Overweg13
Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
28-04-2014
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.28 april 2014 Chaudfontaine

Chaudfontaine spreekt ongetwijfeld wat tot de verbeelding als bron(!) van een van de bekendste watermerken(!), maar je kunt er dus ook flinke wandelingen maken. Wij stappen vandaag wandeling 7 (La Béole) van de wandelkaart die Chaudfontaine door het NGI liet maken. Het werd een gemakkelijk te beschrijven tocht: twee tamelijk zware beklimmingen, met uiteraard een afdaling tussenin, en een erg eenvoudig stramien: waar we trage wegen volgden (in het Bois de la Rochette en Sur les Nèches), was het een bijzonder aangename en kuitenbijtende tocht, door de bebouwing op het resterende deel, was het net geen topklasse. De bijna 10 km lange tocht haalde een TWQ van 55 %, en daarmee ken je ook de verhouding tussen schitterend en erg gewoontjes, al zien we het indrukwekkendste vergezicht net vanaf de verharde Chemin de Lemmetrie. We passeren o.m. aan de achterzijde van het Fort van Chaudfontaine en in de buurt van het Château de la Rochette, waarvan vooral de toegang langs de Tour Malakoff indrukwekkend is. Niet dat je er door mag, trouwens…

Je vindt een hele reeks foto's op de bekende plek.
Deze geeft al een voorsmaakje. Het bedevaartsoord van Chèvremont lijkt hier wel dicht bij de hemel te komen. De cumulus mediocris is het bindmiddel…

Hoe geraakten we er?
Chaudfontaine wordt bediend door twee buslijnen, waarvan eigenlijk alleen lijn 31 voor ons interessant is: die verbindt ongeveer elke twintig minuten het Luikse stadscentrum met Trooz (en één keer per uur Nessonvaux). Als je uit Liège (Palais) wil vertrekken, kost je dat al snel een half uur, ook al behoort Trooz nog tot het voorstadsnet. Daarom kiezen we voor een verbinding uit Trooz, waar we meteen ook zicht krijgen op de restauratie van het prachtige stationsgebouw. In Chaudfontaine stappen we na een korte busrit uit bij de halte Casino.

Een stukje geschiedenis.
Chaudfontaine werd vanouds bediend door de treinen van lijn 37 Liège - Duitse grens. Zelfs voor WO I waren er overstapvrije verbindingen naar Brussel, al moest je dan wel meer dan 4 uur uittrekken én zag je de eindeloze reeks stationnetjes op de lijnen 37 en 36 passeren. Die rechtstreekse verbinding verdween dan ook later, maar werd opnieuw ingevoerd toen de elektrificatie van de lijn de inzet van tweeledige motorstellen mogelijk maakte: in Liège-Guillemins werden stellen gekoppeld (of ontkoppeld volgens de richting) en zo kon je vaak met de semi-direct van Brussel naar Liège sporen (met stilstanden als de huidige IC F Brussel - Liège) en zonder overstap naar alle stations tussen Liège en Welkenraedt sporen. Met de invoering van IC-IR viel niet alleen deze interessante mogelijkheid weg, Chaudfontaine werd net als een aantal andere halten tussen Liège en Verviers het slachtoffer van de besparingsdrift die (ook toen al) als vernieuwing werd gecamoufleerd. Van stops als La Brouck of Goffontaine valt dat nog enigszins te begrijpen, maar waarom Chaudfontaine zo nodig dicht moest is al raadselachtiger, vooral omdat er toch een stoptreindienst tussen Liège en Verviers behouden werd. Ik denk dat de halte zeker niet zou misstaan in een Luiks GEN; de treinverbinding zou ongetwijfeld veel aantrekkelijker zijn dan de lange busrit.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 7515 08:27 08:37 +1 2114 - 53510 M5
Brussel-Zuid - Liège-Guillemins 507 08:57 10:00 +3 1865 - 11831 I11
Liège-Guillemins - Trooz 5260 10:20 10:33 +1 419 mr 80 break
Trooz - Chaudfontaine [31] 10:39 10:47 stipt ab5269 Irisbus Citelis 12 Robermont
-
Chaudfontaine - Trooz [31] 14:01 14:09 stipt ab5295 Irisbus Citelis 12 Robermont
Trooz - Liège-Guillemins 5284 14:28 14:40 stipt 372 mr 80 break
Liège-Guillemins - Brussel-Noord 537 15:00 15:54 +2 1860 - 11811 I11
Brussel-Noord - Halle 3868 16:02 16:31 +1 08068 mr 08 desiro

En wat beleefden we?
Het zat er aan te komen, gelukkig maar, zou ik zeggen: naarmate de treinen weer stipter rijden, zullen deze stukjes noodzakelijkerwijs korter worden. Erg kun je dat nauwelijks vinden, tenzij je je op die manier gefnuikt voelt als blogschrijver.
Net als enkele dagen geleden kiezen we voor P7515, vele keren rustiger dan de voorafgaande IR of L, of dan de volgende L, die ook nog aansluiting geeft met de IC naar Eupen. De trein is trouwens drukker bezet dan tijdens de paasvakantie, en we wijken uit naar het bovendek, waar duidelijk meer plaats is. We tekenen precies hetzelfde minuutje vertraging op van de vorige keer.
Ook de IC naar Eupen is veel beter bezet dan we gewend zijn: zou het de maandagmorgen zijn die meer mensen op de been brengt? Of is er een of andere samenkomst in Leuven? Ik hoor hoe een reiziger een andere reiziger, waar hij tijdens de rit geen uitstaans mee leek te hebben, aanspreekt over die idioten die per se met de wagen willen komen. Overigens rijden we zelf ook met een vijftal minuten vertraging, maar voor de rest valt er weinig te melden.
De L-trein brengt ons probleemloos naar Trooz, ook al is net na Liège-Guillemins het spoor richting Liège buiten dienst. Misschien is dat wel de oorzaak van onze kleine vertraging, die in Trooz maar 1 minuut meer bedraagt.

Gelukkig maar! De bus van lijn 31 komt twee minuten te vroeg aan, wat voor een supersnelle aansluiting zorgt. De bus pikt aardig wat klanten op: de frequentie én de aantrekkingskracht van het centrum van Liège zullen daar wel niet vreemd aan zijn.
De bus van de terugrit is van hetzelfde type maar van recentere datum: toch is het net dezelfde rammelkast als de eerste. Dat belooft: binnenkort krijgen we in eigen streek vergelijkbare bussen. Hopelijk zullen de mannen en vrouwen van Leerbeek wat voorzichtiger omspringen met dit materiaal dan de chauffeurs van vandaag die er toch een vrij brutale rijstijl op na houden. Voordeel is natuurlijk dat je overal wat te vroeg aankomt, al vind ik te vroeg rijden vele keren erger en ergerlijker dan te laat rijden.

In Trooz hebben we nu een rustgevende overstap: het station wordt volop gerestaureerd en het ziet er nu alvast veel beter uit dan enkele jaren geleden. Het zou gewoon schandalig zijn mocht dit prachtige gebouw verloren gegaan zijn.
De break die ons naar Liège zal brengen, komt wat te vroeg aan, maar de tbg zal geduldig wachten tot de officiële vertrektijd. Controleren, dat is een ander paar mouwen. We rijden trouwens gratis, dankzij de promotiecampagne voor de passen en/of de nieuwe automaten.
In de IC naar Oostende worden we wel gecontroleerd, door een tbg die ongetwijfeld uit Welkenraedt komt, want hij praat vloeiend Duits, en dat leer je spijtig genoeg niet meer in de Vlaamse scholen, en al helemaal niet in de Waalse. We lijken trouwens wel omgeven door Duits sprekende reizigers. Dat we toch niet helemaal op tijd in Brussel-Noord aankomen, heeft te maken met de alternatieve reisweg die ons tot Brussel-Noord over lijn 36N voert. Dat leidt bijna onvermijdelijk tot onvoorziene kruisingen bij het binnenrijden van het Noordstation, zeker op dit uur van de dag.
Het laatste schuifje van onze reis zal zich bijna onvermijdelijk aan boord van een desiro afspelen. Graffiti zijn op de ramen aangebracht, maar in eerste klasse heeft dat nauwelijks invloed op het zicht op de buitenwereld. Dewinter heeft trouwens klacht ingediend i.v.m. bepaalde graffiti op een vierledig stel. Eigenlijk zou elke politicus dat moeten doen zodat het geld dat nu verspild wordt aan het verwijderen van de ondingen, ten gunste van de reiziger gebruikt kan worden, maar meneer voelt zich alleen maar persoonlijk in zijn gat gepakt: wie de graffito gezien heeft, zal weten wat ik bedoel. Het ziet er deze keer wel naar uit dat de 4 minuten vertraging bij vertrek in Brussel-Zuid ingelopen zullen worden, maar we worden opgehouden bij het beruchte sein in Buizingen: over lijn 96N komt een stel M4-rijtuigen aangestormd. Het gaat me net iets te snel om de trein met zekerheid te determineren, een beetje wat ik meemaak als ik ook minder bekende vogels probeer te herkennen…

De treinlectuur.
The Age of Innocence, E.M. Forster. Dat blijkt nu een erg goede roman te zijn, met een doordringende beschrijving van de geplogenheden van de New Yorkse burgerij eind 19de eeuw, waarin goede manieren (sociale afspraken), moreel acceptabel gedrag en geld een belangrijke rol spelen. Op die achtergrond speelt de mislukte liefdesrelatie tussen Archer Newland en Ellen Olenska: ze is gedoemd om te mislukken, want het hoort gewoon niet: van Ellen wordt verwacht dat ze terugkeert naar Europa, naar haar graaf Olenska, en van een scheiding kan geen sprake zijn. Als de ethische druk van de gevestigde families niet volstaat om haar tot een terugkeer te bewegen, wordt ze financieel drooggelegd. En de rest moet je zelf maar lezen…

De Molen aan de Floss, George Eliot.

 

Loc 1873 duwt een 12 rijtuigen lang stel I11-rijtuigen: dat is de standaardsamenstelling van de IC Oostende - Eupen 511. Het stationnetje van Trooz lijkt uit een ander tijdperk te stammen.

28-04-2014 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (4)
17-04-2014
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.17 april 2014 Dinant - Gendron-Celles (GR129)

GR129 is ongetwijfeld een van de interessantste GR's die hier ooit in Belgenland uitgezet werden. En ze blijft maar groeien: lang moesten we het stellen met een transregionaal traject Brugge - Dinant, enkele jaren geleden werd daar een aanzienlijk aantal kilometer GR-plezier aan toegevoegd, waarmee je nu echt kunt stellen dat dit de meest Belgische aller GR' s is: ze loopt nu helemaal door tot Arlon. Wie België in doorsnee wil leren kennen, móet deze GR volgen. Wij beginnen vandaag dan ook aan het zuidelijke deel, dat ons van Dinant naar Gendron-Celles zal brengen. Dat is een traject van om en bij de 17 km, die ons van de Maasvallei naar de relatieve hoogte van de Condroz brengt. Dat gebeurt vrij abrupt, met een zigzagpad tegen de steilste wand van de Maasvallei op, en dan loopt het richting Foy-Notre-Dame, langs een oude bedevaartsweg, die gelukkig zo goed als ongeschonden door de voorbije decennia is geraakt. Vanuit Foy gaat het dan richting Furfooz en Gendron-Celles; dat laatste is eigenlijk de naam die de NMBS gebruikt voor haar vroegere station, tegenwoordig halte, die de opeenvolgende schrappingsgolven heeft overleefd dankzij het bloeiende kajaktoerisme op de Lesse. Het is uitkijken naar enkele mooie kastelen (o.a. dat van Vêves) die zich hier in het heerlijke landschap een plaats verworven hebben. Het gevolgde traject scoort een erg verdienstelijke TWQ van 73 %. Een aanrader is het zeker voor wie van een wat steviger wandeling houdt. Geniet er alvast van aan de hand van deze foto's.


Net voorbij Taravisée komen we langs deze eenzame veldkapel, op de oude bedevaartsweg die Foy-Notre-Dame met Dinant verbond.


En op dat traject vonden we ook deze prachtige boskapel, geflankeerd door twee stoere eiken.


Helemaal op het einde kruisten we het Ri des Forges, net voor die in de Lesse uitmondt. We namen zelfs een alternatief maar schitterend paadje dat parallel loopt met de N910 die hier over korte afstand wat onbegrijpelijkerwijs gevolgd wordt door de GR.

Hoe raakten we er?
Het gebeurt niet al te vaak dat de verbinding zo eenvoudig is: 2 treinen bij de heenreis en 3 bij de terugreis. Dinant is elk uur het eindpunt van de IC Brussel - Dinant, en in Gendron-Celles wordt de twee-uurdienst met vlotte aansluiting in Dinant op de IC tijdens de voor ons interessante uren aangevuld met een P-dienst, zodat een uurdienst ontstaat.

Een (heel klein stukje) geschiedenis.
Dinant kende tot de invoering van IC-IR een wat onregelmatige maar tamelijk frequente dienst door de combinatie van de stoptreinen op de verbinding Namur - Bertrix en Namur - Givet. Uiteindelijk, mede dankzij de elektrificatie kreeg Dinant een IC-verbinding met Brussel, al bleven de meeste stops tussen Dinant en Namur overeind. Over de internationale lijn Namur - Givet hoor je af en toe nog wel eens dat ze terug zou moeten komen, maar de kans dat dit ook effectief gebeurt, lijkt me zo goed als onbestaande.
Gendron-Celles is een van die stations die ondanks een laag aantal in- en uitstappers overleefde, omdat er nu eenmaal geen alternatief per bus was. Door de afvaarten van de Lesse kreeg de halte trouwens nieuwe impulsen, zodat we nu gerust kunnen stellen dat het de kajakkers zijn die deze halte gered hebben. En dat is maar goed ook: de TEC-Namur laat in zowat alle landelijke gebieden verstek gaan, en zonder NMBS-halte zou deze streek zo goed als zonder openbaar vervoer komen te zitten. Er rijdt nog wel een kajakbus tussen Anseremme en Gendron-Celles, maar toen we die enkele jaren geleden namen, viel de chauffeur haast van zijn stoel van verbazing: niet-kajakkers, dat had hij nog nooit meegemaakt!

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 7515 08:27 08:37 +1 2152 - 53510 M5
Brussel-Zuid - Dinant 2409/2509 09:03 10:46 +2 316 mr80 - break
-
Gendon-Celles - Dinant 8681 16:58 17:09 +5 08535 mr08 - desiro
Dinant - Brussel-Luxemburg 2538/2438 17:13 18:35 +1 301 mr80 - break
Brussel-Luxemburg - Halle 6139 18:45 19:12 stipt 935 mr86 - sprinter

En wat we beleefden.
De nieuwe brochure B-Dagtrips hangt kwistig verspreid in de M5 die ons naar Brussel-Zuid brengt. Het is altijd weer prettig om ze even in handen nemen, maar zoals meestal zijn de verrassingen beperkt. Achteraan zit een overzicht(je!) van de tarieven die je als toerist kunt gebruiken; dat hoort inderdaad ook thuis in deze brochure, maar van ver schreeuwt het ontbreken van een formule voor 27-64-jarigen op weekdagen je aan. Iedereen lijkt dat te zien, behalve de marketeers van de NMBS… Overigens pleit ik ook niet meteen voor een reductiekaart die alleen maar geldig is buiten de spits: wie regelmatig deze stukjes leest, weet dat we zelden of nooit de keuze hebben tussen pakweg voor of na 9 uur vertrekken. Reductiekaarten met prijzen die variëren volgens de reismogelijkheden - zoals bij de NS - lijken me bijna ideaal.
Voorlopig kunnen we nog van Brussel-Zuid naar Dinant; vanaf december zou dit veranderen. Voor ons komt het gewoon neer op een ander overstappunt. Het is Paasvakantie en dat merk je ook in de treinen: de brave proletariërs zitten thuis (of elders) te genieten van extra vakantiedagen, de proleten nemen hun plaats in. Tussen Brussel en Ottignies wordt eerste klasse overspoeld door jongeren van het mindere allooi in wie Walibi nu eenmaal dankbare geldbronnen ziet. Ze zijn zo lomp als het achterste van een varken, de jongens frunniken aan de meisjes als prelude op de wilde spelletjes in het zogenaamde pretpark, en uiteraard kan zo een gemoderniseerde break in eerste klasse echt comfortabel zijn als je je poten op de pas vernieuwde zetels kunt leggen. Het hoofdpersonage uit het pas gelezen Zoete mond droomt als ultra-malthusianist van een aarde zonder mensen, daarmee een oude jeugddroom van mezelf oprakelend, en je kunt hem eigenlijk alleen maar bijtreden. Controle komt er vlak voor Ottignies, maar dat is al te laat: de tbg kan eerste klasse pas na Ottignies controleren, waarbij - dan pas! - de drie laatste tweedeklassers uit eerste verdwijnen. Misrekening of berekening, wie zal het zeggen? Overigens zijn het niet de jongeren die het meest storend zijn: daar zorgen drie personeelsleden van Infrabel voor (vermoedelijk, gezien de behandelde onderwerpen). Correctie: één voert het hoge woord, beide andere luisteren met wisselende graden van afkeuring. Mijn studenten turfden wel eens hoe vaak ik het woordje dus gebruikte in één van mijn ongetwijfeld vurige betogen, maar ik vermoed dat ik het tegen deze sprekerd zou moeten afleggen, zeker als we niet dus maar kloten zouden tellen. Enfin, het contrast tussen de relatieve rust in P7515 en IC2409/2509 kan nauwelijks groter zijn. Pas vanaf Namur keert de kalmte terug, maar op dat ogenblik is het al moeilijk geworden om de adrenalinestorm nog onder controle te krijgen.

Gendron-Celles wordt dus ook bediend door P-treinen. Echt succesvol zijn die niet tijdens schoolvakanties. We verlaten het vroegere stationnetje met één minuut vertraging; ook hier staat de deur naar de stuurpost open. Om een onbekende reden is het sein A60 gesloten, wat ons 3 minuten vertraging oplevert. De aansluitingen in Dinant zijn optimaal, maar de keerzijde van de medaille is dat je voor je het weet ook een uur mag wachten. Als we met 5 minuten vertraging in Dinant aankomen, zou de IC eigenlijk al vertrokken moeten zijn, maar het gezonde verstand zorgt voor een perfecte aansluiting op hetzelfde perron.
En dan volgt een zo goed als perfecte treinreis richting Brussel. Zo goed is die, dat ik met het oog op deze tekst dan maar wat medereizigsters observeer. Rechts van ons zit een dame (?) die na een grondige sanering van de oren, ook de neusgaten bewerkt. Grappige anekdote: als de actieve tbg een tweede controle uitvoert, kijkt hij in mijn richting met de onderliggende vraag in gebarentaal of madam al gecontroleerd is; dat kan omdat zij met de rug naar ons toe gekeerd haar biljet zoekt in een van die bodemloze damestassen. In de andere zichtbare hoek leest een duidelijk wat beter opgevoede dame de derde bladzijde van een tijdschrift; zelf word ik geconfronteerd met bladzijde twee, een paginagrote pub voor Glenfiddich, waar ik na een stevige tocht als die van vandaag niet bepaald veel behoefte aan voel.
De stop in Ottignies neemt toch wat meer tijd in beslag dan voorzien: drie minuten vertraging zijn het resultaat, in Brussel-Luxemburg blijft daar nog een minuutje van over.
Daar kunnen we mee met de L naar Geraardsbergen, op wat je een oer-GEN-verbinding zou kunnen noemen. De duikbril (en het bedienende personeel) brengt ons stipt naar Halle.

Treinlectuur.

The Age of Innocence¸ E.M. Forster. Chic New York van de tweede helft van de 19de eeuw. Families zijn toonaangevend of zijn dat niet. Newland Archer heeft zich verloofd met May Welland en stevent af op een respectabel maar saai huwelijk in de hoogste kringen. Maar dan duikt Gravin Ellen Olenska op.

De Molen aan de Floss, George Eliot.


Terwijl we stonden te wachten in Gendron-Celles floept het sein richting Houyet plots op groen, te vroeg - hoop ik - voor de 6066 Dinant - Libramont. En inderdaad, even later horen we uit de verte deze 1329 (+1338) naderen met deze goederentrein met rollen plaatstaal. Mochten de kenners hem herkennen, dan graag de precieze gegevens. Waarvoor dank. Evenals voor het volgen van deze blog, trouwens!



17-04-2014 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
15-04-2014
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.15 april 2014 GR412 Élouges - Hornu

We zullen ze wel altijd als een buitenbeentje blijven beschouwen, deze GR 412 Sentier des Terrils, maar zoals vandaag weer blijkt: ze is een verrassende en waardevolle parel aan de kroon van de GR's in ons land. Waar het bij vorige etappes nog wat voorzichtig aftasten was, gaan de ontwerpers vandaag voluit: de terrils van Saint-Antoine en vooral de Terril du Sept zijn schitterende ervaringen, de eerste vooral voor de natuur die hier langzaam maar zeker opnieuw de heerschappij krijgt (alleen belaagd door wat gemotoriseerd geweld dat hier absoluut verbannen zou moeten worden), de tweede om de unieke ervaring van de steile klim en de nog steilere afdaling, met tussenin een verbazend uitzicht over de hele regio, met de talrijke overblijvende steenhopen van een vergane tijd, annex de mijnwerkersbuurten die hier mede de noodzakelijke mankracht aan de regio bonden. In de verte - uit de hemel - hoor ik mijn beide grootvaders en een nonkel nog monkelen: wa' goje geile doe gvd zueke?
We stapten van Élouges naar Hornu, dik 18 km, waarvan zo een 57 % over trage wegen liep. Dat is hoog in een regio die ooit kreunde onder mijnbouw en industrialisering. Het landelijke karakter van de streek is hier dan ook nooit volledig verloren gegaan. Twee minpuntjes toch: op de mooie Ruisseau d'Eswalmes in het al even mooie Bois de Saint-Ghislain na, zijn alle beken hier open, adembenemende riolen, ondanks ronkende namen als Le Grand Sequis. En de bewegwijzering rond de Terril Saint-Antoine is werkelijk ondermaats: in de meeste gevallen is het gewoon gokken geblazen. Zonder topogids, grondige voorbereiding op de stafkaart thuis en de gps als leidsman onderweg, loop je hoogstwaarschijnlijk verloren. En dat is spijtig, want de GR-normen liggen erg hoog, maar worden hier absoluut niet gehaald.

Veel meer foto's vind je hier.

De Terril Saint-Antoine zal een van de hoogtepunten van de tocht zijn, ondanks de gebrekkige bewegwijzering.

En de Terril du Sept sloot op waardige wijze onze voettocht af.

Hoe geraakten we er?
Het voordeel van die langeafstandswandelpaden is dat je meestal bij een nieuw traject kunt aansluiten waar je de vorige keer stopte. Dat is nu niet anders: de halte Élouges Rue Ferrer was enige tijd terug ons eindpunt en vandaag vinden we hier de gevolgde GR terug. Eigenaardige naam kreeg die halte: de vorige heet Pont du Chemin de Fer, maar ook deze ligt aan een andere vroegere spoorwegbrug. En de Rue Ferrer overleeft blijkbaar alleen nog in de haltenaam, want ik vond geen straat met die naam, althans niet in Élouges. Het gehucht waar onze halte zich bevindt heet trouwens Monceau…
Voor de terugkeer hebben we eigenlijk de keuze tussen een kort stukje bus over het laatste deel van lijn 1 Mons - Saint-Ghislain of een kleine 2 km extra te voet. We kiezen voor de eerste oplossing, omdat de weg Hornu - Saint-Ghislain niet bepaald uitnodigend is. Met de halfuurdienst gaat het trouwens waarschijnlijk ook altijd sneller dan te voet.

Een stukje geschiedenis.
Lijn 98 verbond Mons via Warquignies met Quiévrain, en hield het onder die vorm uit tot 1961. Ik vermeld uitdrukkelijk Warquignies omdat dit station - waar we vandaag trouwens langskwamen, al herinnert alleen de Ravel nog aan betere tijden - altijd al gediend had als overstapstation naar Saint-Ghislain-Hornu. Bij het verdwijnen van het traject Warquignies - Quiévrain koos de NMBS trouwens voor een nieuwe verbinding Mons - Saint-Ghislain via Warquignies. Met het wegkwijnen van de mijnindustrie in de streek was het lot van deze lijn trouwens bezegeld. In 1982 verdween de zaterdagdienst, de zondagdienst was al lang weggevallen, en met de reorganisatie van IC-IR zou amper 2 jaar later de volledige reizigersdienst (toen nog 6 spitstreinen Mons - Saint-Ghislain en 4 spitsuurtreinen in de andere richting) wegvallen. We stappen vandaag lange tijd in de buurt of op de oude spoorbedding: we vertrekken vlak bij het station van Élouges, en komen voorbij de sites van de vroegere stations van Dour en Warquignies. Het hele spoorwegverleden lijkt op al deze plaatsen weggewist.
Nog even een voetnoot bij Hornu trouwens: dat was tot een tijdje na de gemeentefusies een begrip in het toenmalige spoorboekje. Semi-directe treinen uit Liège (en zelfs Welkenraedt en Spa) werden in Mons gesplitst in een gedeelte naar Saint-Ghislain-Hornu en een deel naar Quévy. Dat Hornu verdween na de fusies, zoals op wel meer plaatsen waar stations een dubbele benaming hadden, en waarbij de deelgemeente niet langer vernoemd werd.

De verbinding.

Halle - Braine-le-Comte 3679 09:30 09:48 stipt 08055 desiro
Braine-le-Comte - Saint-Ghislain 1730 09:55 10:32 stipt 2701 - 51027 M4
Saint-Ghislain - Quiévrain 1980 10:40 10:56 stipt 766 2-ledig stel
Quiévrain - Élouges [7] 11:10 11:25 +3 ab3105 Van Hool New AG300 Mons?
-
Hornu - Saint-Ghislain [1] 17:18 17:22 +6 ab3539 Mercedes Citaro G II Mons
Saint-Ghislain - Mons 3839 17:44 17:56 stipt 809 4-ledig stel
Mons - Halle 3717 18:07 18:42 stipt 1848 - 61066 M6

Wat beleefden we?
Zo net na negen uur weet je het nooit: treinen die veel vertraging hebben opgelopen in de ochtendspits, rijden soms nog met stevige gevolgvertragingen, maar toch gaan we deze keer voor de voorziene dienstregeling, met overstappen in Braine-le-Comte en Saint-Ghislain. We laten zelfs de IR naar Quévy rijden, die inderdaad nog wat vertraging van de heenrit meesleept.
Dat heeft ook gevolgen voor de L-trein naar Braine-le-Comte, die met 3 minuten vertraging uit Halle vertrekt. Maar ik heb al zo vaak desiro's op deze verbinding uit Braine-le-Comte 3 minuten te vroeg weten rijden, dat het me ook nu niet verbaast dat de L-trein moeiteloos Braine-le-Comte op tijd bereikt. De displays in de trein zijn daar niet zo van overtuigd, maar eenmaal voorbij Hennuyères houden ze ook geen rekening meer met vertraging.
Waarom de displays trouwens geen aansluiting met de IC naar Saint-Ghislain aangeven, en wel de terugrit naar Brussel is een raadsel. Je zou gaan twijfelen, maar de aankomst van de IC wordt op het perron ruim op tijd aangekondigd. Ook deze rit zal stipt verlopen. In Saint-Ghislain staat het klassieke stel op hetzelfde perron te wachten. Hier wordt niets omgeroepen, en de gele affiches zijn al lang wijlen. De structuur van het station nodigt uit tot vandalisme, wat het uiteraard niet goedpraat. Het is al snel duidelijk dat de dienstregeling van deze trein berekend is voor lange stellen M4 en niet voor deze (jonge?) hinden die zo lang het mooie weer gemaakt hebben op ons spoorwegnet. We komen een tweetal minuten te vroeg aan in Quiévrain, lang een begrip bij de duivenmelkers in onze geboortestreek. Tijd genoeg om drie railpassen toe te voegen aan mijn groeiende reeks passen aangekocht in minder voor de hand liggende stations. Zalige automaten. En in deze Paasvakantie komen er ook nog 3 gratis ritten op een afzonderlijk biljet uit de toverdoos te voorschijn. Twee ervan zullen we vanavond al gebruiken, want ze zijn maar tot 21 juli geldig. Als alles normaal verloopt, zal dat voor ons geen probleem zijn.

Traditiegetrouw staat een bus opzij te wachten, zonder lijnvermelding. Het is een gelede bus; de chauffeur komt net iets te vroeg voor rijden en ziet ons aarzelen, want er is nog altijd geen bestemming op de film te lezen. Hij maakt dan maar gebruik van zijn vingers om aan te geven dat het wel degelijk om lijn 7 gaat. Oercommunicatie in moderne tijden. De rit begint meteen met een stevige omlegging die ons 4 minuten vertraging oplevert. Die zullen we niet meer afschudden, ook al rijdt de chauffeur behoorlijk snel, zo snel dat ik nauwelijks iets kan noteren op deze sterk schuddende gelede Van Hool. Gelede bussen kunnen blijkbaar nooit zo comfortabel zijn als standaardbussen.

Als ik in Hornu de 9 indruk - het tarief Horizon - ziet de alerte chauffeur aan mijn reactie meteen dat er iets mis is. Voor de korte rit naar Saint-Ghislain volstaat immers de 8 - voor Next. Hij stelt zelf de oplossing voor: vermits we met twee zijn, is er geen probleem. Ik heb betaald wat ik moest betalen. Toch lijkt dit niet helemaal zuiver op de graat. Het totale bedrag klopt dan wel, maar misbruik is niet helemaal uitgesloten. Eén van ons beiden zou bijvoorbeeld nog een tweede bus kunnen nemen, zelfs behoorlijk ver.

We hopen dat 5 minuten aansluiting tussen bus en trein voldoende zullen zijn, maar als we met 3 minuten vertraging vertrekken en tergend traag voorbij Les 4 Pavés - wat een onding van een kruispunt - geraken, blijkt snel dat we onze plannen zullen moeten opbergen. Vanop (algemeen Belgisch Nederlands - het moet eigenlijk vanaf zijn) het spoorwegviaduct zien we de IC binnenrijden en als we uitstappen zien we de trein - het stel van vanmorgen - vlot optrekken richting Mons en Brussel. Maar ons alternatief is nauwelijks slechter.
De IR Tournai - Jambes bestaat uit een vierledig stel - sinds de vervanging van deze stellen op de IR's Binche - LLN, krijgen we bijna nooit nog de kans om hierin plaats te nemen. De kleurtjes mogen dan wel passé zijn, de zitjes doen het nog altijd uitstekend. In Mons krijgen we beter dan vanmorgen zicht op de omvang van de werken voor de bouw van het nieuwe station. Als alles normaal verloopt kan het hier waarschijnlijk nog net voor de reizigers, maar bij problemen moet het hier een hel zijn, met trappen die helemaal aan het ene eind van de perrons liggen. Wij mogen op hetzelfde perron overstappen. De IR uit Quévy zal inderdaad even later stipt aankomen, en de reis naar Halle verloopt alweer zonder problemen. Vijf treinen, vijf stipte aankomsten: een rustig voorjaar laat Infrabel en de NMBS toe elkaar terug te vinden in de beste omstandigheden. Want 5 treinen na elkaar met een 0 op het palmares bij aankomst, dat moet al een hele tijd geleden zijn.

Treinlectuur

Gezien de korte ritten bleven de boeken vandaag thuis. Zoete mond van Thomas Rosenboom is ondertussen uit, en ik heb de roman lezendweg leren appreciëren. Zoals we dat van Rosenboom gewend zijn, is dit een strak gestructureerde roman in een uitdagende stijl, die sommige lezers ongetwijfeld afstoot - je wordt er zo moe van…

Ab3539 heeft ons zopas gedeponeerd aan de afstaphalte bij het station van Saint-Ghislain. Dit stuk van Saint-Ghislain ziet er alvast erg verzorgd uit.

15-04-2014 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
10-04-2014
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.10 april 2014 Montenau

Het was al een hele tijd geleden dat we nog eens naar de Oostkantons trokken, maar vandaag is het weer zo ver: gewapend met Tourist Info van de Werbeausschuß Amel uit 1989 trekken we naar Montenau, waar we wandeling M(ontenau)4 willen stappen. Van M4 is er vandaag niet veel meer terug te vinden, op twee erg verweerde houten bordjes na: het is duidelijk dat deze wandeling een nieuwe uitgave van de wandelkaart niet heeft overleefd. Je kunt je afvragen waarom: het is immers nog altijd een best doenbare tocht, door het Wolfsbusch, en met een aanvaardbare aanloop en een best te smaken slot door de vallei van wat hier nog de Amel heet. De TWQ ligt behoorlijk hoog: 64%, al heb ik er wat jaren geleden geasfalteerde boswegen bijgeteld, omdat het asfalt nu eenmaal bijna volledig weg is geërodeerd; opvallend toch hoe de natuur na verloop van tijd zijn rechtmatige eisen stelt. Meer dan een boswachter of drie zien we trouwens niet op deze wegen; drie, dat is opvallend veel; anders zie je deze professionele groenen zelden of nooit.

Hoe geraakten we er?
Montenau wordt bediend door buslijn 748 Weismes - Sankt-Vith. Spijtig genoeg weerspiegelen die hoge lijnnummers geenszins de doordringingsgraad van het OV in deze regio, al kunnen we niet echt klagen. De huidige dienstregeling is dan wel stevig uitgedund in de voorbije dertig jaar, je herkent er nog altijd flarden in van een goed uitgekiend vervangingsbusnet dat volledig gebaseerd was op spoorwegstations die plots aansluitingspunten werden voor bussen, en waar goede aansluitingen de basis waren voor een sterk presterend busnet.
Montenau is trouwens niet meer dan een vroegere stationswijk die onder de vorm van een appendix van een 3-tal kilometer bediend wordt: tijdverlies voor wie niet in Montenau moet zijn, maar erg handig voor wie de anderhalve km naar Deidenberg niet ziet zitten.
Anders dan veel dorpen in Wallonië heeft Montenau trouwens ook nog bussen pal in de voormiddag en de namiddag, wat de bruikbaarheid aanzienlijk verhoogt. Dat zal ook wel de reden zijn waarom deze bussen in tegenstelling tot veel andere niet leeg rijden: wie dat wil, kan zich behoorlijk schikken naar de bestaande dienstregeling, zo lang je maar niet al te laat, op zaterdag of op zondag wil reizen.

Foto's van de wandeling vind je hier.

Even lijkt het erop dat we steil naar de Amel zullen afdalen, maar iets verder gaat het naar rechts, zodat we nog een tijdje hoogte houden.

De Amblève heet hier nog Amel, maar is er niet minder mooi om.

Een stukje geschiedenis.
Montenau had dus ooit een echt station langs spoorlijn 48 Sankt-Vith - Aachen, waarvan het grootste deel het tot iets meer dan 10 jaar geleden heeft uitgehouden als toeristische Vennbahn. De echte reizigersdienst verdween hier al in 1954. Even was er een busdienst die afgestemd was op de 4 overblijvende treinen (8 in de twee richtingen), maar uiteindelijk namen de bussen de dienst helemaal over. Van de resterende 4 treinen werden er op het einde trouwens 3 met TA uitgevoerd, dieselmotorstellen van het allerkleinste type. Het is geen toeval dat de meeste lijnen die op die manier geëxploiteerd werden, al lang vergeten zijn. Toch zou het nog tot 1982 duren voor ook de goederendienst volledig zou worden opgeheven, en dat gaf ons nog net de kans om mee te rijden tot Sankt-Vith met de indrukwekkende Fagnard die door GTF werd ingelegd voor een groot publiek - en dat was er - tot Sankt-Vith. De trein werd gesleept door een loc van de reeks 55, de rijtuigen waren K2-rijtuigen die eigenlijk veel te vroeg van onze spoorwegen verdwenen.
Montenau zelf lijkt zijn spoorwegverleden trouwens enigszins te koesteren. De bijgevoegde foto's illustreren dat: de kleurenfoto is van mijn hand, de beide zwart-wit foto's kun je zien op het vroegere stationsplein. Ik wil me nu al verontschuldigen voor een eventuele schending van het copyright.
Ik wil trouwens ook van de gelegenheid gebruik maken om enkele websites in het zonnetje te zetten, die ik regelmatig raadpleeg bij het schrijven van deze bijdragen. Een ongelooflijke en betrouwbare informatiebron over de Belgische spoorlijnen is de site van Paul Kevers; de gegevens over de bussen pluk ik veelal van een even verbazende site www.zone01.be.

De verplaatsing.

Halle - Brussel-Zuid 1555 06:23 06:32 +2 08015 desiro
Brussel-Zuid - Verviers-Central 505 06:57 08:23 +1 1840 - 11818 I11
Verviers-Central - Malmedy [294] 08:40 09:25 stipt ab7531-11 Mercedes Conecto LIM-Collard-Lambert
Malmedy - Weismes [745] 09:31 09:55 stipt ab7561-10 Mercedes Citaro LE Satracom
Weismes - Montenau [748] 10:00 10:21 stipt ab7521-24 Setra S315NF Autobus Blaise
-
Montenau - Sankt-Vith [748] 14:21 14:39 stipt ab7521-24 Setra S315NF Autobus Blaise
Sankt-Vith - Eupen [394] 14:45 15:52 stipt ab7631-73 Mercedes Citaro LE Sadar
Eupen - Brussel-Noord 539 16:15 17:54 stipt 1840 - 11824 I11
Brussel-Noord - Halle 3688 18:02 18:29 +3 08026 desiro

En wat beleefden we?

Voorzichtigheid maant ons aan om vroeg op pad te trekken, zodat er al eens wat verkeerd mag lopen, zonder dat meteen onze hele dag verknoeid is. Met de dienstregeling van lijn 748 kan dat nog; in Namur-Luxembourg heb je die keuze meestal niet, en is het vaak een kwestie van erop of eronder. De L naar Dendermonde maakt zijn traditionele minuutje extra vertraging tussen Halle en Brussel-Zuid, maar niemand die zich daar aan stoort: het lijkt wel alsof iedereen nog een stukje van de nacht mee wil pikken in treinmaterieel dat zich daar nochtans niet echt toe leent.
In Brussel-Zuid heerst een onverwachte bedrijvigheid, al hebben de forensen duidelijk een stukje van hun territorium afgestaan aan de vakantiegangers die zich weldra in de vier windrichtingen zullen verspreiden in Eurostars, Thalyssen en andere TGV's; de ICE is al vertrokken.
Onze Eupen zal de hele weg behoorlijk op tijd rijden. Alleen in Angleur wordt het even spannend, want we staan er enkele minuten stil, om een onbekende reden. Gelukkig is er de reserve in de dienstregeling: de minuut vertraging bij aankomst in Verviers-Central is het vermelden niet waard. Dé vraag: waarom doe ik het dan?

Waar vroeger een flink deel van de bussen hun eind- en beginpunt hadden, ligt nu een gapend gat. De bussen vertrekken van een alternatieve halte, bereikbaar via de gang die de sporen overspant, waar een metalen, groene, steile trap de reizigers naar de bussen leidt. O wee, wie niet zo goed (meer) is in trappen of wie hier veel bagage op moet sleuren. Onder de trap vind je trouwens de toiletten, maar die zijn gesloten. Aan het loket weet men laconiek: Si la dame n'est pas là, il n'y a rien. Maar je blaas maak je geen blaasjes wijs?

Aan de ene kant van de straat staat een zevental bussen opgesteld, maar de vertrekhalte van al deze bussen ligt aan de andere kant. Hoedje af trouwens voor wie de nieuwe soort stadsasbakken langs de legebussenkant geplaatst heeft: zo hoeven al die chauffeurs met hun groeiende hoeveelheid peuken niet bij te houden hoe lang de werken hier wel aan zullen slepen. Die van de 294 rookt trouwens rustig in de bus.
Met 3 bussen (en dus 2 aansluitingen) voor de boeg is het toch even uitkijken. Traditioneel wordt een vertraging van enkele minuten opgebouwd op het grondgebied Verviers, maar naarmate de lijn meer en meer de allures krijgt van een plattelandslijn verdwijnt die geleidelijk. Enkele jaren geleden werd de busdienst hier gereorganiseerd, zodat zonder veel extra middelen een uurdienst Verviers - Malmedy tot stand kwam, al moet om de twee uur worden overgestapt aan de halte Malmedy Route de Wavreumont. We hebben 6 minuten aansluitingstijd en dat zal volstaan; overigens tonen de chauffeurs zich hier meestal wel bereid om de aansluitingen (en de aansluitende reizigers) te respecteren.
Ook de bus van lijn 745 heeft behoorlijk wat reizigers mee. Het is onmiskenbaar zo dat slabakkende Waalse lijnen het sinds enkele jaren weer (veel) beter doen. Nu moeten alleen de Waalse politici er nog overtuigd van raken dat de TEC een mooie toekomst kan hebben, mits de correcte aanpak, en dat houdt o.m. de versterking in van de diensten op de lijnen met veel potentieel, ook op sommige plattelandslijnen. Poen, poen, poen, poen., wist Wim Sonneveld al.

De bestemming van de meeste van de reizigers is trouwens Malmedy, in Weismes zullen we de enige overstappers zijn op de bus van lijn 748 die daar rustig staat te wachten. Deze lijn zullen we vandaag in haar totaliteit (her)verkennen: we plannen nl. een terugreis via Sankt-Vith. Dat geeft ons nog eens de gelegenheid onder de viaduct van Born door te rijden, een bouwwerk dat het dorp nog altijd volledig domineert, en dat eigenlijk onderdeel is van een wat uit de hand gelopen ongelijkgrondse kruising. In Born takte immers de lijn Sankt-Vith - Vielsalm af van de lijn Sant-Vith - Eupen.
In Sankt-Vith is An den Linden ondertussen voor ons een bekend overstappunt geworden. Meer dan op tijd komt de bus van lijn 394 voor rijden. Het wordt snel duidelijk waarom: de chauffeur krijgt van een wat oudere reiziger een vrij stevig kommetje roomijs toegeduwd. Samen zullen ze een heel eind van de weg een erg luid gesprek voeren, want ze zijn beiden voorzien van echte stentorstemmen, en de passagier is zo verstandig om te gaan zitten, want de bussen van deze lijnen moeten er een stevig tempo inhouden, om op tijd te blijven. We rijden door de gesloten Venen: droge voorjaren hebben zo hun schaduwkantjes.

Het station van Eupen wordt zijdelings bediend, en de reguliere halte is ook nog wat richting stad opgeschoven. Maar de aansluitingstijd is er ruimschoots op berekend. De trein naar Oostende staat al binnen; het is al een tijdje geleden dat dit ons nog overkomen is. De tb houdt van propere ruiten, dat is duidelijk. Overigens heeft hij hier in Eupen een emmer en een zwabber met een erg lange steel ter beschikking om de honderden verpletterde insecten weg te vegen. De zon kan onbarmhartig schijnen op weg naar de kust, zeker deze voorjaarszon die verraderlijk laag kan zakken en toch al fel uithalen.

Met dergelijke voorbereiding moet de reis wel voorspoedig verlopen. We krijgen een tweetal keren controle, maar niet meer tussen Leuven en Brussel. Dat is voor enkele parasieten de kans om in eerste te reizen zonder dat ze daar voor betaald hebben. Dezelfde taferelen kun je optekenen tussen Halle en Brussel, Ottignies en Brussel en waarschijnlijk nog wel enkele andere trajecten.
De aansluitende trein is alweer een L-trein, deze keer een echte die overal stopt tussen Brussel en Halle. De tb is duidelijk van het rustige type; hoe verklaar je anders dat we de drie minuten vertraging over het hele traject houden: traag optrekken, erg traag afremmen in de stations, gelukkig kan het ons deze keer allemaal niet zo veel meer schelen. Misschien zijn ze het zo gewend geraakt: als je hier tussen Brussel en Halle sneller dan 80 km per uur rijdt kom je overal te vroeg aan. Maar dat probleem stelt zich toch niet bij vertraging?

Het is een mooie dag geweest: de complexe verbinding liep als een fluitje van een cent, de wandeling viel erg goed mee, de streek met de spoorwegresten is uniek, en we genoten bovendien van een uitgesproken mooie en aangename lentedag. En ja hoor: dat gebouw rechts op de foto van het Montenauer station staat er nog altijd: alleen ligt er nu een terras voor, waar het aangenaam toeven is: Café Terminus…

Treinlectuur:
- Thomas Rosenboom, Zoete mond: ik weet nog niet echt wat ik er van moet denken - als het de bedoeling is van Rosenboom om een plaatsje te krijgen in de lijst van Nederlandstalige auteurs met de gekste personages, dan maakt hij zeker kans. Maar misschien wordt alles nog duidelijker, tegen het einde van deze omvangrijke roman aan.

- Thomas Hardy, De molen aan de Floss: altijd meegenomen, zo een roman uit de realistische romantiek of het romantisch realisme uit de 19de eeuw. Ik kocht de roman tweedehands - je weet wel: meer transportkosten dan wat het boek zelf kostte. Het bleek om een bibliotheekexemplaar te gaan, nauwelijks gelezen blijkbaar, maar toch afgevoerd. En zo wordt een stukje Engelse topliteratuur in Nederlandse vertaling weer wat onvindbaarder.

Deze Setra van Autobus Blaise liet ons de hele lijn 748 verkennen.

10-04-2014 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (4)


E-mail mij

Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


Blog als favoriet !

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 


Zoeken in blog


Laatste commentaren
  • Lijnen 712/714 (Etienne Tas)
        op 17 augustus 2023 Herne - Bever (Voettocht in Pajottenland)
  • OTW 4670 (Sebastiaan Van Hoof)
        op 18 juli 2023 - Lesve
  • IC's in Sinaai en Belsele (overweg13)
        op 27 december 2022 - Sinaai - Belsele (GR Waas- en Reynaertland)
  • Inhoud blog
  • 1 mei 2024 - Nieuwkerken-Waas - Melsele
  • 10 april 2024 - Vervifontaine
  • 8 april 2024 Pont-à-Celles
  • 29 maart 2024 - Hillegem
  • 21 maart 2024 Belsele - Nieuwkerken-Waas

    Archief per maand
  • 05-2024
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 01-2008
  • 12-2007
  • 11-2007
  • 10-2007
  • 09-2007
  • 08-2007
  • 07-2007
  • 06-2007
  • 05-2007
  • 04-2007
  • 03-2007
  • 02-2007
  • 01-2007
  • 12-2006
  • 11-2006
  • 10-2006
  • 09-2006
  • 08-2006
  • 07-2006
  • 06-2006
  • 05-2006
  • 04-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!