Foto
Inhoud blog
  • GOMMAAR TIMMERMANS OVERLEDEN
  • Toespraak bij de opening van uitgeverij
  • Speciale tekening van Felix Timmermans
  • Wat andere kunstenaars over de kunst van Timmermans schreven - Flor van Reeth
  • Intervieuw met Tonet Timmermans - Jooris van Hulle
  • Beste bezoeker
  • Op bezoek bij Tonet Timmermans - Denijs Peeters
  • Timmermans in Baarn - Huub van der Aa
  • Felix Timmermans en Camille Melloy - Etienne De Smedt
  • Ge zijt uw eigen baas en uw eigen koning - Bart Van Loo
  • Boerenpsalm tentoonstelling in Mol
  • Felix Timmermans was voor alles Dichter - Erik Verstraete
  • Laat het nu stil worden - Herman-Emiel Mertens
  • De Stille Timmermans - Marcel Janssens
  • Pallieter - Fons Sarneel
  • Begrafenis van Felix Timmermans op 28/01/1947 - Gaston Durnez
  • Job Deckers en de lokroep van Schoon Lier - Roger Vlemings
  • En waar de ster bleef stille staan - Felix Timmermans
  • De Fé herleeft in Lier - Paul Depondt en Pierre De Moor
  • " E Vloms keuningske " - Gaston Durnez
  • Sint Gommarus - Felix Timmermans
  • Timmermans ter ere, een selectie uit zijn picturaal werk - G. Carpentier-Lebeer
  • Bij de heilige Anna klinkt hardrock-muziek - Frans van Schoonderwalt
  • En als de Ster bleef stille staan... - J.J. Vürtheim Gzn
  • Felix Timmermans, de Liersche Breughel - Caty Verbeek
  • Het afscheid van Felix Timmermans - Redactie
  • De Poëzie van Felix Timmermans - De Nieuwe Gazet 09/08/1947
  • Uniek dat auteur alles van zijn werk heeft bewaard - Frans Keijsper
  • De fijne nostalgie van Felix Timmermans - Rigoberto Cordero y Léon
  • Lier gegroet, nog duizend pluimen op uw hoed - Willem Hartering
  • De Timmermans-tegeltjes - Ward Poppe en Philip Vermoortel
  • Pallieter wint het van Wortel - Gaston Durnez
  • Het spekbuikige Brabant en het magere Kempen land - Marcel Pira
  • De Zeemeermin - Bert Peleman herdenking op 11/07/1986
  • Profiel van Felix Timmermans - Etienne De Ryck
  • Lia Timmermans - zo was mijn vader - Manu Adriaens
  • Felix Timmermans in Waalwijk - Arthur Lens
  • Overeenkomst - Van Kampen
  • Ronald
  • Mooie Faience steentjes van de Fé
  • Mooie opdrachten - uniek materiaal
  • Bij de recente Duitse vertaling van Adagio - Stijn Vanclooster
  • Dit schreef Gommaar
  • Waarom ik van Timmermans hou. (deel 1) - Viktor Claes
  • Waarom ik van Timmermans hou. (deel 2) - Viktor Claes
  • Felix Timmermans - Uit mijn rommelkas
  • Felix Timmermans, zijn succes en zijn schrijversplannen - Redactie
  • Een Tafelspeech en een Interview - Karel Horemans
  • De Muziek in het werk van Timmermans - Louis Vercammen deel 1
  • De Muziek in het werk van Timmermans - Louis Vercammen deel 2
  • Streuvels en Timmermans - Jan Schepens
  • Reimond Kimpe - Joos Florquin
  • Pallieter in Holland - Cees Visser
  • Intimations of Death - Schemeringen van de Dood
  • De Blijdschap van Guido Gezelle en Felix Timmermans. - Gaston Durnez
  • Toespraak gehouden in Hof van Aragon - Philip Vermoortel
  • De schrijver Antoon Coolen in Hilversum - P.J.J.M Timmer
  • Felix Coolen
  • Pallieter verboden - redactie Het Vaderland
  • Over Pallieter. - Voordracht in het Foyer-Concertgebouw op 24 januari 1919.
  • Beste vrienden - redactie
  • 'Ik heb mijn kinderdroom waargemaakt' - Lieve Wouters
  • De man achter GOT - Andy Arnts
  • Gestopt met tellen, Hoeveel boeken ik geschreven heb - P. Anthonissen
  • Liefde is nooit verboden - Frans Verleyen
  • Felix Timmermans overleed vandaag - Bertje Warson
  • Saluut bij een honderdste verjaardag - Marc Andries
  • Timmermans op de planken - Daniël De Vos
  • Gaston Durnez Exclusief - Etienne Van Neygen
  • Vlaamser dan Vlaams. - Hans Avontuur
  • Felix Timmermans en Averbode - G.J. Gorissen
  • Een tweede leven voor Timmermans en Claes - Patrick Lateur
  • Een Brief aan Felix Timmermans - Johan De Maegt
  • Dichter und Zeichner seines Volk - Adolf von Hatzfeld
  • In de Koninklijke Vlaai - Felix Timmermans
  • Fred Bogaerts - Adriaan De Bruyn
  • De Natuur blijft verbazen
  • Kluizekerk sloot definitief - redactie
  • Timmermans heeft geen Fascistisch Bloed - Lode Zielens
  • Om er even bij stil te staan - Etienne De Smet
  • Tekeningen
  • Aan boord met Felix Timmermans - Anton van Duinkerke
  • Gommaar Timmermans - GoT 90 jaar
  • Het Menu - Bonni Konings
  • Onuitgegeven handschrift van Felix Timmermans
  • Zet uw ziel in de zon - Gaston Durnez
  • Stijn Streuvels 70 jaar - Felix Timmermans
  • Anton Pieck: een vriend van Vlaanderen - K. Van Camp
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 1
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 2
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 3
  • Zelfportret - Felix Timmermans
  • Ik had zo graag Felix geheten! - Daniël De Vos
  • Tony Fittelaer: « Kozijn Felix was een buitengewoon mens » - Vandecruys Geert
  • In en over Juffrouw Symforosa - Arthur Lens
  • Bij Pallieter thuis - Redactie
  • Kalender 1932 - Felix Timmermans
  • Mijn eerste boek - Felix Timmermans
  • De Fé vulde een kamer - Martine Cuyt
  • Met Timmermans op literaire bedevaart naar Lier - Jaak Dreesen
  • De Toverfé - Wannes Alverdinck
  • " Er gebeurt iets… Timmermans herdacht " - Jan Vaes
  • Bij Marieke is de Fee nog thuis - Marc Andries
  • Oosters Geschenk van Clara Timmermans (Haiku's)
  • Een soep met vier troostende mergpijpen - Gaston Durnez
  • Met Felix Timmermans op stap door Lier - Jos Vermeiren
  • Professor Keersmaekers over Felix Timmermans - Jaak Dreesen
  • Honderd jaar geleden werd Felix Timmermans geboren
  • Tonet Timmermans overleden 26/03/1926 - 16/04/2020
  • Briljante vertegenwoordiger van de volkskunst ! - Al. Slendsens
  • De goede Fee op zoek naar de Kern - Gaston Durnez
  • Saluut bij een honderdste verjaardag - Marc Andries
  • Een ministadje uit de voltooid verleden tijd - Frans Verstreken
  • Felix Timmermans, Tekenaar en Schilder - Denijs Peeters
  • In defence of Timmermans - Godfried Bomans
  • Hoe Pallieter werd onthaald door Nederlands publiek - Karel van den Oever
  • Adriaan Brouwer - Sirius
  • De Pallieter rel - Lode Zielens
  • Boerenpsalm - Willem Rueder
  • De zachte Keel - Frans Verstreken
  • Feestelijke Groeten
  • Merkwaardige gesprekken - Gommaar Timmermans
  • En als de Ster bleef stille staan - Top Naeff
  • Gaston Durnez - Overleden
  • Felix Timmermans - Rond het ontstaan van Pallieter
  • Een barre winter in Schoon Lier - Henk Boeke en Claus Brockhaus
  • Interview met Gommaar Timmermans - Bertje Warson
  • Felix Timmermans werd onrecht aangedaan - W. Roggeman
  • Gesloten wegens nieuwe schoenen - Toon Horsten
  • Boerenpsalm - Peter Claeys
  • Gommaar Timmermans - Paul Jacobs
  • Ernest Claes - Felix Timmermans en voordrachten in Duitsland
  • De Molen van Fransoo - Felix Timmermans
  • De Vroolijkheid in de Kunst - Carel Scharten
  • Adagio - Felix Timmermans
  • Hoe ik verteller werd - Felix Timmermans
  • Pallieter wordt honderd jaar - Bertje Warson
  • Openingstoespraken - Timmermans-Opsomerhuis 1968
  • Toespraak Artur Lens Archivaris - 1968
  • Toespraak Hubert Lampo - 1968
  • Timmermans als Schilder en Etser - Floris Van Reeth
  • Felix Timmermans, Dichter und Zeichner seines Volk.
  • Felix Timmermans - Theo Rutten
  • Gesprek onder vier ogen - Fred Bogaerts 70 jaar
  • Timmermans over De Pastoor in den bloeienden Wijngaerdt
  • Tooneel te Brussel
  • De vroolijkheid in de Kunst
  • Stamboom van Felix Timmermans
  • Timmermans over "De Pastoor uit den Bloeienden Wijngaert
  • Felix Timmermans over den Vlaamschen humor
  • Adagio - Lia Timmermans
  • De nachtelijke Dauw - Felix Timmermans
  • Felix Timmermans geschilderd door Tony Claesen - 2018
  • De Nood van Sinterklaas - Felix Timmermans
  • De Vlietjesdemping te Lier - Felix Timmermans
  • Pallieter naast Boerenpsalm
  • Pallieter in het klooster - Cees Visser
  • Info FT Genootschap
  • F T Fring bestaat 25 jaar
  • Timmermans en de Muziek - Daniël De Vos
  • Fons De Roeck
  • Is Timmermans Groot ? - Felix Morlion O.P.
  • Renaat Veremans vertelt - José De Ceulaer
  • Vacantie bij de oude boeken - Gaston Durnez
  • Foto's van Oude Lier 1
  • De Pastoor uit den Bloeyenden Wijngaerdt
  • Brief Gommer Lemmens - 11/06/2013
  • 70 jaar geleden ....
  • Overlijden van de Fé
  • Luisterspel Pallieter 2016
  • Bibliotheek van de stad Lier
  • Anton Thiry - Gaston Durnez
  • postkaarten
  • Een Mandeke Brabants fruit
  • Clara Timmermans overleden
  • Covers van Pallieter
  • Pallieter en Felix Timmermans
  • Toespraken 25/6/2016 - Kevin Absillis, Kris Van Steenberge en Gerda Dendooven
  • De Lierse Lente - Ronald De Preter
  • Felix Timmermans - Emiel Jan Janssen
  • Pallieter honderd jaar - Gaston Durnez
  • Adagio - Frans Verstreken (Hermes)
  • Pallieter, een aanval en verdediging
  • Foto's 1
  • Driekoningen-Tryptiek - Jacques De Haas
  • Over Pallieter (25/01/1919)
  • Timmermans' werk in het buitenland
  • De Eerste Dag - Felix Timmermans
  • Het Kindeke Jezus in Vlaanderen
  • Fred Bogaerts - Felix Timmermans
  • De Harp van Sint Franciscus - Gabriël Smit
  • Timmermans en Tijl Uilenspiegel
  • Felix Timmermans ter Gedachtenis
  • De Vlaamse Timmermans - Paul Hardy
  • Timmermans was Einmalig - José De Ceulaer
  • Levenslied in schemering van de dood - Gaston Durnez
  • Expositie in De Brakke Grond te Amsterdam
  • Bij de Hilversumsche Gymnasiastenbond
  • Timmermans als schilder en tekenaar - W.A.M. van Heugten
  • De onsterfelijke Pallieter - Tom Vos
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Felix Timmermans
    Vlaamse schrijver, dichter en schilder * 1886 - 1947 *
    25-08-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Bende van de onzichtbare Hand - Felix Timmermans

    De Bende van de onzichtbare Hand.

    Door Felix Timmermans.

    Het was op een donderdag, als 't na de noen geen school is. Gommaarken en drie van zijn vrienden trokken de stad uit, om op den buiten te gaan spelen. Ze waren aan een beek aan’t viskens vangen, als er daar een koopman met een grote valies kwam aangestapt. 'Halte la!’ riep de koopman, ‘wie van u wil mijn valiesje eens dragen. Ik zal er hem goed voor betalen!’ Gommaarken dacht ineens op de kermis van toekomende zondag. Een cirk met wilde beesten, een galoppeerdenmolen, smoutebollenkramen. En vóór de anderen boe of ba konden zeggen, liep hij naar de koopman, nam de valies over en volgde hem. De koopman ging wel twintig stappen voor, zei geen woord en zag niet om. Als Gommaarken hem probeerde in te halen, zette de koopman zijnen passer wat meer open, zodat het toch altijd twintig stappen bleven.

    De valies was wel niet al te zwaar, maar veel te groot voor zo een klein jongeske, als Gommaar, zodat hij ze alle vijf minuten van d'ene hand in d'andere moest overnemen. Als ze lang gegaan waren, zag Gommaar in de verte de kerktoren van een dorp. ‘Daar zal het zijn!’ zuchtte hij blij, hij kreeg van her moed, en begon een liedje te fluiten. Maar de koopman ging het dorp door, zonder om te zien en zonder één woord te zeggen.
    En nu was het een lange, lange steenweg, waar geen eind was aan te zien. Gommaar wierd moe, bleef al eens staan om op asem te komen, maar moest dan weer harder lopen om de koopman in te halen en bij te houden. Meneer, is 't nog ver?’ riep Gommaar. De koopman antwoordde niet, ging zonder omzien voort, altijd twintig stappen vooruit.
    Gommaar zei in zijn eigen: ‘Als ik op 't einde van de steenweg nog verder moet, dan vraag ik mijn geld, en ik keer terug.’
    Als ze dan eindelijk aan 't einde van de steenweg gekomen waren, ging de koopman nog maar altijd verder door.

    Is 't nog ver, meneer?’ vroeg Gommaar. Geen antwoord of geen blik. Gommaar kreeg goesting om de valies in de gracht te gooien; maar voor niemendal dan al die moeite? Dat kon er ook niet door. 't Was maar dat het zondag grote kermis was .... en wat is zo'n kermis als ge overal moet buiten blijven staan? Welaan dan met nieuwe moed de baan op. Hij kon bijna niet meer. Hoeveel uren was hij al aan 't gaan?
    Zijn voeten deden pijn, zijn armen verloren hun kracht. Hij wist met die grote valies geen verblijf, dan droeg hij ze weer op zijn schouder, dan op de rug, dan voor de borst. En honger dat hij kreeg, het rommelde in zijn maag.
    Toen zag hij ginder boven de bomen de torens van een grote stad. Daar móest het zijn. ‘En als 't daar niet is, ga ik toch terug naar huis, al gaf hij mij geen enkele cent!’ dacht Gommaarken.
    Ze kwamen dan in de grote stad, waar er veel beweging was van mensen en gerij. Gommaarken moest goed opletten, om de koopman tussen al dit gewoel niet uit het oog te verliezen.

    Hij zag, tot zijn grote schrik, dat er hier en daar al lampen werden aangestoken. De koopman ging door straten en stegen, over pleinen en over bruggen, nevens muren en schutsels, kerken en kloosters. En Gommaar sukkelde maar achteraan met het ‘valiesje’. Eindelijk bleef de koopman dan staan aan een huis, dat alleen stond in een straat zonder huizen. Hij nam de valies over en zei: ‘Ze zullen u seffens komen betalen’ en alvorens binnen te gaan zei hij er nog bij: ‘En zorg maar dat ge rap thuis zijt, want de Bende van de Onzichtbare Hand is weer fel aan 't werk.’ Dan sloeg hij de deur voor Gommaar zijn neus toe.
    De schrik sloeg in het manneke zijn benen.
    Hu! de Bende van de Onzichtbare Hand! Die geheimzinnige moordenaarsbende, die bijna elke nacht uit stelen ging en mensen vermoordde. De spraak ging dat die mannen zich door toverij onzichtbaar wisten te maken. 't Was daardoor dat de slimste gendarmen nooit iemand van die bende konden klissen. Ook kan niemand achterhalen waar ze bijeen kwamen en het gestolen goed hielden verborgen. En of Gommaar bang was van die Onzichtbare Hand!

    Als hij 's nachts wakker wierd, moest hij er aan denken, en trok dan van schrik de lakens over zijn hoofd. Maar bij klare dag dacht hij er niet aan, anders zou hij zeker met die koopman niet zo ver zijn meegegaan, en de avond was zo onvoorziens gekomen! En nu moest hij door den donkeren terug naar huis, wel een weg van drie uren te voet!
    Hij raapte al zijn moed tezamen. Hij had nog nooit gehoord dat de Onzichtbare Hand kinderen vermoordde. Zij stal en moordde enkel bij rijke boeren en bij renteniers en op kastelen, en randde op de wegen slechts kooplieden aan, die geld en kostelijke dingen bij hadden. En hij zou hard lopen en misschien met een wagen kunnen meerijden, die nog op de baan was. Op de slagen die hij thuis zou krijgen, dacht hij niet, die kwamen toch van zelf.
    De deur van het huis ging open, en daar kwam een oude vrouw te voorschijn, die hem drie stukken geld gaf.

    ‘Van harte bedankt, madam!’ zei Gommaar. Drie frank! Feest! Feest! Koeken en chocolade! Daar moest vader en moeder een ganse dag voor werken! Hij liep onder het licht van een lantaarn om de franken eens goed te bezien. Het waren enkel drie centen, één goede en twee slechte.
    Dat is zeker een abuis’, dacht Gommaar, en hij ging terug en klopte op de deur. Maar hoe hij ook klopte, en door het sleutelgat riep, de deur was toe en bleef toe. Hij is dan triestig voortgegaan, triestig maar haastig, om rap t' huis te zijn, en scheel van de honger.
    Hij kwam voorbij een bakkerswinkel, en daar lagen zulke schone, verse van suiker-blinkende korentenkoeken, dat het water uit zijn mond liep door er naar te zien. Maar wie koopt er iets goeds voor één goede en twee kwade centen?
    Toch trok Gommaarke zijn stoute schoenen aan, en ging de winkel binnen.

    Meneer de bakker, geef mij eens vier van die korentenkoeken’, en hij lei zijn geld flink op de toog.
    De bakker deed vier koeken in een papierenzak, doch in het overhandigen zag hij het geld liggen en riep: ‘Gij zijt zeker niet fijn wijs, dat ge voor slechte centen van dees goede korentenkoeken zult eten! Als ge niet rap weg zijt roep ik de politie!’ Toen kwam het verdriet van Gommaar zijn hart, en hij zei tegen de bakker, dat hij zo ver een grote valies gedragen had, ze hem zo weinig geld hadden gegeven, en dat hij haast ineenvouwde van de honger. ‘Omdat gij zo een honger, en ik een medelijdend hart heb!’ en hij gaf Gommaar een roggebroodje, en stak de drie centen in de schuif.
    Veel eten aan, in elk geval’, dacht Gommaar en spoedde zich om de stad uit te zijn. Onderwegen meende hij een flinke beet te doen, maar ay! zijn tanden! Het broodje was zo hard als een steen, er moest beitel en hamer bij te pas komen om er een stuk af te krijgen.

    Als hij buiten de poorten kwam, was het daar zo stikdonker dat hij al heel voorzichtig moest zijn om niet in een gracht terecht te komen.
    Al zijn moeheid was verdwenen en hij liep zo hard hij kon. De ene tegenslag op de andere. Hij kwam ergens waar de baan een tweesprong maakte. Wat nu gedaan? Welke weg moest hij kiezen? Rechts of links? Ach, zo een klein jongsken, zo 's nachts alleen op de baan!
    Met te blijven treuzelen was hij niets genaderd. Hij meende te gaan wenen, maar toen zag hij in de verte een lichtje branden. Hij daar op af. Hij kwam aan een boerenhuis, hoorde kinderen daarbinnen en klopte vol vertrouwen op de deur. ‘Wie is daar?’ vroeg een zware stem.
    Een jongeske dat verloren gelopen is, en zwart ziet van de honger’, riep Gommaar.

    De deur wierd opengedaan en hij mocht binnen komen. Rond de tafel zat er een grote familie botermelkse pap te eten. Hij vertelde in 't kort zijn geval. Goed en wel’, zei de boer, die eens pinkte tot zijn vrouw, maar ze zijn hier juist aan 't ruzie maken voor de laatste telloor pap. Wel, diegene die het verste kan springen, die mag ze hebben. Ik geef u ook een kans.’ De boer zette de deur open; een van de zonen sprong wel drie meter ver naar buiten en ging terug binnen. Dan sprong een andere zoon, en ging terug binnen. Dan sprong een van de dochters, dan weer een zoon, en zo het ene kind na het andere, en na elke sprong gingen ze terug binnen. Nu was 't de beurt aan Gommaarken. Hij lei zijn broodje op de tafel, zijn klak op een stoel, deed zijn blokken uit, nam een loop, en wip! hij sprong veel verder dan diegene die het verst gesprongen was.

    ‘Gewonnen!’ riep Gommaar. Hij had het woord nog niet uitgesproken, of bonk! de deur viel met een harde slag toe; 't licht ging uit, en hoe dat hij ook riep en kloeg, daar binnen was er genen kik meer te horen. Ten langen leste is Gommaarke dan maar voortgesukkeld in den pikkendonkeren, zonder klak, zonder blokken en zonder broodje. Nu was hij helemaal de weg kwijt, schoof voetje voor voetje vooruit, en ging voort op de tast. Nu eens struikelde hij, botste tegen een boom, trapte in 't slijk.
    En 't was stil, stil; nergens was er iets te horen, van ver noch van dicht bij.
    Ginder weer een lichtje! Het zullen toch overal geen schelmen zijn, zoals die boer met zijn botermelkse pap. En hij daar weer op af. Hij kwam aan een strooienhutteken, en klopte. Na een beetje wachtens, klonk er van binnen een stem, zo schraal en bibberend, als van een geitje dat men had leren spreken. Wie is daar zo laat in de avond?’

    Gommaar, die bij dit geluid al meer goesting kreeg om te gaan lopen, dan om te blijven staan zei: ‘Het is maar om te vragen hoe ik op de steenweg kan komen.’ De deur ging open, en daar kwam een oud meken open doen met een zwarte kat op de schouder. Zou dat soms de toverheks van de Boskant zijn?’ dacht Gommaar. Hij meende te gaan lopen, maar het meken nam zijn hand en trok hem binnen. ‘Kom, lief ventje,’ bleette ze, ‘mijn schranulleken, zit maar op dat stoeltje. Het is seffens gedaan.’
    Ze deed de deur op slot, en ging aan 't vuur staan, waar ze vetkeerskens aan 't maken was. Het waren eigenaardige keerskens, dubbele keerskens, lijk twee vingeren die omhoog steken.

    Gommaar zag rond. Heel de zoldering hing vol gedroogde kruiden, op een kastje stonden er wel honderd potjes, aan de balken hingen opgevulde vogels en vleermuizen. Dat is hier zeker bij de toverheks’, dacht Gommaar. Hij rilde van schrik en begon de ene weesgegroet na de andere te bidden. Het meken scheidde er uit met keerskens te maken, en zong als een gebed, een liedje, dat de haren van Gommaar er recht van kwamen.

    Vet
    van kinderen, vet van kinderen,
    en
    daarbij wat paddebloed
    maakt
    onzichtbaar,
    en
    brengt geld en goed.’

    ‘We zullen nu maar gaan slapen, mijn fluwelen oogske. 't Is buiten voor u te gevaarlijk. Kleed u maar uit, ge kunt bij mij liggen, mijn bloemeken fijn.’ Gommaarken gruwelde er van bij zo'n oud schabernak te moeten in bed liggen; maar hij was als betoverd, kon geen woord tegenspreken, en deed wat ze zeide, en kroop bij haar in 't bed. Hij trok zijn voeten in om haar mager lijf niet aan te raken. Seffens snorkte het meken. Hij bleef wakker liggen vol schrik en verdriet. Want hij voelde het wel, als hij sliep, zou het meken hem dood nijpen, en vetkeerskens van hem maken.
    Ineens schoot het meken wakker: ‘Mijn kraai! Mijn kraai! Nu heb ik mijn kraai vergeten binnen te halen en ik mag na zonsondergang niet meer buiten....’ ‘Zal ik ze wel halen!’ zei Gommaarken, reeds blij van te kunnen gaan vluchten.... Nooit,’ zei het meken, ‘na twaalf uur mag mijn deur niet meer open....’ Dus was ze toch de toverheks! Hij rilde als een blad.

    Ik heb een gedacht’, zei het meken. ‘Boven het bed is een vensterken, en onder dat vensterken hangt de kevie van de kraai. Ik zal u opheffen, en dan kunt gij de kevie van de muur nemen. Ach, ik word zwaar, zwaar gestraft, als ze buiten blijft!.... Helpt mijn schaapken, helpt!.... ‘Goed’, zei Gommaar, blij in 't hart. ‘Hef mij maar op.’ Zij hief Gommaarken omhoog, die half door het vensterken kroop en naar de kevie tastte. Hij kon hem zo van de muur nemen. Maar hij was slimmer dan dat.
    Nog een stootje, meken, nog een beetje!’ Zij stootte tegen zijn billekens, en wip! hij liet zich naar buiten vallen en schoot op de loop. Hij hoorde daarbinnen de toverheks permiteren, doch hij lachte.

    Hij stond wel in zijn hemd, doch beter een Gommaar in zijn hemd, dan een Gommaar in toverkeerskens veranderd. Het zal toch eens morgend worden! En nu ging hij er maar op los, en voelde dat hij in een bos kwam. Liever in een bos dan bij de heks. Hij ging maar door. Ineens hoorde hij stemmen en bleef stokstijf staan van schrik. In het licht van een stallantaarn, rond een ton waarop een boek lag en een doodskop, stonden enige mannen met grote messen gewapend. Een was erbij met een doek vóór zijn ogen; die doek werd hem afgedaan, en toen sprak een man, waarschijnlijk het opperhoofd van 't gezelschap: ‘Gij zijt goed bevonden om lid van de Onzichtbare Hand te zijn. Gij hebt alle proeven doorstaan. Nu zullen wij u uitleggen hoe wij werken. Wij kunnen ons onzichtbaar maken, door het in brand steken van de dubbele kaarsen, die de toverheks van de Boskant voor ons bereidt, uit kindervet en paddebloed, en met bijzondere belezing. Wie zulke kaars brandend draagt, is onzichtbaar en de kaars is het ook. Maar het is ons enkel gegund van slechts twee uur lang onzichtbaar te zijn, van een tot drie uur in de nacht. Al de schatten en de gelden worden hier bij die boom gebracht waaronder zij verborgen worden. Om deze boom goed te herkennen, heeft men maar de bomen te volgen, als men van aan 't kapelleken begint, die aan hunne voet een grauw steentje hebben liggen. Zo komt men aan deze boom, die men herkennen kan aan zijn onderste tak, die in twee gesplitst is. Hier onder is de schatkamer, doch daar zult gij eerst mogen inkomen als gij uw zevende moord volbracht hebt.

    Bij elke nieuwe maan verdelen wij. En nu zeg ik u nog eens, indien gij ooit iets verraadt van wat gij nu weet, wordt gij levend het vel afgestroopt, dat dienen zal om zakken te maken, waarin ons goud verborgen wordt. Nu gaat gij seffens met mij de notaris uit de stad vermoorden, de anderen moeten het kasteel gaan plunderen! Vóór drie uur hier allen terug!’
    De mannen kwamen in beweging, en nu zag Gommaar iets, waarbij het angstzweet als beken over zijn lijf liep. Het opperhoofd van de bende was niemand anders dan de koopman, voor wie hij die valies gedragen had!
    Ons Lieven Heerke sta bij mij!’ Hij probeerde er stil van onder te muizen, maar hij trapte op een droge tak. Krak! En hij de gaten uit. Eer hij vijf meter verder was, hadden z'hem bij zijn hemdslip en sleurden hem naar het opperhoofd.

    Gommaarken viel op zijn knieën, en smeekte zo erbarmelijk, en riep dat het een abuis was. Hij was verloren gelopen, hij was.... Daar was lezen noch bidden voor. ‘Een spion’, zei het opperhoofd. ‘Hei, daarom waart gij zo rap om mijn valies te dragen. Uw straf zal geweldig zijn, ventje! Morgen snijdt de toverheks u in duizend stukjes, om vet voor haar kaarsen te maken. Gelukkiglijk, want zij kloeg dat haar vet bijna op was. Straks zullen wij u met gloeiende priemen besteken, u onderhoren wie u gezonden heeft. Nu hebben wij geen tijd. 't Is bijna al een uur. Steek hem zolang in de ton.’
    Voor Gommaarken nog iets kon gezegd krijgen, pakten z'hem vast, duwden hem in de ton. en sloegen er den boom weer op. Dan trokken de mannen weg.
    Daar lag hij nu gevangen in een ton. om straks met gloeiende priemen gemarteld en daarna in duizend stukjes gesneden te worden. Hij riep op zijn moeder en O.L. Heer, verwenste alle cirken met wilde beesten en alle galop-peerdenmolens naar het diepste der aarde. Maar al dat geschreeuw was een plaaster op een houten been. Dan zat hij maar stil te snikken en zijn rampzalige dood af te wachten.

    Hij tastte tegen de wanden van de ton. Alles was tonvast, gelijk een echte ton moet zijn. Ha! Gelukkig was het vierkant van de tap niet toe; zo zag hij nog iets van de wereld, of beter gezegd van de hemel. Hij zag de sterren. En hij dacht heel triestig: ‘Morgen ben ik een engeltje in de hemel, en dan eet ik alle dagen rijstpap.’ Magere troost. Daar verroerde iets! Een lichte stap op de afgevallen blaren. Hij probeerde te zien, zijn ogen waren al gewend aan den donkeren. Hij zag een beest voorzichtig naar de ton komen. Het was een vos. Dat wist Gommaarken niet, en toch was het er een. Die vos besnuffelde de ton, terwijl Gommaar zijne adem inhield, door een nieuwe schrik gepakt. ‘Morgen zal mijn haar grijs zijn als een duif’, dacht hij. En als die vos goed gesnuffeld had, hief hij onbeleefd zijn achterpoot op, en deed wat hij niet laten kon.
    En alsof de vos beschaamd was, om hetgeen hij had gedaan, wou hij naar vossenaard het met zijne staart weer alles propertjes afvegen. Het einde van de staart kwam elke keer in 't vierkant gat te nauwe.


    Gommaar kreeg ineens een goede ingeving. Die komen in de ergste ogenblikken. En als de staart de derde keer in 't gat te nauwe kwam, pakte Gommaar hem met allebei zijn handen vast, stevig vast, en kajiet! kajiet! riep de vos, en schoot op de loop, maar Gommaar liet de staart niet los, en de ton rolde mee.
    Bots, knots, bonk! Ah, dat was me een rijden in een karretje zonder wielen. Krak tegen een boom, knots over een steen, geschud over de voren van het veld. Gommaarke wierd geschud als een beurs met lotjes. Maar niet lossen! Hij kreeg builen van hier en van ginder. Ay mijn kop, ay mijn ribben! Maar liever op zeven krukken lopen dan in duizend stukskens gesneden te worden! En Gommaar lachte, lachte dat zijn lege buik er van kermde. Maar hij loste niet, daar kwam het op aan. En de vos kajiete en jankte en liep hoe langer hoe harder met die ton aan zijn staart.

    En als dat zo lang geduurd had, ineens een hevige bonk, krakkedekrak, en de ton vloog tegen een boom in honderd splinters vaneen. Toen liet Gommaar van zelf los. En de vos er van onder met een staart, die drie keer zo lang geworden was.

    De dag kwam in de lucht, en zie! Gommaar stond nog geen twintig meter van de beek, waar hij gisteren met zijn vrienden, viskens had gevangen! Hij danste van geluk. Doch zo in zijn hemdslip kon Gommaarken niet door de stad gaan. Hij meende zich al in een bosken te versteken om de hulp van de ene of de andere boer af te wachten, als hij ginder een mussenschrik zag! Van de nood een deugd maken. Hij trok die mussenschrik aan, en hij op weg naar huis, met de handen op zijn achterste, dat zich al introk voor de slagen. ‘Dat is niets,’ zei hij, ‘ik blijf toch uit den hele.’ Hij kwam de nog slapende stad binnen, geen mens te zien, maar op een muur plakte een plakaat, waarop, God zij dank, zijn oog viel. Daar stond op te lezen: ‘Duizend frank beloning aan diegene, die het gerecht op het spoor kan brengen van de Onzichtbare Hand....’
    Gommaarken heeft in zijn jeugd hard gelopen, maar nooit zo hard als nu, om t'huis bij zijn ouders te zijn.

    En ginder stond de vader met een stok in zijn hand aan de deur te wachten, en de moeder stond nevens hem te wenen. Ze kenden hem eerst niet, toen hij daar lachend kwam aangelopen in dat belachelijk mussenschrikkostuum. Maar toen z'hem kenden riep de vader: ‘Hoe durft gij, en dan nog als een zot gekleed, nog onder mijn ogen komen. Kom hier, schelm, dat ik u bont en blauw sla!’ De moeder meende ook van alles te zeggen, maar zij kon niet beginnen, want Gommaar begon te lachen en riep: ‘Sla maar, vader, sla maar, moeder. Het kan er op af! Want nu zijn wij rijk. Laat mij eerst spreken, en geef mij de rammeling daarna!’
    Ze lieten hem het dan eerst vertellen. Maar hoe verschoten die mensen, hoe wierden ze weldra anders gezind!....

    Een uur daarna stonden zij met hem reeds bij de burgemeester. Die trommelde al de gendarmen op van zeven uur in de ronde. Dezelfde dag werd heel de bende gevangen, met het opperhoofd er bij; de schat wierd gevonden, en de heks had zich van schrik verhangen. En 't was een schone kermis voor Gommaar; een nieuw klederpak, veel bezoek aan de cirk met de wilde beesten, gedraai op de galop-peerdenmolen, smoutebollen, en dan ook rijstpap, rijstpap waarvan hij gedroomd had, toen hij door de tap naar de hemel zag.

    Neen, hij moest er geen engeltje voor worden!

    *****************



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (1)

    21-01-2018
    Prachtige vertelkunst!
    Schitterend verteld. Zo sappig en zo grappig en spannend ook. Als Timmermans zo verteld heeft aan zijn kinderen (en er is geen twijfel aan dat hij dat kon en deed) dan is het geen wonder dat ze hem adoreerden! Wat een rasverteller!

    21-01-2018 om 22:47 geschreven door Philip Vermoortel




    Foto

    Archief per maand
  • 05-2023
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 03-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 06-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 05-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 04-2009
  • 09-2008
  • 06-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 12-2007
  • 10-2007
  • 06-2007
  • 05-2007
  • 03-2007
  • 02-2007
  • 01-2007
  • 11-2006
  • 10-2006
  • 09-2006
  • 08-2006
  • 07-2006
  • 05-2006
  • 04-2006
  • 01-2006
  • 05-1982


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Over mijzelf
    Ik ben Mon Van den heuvel
    Ik ben een man en woon in Lier (België) en mijn beroep is op pensioen.
    Ik ben geboren op 19/06/1944 en ben nu dus 79 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: Felix Timmermans - Geschiedenis van Lier in de ruimste zin genomen.

    Een interessant adres?

    Mijn favorieten websites
  • Thuispagina Louis Jacobs
  • Guido Gezelle
  • Ernest Claes Genootschap
  • Oscar Van Rompay
  • Felix Timmermans Genootschap
  • Schrijversgewijs
  • Kempens erfgoed

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!