. In het spoorboekje duidde een 2 bij trein 4309 aan dat er in deze trein alleen 2de klasse werd aangeboden. In dezelfde tabel vond je wel de treinen terug van Quévy/Saint-Ghislain-Hornu via NZV naar Landen, waar een deel werd afgesplitst dat elk uur naar Hasselt reed. Deze treinen werden zo goed als allemaal uitgevoerd met klassieke 2-ledige stellen, die toen even alomtegenwoordig waren als de desiro's nu. Eén treinpaar kreeg wel een lang stel M2-rijtuigen om voldoende capaciteit te kunnen bieden, maar dat maakte wel een overstap in Landen nodig.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
1708 (IC FLV!)
09:27 09:36
+8
76080 (FHS) - 61016 (FHS)
M6
controle: N
Brussel-Zuid - Bokrijk
3608 (IC FKG)
10.11 11:46
+4
76109 (FHS) - 61055 (FHS)
M6
controle: J
-
Bokrijk - Brussel-Noord
1539 (IC FBK)
16:46 18:14
stipt
76114 (FHS) - 61049 (FHS)
M6
controle: JJ
Brussel-Noord - Halle
3439 (IC LBH)
18:18 18:40
+6
801 (GCR)
mr75
controle: J
En wat we beleefden. Om een of ander reden heeft IC 1708 in Jurbise vertraging opgelopen, maar de snelheid waarmee deze trein het perron in Brussel-Zuid nadert (20km/u of minder) is de echte reden voor de 8 minuten vertraging. We waren trouwens oorspronkelijk van plan IC 1908 te nemen, maar die rijdt ook al met vertraging. Maar het kan altijd erger: IC 3630 Genk - Gent rijdt met een twintigtal minuten vertraging, als gevolg van problemen bij de koppeling in Hasselt. Ik heb het nog maar net over deze (ont)koppelingen gehad in mijn vorige bijdrage. De trein zal vanuit Brussel-Zuid rechtstreeks naar Gent rijden. Gelukkig zijn er volgens de NMBS alleen maar problemen met oud materieel. Dan doet onze IC 3608 het toch iets beter, al blijft die 5 lange minuten te veel stilstaan in Tienen. Die vertraging is er ook nog in Bokrijk.
De terugreis maken we met een van die treinen naar Blankenberge die toch uit Genk vertrekken. Nu is het het binnenrijden van Hasselt (al vanaf de Y. Zonhoven) dat voor vertraging zorgt, maar in Sint-Truiden zijn er 5 minuten stilstand voorzien voor een kruising en dus kunnen we verder stipt rijden. Zo stipt dat we in Brussel-Noord nog de IC 3439 naar Binche kunnen nemen. Snel na Brussel-Zuid komt de tbg rond: van de 5 reizigers in onze onmiddellijke buurt is er geen enkele in orde; wat moet die man blij geweest zijn als ik hem twee correcte biljetten kan tonen. Verder in de afdeling zijn er trouwens nog "klanten" die moeten verhuizen. Op de treinen naar Tubize en verder zou je de hele dag door met veel succes controleteams kunnen zetten; die zouden zichzelf binnen de kortste keren terugbetalen, als ze tenminste boetes zouden uitschrijven. De trein vertrekt stipt uit Brussel-Zuid, maar bij de Y. Noord Halle staan we een hele tijd stil: 6 minuten vertraging bij aankomst in Halle zijn het gevolg.
De treinlectuur. Karl MAY, De boodschap van Winnetoe. Juli ZEH, Onder buren.
De laatste zondag van augustus: kermis te Beert, waar ik het grootste deel van mijn jeugd heb doorgebracht en waarmee ik me zelfs nu als zeventiger nog verbonden voel. Maar nee, de Beertse Feesten worden al in het voorlaatste weekend van augustus georganiseerd. Niet om de inhuldiging van de kerk te herdenken (want dat is een kermis), maar omdat het te vaak gebeurde dat de maandag na de echte kermis de eerste schooldag was. En laat die maandag nu net de kinderdag van de kermis (geworden) zijn. Enig commercieel belang, dat dus duidelijk de traditie verdringt, is hier niet ver weg… Nog zo een traditie was dat er op zondag gevoetbald werd tussen de getrouwden en de niet getrouwden. Ook dat zou vandaag niet meer kunnen, want de getrouwden zouden ongetwijfeld geen elftal bij elkaar kunnen harken…
Uitgedrukt… Wat het is, is het… Gezegd bij kleine hoeveelheden, of wanneer iemand maar een heel klein beetje helpt.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. La Gaume Buissonnière is een buitenbeentje dat al sinds 1986 de Gaume voor wandelaars ontsluit dankzij een enorme lus van 225 km. Aanvankelijk was het gebied wat vergeten door de GR's, al kan dat vandaag niet meer gezegd worden. Hier getuigt een wandelpaal (op Frans grondgebed) van. Wij stappen vandaag 8.7 km en dat is eigenlijk een lange, maar niet zo zware klim uit Orval (en het riviertje de Williers) naar het hooggelegen Florenville. Niet zo zwaar, maar dat is dan zonder rekening te houden met een bijzonder steil pad bij het naderen van Florenville. Het is bovendien hier en daar gevaarlijk toegetakeld door een ruiter met zelfmoordneigingen, wat hier en daar voor flink wat bodemerosie heeft gezorgd. Het eerste deel van Orval tot Chameleux is zonder meer topklasse en het is dan ook niet verwonderlijk dat zo veel langeafstands- en andere paden hier gebruik van maken. Je loopt parallel met de niet altijd even zichtbare Williers, die hier over enige afstand de landsgrens met Frankrijk vormt. Voorbij Chameleux is het even doorbijten: je volgt langere tijd een eentonige asfaltweg, gelukkig zonder al te veel autoverkeer, tot je rechts een steil en smal pad moet nemen dat je in de buurt van het centrum van Florenville brengt. Onze quotering was dan ook een soort compromis: bepaalde stukken waren zo sterk dat het zonde zou zijn om laag te quoteren: we kwamen uit bij 15.5/20. Dat de TWQ toch 60% bedraagt is daar niet vreemd aan. Kaartjehierofhier. En nog dit: in de topogids van de GB lees je dat het pad tot Florenville de GR volgt. Dat kan ooit het geval geweest zijn, maar tegenwoordig zoekt/zoeken de GR/GR's andere wegen op en dat vanaf Chameleux.
Voor wandelaars is deze totempaal vrij herkenbaar. Normale mensen vragen zich ongetwijfeld af of dit niet overdreven is.
Het weer. Licht bewolkt en een temperatuur rond 20°. Meer moet dat niet zijn.
De stafkaarten. 70/3-4 Villers-devant-Orval (2021) - 67/7-8 Florenville (2021)
Hoe we er geraakten. We hadden nog net een week om gebruik te kunnen maken van de toeristische buslijn V1, want die stopt er volgende week mee als de Waalse jeugd opnieuw naar school mag. Dus moesten we in Florenville geraken (met 2 overstappen) om daar de V1 te nemen. De terugreis uit Florenville was al een stuk eenvoudiger, met alleen treinen.
Een beetje geschiedenis. Eigenlijk is er een dubbele opdracht vandaag. Allereerst is er de kaart uit 1922 hieronder. Enkele opvallende dingen: - Florenville ligt eigenlijk op de kaart die hier links bij aansluit, maar de markt (Place Albert 1er) kon nog net op de kaart van Izel: in de marge van deze kaart zie je, vertrekkend van de markt, de tram richting Sainte-Cécile enerzijds en Bouillon anderzijds; - meer naar het oosten ligt het Bois dit le Ferme, de tram reed er in eigen bedding richting Florenville Station op lijn 165, maar ook naar de stelplaats van de NMVB; - verder zie je hoe de tram eerst parallel rijdt met lijn 165 en er wat verder overgaat door middel van een brug, richting Semois (in Moyen, of Izel als je wil).
En de tweede opdracht: zoek een actuele kaart en kijk wat er van de oorspronkelijke trambedding nog is overgebleven. Zoals wel vaker is dat opvallend veel. Mocht je niet zo meteen een kaart bij de hand hebben, ga dan naar de TOPOmap Viewer van het NGI: zie link hierboven, de tweede meer bepaald.
Overigens nog dit: een glorieuze geschiedenis heeft deze tramlijn niet gehad. Eerst stak WO I stokken in de tramwielen en WO II betekende niet minder dan de doodsteek voor deze weinig succesrijke tramlijn: Florenville werd pas bereikt in 1921 en in 1940 was het alweer afgelopen…
En nog even een anekdote: ik nam destijds regelmatig deel aan de uitstappen van de GTF, al hield ik het meestal voorbij halfweg voor bekeken en reed ik met de reguliere treinen terug naar huis. Zo belandden we ook in Virton, waar ik een Railpass (of iets dergelijks, want misschien bestond die toen nog niet) eerste klas wilde kopen voor de terugreis. Alleen, in Virton kenden ze uitsluitend treinen zonder eerste klas (de TT's), en de loketbediende slaagde er niet in om een biljet eerste klas tevoorschijn te toveren. De treinwachter werd erbij geroepen en ik mocht mee: in Florenville zou men klaarstaan met mijn biljet, dat ik uiteraard daar nog moest betalen. Een minuut of twee tijdverlies hoorde er onvermijdelijk bij, maar ik kon probleemloos verder naar Halle sporen.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
3205 (IC FDR)
07:02 07:14
stipt
76023 (FML) - 73095 (FML)
M7
controle: N
Brussel-Zuid - Libramont
2107 (IC LL)
07:33 09:51
stipt
1346 (FNND) - 73066 (NK)
M7
controle: J
Libramont - Florenville
5959 (L LL)
09:57 1019
+1
08528 (LL)
mr08 Desiro
controle: J
Florenville - Orval
[V1]
10:30 10:41
+7
ab4201-21
Mercedes Citaro LE C2
Transports Penning
-
Florenville - Libramont
5984 (L LRB)
13:39 14:03
+1
08506 (LL)
mr08 Desiro
controle: J
Libramont - Brussel-Luxemburg
2136 (IC FBMZ)
14:08 16:03
stipt
1359 (FNND) - 73153 (NK)
M7
controle: JJ
Brussel-Luxemburg - Halle
3587 (S FH)
16:15 16:45
+1
08074 (FML)
mr08 Desiro
controle: J
En wat we beleefden. We waren er niet meteen gerust in, met een krappe aansluiting in Libramont en een twee-uurdienst voor de V1 in Florenville en in Halle konden we al meteen kennismaken met de onhebbelijkheden van de NMBS: IC 3205 naar Dendermonde bestaat uit 4 rijtuigen i.p.v. 10 (en IC 3406 naar Turnhout is helemaal afgeschaft, al staat die trein vandaag niet op ons programma…). Ik begrijp natuurlijk wel dat men treinen laat rijden die op de stille momenten gehalveerd kunnen worden, maar eigenlijk doen er zich toch wel veel problemen voor, omdat een van beide rijtuigstellen het laat afweten. En de combinatie hoogdag - zaterdag - zondag is waarschijnlijk ook geen garantie voor correcte samenstellingen. (Op de verbinding Charleroi - Antwerpen is men er trouwens al enkele jaren van afgestapt.) Maar het valt allemaal nogal mee: de vakantie is nog niet helemaal voorbij en de toeloop is nog niet maximaal: we komen zelfs stipt in Brussel-Zuid aan. Daar zien we dat de nochtans op de schermen aangekondigde IC naar Luxemburg vandaag niet verder rijdt dan Arlon. Maar gelukkig heeft dat geen invloed op onze verplaatsing: de trein haalt maximaal 5 minuten vertraging (na een verlengde stilstand in Ottignies) en komt zelfs nog een minuutje te vroeg in Libramont aan. Pikant detail: de tbg roept regelmatig om dat er in de hele trein (5 rijtuigen!) geen enkel functionerend toilet is. Er zijn ongetwijfeld reizigers die zich al verheugen op de onverwachte overstap in Arlon. Nog voor het vertrek komt de tbg in L 5959 rond voor controle. Dat gebeurt bijna nooit, maar misschien is het een uiting van gezond verstand: uit Libramont vertrekken namelijk 2 L-treinen naar Arlon, een trage via Virton en een minder trage langs Marbehan. Snelle controles kunnen het aantal verdwaalde reizigers beperken.
Aan het station van Florenville, waar nu een vijftal bussen van Penning geparkeerd staan, buiten de TEC-site, is het weer eens zoeken naar de juiste halte voor de V1. Bij de TEC-Luxembourg vindt men het niet nodig de eindbestemming van de bussen op de halteborden aan te brengen. Veel meer dan dat er wel eens een bus komt, zegt het stickertje V1 niet, net zomin als het stickertje met de vette S, die allerlei (toegankelijke) schooldiensten moet voorstellen. Dat ik niet de enige ben die twijfelt, is duidelijk: een wandelaar wil naar Herbeumont, maar voor hem is het evenmin duidelijk aan welke kant van de straat hij de bus moet nemen. (Nog een anekdote: bij de TEC-Luxembourg heeft men het nooit erg nauw genomen met de info. Toen ik lang geleden eens aan de loketbediende van het NMBS-station vroeg of de NMVB geen dienstregelingen meer uithing in het treinstation, zei die dat het antwoord van de NMVB was: wie de bus gebruikt weet het wel, en anderen zijn er toch niet…) Onze bus heeft wat vertraging en die groeit naarmate we Orval naderen.
Voor de terugreis rekenen we NIET op lijn 23 die sinds vorig jaar Florenville met het station verbindt. De dienstregeling verontrust me: je kunt eruit afleiden dat de bus naar het station 2 minuten voor de aankomst uit de tegenrichting vertrekt; ik ga er namelijk vanuit dat bussen de hele tijd pendelen, en met 3 minuten overstaptijd aan het station kiezen we voor de bijna 2 km lange afdaling naar het station. (Dat hebben we in het verleden al vaker gedaan, toen er nog geen regelmatige verbinding station - centrum was.) Als we bij het station aankomen, wordt het raadsel van de onmogelijke dienstregeling opgelost: lijn 23 ("prolongé vers Arlon") is het verlengde van lijn 22 Arlon - Florenville en dus is het niet telkens weer dezelfde bus die de korte lijn 23 afwerkt. Maar 3 minuten tussen bus en trein lijkt me riskant.
L 5984 rijdt zo goed als op tijd. Net voor Libramont valt de trein abrupt stil; kenners zullen dit wel kunnen benoemen, zeker als duidelijk wordt dat het stel vrijwel meteen opnieuw startklaar is. IC 2136 rijdt een vlekkeloze rit. De aansluitende L 3587, die nu tijdelijk uit Brussel-Luxemburg vertrekt ook. Alleen is het opvallend dat de halte Huizingen blijkbaar niet bediend wordt: daar zijn alle elektronische hulpmiddelen het over eens. Navraag bij de tbg leert ons dat er werken zijn, waar overigens niks van te merken is. Dat zou ook moeilijk zijn, vermits het de werken op lijn 96N (Brussel - Franse grens) betreft… Maar goed, we hebben de wat precaire uitstap zonder problemen tot een goed einde gebracht.
De treinlectuur. Alena SCHRÖDER, Junge Frau, am Fenster stehend, Abendlicht, blaues Kleid. De lange titel verwijst naar een tijdens WO II verdwenen vermeende Vermeer. Het Israëlische consulaat probeert eventuele gerechtigden op te sporen om eventueel restitutie van het schilderij te doen, gesteld dat het gevonden kan worden. Juli ZEH, Onder buren.
Je leest regelmatig dat de politie wakkere burgers feliciteert als ze verdachte personen hebben gesignaleerd. Je vraagt je af waarom dat niet gebeurt als het om roekeloze autobestuurders gaat: die zijn veel gevaarlijker dan de meeste inbrekers.
Uitgedrukt… w'ebbe zeulfs nog geweist da'… (we hebben zelfs nog geweest dat…) : we hebben zelfs nog meegemaakt dat…
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The VicinalStory - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
16 augustus was de eerste dag waarop de HST's omgeleid werden via lijn 94. Tijd dus om even post te vatten in de buurt van OW11 (kp 17.5), zo een 400 m van de sinds lang afgeschafte OW 13. In een half uurtje tijd kon ik een mooie potpourri aan binnen- en buitenlandse treinen vastleggen.
In een willekeurige volgorde:
MR 08202 met S 2282 Mechelen - Denderleeuw
HLE1920 met IC 1910 Tournai - Brussels-Airport
Eurostar stel 4033 met 9116 London-Saint-Pancras - Brussel-Zuid
Dezelfde Eurostar stel 4034
Eurostar 4301 met 9423 Paris-Nd - Essen Hbf (onder voorbehoud, mijn interesse en kennis van internationale treinen is uiterst beperkt
Eurostar 4536 met 9327 naar Paris-Nord. Zelfde opmerking.
De wandeling. In 1993 publiceerde Lannoo in zijn toch wel indrukwekkende reeks Lannoo's Dicht-bij-Huisgidsen "Wandelen door Vlaamse dorpjes" met 50 wandelingen, 10 voor elke Vlaamse provincie. Wij volgen vandaag wandeling 4 Gestel: in het Land van Arkel. Nu ja, we zetten deze wandeling volledig naar de hand van de OV-gebruikers die we nog altijd zijn: Gestel is alleen bereikbaar met de flexbus en eigenlijk kennen we het inderdaad mooie dorp al van vorige gelegenheden; dus gingen we op zoek naar een alternatief dat wel vlot bereikbaar was met het OV. En daarom lieten we Gestel voor wat het was en kwamen we niet voorbij het Hof van Rameien (dat trouwens in de steigers staat), maar ook: we hoefden geen onaangename betonweg te volgen tussen Gestel en Rameien. Beginpunt was de halte Bevel Itegemsesteenweg en dat liet ons toe om vrij snel aan te sluiten op het door het toenmalige Vakantiegenoegens (nu Pasar) beschreven traject, en wel ter hoogte van de Kruiskensberg, het enige bos"rijke" deel van de tocht. Al de rest was namelijk een rustige wandeling langs de Grote Nete, zoals ongetwijfeld gemakkelijk te herkennen valt opdeze kaartof opdeze. Met de aanloop naar de bushalte er 2 keer bij kom je aan 7.5 km, waarvan 82% over onverharde wegen; zelfs een deel van de aanlooproute is onverhard. (We quoteerden dan ook 16.5/20.) Dat de rivieroevers daar een belangrijk aandeel voor zich van nemen, spreekt vanzelf. De titel In het land van Arkel kan dan historisch wel verantwoord zijn - er wordt uitvoerig op ingegaan in de inleiding tot de wandeling- maar mocht je Land van Arkel willen opzoeken, dan kom je in Nederland terecht. Dat hier toch Arkel vernoemd wordt, heeft alles te maken met typisch Middeleeuws gehuw en getouwtrek, waarbij gebieden nu eens onder het ene dan weer onder het andere bewind terechtkomen. En ja, het werd weer een korte wandeling, want we doen aan horse-sitting en een paard van 33 jaar oud kun je moeilijk lang op zijn eten laten wachten…
De Grote Nete speelt de hoofdrol.
De brug over de Grote Nete in de buurt van het Hof van Rameien.
Het weer. Zwaar bewolkt tot betrokken, rustig, 22° en dus aangenaam stappen.
De stafkaarten. 16/5-6 Lier (2016)
Hoe we er geraakten. Voor een keer speelt de basisbereikbaarheid volop in ons voordeel: de nieuwe lijn 85 Lier - Herentals bedient Bevel nu elk uur. In Herentals zijn de aansluitingen van en naar de IC Turnhout - Halle - Binche het best en dus rijden we door tot Herentals. In Lier zou het bijna een uur wachten op aansluiting zijn.
Een beetje geschiedenis. Eigenlijk zat er tot voor kort één constante in de bediening van Bevel: kort na WO II vinden we al een tabel 184 Lier - Herentals, die eigenlijk nauwgezet de spoorlijn 15 volgt tussen beide steden. Bevel valt wat uit de boot: uit Nijlen vertrekken er per dag 2 ritten naar Bevel en terug, alsof de bediening niet bijster belangrijk is. Dat aantal ritten zal in de loop van de jaren wel stijgen: zo vinden we in 1982 al 9 ritten van maandag tot vrijdag, 6 op zaterdag en 3 op zondag. Maar het blijft al die tijd bij een uitbreiding van de buslijn die vanaf 1957 onder het nummer 15a gaat rijden. Vanaf 2007 krijgt de uitbreiding naar Bevel (en Herenthout) het nummer 151, lijn 15a heet nu 150. Geheel volgens de principes van de basisbereikbaarheid wordt vanaf 2023 een nieuwe lijn 85 ingevoerd die Lier met Herentals verbindt via Bevel en Herenthout. De oude lijn 150 wordt nu lijn 84 naar Vorselaar: het is één van die lijnen die inboet omdat ze parallel loopt met een spoorlijn. En de nieuwe verbinding tussen Lier en Herentals wordt lijn 85, in januari 2024 en dit tot grote tevredenheid van de busgebruikers als we de kranten uit die tijd mogen geloven.
De verbinding.
Halle - Herentals
3407 (IC FTR)
08:21 09:36
+4
1924 (NK) - 61040 (FCL)
M6
controle: N
Herentals - Bevel
[85] (Lier)
09:53 10:18
+3
ab1115-13
MAN Lion's City
J. De Reys & Zn
-
Bevel - Herentals
[85] (Herentals)
12:41 13:07
stipt
ab639-036
MAN Lion's City
De Duinen
Herentals - Halle
3435 (IC LBH)
13:23 14:40
+3
1924 (NK) - 61040 (FCL)
M6
controle: JJ
En wat we beleefden. De IC naar Turnhout rijdt zowat het hele traject tussen Halle en Herentals met 3-4 minuten vertraging. Veel rustiger dan deze rit kun je niet hebben; alleen tussen Halle en Brussel-Noord is de bezetting noemenswaardig. Opvallend: vanaf Vilvoorde gaat de trein al over lijn 27 wat verklaart dat hij zowel in Vilvoorde als in Mechelen op spoor 3 komt. Er is maar één bus zonder gps-gegevens en dat is de onze, die van 9:53, maar de bus staat al klaar. Wij hebben ervaren dat je bij ontbrekende gps-info in ongeveer de helft van de gevallen geen bus ziet opdagen. Vandaag hebben we geluk. De terugrit verloopt even ontspannen: een rustige busrit, met toch wel wat instappers, eneen treinrit in hetzelfde rijtuig als vanmorgen. Tot vlak voor Brussel-Noord loopt het stipt, maar we staan een tijd stil voor Brussel-Noord. Dat resulteert in 5 minuten vertraging, in Halle is de vertraging al opnieuw gereduceerd tot 3 minuten. Het gebrek aan controle in de voormiddag wordt nu gecompenseerd: controle na Mechelen en na Brussel-Zuid, uiteraard door een andere tbg. Ik heb liever dat ik mijn biljet twee keer moet tonen dan helemaal niet…
De treinlectuur. Louis van DIEVEL, De koers. Een jonge wielrenner komt ten val en sterft aan zijn verwondingen. Zijn weduwe is ervan overtuigd dat dit meer is dan een spijtig ongeval. Juli ZEH, Onder buren.
. Trump en Poetin zien elkaar in Alaska. De sfeer zal daar wel ijzig zijn… En hopelijk ruilt men Alaska niet voor…
En vanmorgen hoorde ik Test-Aankoop over de radio verkondigen dat klanten met een variabel elektriciteitscontract maar beter zoveel mogelijk energie gebruiken omdat ze anders zullen betalen voor het overschot aan elektriciteit. Dat is moeilijk te verteren voor al die generaties die hun leven lang geprobeerd hebben om op energie te besparen. Maar ergens zal er wel een ingenieur (of een team) rondlopen die dit allemaal perfect normaal en logisch vindt. Ik niet…
Uitgedrukt… Stekt ons' 'Ier zen ugen nie uit… (Steek ons Heer zijn ogen niet uit.) Klaag niet als je feitelijk niet te klagen hebt.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
02.07.2025: Voor alle duidelijkheid: ik wil het incident niet minimaliseren. Een chauffeur van De Lijn toetert omdat de auto voor hem niet meteen doorrijdt bij groen. De bus wordt zwaar beschadigd en de chauffeur raakt licht gewond door glasscherven. Daarom breekt een wilde staking uit in de stelplaatsen Het Rad, Dilbeek, Meerbeke en Leerbeek. Is dit echt de oplossing? Rond de tafel schuiven, wat palaveren, wat loze beloften?
26.07.2025: We krijgen bericht van De Lijn dat de bus van R55 (17:47) vandaag niet rijdt. Dat wordt weer 4 km stappen, want we willen op tijd in Halle zijn (lector) en een uur vroeger vertrekken zien we niet zitten. Hopelijk gaat Hansea niet de toer op van Flanders Bus… Want we horen van een (nog) ouder koppel dat ze ook alweer geen R54 zien komen, en dat kan ik alleen maar beamen.
31.07.2025:
We hebben dit jaar nog 2 wandelingen op het programma staan, waarvoor we de toeristische buslijn V1 Bouillon - Orval willen/moeten gebruiken uit Florenville. Alleen houdt die er al op 24.08 mee op, einde van de Waalse zomervakantie. De eeuwigdurende werven van Infrabel op lijnen 162 en 165 teisteren ondertussen het treinverkeer in zowat de hele maand augustus. Het is kiezen tussen eindeloos puzzelen, ingaan op de suggesties van de app(s) die de al lange reistijden zonder verpinken nog met een uur verlengen of uitstellen naar volgend jaar. Het zal hoogstwaarschijnlijk dat laatste worden.
De wandeling. Noem het een aardig tussendoortje (gezien de eerder winterse afstand) of een folieke (gezien het beschikbare openbaar vervoer), maar wij stapten 7.39 km in het dorp met de onmogelijke naam Petit-Rœulx-lez-Braine. Dat Braine is Braine-le-Comte (het altijd weer fout gespelde 's-Gravenbrakel in het Nederlands) en rœulx zou naar een gekapt bos verwijzen en dus verwant zijn met het Nederlandse Rode en het werkwoord rooien. Van dat bos is echt wel geen spoor meer te bekennen: de hele tocht loopt langs akkers en weiden en zo krijg je een flinke dosis landelijkheid toegediend. Van veel van de boerderijen is de toestand wel belabberd, tenzij ze opgekocht zijn en gerestaureerd. Vermoedelijk staat zo goed als alle boerderijen dit lot te wachten. Ik had niet veel moeite met het berekenen van de TWQ deze keer want die bedroeg… 0 %. Wie daar niets tegen heeft, zal ongetwijfeld volop genieten van deze oase van rust, rond een piepklein dorp, waar toch 6 korte wandelingen werden uitgetekend, wat een combinatie van nummer 4 Le Haut Bois en 5 La Choque noodzakelijk maakte. Wij quoteerden 15/20.
Wat is er nu het meest vervallen: de Ferme Haut-Bois of de Onze-Lieve-Vrouw-van-Hallekapel?
Deze zijn al beter bewaard, al toont de foto op de kaft van de folder uit 2002 een fermette en een kapel die beter verzorgd zijn.
Het weer. Zwaar bewolkt. Op vele plaatsen was het op dat moment al aan het regenen, maar bij ons bleef de dreiging beperkt tot enkele snel groeiende cumuli. Zeer aangename 22°.
De stafkaarten. 39/5-6 Braine-le-Comte (2021) - 38/7-8 Soignies (2020).
Hoe we er geraakten. De keuzemogelijkheden waren deze keer wel erg beperkt: Petit-Rœulx wordt alleen op donderdagvoormiddag bediend door lijn 473 Braine-le-Comte - Steenkerque en dit a rata van 2 heen-en-terugritten. Gelukkig voor ons worden ook de aanvoerritten bediend en dus kunnen we met één rit heen en met een andere terug. In de vakantieperiode komt dat net iets beter uit, omdat de ritten wat dichter bij elkaar liggen. Dat er op schooldagen ook nog schoolritten zijn, maakt het voor ons niet gemakkelijker.
Een beetje geschiedenis. Ik vond Petit-Rœulx-lez-Braine voor het eerst terug in het spoorboekje van 3.10.1948 en wel onder tabel 318 die toen een buslijn Braine-le-Comte - Edingen - Bever - Lessen behelsde. De zeer voorzichtige dienstregeling bestond uit 3 ritten HT. Al in 1949 werden ritten op woensdag en donderdag toegevoegd. Denk bij die woensdag niet meteen aan een vrije namiddag op woensdag in de scholen, want de vrije namiddagen vielen toen nog op donderdag en zaterdag. Op 5.10.1952 kreeg de lijn een ander nummer: 475, zonder wijziging in de dienstregeling. Het was in die tijd dat de NMBS her en der aanvullende buslijnen introduceerde en dat waren er heel wat: in deze regio alleen al had je een 470 (Halle - Braine-l'Alleud, de latere 115a en nog later 114), 472 (Halle - Braine-le-Comte - Soignies - Casteau, de latere 115b en 116), 473 (Tubize - Bierghes - Quenast - Tubize, ongeveer de huidige 472), 474 (Ittre - Tubize), 476 (Ninove - Lessines), 480 (Ronse - Lessen) en nog meer. Op 23.05.1954 verandert het nummer opnieuw: de lijn Braine-le-Comte - Steenkerque wordt voortaan beschouwd als een uitbreiding van lijn 472 Halle - Casteau. Op 02.10.1955 krijg je een situatie die nu zo goed als ondenkbaar is: 4 ritten HT op zondag, 2 ervan rijden ook op donderdag en daarmee is de kous af. Op 31.05.1964 wordt het dan definitief 473, met de volgende dienstregeling: - uit Braine-le-Comte op donderdag om 8:45 en 11:20, uit Steenkerque op donderdag om 9:05 en 11:40. Dat zijn eigenlijk de donderdagritten die al ingevoerd werden in 1954 en… die vandaag nog altijd met een sterk vergelijkbare dienstregeling rijden, nu al meer dan 70 jaar lang. Je hebt het gevoel dat men vergeten is de lijn af te schaffen. En nog dit: op schooldagen zijn er nog bijkomende ritten voor scholieren; die werden pas halfweg de jaren 1980 ingevoerd.
De verbinding.
Halle - Braine-le-Comte
3678 (S FBC)
07:53 08:12
stipt
08172 (FSR)
mr08
controle: N
Braine-le-Comte - Le Rœulx-lez-Braine
[473] (Steenkerque)
08:40 08:50
+3
an3003-01
Mercedes Citaro C2
Voyages François Lenoir
-
Le Rœulx-lez-Braine - Braine-le-Comte
[473] (Braine-le-Comte)
11:50 12:05
stipt
ab3003-01
Mercedes Citaro C2
Voyages François Lenoir
Braine-le-Comte - Halle
1711 (IC FTG)
12:16 12:25
stipt
76003 (FHS) - 73203 (FHS)
M7
controle: N
En wat we beleefden. Veel heeft het deze keer allemaal niet om het lijf: een korte rit met een stipte S-trein en nog een kortere rit met een even stipte IC. Die bestaat uit M7-rijtuigen, waar we volgens BeluxTrains M6 hadden kunnen verwachten. Met 4 rijtuigen i.p.v. 6 eerder is er niet echt een probleem. We rijden mee in het AB-rijtuig met het voor ons hoogste nummer tot nog toe.
In Braine-le-Comte komen zowel bussen van de TEC-Brabant wallon als van de TEC-Hainaut. Dat merk je aan de lay-out van de halteborden. Bus 473 komt enkele minuten te laat en we vertrekken richting Steenkerque. We zijn de enige reizigers, hopelijk zijn er straks meer richting markt. In Le Roeulx zie ik geen bord voor de terugreis - ik had de avond voordien ook al vergeefs gekeken op StreetView; ik vraag dus maar wat uitleg aan de spontaan vriendelijke chauffeuse en die verwijst ons naar wat verderop (sur le plateau). We zullen later inderdaad een haltebord ontdekken, hoog en droog, tegen de muur van een woning aan. De gewone haltepaal ontbreekt; anders zou het voetpad wel erg smal worden. Bekijkde foto'smaar eens: vooral de laatste is een curiosum. Als ik "tot straks" zeg, vernemen we dat de terugrit door een collega wordt uitgevoerd. Dat klopt: aan het stuur zit een al even vriendelijke dame. We maken ons al op voor een privérit, maar er komen toch nog 2 reizigers opdagen. Die zullen toch geen week wachten om terug te keren?
De treinlectuur. Balzac, Le père Goriot. Aangekocht in 1973, toen ook gelezen (een kiemend zaadje dat door onze leraar Frans Caliche was geplant) en nu opnieuw verwachtingsvol ter hand genomen. Stijn STREUVELS, Langs de wegen.
Ja, ja, Ozzy is dood. Toen ik vele decennia geleden het singletje Paranoid gekocht had en die rechtstreeks van de winkel meenam naar mijn grootouders, zei mijn toen zestigjarige grootvader: "Ik kan geloven dat ze dat weggeven, jong…" omdat ik destijds nogal wat plaatjes won met de radio en met Humo: mijn peter dacht dat ik ook dat plaatje gewonnen had. Nu denk ik soms wel eens als ik de hedendaagse muziek hoor: dat is ook allemaal weggegeven.
Uitgedrukt… Eén van de meest fascinerende dialectwoorden: pruimen van het ras reguloet(e)(n) of reguloete of zelfs reguloite. Mogelijk is hier volksetymologie aan het werk: vreemde woorden toch een eigen klank geven, eventueel met een bijkomende, veronderstelde betekenis. Die pruimen zijn in het Nederlands bekend als reine Claude. Wat daar zo regelmatig aan is, ontgaat me, maar dat heb je wel vaker bij volksetymologie.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnen en een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. Wat je zeker niet kunt zeggen is dat ze bij de Waalse GR op hun lauweren rusten. Dat leidt stilaan wel tot een redelijk onoverzichtelijk net, wat nog geaccentueerd wordt doordat GR-paden soms over langere afstand samen lopen. We zetten vandaag onze eerste stapjes op GR161 (Sentiers de l'Ardenne - Tour du Pays de Bouillon en Ardenne) waarvan de eerste topogids verscheen in mei 2022. Het boekje laat het avontuur beginnen in Bouillon en dat is ook ons startpunt van een 14 km lange tocht naar Dohan. De TWQ ligt met 94% erg hoog: je volgt dan ook bijna uitsluitend boswegen in alle soorten en formaten. Als je het kaartje bekijkt oprouteyou(of bij hetNGI) krijg je mogelijk de indruk dat je erg lang naast de Semois loopt, maar die krijg je eigenlijk onverwacht weinig te zien. Maar niet getreurd: ook zonder de zacht kabbelende rivier is deze tocht topklasse: we quoteerden 19/20! Wel moesten we daar twee zware en lange klimmen voor over hebben. Nog dit: onderweg wordt het even moeilijk door massale kappingen en het gebrek aan tijd of fairplay van de bosmensen. En ook nog: volgens de topogids liggen er meer dan 20 km tussen Bouillon en Dohan en dat vonden we te veel om tussen twee busritten te persen. Maar we losten dat eenvoudig op door net voor Dohan links af te slaan i.p.v. rechts en zo kwamen we met 6 km minder in de kuiten aan de kerk van Dohan. En nog: het gehele gevolgde traject loopt samen met GR16, wat voor een dubbele, accurate bewegwijzering zorgt: wit-rood en geel-rood.
Het weer. Licht tot half bewolkt, warm: 23 à 24°. Gelukkig is het traject lommerrijk.
De stafkaarten. Bouillon 67/1-2 (2021)
Hoe we er geraakten. De klassieke manier om in Bouillon te geraken: overstappen in Libramont op de vrij snelle lijn 8. Om terug te keren gebruiken we lijn 40 naar Bertrix, vanwaar het opnieuw naar Libramont gaat.
Een beetje geschiedenis. Blijkbaar begint het OV-tijdperk voor Dohan pas na WO II. In een busboek van 1947 vond ik een tabel 422 met 2 ritten Bouillon - Bertrix in elke richting. Uit Dohan vertrekt de laatste bus al om 14:30 richting Bertrix. Dat patroon zou eigenlijk min of meer constant blijven. Het duurde tot 1984 (IC-IR?) voor de laatste rit ongeveer een uur later gereden werd en vanaf 1986 vertrok de laatste bus zelfs om 18:35 (vakantie) of 17:52 (schooldagen). Tussendoor volgen dan nog wel aanpassingen (school/vakantie) maar fundamenteel verandert er niets. Tegenwoordig komt de laatste bus richting Bertrix om 16:47, en dat al vele jaren. (Dohan werd ook enkele jaren bediend door een service touristique Florenville- Herbeumont - Bouillon - Bohan - Dolimarts, terug te vinden onder tabel 1008 - lijn 26. Het is de verre voorloper van de recent ingevoerde V1 die Dohan bedient en alleen tijdens de Waalse zomerschoolvakantie rijdt.)
En ook opmerkelijk: het stukje onverharde weg die op de foto van Morsehan te zien is, is de oude trambedding tussen de bekende tunnel en de stelplaats van Bouillon.
De verbinding.
Halle - Brussel-Zuid
2256 (S FDR)
07:29 07:41
+22
08073 (FML)
mr08
controle: N
Brussel-Zuid - Libramont
2108 (IC LL)
08:32 10:51
stipt
76085 (NK) - 61037 (FBMZ)
M7
controle: J
Libramont - Bouillon
[8] (Bouillon)
11:13 11:57
+2
ab4908-67
Iveco Crossway LE
Transports Penning
-
Dohan - Bertrix
[40] (Bertrix)
16:47 17:23
+6
ab4908-67
Iveco Crossway LE
Transports Penning
Bertrix - Libramont
8684 (P LRB)
17:32 17:41
+2
08503 (LL)
mr08
controle: J
Libramont - Brussel-Luxemburg
2140 (IC FBMZ)
18:08 20:03
stipt
1347 (FNND) - 73173 (NK)
M7
controle: J
Brussel-Luxemburg - Halle
3591 (S FH)
20:15 20:46
stipt
08132 (FML)
mr08
controle: J
En wat we beleefden. Het begint al onheilspellend, al hoeven wij ons niet echt zorgen te maken: we komen voor de 7574 van 7:57, maar S 2256 is met meer dan 20 minutenvertraging aan zijn rit begonnen en in Halle rijdt die nog altijd met 21 minuten. Het is een wijze treingebruiker die dan niet wacht op de voorziene trein. IC 2108 staat al meteen met 2 minuten vertraging aangekondigd bij vertrek in Brussel-Zuid en dat worden er uiteindelijk 4. Deze vertraging zal geleidelijk opgelost raken naarmate we Libramont naderen. Veel valt er over de rit niet te melden; we gaan op tegenspoor tussen Ciney en Haversin, maar de dienstregeling is er op voorzien.
De bus van lijn 8 naar Libramont is een van de weinige die door een (de) pachter gereden wordt. Het is een van die ritten waarvan je vindt dat het vooruitgaat, ondanks de drie kwartier rittijd.
Voor de terugreis uit Dohan hebben we 2 mogelijkheden. Bus 40 komt ons het beste uit. Dat is een lijn die van Bouillon naar Bertrix rijdt en onderweg enkele Semoisdorpjes meepikt. Zo ook Dohan dat bereikt wordt met een op-en-afje: de halte dient zowel voor de bus naar Bouillon als naar Bertrix. Ik vrees dat deze lijn geen lang leven meer beschoren is: daar is de dienstregeling net iets te mager voor, het eindpunt Bertrix net iets te onaantrekkelijk; tijdens de zomervakantie lijdt de 40 ongetwijfeld ook onder de concurrentie van de toeristische lijn V1 Orval - Bouillon. En toch hebben we nog 2 medereizigers. Het is vakantie en dus is het centrum van Bertrix meestendeels en grotendeels verboden gebied voor de bussen: we rijden rond en dat kost uiteindelijk toch 6 minuten vertraging.
De op papier ideale aansluiting met P 8684 wordt zo een geval van kantje-boordje. Deze trein missen zou trouwens niet echt een probleem zijn: een L-trein volgt dicht. Wij komen in Libramont aan met 2 minuten vertraging: de trein rijdt binnen op bezet spoor en wordt gekoppeld: 2 desiro's zullen de L-trein naar Marloie doen. IC 2140 is samengesteld uit 4 AB-rijtuigen M7 en zonder bijkomende I11. Zo ondergraaf je natuurlijk het concept eerste klas. In het eerste rijtuig is de bovenverdieping gedeclasseerd. Dat merken we pas als we al zitten: buiten het rijtuig is er niets dat wijst op declassering, binnen is er één papiertje op de draaideur. Wij verhuizen naar het veel minder drukke tweede rijtuig. Ik krijg toch de indruk dat men bij het samenstellen van die rijtuigstellen toch maar wat aan klooit: eentje (of meer) te veel, eentje (of meer) te weinig, als we de trein hier maar zo snel mogelijk in beweging krijgen, dan zijn we er van af. In Namur krijgen we het gezelschap van een luidruchtige Oost-Europese met nog luidruchtiger kind. Het is gedaan met de rust, al zorgt Walibi deze keer niet voor de overrompeling van de te korte trein. Even na Ottignies komt de tbg langs. Deze is een stuk kordater dan die van de vorige keer. Enkele Walibi's worden verwezen naar het eerste rijtuig en de Oost-Europese krijgt te horen dat ze nooit zo maar in eerste klas mag komen zitten. Meer: hij zegt dat hij haar een cadeau doet door geen klasverhoging uit te schrijven. Zou ze het lesje geleerd hebben?
Het ritje langs lijn 26 - eindelijk, na zo lang! - is nog een verademing. We komen stipt in Halle aan, na een toch wel vermoeiende daguitstap. De tbg maant ons via de intercom nog aan om bij het uitstappen niets of niemand te vergeten. In Namur zal een peuter een vergetelheid van de vader in een snikhete auto niet overleven.
De treinlectuur. Mathias MALZIEU, Le guerrier de porcelaine. Tijdens de laatste dagen van WO II wordt Mainou over de demarcatielijn gesmokkeld, een dag nadat zijn moeder in Montpellier overleden is. Frans spreken is uit den boze en de jongen moet binnen blijven om de familie waar hij onderdak vindt, niet in gevaar te brengen. Want de Duitsers zijn alomtegenwoordig en gedragen zich als aangeschoten wild.
Stijn STREUVELS, Langs de wegen.
Pech voor al die mensen in Boom die nu toch niet zonder oordopjes kunnen slapen…
Uitgedrukt… Ik ben nie' in mênn 'oak.: ik ben niet in mijn haak. Ik voel me niet zo best. (Vermoedelijk heeft het iets te maken met de winkelhaak van de timmerman en dat dan overdrachtelijk gebruikt.)
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnen en een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.