Foto
Inhoud blog
  • GOMMAAR TIMMERMANS OVERLEDEN
  • Toespraak bij de opening van uitgeverij
  • Speciale tekening van Felix Timmermans
  • Wat andere kunstenaars over de kunst van Timmermans schreven - Flor van Reeth
  • Intervieuw met Tonet Timmermans - Jooris van Hulle
  • Beste bezoeker
  • Op bezoek bij Tonet Timmermans - Denijs Peeters
  • Timmermans in Baarn - Huub van der Aa
  • Felix Timmermans en Camille Melloy - Etienne De Smedt
  • Ge zijt uw eigen baas en uw eigen koning - Bart Van Loo
  • Boerenpsalm tentoonstelling in Mol
  • Felix Timmermans was voor alles Dichter - Erik Verstraete
  • Laat het nu stil worden - Herman-Emiel Mertens
  • De Stille Timmermans - Marcel Janssens
  • Pallieter - Fons Sarneel
  • Begrafenis van Felix Timmermans op 28/01/1947 - Gaston Durnez
  • Job Deckers en de lokroep van Schoon Lier - Roger Vlemings
  • En waar de ster bleef stille staan - Felix Timmermans
  • De Fé herleeft in Lier - Paul Depondt en Pierre De Moor
  • " E Vloms keuningske " - Gaston Durnez
  • Sint Gommarus - Felix Timmermans
  • Timmermans ter ere, een selectie uit zijn picturaal werk - G. Carpentier-Lebeer
  • Bij de heilige Anna klinkt hardrock-muziek - Frans van Schoonderwalt
  • En als de Ster bleef stille staan... - J.J. Vürtheim Gzn
  • Felix Timmermans, de Liersche Breughel - Caty Verbeek
  • Het afscheid van Felix Timmermans - Redactie
  • De Poëzie van Felix Timmermans - De Nieuwe Gazet 09/08/1947
  • Uniek dat auteur alles van zijn werk heeft bewaard - Frans Keijsper
  • De fijne nostalgie van Felix Timmermans - Rigoberto Cordero y Léon
  • Lier gegroet, nog duizend pluimen op uw hoed - Willem Hartering
  • De Timmermans-tegeltjes - Ward Poppe en Philip Vermoortel
  • Pallieter wint het van Wortel - Gaston Durnez
  • Het spekbuikige Brabant en het magere Kempen land - Marcel Pira
  • De Zeemeermin - Bert Peleman herdenking op 11/07/1986
  • Profiel van Felix Timmermans - Etienne De Ryck
  • Lia Timmermans - zo was mijn vader - Manu Adriaens
  • Felix Timmermans in Waalwijk - Arthur Lens
  • Overeenkomst - Van Kampen
  • Ronald
  • Mooie Faience steentjes van de Fé
  • Mooie opdrachten - uniek materiaal
  • Bij de recente Duitse vertaling van Adagio - Stijn Vanclooster
  • Dit schreef Gommaar
  • Waarom ik van Timmermans hou. (deel 1) - Viktor Claes
  • Waarom ik van Timmermans hou. (deel 2) - Viktor Claes
  • Felix Timmermans - Uit mijn rommelkas
  • Felix Timmermans, zijn succes en zijn schrijversplannen - Redactie
  • Een Tafelspeech en een Interview - Karel Horemans
  • De Muziek in het werk van Timmermans - Louis Vercammen deel 1
  • De Muziek in het werk van Timmermans - Louis Vercammen deel 2
  • Streuvels en Timmermans - Jan Schepens
  • Reimond Kimpe - Joos Florquin
  • Pallieter in Holland - Cees Visser
  • Intimations of Death - Schemeringen van de Dood
  • De Blijdschap van Guido Gezelle en Felix Timmermans. - Gaston Durnez
  • Toespraak gehouden in Hof van Aragon - Philip Vermoortel
  • De schrijver Antoon Coolen in Hilversum - P.J.J.M Timmer
  • Felix Coolen
  • Pallieter verboden - redactie Het Vaderland
  • Over Pallieter. - Voordracht in het Foyer-Concertgebouw op 24 januari 1919.
  • Beste vrienden - redactie
  • 'Ik heb mijn kinderdroom waargemaakt' - Lieve Wouters
  • De man achter GOT - Andy Arnts
  • Gestopt met tellen, Hoeveel boeken ik geschreven heb - P. Anthonissen
  • Liefde is nooit verboden - Frans Verleyen
  • Felix Timmermans overleed vandaag - Bertje Warson
  • Saluut bij een honderdste verjaardag - Marc Andries
  • Timmermans op de planken - Daniël De Vos
  • Gaston Durnez Exclusief - Etienne Van Neygen
  • Vlaamser dan Vlaams. - Hans Avontuur
  • Felix Timmermans en Averbode - G.J. Gorissen
  • Een tweede leven voor Timmermans en Claes - Patrick Lateur
  • Een Brief aan Felix Timmermans - Johan De Maegt
  • Dichter und Zeichner seines Volk - Adolf von Hatzfeld
  • In de Koninklijke Vlaai - Felix Timmermans
  • Fred Bogaerts - Adriaan De Bruyn
  • De Natuur blijft verbazen
  • Kluizekerk sloot definitief - redactie
  • Timmermans heeft geen Fascistisch Bloed - Lode Zielens
  • Om er even bij stil te staan - Etienne De Smet
  • Tekeningen
  • Aan boord met Felix Timmermans - Anton van Duinkerke
  • Gommaar Timmermans - GoT 90 jaar
  • Het Menu - Bonni Konings
  • Onuitgegeven handschrift van Felix Timmermans
  • Zet uw ziel in de zon - Gaston Durnez
  • Stijn Streuvels 70 jaar - Felix Timmermans
  • Anton Pieck: een vriend van Vlaanderen - K. Van Camp
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 1
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 2
  • De Pallieter kalenders. - Marc Somers - Deel 3
  • Zelfportret - Felix Timmermans
  • Ik had zo graag Felix geheten! - Daniël De Vos
  • Tony Fittelaer: « Kozijn Felix was een buitengewoon mens » - Vandecruys Geert
  • In en over Juffrouw Symforosa - Arthur Lens
  • Bij Pallieter thuis - Redactie
  • Kalender 1932 - Felix Timmermans
  • Mijn eerste boek - Felix Timmermans
  • De Fé vulde een kamer - Martine Cuyt
  • Met Timmermans op literaire bedevaart naar Lier - Jaak Dreesen
  • De Toverfé - Wannes Alverdinck
  • " Er gebeurt iets… Timmermans herdacht " - Jan Vaes
  • Bij Marieke is de Fee nog thuis - Marc Andries
  • Oosters Geschenk van Clara Timmermans (Haiku's)
  • Een soep met vier troostende mergpijpen - Gaston Durnez
  • Met Felix Timmermans op stap door Lier - Jos Vermeiren
  • Professor Keersmaekers over Felix Timmermans - Jaak Dreesen
  • Honderd jaar geleden werd Felix Timmermans geboren
  • Tonet Timmermans overleden 26/03/1926 - 16/04/2020
  • Briljante vertegenwoordiger van de volkskunst ! - Al. Slendsens
  • De goede Fee op zoek naar de Kern - Gaston Durnez
  • Saluut bij een honderdste verjaardag - Marc Andries
  • Een ministadje uit de voltooid verleden tijd - Frans Verstreken
  • Felix Timmermans, Tekenaar en Schilder - Denijs Peeters
  • In defence of Timmermans - Godfried Bomans
  • Hoe Pallieter werd onthaald door Nederlands publiek - Karel van den Oever
  • Adriaan Brouwer - Sirius
  • De Pallieter rel - Lode Zielens
  • Boerenpsalm - Willem Rueder
  • De zachte Keel - Frans Verstreken
  • Feestelijke Groeten
  • Merkwaardige gesprekken - Gommaar Timmermans
  • En als de Ster bleef stille staan - Top Naeff
  • Gaston Durnez - Overleden
  • Felix Timmermans - Rond het ontstaan van Pallieter
  • Een barre winter in Schoon Lier - Henk Boeke en Claus Brockhaus
  • Interview met Gommaar Timmermans - Bertje Warson
  • Felix Timmermans werd onrecht aangedaan - W. Roggeman
  • Gesloten wegens nieuwe schoenen - Toon Horsten
  • Boerenpsalm - Peter Claeys
  • Gommaar Timmermans - Paul Jacobs
  • Ernest Claes - Felix Timmermans en voordrachten in Duitsland
  • De Molen van Fransoo - Felix Timmermans
  • De Vroolijkheid in de Kunst - Carel Scharten
  • Adagio - Felix Timmermans
  • Hoe ik verteller werd - Felix Timmermans
  • Pallieter wordt honderd jaar - Bertje Warson
  • Openingstoespraken - Timmermans-Opsomerhuis 1968
  • Toespraak Artur Lens Archivaris - 1968
  • Toespraak Hubert Lampo - 1968
  • Timmermans als Schilder en Etser - Floris Van Reeth
  • Felix Timmermans, Dichter und Zeichner seines Volk.
  • Felix Timmermans - Theo Rutten
  • Gesprek onder vier ogen - Fred Bogaerts 70 jaar
  • Timmermans over De Pastoor in den bloeienden Wijngaerdt
  • Tooneel te Brussel
  • De vroolijkheid in de Kunst
  • Stamboom van Felix Timmermans
  • Timmermans over "De Pastoor uit den Bloeienden Wijngaert
  • Felix Timmermans over den Vlaamschen humor
  • Adagio - Lia Timmermans
  • De nachtelijke Dauw - Felix Timmermans
  • Felix Timmermans geschilderd door Tony Claesen - 2018
  • De Nood van Sinterklaas - Felix Timmermans
  • De Vlietjesdemping te Lier - Felix Timmermans
  • Pallieter naast Boerenpsalm
  • Pallieter in het klooster - Cees Visser
  • Info FT Genootschap
  • F T Fring bestaat 25 jaar
  • Timmermans en de Muziek - Daniël De Vos
  • Fons De Roeck
  • Is Timmermans Groot ? - Felix Morlion O.P.
  • Renaat Veremans vertelt - José De Ceulaer
  • Vacantie bij de oude boeken - Gaston Durnez
  • Foto's van Oude Lier 1
  • De Pastoor uit den Bloeyenden Wijngaerdt
  • Brief Gommer Lemmens - 11/06/2013
  • 70 jaar geleden ....
  • Overlijden van de Fé
  • Luisterspel Pallieter 2016
  • Bibliotheek van de stad Lier
  • Anton Thiry - Gaston Durnez
  • postkaarten
  • Een Mandeke Brabants fruit
  • Clara Timmermans overleden
  • Covers van Pallieter
  • Pallieter en Felix Timmermans
  • Toespraken 25/6/2016 - Kevin Absillis, Kris Van Steenberge en Gerda Dendooven
  • De Lierse Lente - Ronald De Preter
  • Felix Timmermans - Emiel Jan Janssen
  • Pallieter honderd jaar - Gaston Durnez
  • Adagio - Frans Verstreken (Hermes)
  • Pallieter, een aanval en verdediging
  • Foto's 1
  • Driekoningen-Tryptiek - Jacques De Haas
  • Over Pallieter (25/01/1919)
  • Timmermans' werk in het buitenland
  • De Eerste Dag - Felix Timmermans
  • Het Kindeke Jezus in Vlaanderen
  • Fred Bogaerts - Felix Timmermans
  • De Harp van Sint Franciscus - Gabriël Smit
  • Timmermans en Tijl Uilenspiegel
  • Felix Timmermans ter Gedachtenis
  • De Vlaamse Timmermans - Paul Hardy
  • Timmermans was Einmalig - José De Ceulaer
  • Levenslied in schemering van de dood - Gaston Durnez
  • Expositie in De Brakke Grond te Amsterdam
  • Bij de Hilversumsche Gymnasiastenbond
  • Timmermans als schilder en tekenaar - W.A.M. van Heugten
  • De onsterfelijke Pallieter - Tom Vos
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Felix Timmermans
    Vlaamse schrijver, dichter en schilder * 1886 - 1947 *
    15-04-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cyriel Buysse en Felix Timmermans (I) - René Goyvaerts



    CYRIEL BUYSSE EN FELIX TIMMERMANS.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />

    Twee levens die mekaar gekruist hebben.

     

    Door René Goyvaerts

    dankbaar aangeboden aan de ereleden van de Felix Timmermans Kring 2012.

     

    De bedoeling van dit artikel is deze twee Vlaamse Figuren, bekende schrijvers en tijdgenoten, zij het dat Buysse 27jaar ouder is dan Timmermans, met elkaar te vergelijken, niet wat betreft hun werk, maar wel als mens met hun uiteenlopende opvattingen.

     

    Zijn er overeenkomsten, al dan niet toevallige of ongewilde tussen beiden? Welke zijn de grote tegenstellingen en in welke mate hebben deze hun onderlinge verhouding mee bepaald? Wat was hun mening over het werk van de ander? Zijn er ontmoetingen geweest?

     

    Alvorens in chronologische volgorde hun wederzijdse uitlatingen en kontakten te behandelen, worden in eerste instantie de overeenkomsten en de tegenstellingen tussen beiden besproken.

     

    A. Toevallige en ongewilde overeenkomsten.

    Een aantal opmerkelijke overeenkomsten kan men vaststellen tussen beiden, zeker in hun jeugd-en jongelingsjaren.

    Beiden hadden materieel gezien een onbezorgde kinder- en jeugdtijd. Beiden waren geen schitterende studenten, zeker niet voor wiskunde. Timmermans wint dit onderling duel met verve, zij het in negatieve zin, daar hij niet zonder moeite de lagere school kon afmaken. Buysse daarentegen heeft nog enkele jaren middelbaar onderwijs voltooid. Dat beiden in hun jongelingsjaren geen eenvoudige mannen waren; blijkt uit het volgende : door konflikten met hun vader, hadden zij een bezorgde moeder, die meer dan eens een bemiddelende rol probeerde te spelen tussen vader en zoon. Hun respectievelijke vaders hadden hun zoons voorbestemd om de handelszaak verder te zetten : Cyriel Buysse als fabrikant van chicorei en stijfsel, Felix Timmermans als kanthandelaar. Onze twee wilden er niet van weten en verkozen, ondanks de heibel, een literair beroep. Schrijver worden dat was hun leven, wat in die periode zeker niet evident was qua inkomen en daar dachten de vaders aan. Beide vaders troffen dan ook, wat wij zouden kunnen noemen, disciplinaire maatregelen wegens het halsstarrig gedrag van hun zoons en zonden hen enige tijd van huis om tot inkeer te komen : Cyriel Buysse naar Amerika voor zaken, doch in feite om liefdesaffaires te vergeten en van zijn schrijversziekte te genezen, Felix Timmermans naar Vloesberg ( Flobecq ) om Frans te leren en een goed lief mee te brengen, eigenlijk was het ook om te genezen van zijn kunstminnende ideeën. Doch er was geen zalf aan te strijken. Schrijver worden dat was het en dat bleef het voor beiden. Dat de twee vaders sceptisch bleven in verband met een schrijversloopbaan illustreert het volgende : Cyriel Buysse herinnert zich 35 jaar na de feiten het volgende voorval uit 1894. "Toen zekeren dag uit Nederland een wissel kwam van 200 gulden, toen werd het hem (vader Buysse) duidelijk dat die flauwe dingen, zooals hij mijn schrifturen noemde misschien nog niet zo flauw waren." Vader Timmermans vond de geschriften van zijn zoon ook maar niks, want toen de Fé zijn Pallieter liet lezen, kreeg hij van zijn vader deze reactie : " Maar manneke toch, dat leest geen mens, zo'n flauwe kul!

    Dat zijn lollekens voor klein kinderen, maar geen boek voor grote mensen!

    Wie geeft daar nu toch zijn geld aan !"

     

    Onze twee hadden ook liefdesproblemen door hun omgang met meisjes (CB) en één meisje (FT), beneden hun stand. Omwille van voortdurende konfliktsituaties hebben beiden het ouderlijk huis verlaten en zijn zelfstandig gaan wonen. Maar dat heeft zijn consequenties op financieel vlak gehad. Door het feit dat de vaders de sponsoring stop gezet hadden, zaten beiden als jonge schrijvers in financiële moeilijkheden. Cyriel Buysse schrijft in maart 1895 aan Emmanuel de Bom : " Reeds verleden jaar heb ik u gezegd dat mijn vader mij de vivres gecoupeerd heeft, wel nu dat is nog niet veranderd, integendeel. Indien het niet was dat ik geld win met schrijven, ik zou in de zwaarste armoede zitten." Op aanraden van dezelfde Mane De Bom schrijft Timmermans op 6 maart 1912 volgende brief aan Frans Van Cauwelaert : "Hooggeachte heer! Tot U gezonden door den Heer Emmanuel De Bom, die mij ten zeerste aanbeveelt, koom ik U een dienst vragen, waardoor U mij uit een der moeilijkste omstandigheden kunt trekken en waardoor U mij letterkundige kunt laten blijven. U bemint de kunst en de kunstenaar en wanneer ik niet geholpen wordt; ben ik als kunstenaar reddeloos verloren. Laat mij u, alstublieft mijn hart openen. Het gaat om eene liefdeskwestie. Ik wil huwen met een meisje die zeer arm is, maar als vrouw in harmonie nevens mij in het leven zal kunnen staan. Mijne ouders willen het niet en ik moest weg van huis. Daar sta ik nu.... met leege handen zonder geld en zonder vooruitzicht........"

     

    Zowel Cyriel Buysse als Felix Timmermans hebben van zich laten horen aangaande natuurbehoud en monumentenzorg en profileerden zich toen al als groene jongens.

     

         Buysse koopt op de Molenheuvel in Deurle 3 hectaren grond waardoor de molen niet zal worden afgebroken. In De Vlaamsche Gazet van 1909 heeft hij met een emotionele pleidooi Laat ons de Leie, heftig geprotesteerd tegen de plannen om deze rivier recht te trekken en te kanaliseren. Ook is hij niet gelukkig met de inval van dagjesmensen en de inpalming van Gentse nieuwe-rijken, die de bossen van Sint-Martens-Latem en Deurle verkavelen en villa's inplanten op de rivieroevers. In de lente van 1914 valt hij woedend uit tegen de barbaren en vandalen die hele rijen gezonde oude bomen laten omhakken. Op 18 februari 1923 wordt te Gent de Oostvlaamse afdeling van de Verenigmg tot Behoud van Natuur- en Stedenschoon opgericht. Cyriel Buysse wordt verkozen tot voorzitter van de Gentse afdeling. In La Flandre verschijnt een brief van Buysse waarin hij poogt te voorkomen dat de oude, prachtige beuken tussen Sint-Martens-Latem en Sint-Denijs-Westrem worden gekapt en hij protesteert fel.

    Timmermans op zijn beurt staat ook niet aan de zijlijn als het over dit onderwerp gaat.

    Op 9 juni 1912 wordt in Van Onzen Tijd zijn artikel, De Vlietjesdemping te Lier gepubliceerd. Hierin trekt hij van leer tegen het Lierse stadsbestuur, dat volgens hem op een ondoordachte wijze de schoonheid en schilderachtigheid van het oude Lier aan het verkwanselen is. Alhoewel hij ook de mening was toegedaan dat er voor de volksgezondheid iets diende te gebeuren aan die stinkende vlietjes, maar dan op een andere manier dan het uitgevoerd zal worden. Hij eindigt zijn artikel als volgt: " Dit valt zoo te betreuren, dat men spijt gevoelt dat het ontwerp gaat verwezenlijkt worden, of beter : dat men geen ontwerp heeft uitgedacht 't welk tevens de vlietjes behield en tegelijkertijd rekening hield met de gezondheid."


        
    Dit onderwerp zal fors op zijn maag blijven liggen en meermaals zal dit gedurende zijn leven nog in meerdere bijdragen terug opgerakeld worden. In 1914-1915 werd van hem in Van Onzen Tijd het artikel De Nethe opgenomen. Hierin heeft hij het over drie historische gevels op de Grote Markt in Lier en hij schrijft : " Met het bombardement zijn deze drie huizen uitgebrand, doch de gevels stonden er nog recht, in al hun heerlijkheid. De bevoegde overheid heeft evenwel nagelaten deze monumenten te ondersteunen, en de groote wind die laatstleden zo sterk over het land ging; heeft hen neergesmakt tot gruis." Op 7 januari 1918 schrijft hij aan Dr. Louis Van Boeckel dat hij geprobeerd heeft te verhinderen dat de bomen van de Begijnenvest zouden geveld worden. Op 11 juni 1937 verscheen in De Standaard zijn bijdrage Het schoon doksaal te Lier en hij betoogt: " Men wil te Lier het doksaal van de Sint-Gommaruskerk afbreken en achter aan de ingang plaatsen.

    Dit zou een geestelijke misdaad zijn".

    Alhoewel bij een aantal critici zowel, in Noord als in Zuid het onmiskenbaar talent van beide schrijvers werd erkend, kregen zij, wat hun taalgebruik betreft, bakken kritiek over zich heen.Spellingsfouten, leenwoorden, bastaardwoorden, gallicismen en dialectwoorden waren de meest voorkomende opmerkingen.

     

         Wat Cyriel Buysse betreft kan het volgende worden aangestipt. In een artikel verschenen in De Nederlandsche Spectator van 5 oktober 1895, bestempelde Willem de Vreeze, een Gentse filoloog, die later de Vlaamse taalzuiveraar bij uitstek zou worden, de taal van Buysse als Fransch Belgisch, maar geen Vlaamsch en geen Nederlandsch. Een jaar later in 1896 schrijft dezelfde Willem de Vreeze : " Dan noemt ge enkele namen waaronder ook, o Goden, Cyriel Buysse, een man ongetwijfeld met veel talent, maar die slechter Nederlandsch kent dan een goede leerling uit de hoogste klasse onzer lagere scholen." In 1904 geeft Wolfgang van der Mey in De Nederlandsche Spectator volgende kritiek op Buysse's taalgebruik :

    " O, zeker ook thans worstelt de geëerde schrijver onder het wrochten nog met drie talen, en het ware gemakkelijk een lijstje te maken van wat Hollandsch, Vlaamsch of Fransch is. "

    Over Felix Timmermans en zijn Pallieter verscheen in Vrij België van 22 en 29 maart 1918, een tweedelige bijdrage van dr. Jan Grauls en deze betoogt: " Pallieter is een mooi boek, een boek van levensblijheid en levenslust, een jubelzang aan de natuur." Maar qua taal vindt hij in het boek twee scherp afgetekende soorten van talen : de personages spreken Liers, dat dan nog inconsequent wordt weergegeven en voor de rest wordt gebruik gemaakt van een bijzonder soort Nederlands.

    Hij wijst op de mengeling van verschillende spellingssystemen, gallicismen en het goochelen met genitieven." Eenheid van spelling en eerbied voor de regels der spraakkunst dienen streng nageleefd te worden. Hoe is het toch mogelijk, dat een schrijver, die een greintje eerbied heeft voor zijn taal, deze op zo'n schandelijke manier kan verknoeien! "

     

    In dit verband kan men ter verdediging van onze twee schrijvers het volgende toevoegen :

    in die periode was een eenvormige Nederlandse taal in VIaanderen nog in wording en dit was het gevolg van de gevoerde franskiljonse politiek door de opeenvolgende Belgische regeringen, die tevergeefs gepoogd hebben in Vlaanderen het Nederlands uit te roeien en van België een eentalige franssprekende natie te maken.

    Alleen in het lager onderwijs werden de lessen in het Nederlands gegeven, zij het in het begin nog veelal in het dialect, op een aantal uitzonderingen na. Het zou nog enkele decennia duren vooraleer de lessen in het middelbaar en het hoger onderwijs het Nederlands als voertaal hadden.

     

    B. Grote tegenstellingen.

    Tegenstellingen qua karakter en ideologische opvattingen.

    Profiel van Cyriel Buysse :

    Hij is geen angstig persoon, eerder strijdvaardig en laat zich zeker niet op zijn kop zitten.

    Hij heeft een quasi onverzettelijk karakter, is weinig toegeeflijk en komt zonder nuances en desnoods tegen iedereen in voor zijn ongezouten opinie uit. Ondanks het feit dat dergelijke houding hem meermaals zware moeilijkheden oplevert, zal hij toch in de meeste gevallen standvastig volhouden, ook al lijdt hij er zelf onder, zoals onder zijn langdurige miskenning in Vlaanderen als schrijver. Hij is op en top liberaal, zij het met socialistische sympathieën, zonder deze laatste echt in concreto gestalte te willen geven.

    Hij is vrijzinnig en extreem antiklericaal en francofiel. Bovendien is hij een fervent sporter, Belgisch roeikampioen, een gedreven schaatser en skiër en avontuurlijk aangelegd. Hij vaart met de Red Star Line enkele malen naar Amerika en maakt daar regelmatig avontuurlijke uitstappen. Hij trekt met zijn automobiel doorheen gans Frankrijk tot in Spanje, wat in die tijd niet zo evident was, en onderneemt later een reis door Spanje en Marokko.

      

    Profiel van Felix Timmermans:

    Men zou van hem kunnen zeggen: net het tegenovergestelde. Van nature uit is hij een angstig iemand, geen strijderstype, meestal toegevend, aanvaardt kritiek, is minzaam en kan met iedereen goed over de baan. Een belager zou hij zelfs zalvend de hand boven het hoofd houden. Hij is een diepgelovig katholiek, die zich onderwerpt aan het gezag van de kerk en een overtuigd flamingant. Hij is alles behalve een sportman en doet nooit aan sport, zelfs passieve deelname interesseert hem niet. Als hij noodgedwongen de latten aanbindt is hij net een houten klaas, die dit enkel doet voor de leuke foto's. Avontuurlijk aangelegd is hij ook al niet. Op een boot moest ge hem niet zetten. Een slechte ervaring op een schip naar Londen was voldoende om het hem af te leren en voor altijd te kiezen voor vaste grond onder zijn voeten. Uitnodigingen om naar Alaska, zelfs naar Indië te gaan, laat hij kalm aan zich voorbijgaan. In dit verband heeft Timmermans zelf het volgende vermeld in Uit mijn rommelkas, rond het ontstaan van Pallieter :

    "Men is ontgoocheld omdat ik geen Pallieter-figuur ben, zoo stil ben, en zelden geestdriftig word; dat ik meer naar binnen dan naar buiten leef, niet te paard rijd, moeilijk schaats, geen waaghals ben, niet op den buiten woon, en de boomen van verrukking niet omhels."

     

    Ook op het gebied van de Vlaamse Zaak verschillen hun meningen duidelijk. Beiden willen wel verandering door meer zeggenschap voor de Vlamingen in België, maar de wijze waarop dat dient te geschieden verschilt fundamenteel. Over het het standpunt van Timmermans is men vlug uitgepraat en men zou het kernachtig kunnen samenvatten als : Vlaams, Vlaamser, Vlaamst. Hij zal deze opvatting gedurende gans zijn leven trouw blijven. In 1906 omschrijft een twintigjarige Felix Timmermans het als volgt: " Wie heeft het gedacht gekregen, Walen en Vlamingen bijeen te duwen en hen te betitelen met Belgen. Belgen bestaan er niet.

    Walen zijn Walen en Vlamingen zijn Vlamingen. En hoe zouden twee volken, die malkander met gebaren moeten verstaan, eene nationaliteit kunnen vormen? " en hij droomt van een zelfstandig Koninkrijk Vlaanderen. Vijf jaar na het overlijden van Cyriel Buysse verscheen van  Timmermans een artikel in De Standaard op 11 december 1937 onder de titel Albert Saverijs. In dit artikel zet Timmermans uiteen dat het werk van Albert Saverijs de echte Vlaamse aard uitstraalt en wat daar het tegengestelde van is. Felix Timmermans heeft het in dit verband over in Vlaanderen geboren kunstenaars, die er gewoond hebben of nog wonen, maar die franssprekend zijn in hun dagelijkse omgang maar ook in hun kunst en volgens Timmermans bezitten deze laatsten niet de ware Vlaamse aard.


    Alhoewel hij Cyriel Buysse zijn naam niet vernoemt, verwijst hij wel naar personen die tot de intieme vriendenkring van Buysse behoren.

    Felix Timmermans betoogt: " Maeterlinck, hoe hij ook krinselt en draait is Vlaams. In emotie en uitdrukking. Emile Verhaeren is Vlaams. Charles de Coster is Vlaams. Hoeveel te rijker is men dan, als de kunstenaar zijn eigendommelijkheid bewust is en ze als een moeder bemint! Dan leeft men in harmonie met zijn liefde, wat die drie genoemden niet hadden.

    Die wouen nog iets anders zijn, maar de kern van hun wezen was sterker dan hen zelf." Even verder heeft Timmermans het over de kunstschilder Emiel Claus, een zeer goede en intieme vriend van Buysse over wie deze laatste in 1925 een boek publiceerde onder de titel Emiel Claus, mijn broeder in Vlaanderen.

    Claus behoorde tot dezelfde franssprekende vriendenkring van Buysse en het luidt :

    " We noemen nog een ander geval uit de honderd, Emiel Claus. Een grote schilder, een goede schilder, Vlaams van emotie en aanvoeling, maar de taal waarmee hij zijn innerlijk wezen uitsprak was niet van hem, niet van ons. Ze was vreemd, geleend, gekocht, gemaakt en overgebracht uit een ander land, waar de luministische taal een bestanddeel, een onafscheidbaar bestanddeel van die geesten was. Ja, ja, er zijn grenzen, zelfs daar waar ze niet op de landkaart staan!

    De natuur laat zich niet omkopen met namen, linten of gelul in de ruimte. Wat niet van haar is werpt ze af. Ook zo zijn er honderden goede, ik druk op goede, kunstschilders mislopen en verdord."

     

    Bij Cyriel Buysse klinkt het als volgt: hij wil het ongeletterde Vlaamse volk op een hoger cultureel peil brengen zodat het in de Belgische staat gelijkheid krijgt en medezeggenschap zonder aan het unitaire België te raken en zonder tussenkomst van buitenlandse hulp en met behoud van de tweetaligheid in Vlaanderen. De houding die Buysse in deze kwestie publiekelijk aanneemt is op zijn zachtst uitgedrukt dubbelzinnig daar hij op het ene moment koud blaast en nadien warm. Ziehier het verloop ervan. In 1886 tijdens zijn eerste Amerikareis is hij in Michigan te gast bij een Ierse boerin en daar gaat het over de situatie in Ierland en eindigt het gesprek over Vlaanderen : " En tot vertrouwelijkheid gestemd vertelde ik haar, hoe ook het Vlaamse volk in ons eigen land mishandeld werd; hoe ook onze taal veracht, misprezen, uit nagenoeg alle beraadslagingen was verbannen; hoe de rechten van meer dan de helft van de bevolking miskend, verloochend werden." Zoals hierboven vermeld was Cyriel Buysse francofiel en het Frans was binnen de familie de voertaal zowel in spraak als in schrift. In 1895 heeft hij onder invloed van zijn franssprekende vrienden, Maurice Maeterlinck en voornamelijk Camille Lemonnier geprobeerd in het Frans te schrijven en in Parijs te publiceren.

     

    Het werd echter een mislukking en een zeer grote teleurstelling die Cyriel Buysse in zijn Franse ambities te verwerken kreeg. Hierbij zou men zich de vraag kunnen stellen wat er, in geval van succes, zou gebeurd zijn? Zou hij zijn boeken nog in het Nederlands geschreven hebben of was hij ook verloren gegaan voor de Vlaamse literatuur zoals Maeterlinck, Verhaeren, Joris Eeckhoud en anderen? In 1896 wordt te Gent in de Minardschouwburg een satirische eenakter van hem opgevoerd onder de titel De plaatsvervangende vrederechter en hierin zet hij, het geweer van schouder veranderd, een franskiljon in zijn hemd.

    In 1897 jaagt Cyriel Buysse heel Vlaanderen tegen zich in het harnas door zijn arlikel van 17 januari in De Amsterdammer, Flamingantisme en flaminganten: " Men moet eenmaal de moed hebben het zichzelf te bekennen : het Vlaams is een arme, kleine taal, en een schrijver van talent kan het maar diep betreuren dat hij over geen beter voertuig van gedachten-verspreiding beschikt. Daarom, verre van 't hem euvel te duiden, kan men niet anders dan hem toejuichen, wanneer hij erin slaagt een grotere taal machtig te worden." Deze uitspraak is des te verwonderlijk als men terugdenkt aan zijn twee jaar geleden afgang met zijn Franse publicatie. Van Vlaamse zijde blijft de reactie natuurlijk niet uit en Buysse geschrokken door al dit kabaal, probeert de gemoederen te bedaren en geeft verduidelijkingen in De Amsterdammer en de Brusselse krant l' Etoile Belge. Hierin noemt hij zichzelf: Flamand de naissance et de caractère maar hij voegt er onmiddellijk aan toe dat hij zich nooit heeft laten inlijven in la petite clique sinécurienne, brouillonne et mesquine, que l' on appelle les flamingants." Hierdoor reduceert hij de hele Vlaamse Beweging tot een kliekje profiteurs, warhoofden en geborneerde geesten en in plaats van te bedaren is deze uitlating alleen maar olie op het vuur. Zelfs de meest gematigde Vlaamsgezinden stoot hij hiermee tegen het hoofd. Gevolg : een kompleet verzuurde relatie tussen Vlaanderen en Cyriel Buysse.

     

    In 1898 gaat het van kwaad naar erger. Hij heeft geen contact meer met zijn vroegere Vlaamse vrienden van Van Nu en Straks, Vermeylen en De Bom en hij wordt lid van de Gentse Association flamande pour la vulgarisation de la langue francaise. Dus volledig tegen de Vlaamse Beweging in. In 1900 doet hij er nog een zware schep boven op door in zijn bijdrage, Flamands et Hollandais devant les langues étrangères , opgenomen in het tijdschrift van de Vulgarisateurs, te verklaren: " Een flamingant is niet iemand die van zijn taal en zijn volk houdt maar iemand met een diepgewortelde, onverzoenlijke haat tegen alles wat Frans is " Deze stelling ontlokt zelfs aan de secretaris van deze vereniging de uitspraak dat Buysse iemand is die helpt om in België het Nederlands uit te roeien. Enige tijd nadien verbreekt hij dan toch de banden met de Vulgarisateurs omdat hij ingezien heeft wat hun eigenlijke doel is, namelijk de politieke, economische en maatschappelijke machtspositie van de francofone minderheid in Vlaanderen veilig te stellen. In 1903 wordt het geweer weer van schouder veranderd. In zijn artikel Belgische intellectuele toestanden, gepubliceerd in Groot Nederland, neemt Buysse voor het eerst ondubbelzinnig afstand van de franskiljonse mentaliteit, die hij tot dan had toegepast. Hij ziet het als een onvermijdelijke rechtvaardigheid dat er Vlaamse hogescholen komen en als een absolute noodzaak dat er een algemeen beschaafde, zowel gesproken als geschreven Vlaamse taal ontstaat. Een algemene cultuurtaal dus die van Limburg tot West-Vlaanderen in alle omstandigheden vanzelfsprekend en ongedwongen wordt gesproken en geschreven.

     

    Op 1 maart 1909 schrijft Cyriel Buysse een dankbriefje aan De Vlaamsche Gazet waarvan Hoste de hoofdredacteur is en alhoewel niet voor publicatie bestemd, maakt Hoste dit toch openbaar en het luidt als volgt: " Vroeger, -dat weet ik- heb ik u kunnen ontstemmen door wat ik over het flamingantisme en de Vlaamschgezinden schreef. Nu daar reeds zooveel jaren zijn over heengegaan, en de toestanden zoo sterk ten gunste van het Vlaamsch veranderd zijn, geef ik gaarne toe, dat mijn beweringen van toen op dit oogenblik geen steek meer houden. Daarenboven voel ik geen bewaar om met oprechtheid te erkennen dat ik, destijds door mijn ergernis meegesleept, al te zeer een goede zaak met een verkeerde hoofdleiding verwarde. Dat er nog zeer veel zou moeten veranderen, dat weten U en de meeste uwer redacteuren ook wel. Wij hooren nog te veel woorden en zien te weinig daden. Maar, ontegenzeggelijk, is er veel meer rechts- en waardigheidsbewustzijn onder 't Vlaamsche volk gekomen. Ik hoop dat we meer en meer de richting zullen uitgaan, niet van het Fransch-haten, maar van 't Vlaamsch vereren-en beminnen.

     

    Ook in 1909 schrijft hij aan André De Ridder, een Antwerps journalist: " Ik ben geen anti-flamingant en ook geen hater van het Fransch en mijn vaderlandsliefde is van het meest bekrompen soort en strekt zich weinig verder uit dan den horizontskring om mijn nederig geboortedorp." Het is het begin van een dooi in de bevroren relatie tussen Buysse en Vlaanderen, althans voor een deel ervan toch. Op 14 maart 1911 maart richt hij een brief aan Hendrik Coopman en in een postscriptum schrijft hij het volgende : " Ik begrijp overigens volkomen, dat tal van Vlaamsch-gezinden onverzoenbaar tegenover mij gestemd blijven en dat ze mij ongenadig de zonden van vroeger blijvend willen doen uitboeten. Mea culpa!

    Ik heb het verdiend." Ondertussen, en gelukkig voor hem, zijn ze steeds talrijker, de critici en collega's die vinden dat hij zich nu wel voldoende heeft geëxcuseerd en dat het de hoogste tijd is een eind te maken aan de boycot van zijn werk en op 9 april heeft er dan te Antwerpen een Buysseviering plaats. De katholieken blijven wel afzijdig en willen niet vergeten en vergeven doch dit heeft in feite meer te maken met de inhoud van zijn werk waarin hij regelmatig de misbruikte almacht van de pastoors op het platteland aan de kaak stelt.

     

    Dat Cyriel Buysse ondanks alles toch trouw blijft aan zijn oorspronkelijke visie in deze Vlaamse kwestie en dat hij de tweetaligheid ook in Vlaanderen blijft verdedigen en francofoon is en blijft, blijkt uit een schrijven van 11 maart 1911 aan Herman van Puymbrouck : " Dat er protest is opgegaan tegen mijn huldiging verwondert mij niet.

    Van katholieke zijde evenals van oud-flamingantische zijde was dat te verwachten.

    Ziehier wat ik er op kan antwoorden : met de klerikalen bemoei ik mij niet. Die lui zijn tegen mij, zooals het water tegen 't vuur is. Dat behoeft geen nader betoog. Wat de oude flaminganten betreft, reeds vroeger, jaren geleden, in een brief aan Ary Delen en dan later weer in een schrijven aan de Vlaamsche Gazet, heb ik, ongevraagd, de bekentenis afgelegd, dat ik mij destijds tegenover de Vlaamsche zaak te kras heb uitgelaten. Ik bekende, en beken nog, dat ik te veel de toenmalige leidsmannen der Vlaamsche Beweging met de zaak verwarde.

    De leiding leek mij slecht, archislecht, en ik had zoo geleerd de zaak met de mannen vereenzelvigd te zien, dat het mij een oogenblik aan helder inzicht ontbroken heeft om die uit elkaar te houden.

     

    Ik heb de gevolgen van die vergissing gedragen en ben bereid ze zonder mopperen te blijven dragen. Doch ik ben geen vijand van het Fransch en zal dat nooit worden. Ik vind het Fransch een prachtig-mooie, rijke taal, en die ons, Vlamingen, als vreemde taal, oneindig veel dichter bij staat dan het Duitsch of het Engelsch. Ik meen : wij, Vlamingen, voelen eerder Fransch dan we Duitsch of Engelsch zullen voelen. Daarom kan ik nooit meegaan met dat soort flaminganten (ik geloof dat ze, gelukkig, hoe langer, hoe zeldzamer worden ) die hun liefde voor hun taal menen te uiten door op 't Fransch te schelden.

    Het is dus heel duidelijk met mij : al ben ik Vlaming, door en door, toch blijf ik een vriend en een bewonderaar van 't Fransch.

    Begin 1922 wordt de laatste politieke bijdrage van Cyriel Buysse gepubliceerd in Groot Nederland onder de hoofding : Koele beschouwingen over een warme zaak en hij schrijft :

    " De strijd gaat op het ogenblik voor of tegen de vervlaamsing van de Gentse hogeschool.

    Ik wil mij niet gaarne profeten-kunst aanmatigen, maar het zou mij wel verwonderen als de franskiljons het hierbij op den duur niet moesten afleggen."

    Uiteindelijk ziet Buysse België definitief uiteenvallen in twee rassen : franstaligen en Vlamingen, die respectievelijk de zijde zullen kiezen van Frankrijk en Duitsland. Hij erkent dat de Vlaamse Beweging de kinderziektes is ontgroeid en oneindig veel heeft gewonnen in breedte en diepte. Ondanks deze toenadering blijft hij gekant tegen de flaminganten die een afkeer hebben van alles wat Frans is. In feite is het standpunt van Buysse wel milder geworden aangaande de Vlaamse kwestie en erkent hij dat de Vlamingen in Vlaanderen ook recht hebben op onderwijs in hun taal, maar de tweetaligheid in Vlaanderen moet blijven.

    Dat hij over de ganse kwestie niet gerust is, blijkt uit zijn verklaring over het uiteenvallen van België.

     

    Op 26 augustus 1929 komt Cyriel Buysse nog eens terug op deze kwestie en daaruit blijkt dat hij bij zijn standpunt blijft. In een interview, opgenomen in L' Indépendence Belge, zegt hij : " Mensen die in Vlaanderen wonen maar blijven weigeren Vlaams te leren, ondervinden daar, ook al willen ze 't niet toegeven, steeds meer nadeel van. Het recht om Frans te spreken wil ik die mensen geenszins ontzeggen, maar dat ze dan ook de taal spreken van het volk waartussen ze leven! En dat ze die taal behoorlijk spreken : dat is toch niet te veel gevraagd . " Op 9 en 16 oktober 1931 verschijnt in Gazette van Detroit door Gaston Veys het laatste grote interview met Cyriel Buysse In een slotvraag begint Veys over de Vlaamse kwestie en daar komt van Buysse een verrassend antwoord uit de bus over de toekomst van België :

    " Ah! Wij gaan naar het federalisme! Ja, Vlaanderen krijgt ongetwijfeld zelfbestuur.

    Wallonie eveneens. De twee staten in een federale staat België. Er zijn tekenen genoeg : niet ver van hier is een kasteel, waar destijds de Vlaamsche taal verboden was, zelfs aan de dienstboden. Thans moet men er VIaamsch spreken en worden er Vlaamsche bijeenkomsten gehouden, het optreden van het Vlaams Volkstoneel in het koninklijk park te Laken, het bezoek van koningin Elisabeth aan de artiesten van de Leiestreek, de vervlaamsing van de Gentse universiteit. En vooral: de werking en gisting, tot zelfs in de kleinste gemeenten waar men recht eischt voor Vaanderen en de Vlaamsche taal. Ge zult zien : met de komende kiezingen zullen de Vlamingen, de federalisten, eene groote overwinning behalen."

     

    Deze onverwachte uitspraak van Buysse over de toekomst van België houdt niet in zich dat hij met deze visie akkoord gaat, maar lijkt voor hem een onafwendbaar gegeven dat niet meer tegen te houden is.


    Een laatste element onder de grote tegenstellingen is dit van :

    de houding tegenover de Duitse bezetter.

         Cyriel Buysse is daar heel duidelijk in : hij wil absoluut niets te maken hebben met wat ook maar enigszins zou doen vermoeden dat de Duitsers er voor iets tussen zitten. Alhoewel, als het even zeer discreet kan en via de familie, ziet hij er geen graten in om beroep te doen op Duitse hulp. In 1896 was Buysse gehuwd met de Nederlandse weduwe, Nelly Dyserinck en woonde deels in Den Haag. De zuster van Nelly, Annette, was gehuwd geweest met de Duitse bankier en zakenman, Wilhelm Koster en zij hadden een zoon, Roland Koster.

    In de loop van 1915 wordt deze laatste als diplomaat van het Duitse Rijk gedelegeerd naar het neutrale Nederland met als standplaats Den Haag. In 1915 had Cyriel Buysse in Den Haag kennis gemaakt met Isidoor Opsomer. Deze laatste heeft tot dan toe tevergeefs gepoogd om zijn gezin naar Nederland te laten overkornen. Dan krijgt Opsomer de raad van Buysse, en dat is volgens deze geen oneer, om naar Koster te gaan op de Duitse legatie en zijn probleem te bespreken. Koster was door Nelly Dyserinck vooralgaandelijk over dit probleem ingelicht. Als dank schildert Opsomer een portret van Cyriel Buysse dat zich thans in het Antwerpse Letterenhuis bevindt. Ook voor zijn tante, Virginie Loveling, maakt Buysse gebruik van de diensten van Koster. In dit verband zou men zich toch de vraag kunnen stellen, als men zo consequent handelt als Buysse wanneer het over anderen gaat, wat het verschil is met een Duitser in het neutrale Nederland en een in het bezette Vlaanderen?

     

    Felix Timmermans, zonder evenwel te collaboreren, stelde zich in deze kwestie soepeler op en door zijn openlijke sympathie voor het activisme droeg hij al vlug de stempel van duitsgezind te zijn.

     

    Besluit.

    Tussen zulke tegengestelde figuren is een relatie nauwelijks denkbaar, laat staan dat er van vriendschap sprake kan zijn. Het is voornamelijk Buysse zelf, ondanks zijn laatste visie over de toekomst van België, die met een figuur als Timmermans geen omgang wenste.

    Gezien diens staatkundige opvattingen over België en Vlaanderen, klasseerde hij Timmermans onder de noemer de oude flaminganten. Bovendien speelde het niet kordaat afwijzen van elke toenaderingspoging met de Duitse bezetter een rol.

    Toch zullen hun paden, zij het meestal ongewild, elkaar kruisen.

     

    C. Gewild en ongewild zullen hun paden elkaar kruisen.

    In chronologische volgorde nu wanneer er raakpunten tussen beiden geweest zijn.

     

    1. Een negentienjarige als criticus.

    Op negentienjarige leeftijd schreef Felix Timmermans een critische bijdrage over de Kempische Vertelsels van Karel Van den Oever. Dit artikel verscheen in Onze Tijd op 19 november 1905, blz 366 en werd opgenomen in het zesde Jaarboek 1978 van het Felix Timmermans Genootschap.

    Felix Timmermans betoogt onder andere het volgende :

    "Om het laatste sprookje ga ik schrijver geen proficiat wenschen, want het lijdt gebrek langs vele kanten, geen spanning, niets dat u eens doet stilstaan en napeinzen. Maar dat wilt niet zeggen dat het afgezonderde leven in de hei niet goed geschilderd is, neen, al lijkt het op De Eenzame van Cyriel Buysse." Dit verhaal van Buysse was verschenen in de bundel Van arme menschen en uitgegeven door P.N. Van Kampen & Zoon te Amsterdam in 1901.

    Felix Timmermans was dus blijkbaar toen al op de hoogte van het werk van Buysse, wat niet zo evident was daar Buysse toen in Vlaanderen, voornamelijk door de katholieke pers werd afgeschilderd als een pornograaf waarvan de lektuur zeker voor katholieken te mijden was.

    In 1905 had Timmermans, Raymond de la Haye terug ontmoet en kwam onder diens invloed en zoals Felix Timmermans later zelf vertelde, bleef er toen van zijn katholiscisme niet veel meer over, zodat hij zich niet al te veel zal gestoord hebben aan die katholieke pers. Bovendien is Felix Timmermans altijd zeer tolerant en leergierig geweest en liep hij niet hoog op met de Index van de katholieke kerk.

    Jaren later verklaarde hijzelf naar aanleiding van de hetze rond Pallieter :" Pallieter zoo maar in den hoek. Dat is niet fair, en ik geef gelijk waar Léon Bloy zegt: L' Index est un guichet derrière lequel 1'Eglise se déshonore." (De Index is een loket, waarachter de Kerk zich onteert). Deze uitspraak van Felix Timmermans werd opgenomen in het vierde Jaarboek 1976 van het Felix Timmermans Genootschap op blz. 86.

     

    2. Reimond Kimpe.

    In 1910 maakte Felix Timmermans weer kennis met het werk van Buysse via Reimond Kimpe. Deze was een streekgenoot van Buysse en hij las aan Felix Timmermans en zijn vrienden veel liever voor uit het werk van Cyriel Buysse dan dat hij moest zitten wroeten in De Schemeringen van den Dood van Timmermans.

    Wat Felix Timmermans toen dacht van het werk van Buysse is niet bekend.

     

    3. Pallieter.

    Toen Felix Timmermans in 1916 zijn kanon van Pallieter had afgeschoten, was Buysse in Vlaanderen al een bekend man, zij het eerder berucht dan beroemd en dit zowel bij de flaminganten als voornamelijk bij de katholieken. Deze laatsten keurden zijn werken af als te naturalistisch, zelfs pornografisch en ergerden zich vooral aan zijn voortdurende aanvallen tegen de almacht van de pastoors op het platteland.

     

    4. Die Flämische Reihe.

    Anton Kippenberg, in Vlaanderen als Duits officier gestationeerd, was in het burgerleven de eigenaar van de, ook internationaal, zeer bekende uitgeverij Insel Verlag uit Leipzig.

    Tijdens zijn verblijf in ons land leert hij de Vlaamse literatuur kennen en rijpt bij hem het plan om het werk van Vlaamse schrijvers in het Duits te laten vertalen en uit te geven in een reeks : Die Flämische Reihe. In 1916, nog zelfs voor het verschijnen van Pallieter in het Nederlands, is er een kontakt tussen Kippenberg en Timmermans en komen beiden tot een akkoord om het boek in het Duits uit te geven.

    Nog andere Vlaamse schrijvers gingen akkoord zoals: Stijn Streuvels, Karel Van de Woestijne en Herman Teirlinck. Toch zijn er twee die dit aanzoek afwimpelen : August Vermeylen en Cyriel Buysse. Zij weigerden en sloten alles uit waardoor zij zelfs maar de indruk konden wekken bereid te zijn tot enige vorm van verstandhouding of samenwerking met de Duitse bezetter. En toch zagen beiden hun werk verschijnen in Die Flämische Reihe, omdat Kippenberg handig gebruik maakte van de Duitse wetgeving op de auteursrechten, die voor vertalingen slechts tien jaar geldig bleven.

     



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)



    Foto

    Archief per maand
  • 05-2023
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 03-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 06-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 05-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 04-2009
  • 09-2008
  • 06-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 12-2007
  • 10-2007
  • 06-2007
  • 05-2007
  • 03-2007
  • 02-2007
  • 01-2007
  • 11-2006
  • 10-2006
  • 09-2006
  • 08-2006
  • 07-2006
  • 05-2006
  • 04-2006
  • 01-2006
  • 05-1982


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!

    Over mijzelf
    Ik ben Mon Van den heuvel
    Ik ben een man en woon in Lier (België) en mijn beroep is op pensioen.
    Ik ben geboren op 19/06/1944 en ben nu dus 79 jaar jong.
    Mijn hobby's zijn: Felix Timmermans - Geschiedenis van Lier in de ruimste zin genomen.

    Een interessant adres?

    Mijn favorieten websites
  • Thuispagina Louis Jacobs
  • Guido Gezelle
  • Ernest Claes Genootschap
  • Oscar Van Rompay
  • Felix Timmermans Genootschap
  • Schrijversgewijs
  • Kempens erfgoed

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!