Overweg13
Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
28-10-2014
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.28 oktober 2014 Horebeke - Kwaremont

De wandeling.

Ik heb nooit gehouden van meccano en lego: ik was gewoon te onhandig om veel plezier te beleven aan die bouwdozen. En hetzelfde gevoel heb ik ook met de wandelnetwerken, die gaandeweg de plaats hebben ingenomen van bewegwijzerde luswandelingen waarmee zo goed als elke gemeente uitpakte. Maar een mens moet nu eenmaal mee met zijn tijd - adagium dat ik te gelegener tijd durf betwijfelen - en dus stappen ook wij van knooppunt naar knooppunt, over het Wandelnetwerk Getuigenheuvels Vlaamse Ardennen. We hebben een parcours uitgestippeld van Sint-Maria-Horebeke naar Kwaremont, langs de punten 53-59-58-57-56-64-60-75-74-76-82-36-67-66-81-78-97-96-15-18-38-16-49-70-69. Zoals van ons te verwachten, proberen we daarbij zoveel mogelijk onverharde wegen aan elkaar te knopen, maar met een TWQ van 42 % kan je de operatie niet echt geslaagd noemen. Dat bevestigt een sluimerend vermoeden dat de Vlaamse Ardennen slechts ten dele dat ideale wandelgebied zijn waar men het graag voor afschildert. Wat onthouden we dan van deze wandeling: de omgeving van de Ladeuzemolen in Etikhove, en vooral de weg ernaartoe, de Hoeve Ten Broeke en omgeving, het deel tussen de Patersberg en Kwaremont. Mogelijk had de wandeling er anders uitgezien op een heldere herfstdag: de beloofde zon bleef namelijk de hele dag uit, en dat werk je ook op de soms sombere foto's.


Deze kans kon ik echt niet laten liggen: het is vaak het trieste lot van treurwilgen. De vermolmde wilg werd vroeger trouwens gebruikt om potgrond (toen nog gewoon opgeschept in de tuin) wat lichter te maken. Hoe vaak moesten we als kind niet op zoek naar geschikte wilgenaarde?


Ook al zie je hem hier niet aan het werk, dit is de meest feeërieke kant van de Ladeuzemolen in Etikhove.


Met Elenebos op de achtergrond en een laatste generatie populieren op de voorgrond is dit wel een typisch beeld in de Vlaamse Ardennen.

Hoe geraakten we er?

Ons beginpunt had eigenlijk Sint-Maria-Horebeke Kerk moeten zijn, maar de planner van De Lijn wil ons per se naar Mater sturen, wat voor ons een extra kilometer voetenwerk inhoudt. Dat er een belbus in het centrum komt, negeert de planner, en als je een verbinding vraagt met trein en belbus, vindt hij zogezegd zelfs geen oplossing. Nu, eigenlijk is de voorgestelde oplossing, via Geraardsbergen en dan verder met buslijn 16 of 17 tot Mater, niet eens zo slecht. Overigens is het met de nieuwe site van De Lijn nog moeilijker geworden om een trip met de belbus uit te stippelen: vroeger kreeg je nog een soort approximatieve dienstregeling voor onderweg, nu is zelfs het zoeken van vertrek- en aankomsturen in aansluitingsstations een hele klus. Voor de terugrit maken we wel gebruik van de belbus, en wel naar Ronse Station. Ook nu doet de planner erg eigenaardige suggesties met heel lange overstappen in Avelgem Station, maar voor ons komt het toch wel heel wat beter uit via Ronse. (Als ik het vandaag nog eens opnieuw probeer, wordt zelfs in het geheel geen route gevonden.) Hopelijk is men ons niet aan het voorbereiden op het afschaffen van de belbussen, want als je de informatie erover verdoezelt, kan het dingetje zelf natuurlijk ook snel verdwijnen.

Een stukje geschiedenis.

De bus van lijn 16 volgt over langere afstand de vroegere tramlijn Oudenaarde - Geraardsbergen die in 1905 geopend werd, maar de Tweede Wereldoorlog niet overleefde: in 1943 verdween de reizigersdienst omdat de Duitsers soms het opbreken van tramsporen verkozen boven het leegroven van klokkentorens, in hun onstilbare zoektocht naar metaal in een poging om het oorlogstij definitief te doen keren. Ook in Wereldoorlog I werd de lijn trouwens opgebroken, en het zou tot 1922 duren voor ze opnieuw in dienst kwam. Je vindt over deze lijn een uitgebreide bijdrage op de website van Steven. Ik vermoed dat de huidige halte Brouwerij Roman toen gewoon Sint-Maria-Horebeke Dorp heette, maar dat moet bevestigd worden.
In het spoorboekje van 1925 vond ik een intrigerende directe rit tussen Geraardsbergen en Sint-Maria-Horebeke: de eerste tram vertrok om 2:10 in Geraardsbergen en kwam na de nonstoprit om 3:00 aan in Horebeke, waar de terugrit werd aangevat om 3:12. Vroege jongens daar in de Vlaamse Ardennen!
Het duurde enkele jaren voor de tramlijn na het opbreken vervangen werd door een busdienst. In de dienstregeling vond ik iets wat me meteen aan mijn jonge jaren terug deed denken; bij een van de ritten stond namelijk de opmerking: bollen enkel op de Donderdagen of marktdagen te Oudenaarde. Dat bollen was inderdaad deel van het dagelijkse taalgebruik, en werd veelal gebruikt in de plaats van rijden. En voor de spellingshervorming werden de namen van de dagen nog met een hoofdletter gespeld.
Voor de rest was het wachten op de basismobiliteit voor afgestapt werd van de wat willekeurige busbediening. Met de invoering van 2 varianten (16 en 17) werd meteen ook wat duidelijkheid geschapen, en kwam een uurdienst tot stand op het grootste deel van het traject.
Ik zal me de lijn vooral herinneren omdat we er na enkele jaren liberale minister van verkeer uit de streek op een zondagmorgen op een bus stonden te wachten die maar niet kwam. Bij de NMVB Oost-Vlaanderen had men midden in het jaar de zondagsdienst afgeschaft, en uiteraard waren de reizigers daar niet van op de hoogte. Brakel kwam plots wel erg ver van Geraardsbergen te liggen.

Kwaremont moet tot halfweg de vorige eeuw wachten op een busverbinding met de rest van de wereld: het is de private buslijn Ronse - Kluisbergen die in 1950 opduikt; je zoekt in de lijst halten wel tevergeefs naar een verwijzing naar Kwaremont, en pas later zal er een halte Kluisbergen (Kwaremont) in de tabellen opduiken. Op een bepaald moment wordt de buslijn opgenomen als aanvullende buslijn 480 van de NMBS. Echt denderend was de bediening niet, maar alleszins wel ruimer dan de huidige reguliere lijn 68. De beschikbaarheid van de belbus vangt de behoeften in de streek dan ook goed op.

De verbinding.

Halle - Geraardsbergen 1578 07:38 08:11 +4 08030 mr08 desiro
Geraardsbergen - Mater [16] 08:35 09:06 stipt ab4555 Jonckheere Transit 2000 Oudenaarde
-
Kwaremont - Ronse [470] 15:40 stipt ab2017-05 Mercedes Sprinter II Hendriks Personenvervoer
Ronse - Oudenaarde 1867 16:10 16:20 +1 4138 mw41
Oudenaarde - Brussel-Zuid 2315 16:32 17:19 +36 388 mr80 break
Brussel-Zuid - Geraardsbergen 8574 17:58 18:08 +6 2146 53514 M5

Wat we beleefden.

's Morgens staat ons een relatief korte treinrit naar Geraardsbergen te wachten, en met desiro's in het verschiet, kiezen we opnieuw voor tweede klasse. Je zit er net zo slecht in als in eerste klasse, en de kansen om naar buiten te kijken zijn er even deskundig de nek omgewrongen door de ontwerpers van dit stel, die waarschijnlijk zelf in dure wagens met panoramisch zicht over de Duitse Autobahnen toeren. We passeren de lang gesloten overweg 13, de oorsprong van mijn nickname: ik woonde er van 1955 tot 1967, en maakte er onder meer de afschaffing mee in 1963: de dag dat mijn moeder als bareelwachtster plots werkloos werd. Nu zijn er gevorderde plannen om de naburige overwegen 11, 14 en 15 (het vroegere station Beert-Bellingen) te vervangen door een tunnel en een brug, maar het is maar de vraag wat er overblijft van het investeringsprogramma van Infrabel nu we ongetwijfeld door enkele keiharde OV-jaren moeten. Zelf heb ik weet van minstens 4 ongevallen op deze overwegen, waarvan 2 bovendien de typische structuur van een ezelsrug hebben. Zo snel mogelijk afschaffen, dus…
Ik begin de dag met een stommiteit van formaat: ik zit al een tijdje met de vraag of we in Ronse wel genoeg tijd zullen hebben om een biljet voor de terugreis te kopen, en die idee doet me helemaal vergeten dat ik een railpass op zak heb. Ik haal onze biljetten uit de automaat, ook 2 biljetten Ronse - Halle, die elk bijna 5 EURO duurder zijn dan een ritje op de railpass. Gelukkig is er nog het loket, waar de bediende zonder problemen de te veel gekochte biljetten annuleert en terugbetaalt. In Halle zal het loket nog wel een tijdje openblijven, maar het is toch een service die we overal zouden kunnen appreciëren, en dat lang niet alleen voor verstrooide reizigers.
De trein vertrekt in Halle met 11 minuten vertraging, maar die vertraging zal zienderogen slinken: Edingen +9, Herne en Tollembeek +8, Galmaarden +7, Viane-Moerbeke +6 en Geraardsbergen +4! Dat is misschien wel het enige voordeel van deze desiro's; met klassieke stellen zie je dit niet meteen gebeuren.

De bus van lijn 16 heeft een korte herbenuttigingstijd. Hij komt aan om 8:27 en moet weer vertrekken om 8:35. Op deze rustige vakantiedag is dat geen probleem. Samen met een vijftal andere reizigers vertrekken we richting Oudenaarde. Onderweg pikken we trouwens nog regelmatig andere reizigers op. Lijnen 16 en 17 rijden veelal hetzelfde traject: alleen tussen Deftinge en Nederbrakel wordt een ander traject gevolgd. Een jong koppel heeft zich vergist, maar kan blijkbaar toch zonder al te veel moeite zijn bestemming bereiken. Onze afstaphalte is Mater Brouwerij Roman. Verdoken publiciteit is dat, en eigenlijk zou De Lijn zich daar moeten laten voor betalen. Voor de reizigers heeft dat een dubbel voordeel: geen raamreclame, die nu snel weer overal zal opduiken en de rit vergalt, en een ondubbelzinnige haltebenaming die duidelijker is dan een of andere straatnaam.

Voor de terugrit hebben we dus een belbus besteld: die zagen we op de middag al in Nukerke staan. De bus rijdt eerst naar het bejaardentehuis in Kwaremont; ik vermoed dat hij daar een drietal reizigers heeft afgezet, voor hij ons oppikt. Nutteloos zijn de belbussen zelden. Onderweg nemen we nog een jongeman mee, en dan gaat het richting Ronse.

Daar komt net L1884 aan, met 4 motorstellen van reeks 41. De trein wordt mooi in twee gelijke delen gesplitst. De eerste stellen (kant Oudenaarde) zullen onze L-trein worden, de laatste twee zullen de dienst uitmaken op P8960, die een half uur later vertrekt.
In Oudenaarde lijkt er niets aan de hand, tot de IC2315 plots met 17 minuten vertraging wordt aangekondigd, wegens een defecte trein. Die 17 minuten laten vooral vermoeden dat de trein nog niet vertrokken is in Kortrijk, en dat de vertraging nog kan groeien. Het worden uiteindelijk 38 minuten vertraging. Vier breaks komen aan rijden, die anders voor erg veel capaciteit zorgen tussen Brussel en Sint-Niklaas. Gezien de vertraging zullen de reizigers andere treinen hebben genomen, waarschijnlijk allemaal dezelfde, wat tot leuke taferelen geleid zal hebben. Erg veel gaat van deze vertraging niet meer af: in Brussel-Zuid komen we aan met 36 minuten vertraging, nog net op tijd om nog eens mee te rijden met P8574. Precies zoals beschreven op de blog van Steven krijgen we eerst te horen dat Brussel-Zuid het eindpunt is. IR3337 gaat hier naadloos over in P8574 maar dat is blijkbaar niet doorgedrongen tot de tbg. Pas na het lezen van Stevens blog hebben we doorgekregen dat we in hetzelfde rijtuig hebben gezeten, een gemiste kans voor een korte maar gezellige babbel onder gelijkgestemden. Vanaf Lot gaat het minder vlot, zodat we andermaal 6 minuten vertraging noteren bij aankomst in Halle, 37 minuten later dan voorzien. Zo gaat het wel vaker: de IR uit Antwerpen spartelt probleemloos door de NZV, maar op het traject naar Halle loopt het fout.
We hebben 4 treinen genomen vandaag en zijn één keer gecontroleerd, tussen Ronse en Oudenaarde, door een tbg die ons zelfs herkende aan onze attributen. Die mag van mij (en van Cornu) blijven, maar die drie anderen bevestigen toch wel dat treinen zonder tbg ook kunnen. Al vind ik het toch een akelige gedachte dat een of andere L-trein een eindeloze reeks onbewaakte halten aandoet zonder dat iemand met gezag het gaan en komen op zijn trein in het oog houdt.

De treinlectuur.

The chimney sweeper's boy, Barbara Vine. Het is eens wat anders, een soort misdaadverhaal waarin maar één gewelddadige dode valt, en dat dan nog een veertigtal jaren vroeger. We leren het verleden kennen a.h.v. getuigenissen van Ursula, de echtgenote van de overleden schrijver, en van enkele opgespoorde familieleden, maar ook en misschien wel vooral uit de romans die Gerard Chandless geschreven heeft, en waarvan hij altijd heeft beweerd dat zijn hele verleden er in te vinden was. Meer wil ik niet verklappen, want ik wil vooral de pret niet bederven…

Het parfum, Patrick Suskind.


Mw 4123 haast zich van Oudenaarde naar Ronse, hier net voor het vroegere station van Etikhove. De trein in kwestie is L1881 Geraardsbergen - Gent - Ronse. Let ook op het mooie overwegwachtershuisje.


In Nukerke zagen we deze ab 2017/05. Zelf gebruik ik al jaren een liggend streepje tussen het nummer van het contract (de eerste vier cijfers) en het nummer van de bus, om een en ander wat leesbaarder te maken. Het is de eerste keer dat ik dit toegepast zie op een bus, al is het liggend streepje hier vervangen door een schuine streep. Zoals een beetje te verwachten was, werd dit achteraf ook de belbus die ons van Kwaremont naar Ronse bracht.

28-10-2014 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (4)
23-10-2014
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.23 oktober 2014 Lotenhulle - Machelen GR129

De wandeling.

Om maar met de deur in huis te vallen: we stappen bijna 19 km over GR129 Brugge - Arlon (ondertussen al, ze wordt almaar langer!) en de TWQ bedraagt 29 %. Het is duidelijk dat dit niet is wat je van een GR verwacht, maar dat is nu eenmaal wat je in Vlaanderen regelmatig voorgeschoteld krijgt. Je kunt je als ontwerper van zo een route een punthoofd denken, als bijna alles opgeofferd is aan tractoren en auto's is het echt niet zo eenvoudig om een waardevol traject uit te stippelen. Door het opzet van zo een GR zelf is het dan noodzakelijk om ook minder interessante stukken te overbruggen, en het mag dan al een wonder heten als je af en toe toch nog prachtige wandelstukjes kunt serveren: het Kasteel van Poeke en zijn bos, de vallei van de Vondelbeek in Wontergem met vleunders in de Vloanders, en de korte tocht langs een oude Leiearm die ons bij de kerk van Machelen brengt. Het traject door het natuurreservaat van de Vondelbeek is trouwens relatief recent toegevoegd, als een interessante verbetering van het oorspronkelijke tracé. Zelfs ondanks dit minder interessante stuk - van Lotenhulle naar Machelen - blijft de GR129 een van de beste manieren om België en zijn veelheid aan landschappen te ontdekken; dat die niet overal in dezelfde mate de nieuwsgierige wandelaar aanspreken, moet je er bij nemen.


Poeke en zijn kasteel zijn echt wel de moeite waard, al staat het kasteel spijtig genoeg te verkommeren. Dwars door het domein loopt de Poekebeek.


En dat is het kasteel zelf. Als hier niets mee gebeurt, zal het over een tiental jaren helemaal verwaarloosd zijn. Onze samenleving slaagt er eigenlijk al lang niet meer in om de centen eerlijk te verdelen tussen arm en rijk, we slagen er evenmin in om als samenleving op een zinvolle manier met geld om te gaan. Dit zou toch niet verloren mogen gaan.


En ter attentie van iemand die er vandaag niet bij kon zijn: eindpunt Machelen met een oude Leiearm die duizend keer mooier is dan de gekanaliseerde Leie die we wat eerder achter ons hebben gelaten.

Meer foto's hier.

Hoe we er geraakten.

Omdat we toch nog zo een 19 km moesten stappen op een al flink ingekorte herfstdag, konden we ons eigenlijk niet zo veel fantasietjes permitteren. Dat we uiteindelijk toch voor een verbinding kiezen die ons pas tegen de middag in Lotenhulle bracht, heeft alles te maken met de beschikbaarheid van bruikbare busritten. In theorie konden we namelijk overstappen van trein op bus in Tielt, Aalter en Gent (lijnen 15 en 87) maar dat maakte het net extra ingewikkeld. Want wat schrijf je dan op je railpass? Als het fout loopt, zit je vast in Tielt of Aalter, en dus gaat onze voorkeur naar Gent, ook al hebben we dan een langere busrit voor de boeg. Als het daar misgaat, zitten we trouwens ook vast, maar naar Gent kunnen we tenminste wat reserve inbouwen.
De terugrit is dan weer een stuk eenvoudiger: Machelen wordt zijdelings bediend door lijn 75 Kortrijk - Deinze en dat met een heel bruikbare frequentie.

Een stukje geschiedenis.

Met de buslijn 15 van Gent naar Tielt volgen we eigenlijk grotendeels de oude tramlijn Gent - Ruiselede, die in haar eindpunt een overstap op de lijn Tielt - Aalter mogelijk maakte. Die laatste lijn lag er trouwens al 26 jaar toen de tram uit Gent in 1914 tot Ruiselede doorstootte; dat was meteen het moment waarop Lotenhulle op het tramnet aangesloten raakte. Toen de lijn tussen Gent en Nevele in 1932 geëlektrificeerd werd, viel Lotenhulle uit de boot: voortaan zou een overstap in Nevele noodzakelijk worden, van de elektrische tram Gent - Nevele op de autorails van de tram Nevele - Ruiselede - Tielt. Het zal wel niemand verbazen dat die lijn al begin jaren 1950 verbust werd; toen in 1959 ook de tramverbinding tussen Nevele en Gent verdween, werd de oorspronkelijke verbinding Gent - Ruiselede opnieuw zonder overstap bediend, al waren veel ritten beperkt tot Nevele. In de jaren 1970 zag een nieuwe buslijn Maldegem - Aalter - Deinze het licht met een eerder beperkte bediening. De huidige bediening reflecteert eigenlijk grotendeels de toen ontstane toestand, met een buslijn 15 Gent - Tielt en een buslijn 87 Aalter - Deinze, aangevuld met een belbus.
Buslijn 75A duikt voor het eerst op in het spoorboekje van 1936, tussen Waregem en Deinze. (Er is ook een bus van Kortrijk naar Waregem.) De huidige halte De Prins heette toen nog Prins-Kardinaal. Eigenaardig genoeg werd deze buslijn nadien onder allerlei andere nummers in het spoorboekje opgenomen; het zou tot 1954 duren voor lijnnummer 75a opnieuw opdook. Deze door de NMBS geëxploiteerde buslijn was het gedroomde excuus voor de povere bediening van de tussenhalten op treinlijn 75; Zulte, Machelen en Olsene werden meer en meer aan hun lot overgelaten: hun opheffing stond toen al in de sterren geschreven. De komst van het eerste IC-IR in 1984 betekende de genadeslag, voor zover die nog nodig was.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 3707 08:45 08:56 +29 528 mr96 Deense neus
Brussel-Zuid - Gent-Sint-Pieters 1530 09:26 09:56 +3 1915 - 61016 M6
Gent-Sint-Pieters - Lotenhulle [15] 10:47 11:34 +2 ab5219 Van Hool New AG300 Zomergem
-
Machelen - Deinze [75] 17:22 17:30 +10 ab5508-13 Jonckheere Transit 2000 Parmentier Autobus
Deinze - Brussel-Zuid 3616 17:56 18:46 +8 556 mr96 Deense neus
Brussel-Zuid - Halle 3740 19:04 19:14 stipt 555 mr96 Deense neus

Wat we beleefden.
Tegenwoordig kun je als wandelaar-treinreiziger 's morgens maar best nakijken of er nergens gestaakt wordt. Maar vandaag lijkt de rust - voorlopig - teruggekeerd, en ook de weersverwachtingen lijken niet al te negatief te zijn. We hebben gekozen voor een lange overstap in Gent, en dus zijn we er tamelijk gerust in, tot we in Halle IR3707 zien sukkelen: met elke poging om te vertrekken zien we de drie mr96 een eindje achteruitrijden. Tractieproblemen, die maar niet opgelost raken, tot de treinbestuurder ten einde raad de pantografen plat legt. Even later gaan die opnieuw omhoog, en ja, deze keer lijkt het wel te lukken. Spijtig genoeg heeft men de passagiers laten uitstappen; onnodig te zeggen dat de ondertussen gearriveerde L3758 bestormd wordt; we bedanken er feestelijk voor om als haringen in een ton naar Brussel te sporen, want deze ene desiro is echt niet tegen deze zware taak opgewassen. We beseffen maar al te goed dat we het risico lopen om in Brussel-Zuid onze aansluiting te missen, ook al omdat de IR uit Binche waarschijnlijk achter de L-trein aan zal komen te zitten.
Maar dan komt er plots leven in de brouwerij: de IR naar de Luchthaven zal toch kunnen vertrekken, de treinbegeleider maakt dat met een fluitsignaal duidelijk, en de aangesproken onderstationschef nodigt ons even later uit om opnieuw in de IR plaats te nemen. Dat doen we, al is het lang niet zeker dat deze trein inderdaad voor de IR3908 zal vertrekken. Maar het lukt vrij snel. Zoals dat de gewoonte is wanneer het verkeerd loopt met een trein, is het onderscheid eerste/tweede opgeheven. Hoe vaak zie je niet dat reizigers menen dan recht te hebben op compensatie: ze trakteren zichzelf dan maar. We vertrekken met 28 minuten vertraging, en het valt maar af te wachten wat daar bij komt, met een barstensvolle L-trein voorop; ik verwacht dat de instappers in Buizingen en verderop niet zomaar zonder slag of stoot mee kunnen. Maar uiteindelijk loopt het nog tamelijk vlot: bij aankomst in Brussel-Zuid hebben we één minuutje vertraging meer dan in Halle. Als de IC naar Knokke/Blankenberge op tijd is, missen we onze aansluiting.
Nu loopt het de laatste dagen weer duidelijk minder vlot met de stiptheid, en het is moeilijk aan te nemen dat alleen de stakingsacties in La Louvière, Charleroi en Liège daar verantwoordelijk voor zijn, al spelen die natuurlijk wel een nefaste rol. Maar ook deze IC rijdt dus met een kleine vertraging - net genoeg om ons goed uit te komen - en even later sporen we gerustgesteld naar Gent. We zouden trouwens ook met de IC van 10:05 naar Oostende onze aansluiting nog kunnen halen, en achteraf bleek die ook op tijd te zijn. Much ado about nothing…

Op een gezellige manier wachten is sinds enige tijd weer geen probleem meer in Gent. Tempus fugit heet het hier weer als vanouds en de koffie smaakt. Het zal een gelede bus zijn die ons naar Lotenhulle zal brengen. In het begin maken we wat vertraging, maar eenmaal op den buiten gaat het snel, veel te snel om comfortabel te zijn: de gelede bus neemt zonder veel gratie de groeven tussen de tot op de draad versleten macadamstukken, maar de chauffeuse blijft doorrazen. Echt nodig is dat nochtans niet, want aan de halte Lotenhulle Guldensporenplein komen we 5 minuten te vroeg aan. De motor wordt uitgezet, het sigaretje (buiten) aangestoken. Wij zijn onze eindhalte tot op een halve kilometer genaderd. Wat meer is, de onvoorziene pauze zal nog met 2 minuten uitlopen. Eigenlijk zijn er toch chauffeurs die zich weinig klantvriendelijk gedragen en zich door hun wispelturig en egoïstisch (rij)gedrag ongetwijfeld veel wrevel op de hals halen. In dit geval ware trager rijden aangewezen geweest, dan zou er helemaal geen pauze nodig zijn geweest en zouden we waarschijnlijk ook nog stipter aan de halte Kerk zijn aangekomen.

Voor de terugrit lijkt het probleem de redelijk krappe aansluiting bus-trein in Deinze te zullen worden. De bus heeft inderdaad 10 minuten vertraging. Het is al lang geleden dat we bij het instappen nog overvallen worden door de hete klamheid van een slecht geventileerde bus. Waarschijnlijk heeft deze bus het eerste deel van zijn rit met een massa zwetende scholieren afgelegd. Bij het binnenrijden van Deinze zien we de IR die we dachten te nemen over de brug rijden. We kunnen nu gerust zijn: deze aansluiting kunnen we vergeten.

Dat heeft wel een gunstig neveneffect: daardoor kunnen we nu overstapvrij naar Brussel sporen, met de IR uit De Panne. Ook met deze trein wil het niet lukken: we lopen uiteindelijk 13 minuten vertraging op bij vertrek in Deinze - dat grondig opgefrist wordt. We moeten de IC naar Antwerpen voor laten en er moet een stel afgekoppeld worden in Gent; dankzij de werfreserve op lijn 50A loopt de vertraging nog terug tot 8 minuten bij aankomst in Brussel-Zuid.
Met IR3740 hebben we onze derde Deense neus van vandaag; de rit naar Halle verloopt probleemloos. Ik ben echt benieuwd naar de stiptheidscijfers van oktober. Ook Cornu heeft de bui al zien hangen, en zal wel uitpakken met de ongetwijfeld desastreuze impact van de asociale acties, maar ik heb de indruk dat er meer aan de hand is. Ik vrees dat we door moeilijke maanden moeten én dat het nieuwe vervoersplan onder een erg slecht gesternte van start zal gaan.

De treinlectuur.

Barbara Vine, The chimney sweeper's boy. Barbara Vine is Ruth Rendell; in deze roman stapt ze even af van de klassieke whodunit (o.a. Inspecteur Wexford) waarmee ze beroemd is geworden. Als de bekende schrijver Gerald Candless door een hartaanval getroffen wordt, laat hij een echtgenote Ursula en twee dochters Sandra en Hope achter. Sandra krijgt van Gerards uitgever de vraag om zijn biografie te schrijven, maar dan blijkt al snel dat Gerard wel eens iemand anders zou kunnen zijn. De echte Gerard is op zesjarige leeftijd overleden aan meningitis.
Patrick Suskind, Het parfum.


Extra veel OV-foto's vandaag. In Wontergem lopen we langs lijn 73 Deinze - De Panne. Een eerste ontmoeting hebben we met IR 3613 De Panne - Antwerpen-Centraal.


Uit de andere richting, en aan de andere zijde van de site van het vroegere station van Wontergem, komt IR3636 Antwerpen-Centraal - De Panne aangereden. De trein rijdt op tegenspoor, zoals aandachtige spoorwegenthousiasten ongetwijfeld al gemerkt hebben.


Ab5015-78 rijdt zo goed als op tijd richting Deinze. Dat wakkert onze hoop op een snelle aansluiting aan, maar de volgende bus zal wel met tien minuten vertraging rijden.


Ab5508-19 met voor fotografen erg vervelende lijnfilm rijdt naar Kortrijk.

23-10-2014 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (4)
14-10-2014
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.14 oktober 2014 Orp-le-Petit - Geer (GR564)

De wandeling.

Het overkomt ons niet zo vaak dat we meteen na elkaar trajecten lopen die in elkaars verlengde liggen, maar verschuivingen in ons zorgvuldig uitgekiende jaarprogramma maken dat we vandaag verder stappen over GR579 Brussel - Liège, en dus vertrekken in Orp-le-Petit. Eindpunt zal Geer zijn, het plaatsje dat zijn naam dankt aan de Geer, die wij Vlamingen beter kennen als de Jeker, en die in onze jonge jaren nog behoorde tot de basiskennis van de Lagere School, die ons o.m. door wandkaarten werd ingeprent. Het landschap verschilt nauwelijks van dat van de vorige tocht, maar toch is er een groot verschil ten kwade: een ruilverkaveling oude stijl heeft voor een lang, eentonig betonstuk gezorgd tussen Avernas-le-Bauduin en Blehen. Weg zijn ze, die avontuurlijke en schilderachtige veldwegen. Dat levert een TWQ op van 46 %, wat toch niet bijster veel is in een landbouwgebied, al komt het wel vaker voor. Toch blijven er ook heel mooie stukjes over: voorbij Orp lopen we enige tijd door het valleitje van de Kleine Gete - tegen de flank, in het bos hebben motocrossers zich een parcours afgedwongen, maar vandaag is het er rustig - ruilverkavelingswegen nieuwe stijl (met grasstrook in het midden) zien er al een stuk vriendelijker uit, en die vinden we tot Grand-Hallet, en het laatste deel van onze dagmars, langs de prille maar al sterk vervuilde Geer over een kronkelend pad mag er ook zijn. Als we in het dorp Geer aankomen, hebben we er bijna 20 km op zitten.

Foto's van deze wandeling.

Deze kun je alvast eens bekijken:

We liepen langere tijd door een typisch agrarisch landschap, zoals hier tussen de beide Hallets - Lincent ligt op de achtergrond.

Op het einde liepen we nog even over dit mooie pad langs de Geer.

Hoe we er geraakten.
Orp-le-Petit ligt op buslijn 148; vanuit Landen vertrekken er om de 2 uur bussen, een helemaal tot Gembloux, de andere langs een alternatieve route tot Jauche. Ze vertrekken met een minuut verschil in het vernieuwde busstation.
Voor de terugrit kunnen we de bus van lijn 128 Hannut - Waremme nemen; deze bus rijdt een uurdienst, en geeft een goede aansluiting met de IC naar Brussel en Saint-Ghislain.

Een stukje geschiedenis.

In de uitbouw van het openbaar (tram)vervoer in de streek speelde de huidige busstelplaats Omal een belangrijke rol. In 1888 kwam er een tramverbinding Waremme - Statte (van noord naar zuid, dus), en het zou eigenaardig genoeg tot 1906 duren voor een tweede tramlijn van oost naar west Liège met Hannut zou verbinden. Op deze tramlijn lag het dorpje Geer. De verbinding naar Waremme moest dus met overstap in Omal. Vandaag lopen we af en toe in de onmiddellijke buurt en zelfs een tijdje over de bedding van deze tram Hannut - Liège, dat laatste met name over het pad langs de Geer dat over enige afstand van de oude bedding gebruik heeft gemaakt. De structuur van het tramnet was in de ruime regio trouwens een stuk complexer dan ik hem nu voorstel.
Zoals overal verdween de tramdienst in de jaren 1950: Geer kwam aldus te liggen op een buslijn Liège - Hannut; het busnet weerspiegelde trouwens tamelijk getrouw het vroegere tramnet. Zo moesten reizigers die naar Waremme wilden nog altijd overstappen in Omal. Het zou tot de jaren 1970 duren voor een erg beperkte schooldienst een verbinding Geer - Waremme zonder overstap mogelijk maakte. Vandaag verbindt lijn 128 Hannut met Waremme, zonder overstap in Omal. Het is een van de zeldzame gevallen van verbeterd busaanbod in de voorbije 50 jaar ten zuiden van de taalgrens. Wij maken er vandaag dankbaar gebruik van.
Volledigheidshalve: tussen Avernas-le-Bauduin en Bertrée liepen we ook nog onder een brug van de vroegere spoorlijn 127 Landen - Statte door. Avernas had een station, Bertrée moest het stellen met een halte. Beide liggen dan ook erg dicht bij elkaar; mocht lijn 127 niet in haar geheel weggesaneerd zijn, dan zou Bertrée ongetwijfeld voor de bijl zijn gegaan, omdat beide stops te dicht bij elkaar lagen.
En nog een toemaatje: in Avernas-le-Bauduin staat nog een bushaltepaal uit lang vervlogen tijden.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 3908 09:09 09:19 +3 08141 desiro
Brussel-Zuid - Landen 1708 09:31 10:22 +7 2705 58050 M4
Landen - Orp-le-Petit [148] 10:42 11:03 stipt ab6415 Mercedes Citaro II Chastre? Jodoigne?
-
Geer - Waremme [128] 17:08 17:21 +5 ab9631-18 Van Hool A600 Autobus Peeters
Waremme - Brussel-Noord 1739 17:29 18:20 +1 2705 58050 M4
Brussel-Noord - Halle 3140 18:20 18:41 +5 312 mr80 break

Wat we beleefden.
In de IR naar Louvain-la-Neuve-Université zitten we naast een heerschap dat een roze krant leest. Hij verdiept zich in de economische cijfertjesdans achteraan de krant, en gebruikt een truc die mutatis mutandis ook treinbestuurders wel eens gebruiken: luidop het beeld herhalen van het net gepasseerde sein, als geheugensteuntje. Brevieren, zoals de pastoors in lang vervlogen tijden.
In Brussel-Zuid lijkt alles zijn rustige gangetje te gaan. Onze IC1708 staat lange tijd zonder vertraging aangeduid, maar plots verschijnt toch een rode 5! Het zullen er uiteindelijk 7 worden, omdat we voorrang moeten geven - vermoed ik - aan de IC1508. En dan weet je het wel: in Brussel-Centraal hebben we al 11 minuten vertraging, al is dat nog altijd geen reden tot paniek: in Leuven is de vertraging al onder de 10-minutengrens gedoken, in Landen lijkt het er even op dat we zelfs nog met minder dan de symbolische 6 minuten zullen aankomen, maar plots verandert ons gezapig tempo in een waar slakkengangetje: bij aankomst blijkt het sein op spoor 1 inderdaad dicht te staan, en tegenwoordig is dat door nieuwe richtlijnen altijd goed voor enkele minuten vertraging extra. We krijgen geen controle: bijna een uur treinen is al lang geen garantie meer dat je de tbg minstens één keer te zien krijgt.

In Landen staan de chauffeurs van beide bussen 148 nog gezellig met elkaar te keuvelen en te wedijveren in buikomtrek, de nieuwe hype van de gezondheidsgoeroes. Eén bus afficheert al 148 Gembloux, de andere houdt het voorlopig nog bij Hors service. De wind waait lustig en fris, en we stappen dan ook in de bus naar Gembloux, ook al zal die in theorie drie minuten na de andere in Orp-le-Petit aankomen, en op die manier aansluiting geven met de bus naar Gembloux. Voor de tweede keer in evenveel gelegenheden merken we dat van het mooie theorietje niets in huis komt. We zijn nog maar net uitgestapt als de tweede bus- te laat - komt aangereden: bye bye aansluiting. Als het toch niet lukt zou men de 2-uurdienst beter vervangen door een uurdienst, met het ene uur een bus tot Gembloux, het andere uur tot Orp-le-Petit. Dat zou het wel onmogelijk maken om van Waasmont, Lincent, Grand- en Petit Hallet naar Gembloux te reizen zonder overstap van een uur, maar dat kan vandaag ook niet, door de slordige toepassing van de dienstregeling.

Met een overstap van 8 minuten in het vooruitzicht, houden we toch wat angstvallig de rit van onze 128 in het oog: hij komt met 5 minuten in Geer aan, heeft nog een twintigtal reizigers mee, en op een klein kwartier is de kans om de vertraging substantieel te beperken miniem. Het blijft bij vijf minuten, ook al omdat we onderweg achter een boer met pet en Manitou aan zitten, die nochtans pogingen doet om ons voor te laten, maar daar is het tegenoverliggende verkeer net iets te druk voor. Maar in Waremme is nog geen spoor van de IC te bekennen, en dus ziet het er goed uit.


Waremme is ook een van die stations die we niet zo goed kennen; deze IC komt op spoor 4. Het wordt al snel duidelijk dat we ons geen zorgen hadden hoeven maken: de trein rijdt met 5 minuten vertraging. Dan volgt een van die ritten waar elke rechtgeaarde tb waarschijnlijk met enige voldoening op terugkijkt. De vertraging wordt weggeknabbeld, tot er nog nauwelijks iets van over blijft. Tussen Waremme en Landen rijzen nieuwe bovenleidingspalen uit de grond, en van sommige taluds is een serieus stuk weggevreten. Het doet wat denken aan de werken op lijn 162: is dit ook in het kader van een herelektrificatie?
Dat een treinvertraging soms ook in je voordeel kan spelen, wordt ook vandaag bewezen: we kunnen nog mee met de IR3140 in vertraging. Tussen Brussel-Noord en Brussel-Zuid beleven we nog even hilarische momenten als in Brussel-Noord Antwerpen-Berchem, Oude-God en Nekkerspoel als volgende halten worden omgeroepen. Ook na Brussel-Congres wordt Oude-God nog eens vermeld, maar vanaf Brussel-Zuid wordt de toestand rechtgezet, zij het eerst met veel echo. Sinds de tbg's ook dj zijn, valt er altijd wat te beleven. In de eersteklasfadeling hangt een vervelend wc-geurtje: net als enkele weken geleden lijkt ook in dit stel de deurkruk gevandaliseerd; ze is dan maar volledig weggenomen, maar dat neemt niet weg dat doordringende rottingsgeuren in de trein verspreid raken. Hopelijk is dat niet de manier waarop de NMBS het onderscheid tussen eerste en tweede klas duidelijk probeert te maken. (Dat zal trouwens alvast in de desiro's niet kunnen…)

De treinlectuur.

Carlos Ruiz Zafón, Het spel van de engel. Ik nader het einde van deze indrukwekkende roman; de plot is vrij complex: ik zou meer ruimte nodig hebben dan ik hier voorzie om hem op een duidelijke manier uit de doeken te doen. Ik probeer enkele motieven op een rijtje te zetten: religie, de macht van woorden, verhalen, romantitels, Barcelona, niets is wat het lijkt, het kwaad, de duivel, bezetenheid, liefde, huizen, herinneringen, spiegels… en dat allemaal in een bijzonder geslaagde cocktail.
Het parfum, Patrick Suskind.

14-10-2014 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
10-10-2014
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.10 oktober 2014 Jodoigne - Orp-le-Petit (GR579)

De wandeling.

GR579 spreekt waarschijnlijk tot de verbeelding omdat ze de centra van twee van onze belangrijkste steden, Brussel en Liège, verbindt, maar ook omdat de ontwerpers erin geslaagd zijn om deze verbinding te realiseren over wegen en paden die zelfs in Brussel, ook in Vlaanderen en vooral in Wallonië best bewandelenswaardig zijn. Vandaag stappen we van Jodoigne naar Orp-le-Petit, iets minder dan 17 km, langs een lange reeks veldwegen (en kerkwegjes in de dorpen waar we langs komen). De TWQ ligt met 75 % dan ook behoorlijk hoog. Het is een geknipte wandeling voor wie van weidse akkers houdt, en voor wie er niets tegen heeft dat die er in deze herfstmaand al behoorlijk kaal bij liggen. Dat is alvast beter dan maïsvelden die de pret nogal eens kunnen bederven. Het is ook een van die wandelingen met 2 gezichten: drie vierden van de tijd loop je door een landschap met zachte glooiingen, maar naarmate je de vallei van de Kleine Gete nadert, worden de hellingen plots steiler en nemen echte holle wegen de plaats in van de vele vlakke veldwegen.

Huppaye, kerk zonder toren, want zonder centen, en de bewoners van een paardenhotel.

Le Grand Château, een van de vele grote boerderijen op het parcours, maar deze liet zich wel fotograferen.

Meer foto's.

Hoe we er geraakten.

Onze verbinding was eigenlijk betrekkelijk eenvoudig: tot Tienen met de trein en daar de bus op van lijn 360 (de vroegere 142a, vervangingslijn voor spoorlijn 142 Tienen - Namur). Deze taalgrensoverschrijdende lijn brengt inderdaad veel mensen van het ene landsgedeelte naar het andere; ze illustreert mooi dat de Belgische barst eerder in de hersenen van politici zit dan in die van de gewone busgebruiker. Gelukkig heeft men de lijn dan ook niet opgesplitst: ze functioneert naar behoren in haar totaliteit.
Voor de terugrit mochten we gebruik maken van een andere vervangingslijn (148 - vroeger 148a, de vervangingslijn voor spoorlijn… 147 Gembloux - Landen). Dit is een TEC-lijn, en bij de verdeling van de buslijnen ter gelegenheid van de opsplitsing van de NMVB speelde de grote afstand op Waals grondgebied zeker een rol.
In beide gevallen konden we rekenen op een vlotte overstap trein/bus en omgekeerd. Het is openbaar vervoer zoals het veralgemeend zou moeten worden, al weet je zeker als OV-gebruiker wel wat wishful thinking is.

Een stukje geschiedenis.

Jodoigne kreeg in 1867 een station op de spoorlijn 142 Tienen - Namur, en een kleine 20 jaar later werd het spoorwegstation ook overstapstation naar de tramlijnen die op dat ogenblik voor de verdere ontsluiting van dit deel van Droog-Haspengouw zouden instaan. Erg schematisch kreeg Jodoigne tramverbindingen met Beauvechain (en verder naar Leuven of Brussel), met Incourt (en verder naar Wavre of Sart-Risbart waar je weer kon kiezen tussen Chastre en Gembloux als bestemming) en met Overhespen, waar je verder kon reizen naar Tienen of Sint-Truiden. Al deze tramlijnen verdwenen in de jaren 1950, en de rechtstreekse verbinding met Brussel sneuvelde al vroeger, doordat de lijn alleen tussen Brussel en Vossem geëlektrificeerd werd. Wie de buurtspoorwegkaart uit de vorige eeuw bekijkt, zal er zich trouwens over verbazen dat geen van deze lijnen ooit onder draad kwam.
Na de Tweede Wereldoorlog zien we een eerste buslijn in de tabellen opduiken: het is een NMBS-lijn Leuven - Tienen - Jodoigne. Je kunt deze buslijn beschouwen als voorloper van lijn 338 Leuven - Tienen en van lijn 142a Tienen - Jodoigne. Voor alle duidelijkheid: beide buslijnen werden door De Lijn vernummerd. Ook een busverbinding Jodoigne - Hannut zag in die tijd het licht.
Na de verbussing van de tramlijnen bleef Jodoigne een echt belangrijk OV-knooppunt: lijnen naar Leuven, Tienen (vertrekkend uit Saint-Jean-Geest), Hannut, Gembloux en Wavre zorgden voor veel drukte aan het vroegere treinstation, dat wel wat buiten het stadscentrum gelegen is, maar toch de ruimte bood voor een handig busstation. De huidige buslijnen zijn, zeker wat de TEC-lijnen betreft, rechtstreekse afgeleiden van deze oertoestand.
We hadden vandaag trouwens de gelegenheid om ook even van de tweede tak van het Haspengouwse Kruis te genieten: we kruisten de vroegere bedding van lijn 142 en volgden een tijdje die van de verdwenen lijn 147. De 142 verbond Tienen met Namur en de 147 liep van Landen naar Gembloux (en Tamines). Kruis- en overstappunt was het station van het zeer landelijke Ramillies; het vraagt waarschijnlijk niet zo verbeelding om in deze beide lijnen de vorm van een wat scheefgetrokken kruis te ontdekken. Het station Orp lag in Orp-le-Grand, enkele honderden meters verwijderd van ons eindpunt Orp-le-Petit.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 3707 08:45 08:56 stipt 444 mr 96 Deense neus
Brussel-Zuid - Tienen 2208 09:08 09:49 +4 552 mr 96 Deense neus
Tienen - Jodoigne [360] 10:00 10:25 +2 ab3307-07 Van Hool New A360H Van Mullem & Zonen
-
Orp-le-Petit - Landen [148] 15:03 15:26 stipt ab9521-81 Jonckheere Transit 2000 Cintra
Landen - Brussel-Noord 1737 15:39 16:20 stipt 1866 61011 M6
Brussel-Noord - Halle 3138 16:21 16:41 +9 429 mr80 break

En wat we beleefden.

Een beetje verrassend komt het tweespanningsstel 444 in Halle aan rijden. Normaal rijden hier Deense neuzen van Hasselt, maar af en toe wil er wel eens eentje ontbreken. Gelukkig is er vandaag voor vervanging gezorgd. En dat is ook nodig, want deze trein van de late ochtendspits brengt nog aardig wat mensen naar de hoofdstad.
In Brussel-Zuid hebben we niet zo veel overstaptijd voorzien; we hebben voor een keer zelfs de raad van de planners opgevolgd. Op spoor 10 staat nog een stel M5, en het is maar de vraag of dat op tijd buiten zal rijden, om plaats te ruimen voor onze IC. Ik tel een achttal rijtuigen, en zoals wel vaker op het einde van de rit zien we de tbg door zijn trein lopen, en de buitendeuren manueel sluiten. Dat zal wel de te volgen procedure zijn, veronderstel ik, maar het is ook een tijdrovende bezigheid die de beschikbaarheid van voldoende sporen in Brussel-Zuid ernstig hypothekeert. Wat te verwachten was gebeurt dan ook: de IC naar Genk wordt verspoord van spoor 10 naar 14; dat merken we eerst op de infoschermen, en we horen de aankondiging pas als we al op de trap naar perron 14 staan. De trein heeft wat vertraging, en tussen Brussel-Noord en Schaarbeek staan we zelfs even volledig stil, maar er zit veel reserve in deze dienstregeling: onze aansluiting wordt er niet eens nipt door. In Tienen zijn de sporen 1 en 2 uitgebroken; dat kadert in een ruimere modernisering van het station en de stationsbuurt, maar het wordt wel even zoeken, en we staan onverwacht ver van de onderdoorgang.

We komen ongeveer gelijktijdig met de bus uit Jodoigne aan de voorzijde van het station. Maar de chauffeur is blijkbaar toe aan een minuut uitblazen: de film wordt geen dienst, en de bus gaat nog even opzij, alvorens hij via de averechtse rotonde bij perron 2 komt. Dat laatste kun je alleen maar raden, want van enige perronaanduiding is er geen sprake. Ik durf wedden dat de nieuwe Minister van Bussen, mijn gouwgenoot Weyts, hier verloren zou lopen. Flauwe weddenschap, als de kans op verliezen zo klein is.
De bus die ons oppikt is een betere Van Hool, met extra comfortabele zetels, zonder dat dit echt vreet aan het aantal beschikbare zitplaatsen. Toch hoor ik alweer een reizigster klagen: ze vindt de klim naar haar zitje te hoog, ook al is ze (de reizigster) nog ver van versleten. Dat is de laatste maanden trouwens een constante geworden bij het gros van onze busreizen: reizigers die klagen over comfort en toegankelijkheid, vooral bij het instappen. Ironisch genoeg vinden de meeste oudjes in de streek rond Halle de tot op de draad versleten Van Hool A600 van Leerbeek nog het best van al. Daar moet je wel trappen nemen bij het instappen, maar dan staat de bus tenminste stil, en de zitjes zijn vlot bereikbaar, zonder nieuwe hindernissen. Hoe meer inspanningen Lijn en constructeurs dus doen om de bus toegankelijker te maken, hoe slechter de perceptie bij de reizigers (ook bij ons, juniors van de seniors) dus wordt. Overigens stelt zich ook nog een tweede probleem: een oudje dat net van de markt komt sluit deskundig de doorgang naar achter af met haar boodschappentrolley. Zij zit, net achter de chauffeur, en de rest moet zijn plan maar trekken. Voor de rest verloopt de rit naar Hoegaarden en Jodoigne rustig en probleemloos.

Voor de terugrit nemen we in Orp-le-Petit de bus naar Landen. Volgens infotec.be zijn hier in februari werken begonnen die een omlegging noodzakelijk maken. De hele info, inclusief een keurig kaartje, dat ik bij De Lijn wel eens mis, is af te lezen op de website. Maar ook nu blijkt dat de info achterhaald is: van de werken is geen spoor meer te bekennen, je kunt ernaar gissen hoe lang de bussen hier al opnieuw de gewone reisweg volgen. Het is een euvel dat bijna systematisch optreedt bij de TEC: informatie die te lang blijft hangen is ook desinformatie.
We nemen een rit die beperkt is tot Orp-le-Petit. Een blik op de dienstregeling leert dat het waarschijnlijk de bedoeling is dat Orp-le-Petit als overstappunt fungeert, van de bus die via Pellaines, Waasmont, Lincent en de beide Hallets heeft gereden, naar de bus Landen - Gembloux. Maar die is al enkele minuten weg als de bus die de aansluiting zou moeten geven, aankomt; veel kans op een klacht is er niet: de bus rijdt leeg, wat logisch is: Orp-le-Petit is zowat onbetekenend, en eventuele geïnteresseerde reizigers moeten waarschijnlijk verder, maar als je de aansluiting niet kunt vertrouwen, zoek je een andere oplossing. En zo bloedt het busvervoer druppel na druppel dood. Ook de terugkerende bus heeft in het begin maar twee reizigers - wij dus - aan boord, maar geleidelijk aan komt er toch wat volk bij. Het is een bus van de pachter Cintra, de chauffeuse spreekt Frans dat op het mijne lijkt, met een stevig accent, dus…
Maar ze brengt ons wel op tijd naar Landen, ondanks de lichte vertraging bij vertrek. Voor ons is het de eerste keer dat we op het vernieuwde busstation van Landen aankomen.

De IC naar Quiévrain heeft wat vertraging in Landen, maar tussen Landen en Tienen is er voor veel reserve geopteerd. De rest van de rit zal dan ook stipt verlopen. In Leuven herken ik de vrijdagavonddrukte van mijn eigen studentenperiode, al zagen we ook vanmorgen al veel studenten die voor de vierdagenweek gekozen hebben. Als je je studieperiode eindeloos kunt verlengen, komt het op een dagje niet aan.
De aangewezen aansluiting is de IR naar Binche, maar spoor 8 is nu eenmaal niet zo heel ver van spoor 12, waar de IR naar Kortrijk/Geraardsbergen aangekondigd wordt. We hoeven ons niet eens te haasten om hem te halen. Tot Brussel-Zuid blijft het opvallend rustig, maar dan komt een luidruchtig heerschap in onze buurt zitten: het ratelen gaat onstuitbaar door tot Halle, waar hij eindelijk zijn tetrabrik met soyadrank aanspreekt, en dus - hopelijk - even zwijgt. Maar dan is het voor ons al te laat. We komen negen minuten later dan voorzien aan in Halle, maar dat is nog altijd 6 minuten vroeger dan de ook vertraagde IR naar Binche.

De treinlectuur.

Carlos Ruiz Zafón, Het spel van de engel. Ik kan literatuurkenners die nu door medelijden aangestoken worden omdat ze vermoeden dat ik deze turf van 550 bladzijden met stijve kaft in de rugzak heb zitten, meteen geruststellen. Ik heb deze keer voor de kranten gekozen.
Het is trouwens in alle opzichten een kanjer van een roman, waarmee de auteur bewijst dat het magisch realisme nog lang niet dood is. Het is het verhaal van de Barcelonese broodschrijver David Martín, die ondanks een oprechte liefde voor boeken en literatuur, een financiële uitweg zoekt met flutverhalen die hij schrijft voor een wat louche uitgeverij. Tot hij van Andreas Corelli een rijkelijk aanbod krijgt om een diepgaande roman te schrijven, grofweg over de verhouding biologie - geloof.

Patrick Süskind, Het parfum.

Door de verplaatsing van het busstation is deze combinatie watertoren - bus nu plots een makkie.

10-10-2014 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (2)


E-mail mij

Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


Blog als favoriet !

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 


Zoeken in blog


Laatste commentaren
  • Lijnen 712/714 (Etienne Tas)
        op 17 augustus 2023 Herne - Bever (Voettocht in Pajottenland)
  • OTW 4670 (Sebastiaan Van Hoof)
        op 18 juli 2023 - Lesve
  • IC's in Sinaai en Belsele (overweg13)
        op 27 december 2022 - Sinaai - Belsele (GR Waas- en Reynaertland)
  • Inhoud blog
  • 1 mei 2024 - Nieuwkerken-Waas - Melsele
  • 10 april 2024 - Vervifontaine
  • 8 april 2024 Pont-à-Celles
  • 29 maart 2024 - Hillegem
  • 21 maart 2024 Belsele - Nieuwkerken-Waas

    Archief per maand
  • 05-2024
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 01-2008
  • 12-2007
  • 11-2007
  • 10-2007
  • 09-2007
  • 08-2007
  • 07-2007
  • 06-2007
  • 05-2007
  • 04-2007
  • 03-2007
  • 02-2007
  • 01-2007
  • 12-2006
  • 11-2006
  • 10-2006
  • 09-2006
  • 08-2006
  • 07-2006
  • 06-2006
  • 05-2006
  • 04-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!