Overweg13
Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
24-08-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.24 augustus 2021 - Bomal

De wandeling.
Veel valt er over Saint-Rahi niet te vertellen: neem van me aan dat er weinig over te vertellen is, als je zelfs op deze plek nauwelijks wat gegevens kunt vinden. In het driedelige standaardwerk voor het herkennen van heiigen (Sanctus, Sancti, Sanctorum) wordt de heilige zelfs helemaal niet vermeld. En nochtans heeft deze heilige een kapel gekregen die aan hem toegewijd werd in 1915, met een opschrift dat tijdens de Duitse bezetting op zijn minst subversief genoemd kan worden (zie foto's). De wandeling die we vandaag in Bomal volgen heet trouwens gewoon Saint-Rahi, draagt op de wandelkaart van Durbuy het nummer 17 en is voortreffelijk aangeduid met groene ruiten. Na 11 km sta je opnieuw bij het station van Bomal. De TWQ bedraagt een eerder povere 42%, maar toch hadden we achteraf de indruk dat onze tocht erg vaak over interessante paden liep en dat de wandeling als geheel erg weinig verstoord wordt door het autoverkeer.

Eigenlijk kozen we deze wandeling wat schroomvallig, want we wilden absoluut niet als ramptoeristen door het door de regenbom zwaar getroffen Bomal stappen: Ourthe en Aisne hebben voor een echte ravage gezorgd, met zwaar toegetakelde en voor auto's afgesloten brugjes als gevolg en de ellende achter de muren van de getroffen huizen kan alleen maar vermoed worden. Maar we gingen algauw de hoogten opzoeken en daar leek de schade zich te beperken tot die van een banaal zomeronweer.
Op de kaart is te merken dat we de wandeling klaargestoomd hebben voor stappers die met de trein naar Bomal komen. De eigenlijke wandeling (en bewegwijzering) begint pas in de buurt van de Kerk. Op de hoogte kom je bij de kapel van Saint-Rahi en na nog wat stijgen bereik je het rustige dorpje Ozo. Het einde biedt een uitkijktoren en interessante voetwegen, o.a. langs de Trou des Nutons, een grot waar aardmannetjes zouden wonen. Wie herinnert zich de alverman nog?


De Chapelle Saint-Rahi heeft haar naam gegeven aan deze wandeling.

Het weer.
Licht bewolkt, maar winderig en eerder fris: bijna ideaal stapweer.

De stafkaarten.
49/5S Bomal - 49/6S Ferrières. Het is voorlopig nog even wachten op de nieuwe kaart op 1:25.000, maar in deze regio zijn de wijzigingen niet van die aard dat je niet met een 20 jaar oude kaart op stap kunt.

Hoe we er geraakten.
Eigenlijk liggen er 2 reiswegen open naar Bomal, een langs Liège en de andere via Marloie, maar die laatste is op dit ogenblik minder aangewezen omdat lijn 161 tussen Ottignies en Gembloux nog niet volledig hersteld is na de hevige regenval van enkele weken geleden. En dus wordt het reizen langs Liège-Guillemins. We zouden zelfs een overstap kunnen uitsparen door voor een IC 17xx te kiezen, maar met een overstap in Brussel-Zuid op een IC 5xx creëren we toch wat meer overstaptijd en zou het toch wat sneller kunnen. Dat geldt ook voor de terugreis.

Een beetje geschiedenis.
Bomal werd sinds 18.06.1866 bediend door de treinen van de lijn 43 Angleur - Rivage - Marloie. Meteen na Angleur waren er treinhaltes in Streupas, Sauheid, Colonster en Sainval, wat eigenlijk een voorproefje was van een echt voorstadsnet. Sauheid was de enige halte die het overleefde (hoewel), getuige het spoorboekje van 28.05.1972, zowat het eerste dat ik ook daadwerkelijk gebruikt heb om mijn treinreizen voor te bereiden. Ik heb wat gegevens uit dat jaar samengesprokkeld in de volgende tabellen, één in de richting Jemelle, de andere in de richting Liège.

3406 R 07:04 Jemelle
8406 N7 07:51 Jemelle niet Biron
8408 R 09:08 Jemelle niet Biron
8409 R7 10:39 Jemelle niet Biron
3410 R7 11:34 Jemelle van 24.06 tot 03.09.72
3410 N7 11:34 Jemelle
8412 R6 13:42 Jemelle
8412 N6 13:50 Jemelle
bus R6 14:55 Jemelle niet Melreux-Hotton
8414 R 15:46 Jemelle
3416 N7 17:50 Jemelle
8417 N7 18:40 Jemelle niet Biron
8417 R7 18:46 Jemelle niet Biron
8419 N7 19:50 Jemelle niet Biron
8419 R7 20:42 Jemelle niet Biron
8421 R 22:11 Jemelle niet Biron
8422 N7 23:34 Jemelle niet Biron
8423 R7 00:09 Jemelle niet Biron

En in de richting Liège.

8453 R 04:16 Liège-G.
8454 N7 05:04 Liège-G.
8481 R7 06:41 Liège-G. niet Sauheid
3481 N7 06:54 Liège-G. Rivage - Sauheid direct
8456 N7 07:25 Liège-G. niet Sauheid
8457 R 08:33 Liège-G. niet Sauheid
8460 R 10:51 Liège-G. niet Sauheid
8461 R 12:27 Liège-G. niet Sauheid
bus R6 14:37 aankomst uit Jemelle
8465 R6 15:51 Liège-G. niet Chanxhe, Souverain-Pré, Sauheid
8466 N67 16:37 Liège-G.
8467 N6 18:05 Liège-G. niet Souverain-Pré, Sauheid
8468 N7 18:47 Liège-G. niet Sauheid
8468 R7 19:12 Liège-G. niet Sauheid
3469 N7 19:47 Liège-G. Rivage - Angleur direct
8469 R7 20:23 Liège-G. niet Sauheid
8470 R7 21:24 Liège-G. niet Sauheid - rijdt van 24.06 tot 03.09.72
8471 N7 21:50 Liège-G. niet Chanxhe, Sauheid - enkel 2de kl. en geen pakwagen
8471 R7 22:17 Liège-G. niet Chanxhe, Sauheid

De treinnummers zijn een aanduiding van het bedieningstype: 84xx staat dan meestal voor treinen die het volledige traject als omnibus reden, 34xx verwees naar semi-directe treinen die veelal alle halten tussen Angleur en Rivage oversloegen, maar dan verder toch als stoptrein naar Jemelle spoorden. In de andere richting was het eindpunt Liège-Guillemins, maar na de verbeteringswerken aan de tunnels tussen Liège-Guillemins en Herstal (toen al!), kregen de meeste treinen Liers als startpunt of eindbestemming. De eerste treinsamenstellingen die ik me herinner spraken en spreken nog altijd tot de verbeelding. Diesellocs van reeks 55 sleepten meestal 3 M2-rijtuigen (1A, 1B en 1BD). Omdat de referentiesnelheid van de lijn 90 km/u bedroeg, kon je hier altijd zeker zijn van comfortabele ritjes in rijtuigen die om en bij de 20 jaar in dienst waren.
Vreemde eend in de bijt is een busrit heen en terug op zaterdag, uit Jemelle tot Bomal en terug. Die bus vertrok om 13:40 uit Jemelle en arriveerde in Bomal om 14:37.Vandaar ging het terug om 14:55 (in aansluiting met een trein uit Liège-Guillemins) naar Jemelle. Bij de terugrit werd Mereux-Hotton niet bediend.

De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 3408 09:20 09:30 stipt 960 mr70 (CityRail) controle: N
Brussel-Zuid - Liège-Guillemins 0508 09:55 10:59 stipt 1874 -  11815 I11 controle: J
Liège-Guillemins - Bomal 5560 11:14 12:00 stipt 08548 mr08 Desiro controle: J
-
Bomal - Liège-Guillemins 5587 15:57 16:43 stipt 08548 mr08 Desiro controle: J
Liège-Guillemins - Brussel-Noord 0539 17:00 17:49 stipt 1828 -  73014 M7 controle: J
Brussel-Noord - Halle 1939 18:01 18:23 +1 530 mr96 - Deense neus controle: N


Desiro 08548 bracht ons als L 5560 van Liège-Guillemins naar Bomal.


En dan moet je wat geluk hebben als je toevallig deze kalktrein uit Jemelle kunt fotograferen met de 7844 en de 7854 voorop.

 

En wat we beleefden.
Zoals wel vaker zijn we behoorlijk op tijd in Halle. Het zou ook met de IC van 9:37 kunnen, maar we hebben in onze lange treincarrière toch wel al eens meegemaakt dat een trein laten rijden niet zo een goed idee was. En dus wordt het IC 3408, samengesteld uit een tweeledig en een vierledig stel. We halen onderweg waarschijnlijk de goederentrein in die we even voordien door Halle hebben zien rijden en voor die uit de voeten is, staan we zelfs bijna helemaal stil, maar toch komen we nog stipt aan in Brussel-Zuid.

In de IC naar Welkenraedt verwacht je tegenwoordig al M7-rijtuigen, maar vandaag is het een stel I11-rijtuigen en zijn er geen M7's te bespeuren. In de voorbije dagen zat dit stel in een van de expresstreinen naar Oostende. De L-trein naar Marloie staat klaar op perron 7: door de werken tussen Liège-Guillemins en Liège-Saint-Lambert rijden deze treinen de hele zomervakantie lang van en naar Liège-Guillemins i.p.v. Liers. We vertrekken met 3 minuten vertraging; in Comblain-la-Tour is de vertraging volledig weggewerkt. Van het weidse uitzicht uit een M2 of een klassiek stel is in deze Desiro geen sprake. Toch krijgen we zicht op al die ontwortelde bomen die op de oever van de nu kalme Ourthe beland zijn. De enige wc in deze Desiro is afgesloten.

De terugrit begint in hetzelfde stel van daarstraks. Stipter dan deze trein kan er niet gereden worden. Een jongedame vraagt de tbg of de wc toch niet even open kan, want ze moet dringend. De tbg stemt toe, niet zonder waarschuwing dat het toilet er niet uit ziet. Je spaart natuurlijk wel plaats uit door maar een wc te voorzien, maar als het fout loopt is, is de nooddruftige reiziger de dupe. De IC naar Oostende komt uitzonderlijk vroeg aan in Liège-Guillemins: een eerder rit via Montzen had ons al duidelijk gemaakt dat er behoorlijk wat reserve zit in de dienstregeling van de omleidingsroute. Van de ICE moet het vertrek nog bevestigd worden, we zullen hem pas terugzien in Brussel-Noord, met een klein half uur vertraging. In de IC krijgen we voor de vierde keer vandaag controle; het lijken wel pre-coronatijden. IC 1939 zal ons ten slotte naar Halle brengen, met het bijna klassieke minuutje vertraging. Die vindt deze keer zijn oorsprong in Brussel-Zuid, meestal is het de S2 die net voor Halle voor de lichte vertraging zorgt.

De treinlectuur.
Raymond CHANDLER, Tot ziens Mr. Marlowe.
Carmen KORN, Tijd om opnieuw te beginnen.



Ik lees dat de topman van het gemeenschapsonderwijs de taken van de leerkrachten wil opsplitsen: lessen voorbereiden, les geven, toetsen opstellen, toetsen verbeteren. Iedereen naar eigen godsvrucht en vermogen. Moet je echt topman geworden zijn om niet in te zien dat een leerkracht die naam waardig dat hele proces van begin tot einde wil doorlopen? Alleen voor al die vergaderingen voor, tijdens en na het schooljaar zou men specialisten kunnen inzetten. Die vaardigen dan allerlei dwaze maatregelen uit, waaraan de leerkrachten zich niet storen omdat ze er toch geen rekening mee houden. En wie er na enkele jaren het best in slaagt om te vergaderen, kan topman van het GO! worden en daar zijn onzin uitkramen. Arm onderwijs…

Ik las ook dat plofkippen milieuvriendelijker zijn… omdat ze minder lang leven. Als we dat nu eens toepasten op mensen?

Ik las ook nog dat twee madammen in Tienen vinden dat de lindebomen in hun straat hun auto's bevuilen. Wat kun je nu eigenlijk het makkelijkst verplaatsen?

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

24-08-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
13-08-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.13 augustus 2021 Wortel - Meersel (GR Kempen)

De wandeling.
Het was alweer van 26 maart 2018 geleden dat we ons laatste stukje van de GR Kempen stapten en arriveerden in Wortel. Vandaag stappen we het vervolg: ongeveer 23 kilometer verder komen we aan in Meersel. Het is een typische Vlaamse GR: denk niet dat je hier lange aaneengesloten interessante stukken zult vinden; dus komt het erop aan dat je met volle teugen geniet van al het moois dat je af en toe toch geserveerd krijgt. De TWQ van 45% zegt eigenlijk al genoeg: in deze regio, die ook nog door een ruilverkaveling getroffen is, ligt het gehalte aan asfalt en beton erg hoog voor een GR. Met name voor en na de kern van Hoogstraten is het duidelijk dat Vlaanderen in de laatste halve eeuw versneld is volgebouwd en dat levert niet meteen de aangenaamste wandelervaringen op. Gelukkig is er de Mark die we enige tijd, tegen het einde aan, mogen volgen. Het zal wel een rivier zijn, maar door zijn sloomheid lijkt het wat op een langgerekte vijver. Je vraagt je af hoe die al die watermolens draaiende kon houden. Dat we regelmatig uit de weg moeten voor veelal rustige fietsers moeten we erbij nemen. Het valt ons trouwens op dat de meeste mensen - ook de niet-fietsers - hier bijzonder en gemeend vriendelijk zijn.

De topogids is van 2012: dat staat garant voor een aantal wijzigingen. Voor ons is het die in het Nederlandse Castelré die ons vandaag aanbelangt. Volgens de website van de GR ligt de schuld bij het Staatsbosbeheer, dat een aantal nieuwe wandelwegen heeft aangelegd ter compensatie van die, die oorspronkelijk op het GR-parcours lagen. Nu volgen we een zandweg die het traject met een kleine kilometer inkort. Blijkbaar lopen er niet alleen in België natuurmensen rond die de wereld zo snel mogelijk naar hun onfeilbare hand willen zetten.
In Hoogstraten moet je rechts van de Sint-Katharinakerk stappen in plaats van links: steigers voor de restauratie van deze kerk versperren je daar de weg. Beide wijzigingen kun je terugvinden op het kaartje.


Het Begijnhof in Hoogstraten.


De Mark, met bloemetjes en koetjes.

Wie meer foto's wil zien, kan hier terecht.

Het weer.
Zwaar bewolkt, met uitgestrekte altocumulusvelden, schapenwolkjes in de volksmond. Aangename temperatuur tegen de 25 graden aan en tamelijk rustig.

De stafkaarten.
Op 1:10.000 zijn het er heel wat: 8/3Z Wortel - 8/2Z Hoogstraten - 8/2N Meer - 8/3N Heerle - 2/6Z Ipenrooi en 2/7Z Meerle. In de nieuwe reeks op 1:25.000 komt dat neer op 8/1-2 Hoogstraten - 8/3-4 Baarle-Hertog en 2/6-7 Meerle.

Hoe we er geraakten.
Wortel kun je bereiken uit Turnhout met lijn 430 Reusel - Turnhout - Hoogstraten. De aansluiting met de IC uit Binche en Brussel is wel erg ruim: 55 minuten. Bij nadere beschouwing bestaat er wel een redelijke aansluiting met de trein uit Antwerpen, maar we zouden amper 6 minuten later kunnen vertrekken uit Halle. Dus is de keuze snel gemaakt: we kiezen de rechtstreekse trein i.p.v. een verbinding met 2 overstappen.

De terugreis kan met lijn 602 Meerle - Brecht - Antwerpen. Die lijkt een prima aansluiting te geven op de IC uit Amsterdam naar Brussel in station Noorderkempen. We hadden natuurlijk ook tot Antwerpen in deze bus kunnen blijven zitten, maar we willen nog wel eens zien hoe het er in Noorderkempen aan toe gaat. Dit is trouwens ook de snelste manier om naar Halle te reizen.

Een beetje geschiedenis.
Eigenlijk heb ik het bij aankomst in Wortel (26.03.2018) al uitvoerig gehad over de tramlijn die Turnhout met Meersel verbond en dus hoef ik daar vandaag niet zo heel veel aan toe te voegen. De tram bereikte Meersel-Dreef (of verderop Tol, of Douane) op 20.03.1899 en sneuvelde in WO II. Het gedeelte tussen Meersel en Rijsbergen (NL) werd trouwens al in 1934 opgeheven.


Hier reed tot 1943 het trammetje. Nu is de brug blijkbaar privébezit geworden.

De buslijn die Meersel-Dreef bediende duikt voor het eerst weer op in het spoorboekje van 1949, onder tabel 925, Meersel - Hoogstraten - Turnhout, met 4 HT-ritten per dag. Let wel, het is best mogelijk dat een busdienst al eerder de tram verving, maar de erg dunne spoorboekjes in de nasleep van de wereldoorlog, vermeldden geen NMVB-dienstregelingen.
In 1952 vinden we zelfs 2 busdiensten terug: 801 (Brassschaat - Sint-Job - Loenhout - Meer - Meersel) en 802 (Turnhout - Merksplas - Meersel). Vanaf 1957 wordt die laatste lijn ondergebracht in tabel 641, op 01.06.1975 verschijnt voor het eerst lijnnummer 43. Op 03.06.1984 wordt de bediening schuchter verbeterd: op weekdagen (zelfs zaterdag) verschijnt iets wat op een 2-uurdienst lijkt, op zondag blijven intervallen van 3 tot 4 uur.
Op 05.01.2005 wordt de buslijn vernummerd naar 430; de bediening wordt wel ingekrompen: de belbus van Hoogstraten moet soelaas brengen. Ondertussen is die belbus, zoals de meeste in de entiteit Antwerpen, wel opgedoekt. Maar niet getreurd: vermoedelijk samenvallend met de opening van het NMBS-station Noorderkempen (2009) wordt het busnet in de ruime omgeving aangepast en voor Meersel komt dat neer op een buslijn die Meersel via Noorderkempen en Turnhout met het Nederlandse Reusel verbindt. Maar meer nog springt lijn 602 in het oog die Meersel via Hoogstraten met Antwerpen verbindt.
Ik schrijf hier eerder vermoedelijk omdat het al eerder vrijwel onmogelijk geworden was om de onregelmatig verschijnende busboekjes vast te krijgen: zo ontstond een hiaat in de gegevens dat door het geheugen niet ingevuld raakt. Bij de NMBS publiceert men de spoorboekjes nog in pdf-formaat. Bij de TEC probeer ik om de zoveel jaar alle dienstregelingen in pdf-formaat op te slaan, echt wel een werkje van lange adem. Bij De Lijn is dat nauwelijks doenbaar omdat je nooit een volledige dienstregeling (dus voor alle rijperiodes) in één keer kunt downloaden. Simpy probeert al 2 jaar om de dienstregelingen toch op een bruikbare manier ter beschikking te stellen, maar voor De Lijn beschik ik over weinig tot geen gegevens vanaf pakweg 2005.

De verbinding.

Halle - Turnhout 3406 07:21 08:54 +1 1818 - 61060 M6 controle: J
Turnhout - Wortel [430] 09:49 10:11 -2 ab1103-60 Mercedes Citaro LE KAV
-
Meersel - Brecht [602] 17:10 17:55 +5 ab2509 VDL Bus&Coach Citea SLFA Hoogstraten
Noorderkempen - Brussel-Noord 9252 18:01 19:05 stipt 186 011 - 61 84 1070 356 NS controle: N
Brussel-Noord - Halle 1740 19:13 19:33 +10 418 mr80 Break controle: N

 

En wat we beleefden.
Niet IC 1706 wordt dus onze eerste trein van de dag, wel IC 3406 die ons rechtstreeks naar Turnhout brengt. Die rijdt behoorlijk, zelfs onberispelijk tot Mechelen. Meteen na Mechelen krijgen we trouwens onze enige controle van de dag: een Franstalige treinbegeleidster spreekt ons aan in vlot en vrijwel accentloos Nederlands. Dat is toch wel wat anders dan veel treinbegeleiders, Vlamingen zowel als Walen en Brusselaars, die zelfs voortdurend struikelen over de standaardzinnetjes, die ze soms op een onbegrijpelijke manier uitbroebelen. Bij de vertakking Duffel staan we een tijdje stil: P 7209 Neerpelt - Brussel-Zuid rijdt met 5 minuten vertraging en dat is ook precies de vertraging bij aankomst in Lier. In Turnhout is de vertraging geslonken tot een verwaarloosbare minuut.

Het stationsbuffet - lang geleden goed voor vermeldingen in pers en toeristische tv-programma's - is ondertussen opgefrist en gelukkig opnieuw open. Koffie helpt wel vaker om lange aansluitingen wat korter te doen lijken.

Bus 430 bedient vandaag het AZ Sint-Jozef niet en dat verklaart dat we enkele minuutjes te vroeg in Wortel aankomen. Een dame op weg naar het ziekenhuis wordt goed op de hoogte gehouden door een andere dame. Solidariteit tussen zwart en wit…

Voor de terugreis kunnen we gebruik maken van de halte Meersel-Dreef Nieuwe Dreef, een hele mond vol, en eind- en vertrekpunt van lijn 602 naar Antwerpen. De chauffeur stapt uit, vermeldt zijn vertrekuur, suggereert dat we mogen instappen maar dat we misschien liever nog wat buiten in de frisse lucht willen blijven en haalt dan zijn boterhammetjes te voorschijn. Op een geapprecieerde manier zoekt de chauffeur hier contact met zijn klanten, iets wat maar al te vaak ontbreekt.
Hij houdt er een stevige vaart in en dat blijkt ook nodig. Je zou de verantwoordelijke(n) van De Lijn moeten uitdagen om deze rit in de voorziene tijd te rijden, met inachtneming van het verkeersreglement en om de drie halten 10 seconden oponthoud. Het wordt al snel duidelijk dat de aansluiting in Noorderkempen een dubbeltje op zijn kant wordt. Als we in de stelplaats van Hoogstraten ook nog een chauffeurswissel meemaken, worden de vooruitzichten helemaal hachelijk. Na Hoogstraten rijden we met 5 minuten vertraging en daar gaat geen seconde af.

Ik ken Noorderkempen niet zo goed: als we over de brug rijden staat een Amsterdammer klaar, maar dat blijkt een trein richting Amsterdam te zijn. Onze IC wordt aangekondigd met 7 minuten vertraging, voor een keer is dat een goede zaak. We nemen plaats in een stiltecoupé, de vertraging slinkt snel: vanaf Mechelen rijden we op tijd. De tbg zullen we pas in Brussel-Noord te zien krijgen.
De IC naar Quiévrain rijdt wel met vertraging: eerst 7, dan 8 minuten en bij aankomst in Halle 10 minuten. We rijden over lijn 96N en voor we Halle kunnen binnenrijden, moeten we voorrang geven aan de Thalys naar Brussel. Op lijn 96 staat een koppel 13'en voorrang te geven aan onze trein en achterop zit nog de IC naar Binche. Het kan soms behoorlijk druk zijn op het spoornet. Halle wordt automatisch aangekondigd als Landen, we hebben trouwens ook Waremme al de revue horen passeren…

De treinlectuur.
Raymond CHANDLER, Tot ziens Mr. Marlowe. Tja, wie is nu eigenlijk het bekendst, de auteur of zijn hoofdpersonage? Als een miljonairsdochter vermoord wordt, is de man met wie ze voor de tweede keer gehuwd is, de hoofdverdachte. Bij zijn vlucht naar Mexico wordt Marlowe ongewild betrokken bij de zaak.

Carmen KORN, Tijd om opnieuw te beginnen.


Lang was de truc om een procedureslag tegen een bouwvergunning te starten, de te verwachten verkeersproblematiek. Sinds kort is dat het gevaar op overstromingen geworden…

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

13-08-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
29-07-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.29 juli 2021 - Tildonk

De wandeling.
Eigenlijk hadden we voor vandaag een tocht van meer dan 20 km voorzien, maar een halsstarrige hals en een wat knikkende knie noopten ons ertoe wat gas terug te nemen en dus werd het een wel erg korte wandeling die we normaal gezien voor de donkere wintermaanden reserveren. Enkele jaren geleden heb ik eens alle gemeentelijke sites afgeschuimd om uit te vlooien wat de gemeenten aan wandelingen in de aanbieding hadden, en dat was heel wat. Spijtig genoeg wordt de vluchtigheid van het internet hier nog eens ten overvloede geïllustreerd en de meeste wandelingen die ik toen kon optekenen zijn ondertussen van het web verdwenen. Dat was niet het geval met de wandeling van vandaag: Tildonk Vaartdijk en Sussenhoek. Die is net iets meer dan 5 km lang. De TWQ bedraagt 52%, dankzij het pad naast het kanaal Leuven - Dijle (trouwens niet zo aantrekkelijk) en een tweetal goed bewaarde en onderhouden voetwegen. Op het einde stap je door de kleine kern van Tildonk. Even klopt de weg niet meer, omdat ook hier duchtig huizen en straten werden bijgebouwd. We zijn met te veel…


Het kanaal Leuven - Dijle.


Voetweg 33: nabij de Sussenhoek.

Alle foto's.

Het weer.
Zwaar bewolkt, al scheen de zon er af en toe wel eens tussendoor, fris en winderig.

De stafkaarten.
24/5Z Kampenhout en 24/6Z Rotselaar. Heel recent werd ook de kaart op 1:25.000 24/5-6 Haacht beschikbaar. Op stap gaan met een recent bijgewerkte kaart bespaart je wat frustratie, want dan valt het niet zo op hoeveel open ruimte in de voorbije 20-25 jaar is volgebouwd. En wij ons maar verbazen dat de natuur af en toe zwaar terugslaat.

Hoe we er geraakten.
Het dorp Tildonk wordt bediend door buslijn 284 (en enkele schooldiensten voor de bediening van Sint-Angela): die konden we zowel in Mechelen als in Leuven nemen. We kozen Leuven, omdat dat een stukje sneller ging. Overigens ligt de treinhalte Wespelaar-Tildonk ook niet zo ver.

Voor de terugreis kiezen we er trouwens voor de trein te nemen in Wespelaar-Tildonk, na een erg kort ritje met de bus van lijn 284.

Een beetje geschiedenis.

De huidige lijn 284 heeft een op zijn minst opvallende geschiedenis: we vinden een vergelijkbare lijn voor het eerst terug in het spoorboekje van 30.09.1956, onder tabel 340: Leuven - Tildonk, met als vermelde halten Leuven Station, Wijgmaal Station, Wijgmaal Kruispunt, Herent Station en Tildonk Brug, het eindpunt.
Op 01.10.1961 vinden we een eerste verlenging van deze lijn, nog altijd onder tabel 340, die voortaan Leuven - Wespelaar (met uitbreiding naar Wakkerzeel) heet: de bus bedient Leuven Station, Wijgmaal Klooster, Tildonk Brug en Wespelaar Dorp, en uiteraard een heleboel tussenliggende halten.
Op 30.05.1965 wordt de lijn zelfs uitgebreid naar Mechelen; in de dienstregeling vinden we nu halten als Leuven Station, Wijgmaal Klooster, Wijgmaal Ursulinenstraat, Tildonk Brug, Wespelaar Dorp, Boortmeerbeek Dorp, Hever Dorp, Hever Tip, Muizen Klooster en Mechelen Station.
Niets staat nu een samensmelting met lijn (tabel) 285 in de weg. Dat gebeurt op 23.05.1971. Op 23.05.1998 krijgen beide reiswegen een ander nummer: 285 voor de reisweg die we al grotendeels terugvonden in een spoorboekje van 15.05.1938, 284 voor de reisweg die afgeleid is van de oude tabel 340. In de pdf's anno 2021 staan beide reiswegen nog altijd door elkaar.

And now for something completely different: Toen ik in het begin van dit jaar De Lijn aanschreef met de nederige vraag om me wat busboekjes van de Pajottenlandse lijnen op te sturen, kreeg ik als onthutsend antwoord dat ik maar naar het stadhuis moest trekken waar de boekjes beschikbaar zijn of dat ik de pdf's kon raadplegen en afdrukken. Ik heb de madame in kwestie teruggeschreven met de vraag of ze dat ooit zelf al geprobeerd had; ik wacht nog altijd op antwoord en in het stadhuis vind je nooit al de boekjes die je wil hebben… Voor de lijnen 284-285 heb je de bladzijden A1 tot A8, B1 tot B8 en zo verder tot J1 tot J9 nodig: 82 bladzijden in totaal en dan heb je nog maar de vakantiedagen! Handig, hoor!)

De verbinding.

Halle - Leuven 1709 10:27 11:08 stipt 315 mr 80 Break controle: N
Leuven - Tildonk [284] 11:25 11:54 +3 ab5595 Van Hool New AG300 Leuven-Noord
-
Tildonk - Wespelaar [284] 13:54 13:57 stipt ab4415 Jonckheere Transit 2000 G Leuven-Noord
Wespelaar-Tildonk - Leuven 4112 14:03 14:14 stipt 08156 mr08 Desiro controle: J
Leuven - Brussel-Noord 1536 14:21 14:38 stipt 560 mr96 Deense neus controle: N
Brussel-Noord - Halle 1586 14:42 15:02 +18 08165 mr08 Desiro controle: N

 

En wat we beleefden.
In Brussel-Zuid komen twee louche jongeren ons vervoegen. Een dame wat verderop grabbelt meteen naar haar tas, wij zelf schakelen over naar een hogere graad van alertheid. Ze zijn dan wel samen ingestapt maar hebben elk een strategische (?) plaats ingenomen. Zoals verwacht stappen ze uit in Brussel-Noord. Je kunt er bijna donder op zeggen dat ze zwart reden en dat ze uit waren op buit. De rit zelf verloopt zoals gepland.

De aansluitende bus vertrekt zes minuten te laat. Nochtans had die zijn vorige rit op tijd beëindigd. Je weet natuurlijk nooit wat de oorzaak is van de vertraging, maar babbeltjes kunnen soms lang uitlopen. Ook hier valt het op hoeveel reizigers hun boodschappen- of andere tas tegen het raam posteren en zelf naast de middengang postvatten. Het euvel is zo oud dat je het niet echt aan een verkeerd begrepen coronamaatregel kunt toeschrijven.

De bus van de terugrit is stipt: de zes minuten overstaptijd tussen bus en trein zullen volstaan. We krijgen meteen controle van een overigens vriendelijke en plichtsbewuste treinbegeleider. De reeks stops die hij nog moet omroepen is natuurlijk wel kort, maar hij doet het toch maar. Het zal meteen de enige controle van de dag worden.
IC1536 legt tussen Leuven en Brussel-Noord een vlekkeloos parcours af met vier mr 96. De krappe aansluiting met S 1586 wordt gehaald, we komen samen met de Desiro aan het perron. Ook deze rit lijkt probleemloos te worden, maar in Brussel-Zuid wordt de trein opgehouden. Het verhaal dat we te horen krijgen is vrij schimmig: iemand zou een vermist meisje herkend hebben en twee politieagenten lopen enkele keren door de trein, zonder resultaat. We vertrekken uiteindelijk met 13 minuten vertraging. Een treinbestuurder zit met het mond- en neusmasker onder de kin, zo goed als de hele weg in onze afdeling. Treinbegeleiders houden zich van den domme. Hoe ging dat weer over die voorbeeldfunctie?
De vertraging is groot genoeg om achter de S-trein naar Braine-le-Comte te hangen. Dat probeert men blijkbaar te vermijden, maar dan moeten we wel eerst de Eurostar voor laten. Als die gepasseerd is, gaat het van lijn 96 naar lijn 96N, dan op tegenspoor van lijn 96 N en van lijn 96, naar lijn 96E. Het kan allemaal niet vermijden dat onze vertraging nog groeit tot 18 minuten. De twee S-treinen rijden samen Halle binnen.

De treinlectuur.
Rachel KADISH, Het gewicht van inkt. Deze roman, met het verhaal van Esther Velasquez die in het Londen van de 17de eeuw terechtkomt en er getuige zal zijn van een pestepidemie en de grote brand, en het verhaal van professor geschiedenis Helen Watt, die toevallig in het bezit komt van de papieren van Esther, kan wat mij betreft gerust de vergelijking met De naam van de roos van Umberto Eco doorstaan.

Carmen KORN, Dochters van een nieuwe tijd.


Neil Young, 1972: Look at Mother Nature on the run in the nineteen seventies… Vijftig jaar later…

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

29-07-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
20-07-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.20 juli 2021 - Brugge - Beernem (GR129)

De wandeling.
GR129 doet bij sommigen ongetwijfeld een belletje rinkelen: dat was inderdaad het langeafstandswandelpad dat Arnout Hauben Dwars door België volgde en dat heeft op geen enkele manier te maken met onze derde editie van het Vlaamse deel dat ons in de buurt van Ronse zal brengen: het stond gewoon al vroeger op ons programma dat door de coronatoestanden flink wat vertraging heeft opgelopen. Op 12.01.1992 stapten we deze GR voor het eerst (tussen Brugge en Beernem), op 11.04.2007 deden we dat voor de tweede keer (tussen Brugge en Bulskampveld) en vandaag doen we het voor de derde keer, opnieuw van Brugge naar Beernem. Oorspronkelijk leek dat uit te komen op 17.790 km, maar een omleiding ter hoogte van Gevaert-Noord heeft daar 18.950 km van gemaakt: meer dan een kilometer volle omleiding omdat een inboorling een erg handig pad heeft geüsurpeerd: verbodsborden laten er weinig twijfel over bestaan en er is zelfs sprake van camerabewaking! Als ik zelf (na de domme extra kilometer) eens poolshoogte kom nemen, staat meneerke als een pitbull klaar om me af te blaffen, maar hij krijgt de kans niet. Iemand die zijn privé-eigendom (?) zo hardnekkig moet verdedigen kan onmogelijk recht in zijn schoenen staan: een inbreuk op de ruimtelijke ordening lijkt me nog het minste wat men hem kan verwijten. Ook bij de GR lijkt men er trouwens vrij gerust in: het is een omleiding tot nader order. Op het kaartje is het duidelijk dat het om iets erg doms en slecht verteerbaars gaat.

Gelukkig is dit stukje GR wel van prima kwaliteit: zelfs het eerste deel, dat zich eigenlijk nog in de stad afspeelt, is goed te pruimen, het deel langs het Kanaal Gent- Brugge is best aangenaam en de eindeloze populierendreven voorbij Ver-Assebroek zijn klasse. Het natuurreservaatje langs het kanaal Gent - Brugge ter hoogte van Gevaert-Noord is een bijzonder waardevol stukje natuur. De TWQ ligt trouwens met 72% hoog voor een Vlaamse GR.

Foto's vind je hier.


Ver-Assebroek.


Gevaert-Noord: prachtig reservaatje!

Anekdote 1: Net bij het begin heeft een koppel meerkoeten een nest gebouwd aan de onderzijde van een dukdalf in het kanaal Gent - Brugge. Het tafereel is niet zo idyllisch: in het nest liggen twee eieren koud te worden, terwijl pa en ma hopeloos en hulpeloos een kuikentje dat in het water terechtgekomen is, proberen te redden. Met kinderen niets dan last, dat is duidelijk, want kuikenlief zwemt rondjes maar het nest ligt net iets te hoog om bereikbaar te zijn. We volgen de schrijnende gebeurtenis een tijdje, maar veel vooruitgang valt niet te bekennen. Lang kan dit kuiken dit niet meer volhouden en zelf zou ik met een reddingspoging alleen maar mijn eigen ondergang induiken, want ik kan niet zwemmen…

Anekdote 2: we stappen nu toch al zo een 45 jaar door het hele Belgenland en in die lange tijd is het ons zelden overkomen dat we aangesproken werden door collega-wandelaars, maar vandaag hebben we twee keer prijs in enkele minuten tijd. Eerst is er die dame die vraagt of we ook de route van Arnout Hauben volgen: zij is onderweg naar Brugge en hoopt blijkbaar op een middagpauze met ravitaillering in Ver-Assebroek. Dat zal wel lukken al was het enige etablissement op onze route nog dicht toen wij er passeerden, maar ze zal pas halfweg de namiddag aan de versnaperingen toe zijn want Ver-Assebroek ligt al ver achter ons en dus ver voor haar. Even verder worden we aangesproken door een stel Nederlanders die enthousiast zijn over onze Arnout Hauben. Ja, die man heeft niet alleen zichzelf in beweging gezet.

Het weer.
Erg aangenaam zomerweer: niet te warm, licht bewolkt, rustig.

De stafkaarten.
13/1Z Brugge - 13/2Z Sijsele - 13/6N Beernem - 13/6Z Sint-Joris. Recentere kaarten op 1:25.000 zijn 13/1-2 Brugge en 13/5-6 Oostkamp.

Hoe we er geraakten.
Halle - Brugge is natuurlijk een peulschil in vergelijking met sommige van onze expedities. We vertrekken vroeg genoeg om de stroom kusttoeristen voor te blijven, zowel 's morgens als in de namiddag. De terugrit uit Beernem is nauwelijks complexer dan de heenrit.

Een beetje geschiedenis.
Eerst en vooral stappen we een eindje over de vroegere bedding van lijn 58 Brugge - Eeklo - Gent. De bedding is discreet verhard, wat me een redelijk compromis lijkt om fietsers en wandelaars te vriend te houden. Het deel Brugge - Eeklo was operationeel voor reizigersverkeer van 1863 tot 1959. Toen werd de lijn opgedoekt tussen Brugge en Eeklo. Interessant om weten is dat het Stoomcentrum Maldegem zijn museumlijn uitbaat tussen Maldegem en Eeklo. De spoorlijn werd vervangen door buslijn 58a - later gewoon 58 - ongetwijfeld een van de succesrijkste buslijnen van De Lijn in de Vlaanders.


De oude lijn 58 Brugge - Gent, waarvan aantal het deel Eeklo - Gent nog in NMBS-gebruik is.


Even komen we ook dicht bij de nauwelijks herkenbare oude bedding van de tramlijn Brugge - Ursel - Zomergem. Hier reed vanaf 1904 een trammetje tot Knesselare, vanaf 1908 tot Ursel en vanaf 1931 tot Zomergem. Echt druk is het hier blijkbaar nooit geweest, met 4 à 5 ritten per dag. Op 16.05.1953 kwamen de bussen (tabel 786): het werd buslijn 21. In de jaren 1980 besliste de NMVB-West-Vlaanderen om voortaan de tabelnummers te gebruiken i.p.v. lijnnummers, een echte zegen voor wie het bus- en tramnet als een homogeen geheel beschouwde dat zich uitstrekte over heel België. Op 10.01.2005, bij het begin van het gouden decennium van De Lijn, werd een buslijn 63 gecreëerd: Brugge - Beernem - Knesselare (Ursel); dat ging trouwens gepaard met een forse uitbreiding van de bediening.
Het station van Beernem is nu afgebroken: de lijn moet hier viersporig worden... Een aardig wist-je-datje: tot 1896 heette het station Bloemendaal, verwijzend naar het aanpalende kasteeldomein.


De verbinding.

Halle - Brussel-Zuid 7572 07:34 07:44 stipt 08075 mr08 Desiro controle: N
Brussel-Zuid - Brugge 1529 07:55 08:53 +5 1911 -  61015 M6 controle: N
-
Beernem - Gent-Sint-Pieters 0564 14:45 15:15 stipt 08140 mr08 Desiro controle: J
Gent-Sint-Pieters - Brussel-Zuid 0514 15:23 15:52 stipt 1825 -  73030 M7 controle: N
Brussel-Zuid - Halle 1937 16:13 16:23 stipt 2742 -  61030 M6 controle: N

 

En wat we beleefden.
Zoals gezegd was het echt de bedoeling om de drommen kustgangers voor te blijven. En dus vertrokken we al om 7:34 uit Halle met P7572 uit Geraardsbergen die vanaf Brussel-Zuid een gewone stoptrein wordt naar Ottignies. Veel gebeurt er niet. De aansluitende trein is de IC naar Blankenberge: vanaf Beernem vertraagt die en wat verder staat die zelfs volledig stil. Vijf minuten vertraging bij aankomst in Brugge is het bilan.

Beernem station is een grote werf: het stationsgebouw is verdwenen en de uitbreiding naar 4 sporen is volop aan de gang. Waar we een toegang tot het station verwachten, vinden we alleen een afsluiting. Eén jongeman blijkt nog actief te zijn op de werf, het bouwverlof heeft toegeslagen. We vragen wat uitleg en hij wil weten of we op het perron willen geraken of aan de overkant. De brug wat verderop is de enige oplossing. Die kunnen we blijkbaar alleen bereiken als we op onze stappen terugkeren door de Stationsstraat. We geraken er, maar de berichtjes ontdekken we pas na een tijdje: blijkbaar hoeven we voor perron 2 niet eens over de brug. Als we hier vrij laat waren aangekomen, hadden we onze trein ongetwijfeld gemist. Op de stoptrein naar Gent en Mechelen krijgen we de enige controle van de dag.
In Gent is er een goede aansluiting met de IC naar Brussel en Welkenraedt: normaal is dat Eupen, maar in Wallonië is het spoorwegnet zwaar getroffen door de bijzonder felle regenval uit een nukkige occlusie. Er rijden 2 eersteklastijtuigen M7 mee: voortaan worden we geacht op het bovendek plaats te nemen. Dat is nog even wennen, want ik stoot mijn hoofd en meer dan 1.72m haal ik nochtans niet.

Anekdote 3: Een madam bekijkt ons wat uitdagend, want wat komen die rugzaktoeristen in korte broek hier in eerste doen? Ze heeft het bijzonder druk met haar smartphone; mond- en neusmasker hangt doelloos onder de kin. Hoeveel coronagolven moeten er nog komen voor iedereen doorheeft dat deze maskers eigenlijk het minst hinderen als ze gedragen worden zoals het hoort? Ik wacht mijn kans af om haar erop te wijzen dat ook zij haar masker moet dragen. Haar reactie is brutaal: en wij zitten in eerste klas. Niks zo gemakkelijk om haar gerust te stellen als te beweren dat we inderdaad de geschikte biljetten op zak hebben. Ik weet van mezelf dat ik in die omstandigheden weinig ad rem ben, want ik had haar natuurlijk ook kunnen vragen of zij de treinbegeleidster was. De reis verloopt verder stipt.
We laten de S naar Braine-le-Comte, een enkele desiro in de vakantie, rijden en reizen Hallewaarts met IC 1937: de aanduiding van de eersteklasplaatsen is eens te meer erg fout. Maar ook deze trein zal stipt in Halle aankomen.

De treinlectuur.
Rachel KADISH, Het gewicht van inkt. Een dubbel verhaal, dat zich deels in het Londen van vandaag afspeelt: Engelse historici buigen zich over gevonden documenten uit de 17de eeuw en dat leidt tot wetenschappelijke na-ijver en twijfel. Als lezer krijgen we informatievoorsprong omdat we ook het verhaal van Esther kunnen volgen. Zij is een Joodse vrouw die brieven en teksten neerpent voor een blinde rabbi. Dat is in die tijd ongehoord en dus neemt ze een mannennaam aan, ook al omdat ze in contact wil komen met de uit Amsterdam verbannen Spinoza.
Carmen KORN, Dochters van een nieuwe tijd.



De ideale combinatie van hobby en masochisme: hobbytuinieren. Het is altijd wel iets: te droog, te nat, te koud, te warm. Hoewel, in vergelijking met wat men in de Ardennen meemaakt, zijn 30 beschimmelde tomatenplanten nauwelijks het vermelden waard.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

20-07-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (1)
09-07-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.9 juli 2021 - Waasmont - Orsmaal

De wandeling.
In de jaren 1970 vonden de meeste gemeenten dat ze niet achter konden blijven in het uittekenen van wandellussen ter meerdere eer en glorie van het gekoesterde grondgebied. Wandelfolders verschenen bij de vleet en dat leidde vaak tot weinig interessante routes, ook al omdat men niet de moed had om afgesloten voetwegen opnieuw te openen en omdat veel routes vooral gericht waren op het eigen publiek. Hetzelfde verschijnsel doet zich vandaag voor met heel wat van de in de voorbije jaren uitgetekende wandelnetwerken: sommige zijn van uitmuntende kwaliteit, andere zijn gewoon te groot om uitsluitend aangenaam wandelvoer te bieden. (Grootte is blijkbaar belangrijk.) Vandaag stappen we van Waasmont naar Orsmaal, over het wandelnetwerk Getevallei, meer bepaald over het zuidelijke deel ervan. Dat moet enkele decennia geleden geteisterd geweest zijn door een ruilverkaveling en zoals overal heeft dat geleid tot een verregaande verschraling van het landschap. Eentonigheid is dan ook troef: amper 10% loopt over onverharde wegen, waar de moderne landbouw nog niet meedogenloos zijn stempel heeft op gedrukt. Je zou de wandelpalen 611 610 609 608 607 625 626 634 629 628 148 156 149 150 151 115 en 141 kunnen opzoeken, tevergeefs echter, want de allernieuwste trend is dat er geen wandelpalen meer geplaatst worden, maar dat je maar je plan moet trekken met de elektronische middelen die je eventueel ter beschikking staan. Ik heb onlangs nog een vroegere president van Europa een lofzang op QR-codes en smartphones horen afsteken: elektronische bewegwijzering is het zoveelste gadget waarvan men ons wil doen geloven dat het onmisbaar en bijzonder handig te gebruiken is. Achter onze weide door loopt een paadje dat zo goed als kapotgewandeld is in de hoogdagen van het coronatijdperk en dat gaf mij de kans om wandelaars en stappers te observeren. Soms passeerden er tientallen per dag: de gebruikers van smartphone of gps waren telkens weer op één hand te tellen, gebruikers met al dan niet uitgeprinte kaarten waren er des te meer. Maar we zullen en we moeten apps gebruiken.

De wandeling die we volgden is 15 à 16 km lang en ze voert ons van dorp naar dorp: het is eigenlijk erg als dorpen voor afwisseling moeten zorgen, maar dat is vandaag duidelijk het geval: we kwamen in of langs Waasmont, Overwinden, Laar, Wange, Neerhespen, Gussenhoven en Orsmaal, je zou het alleen al voor deze namen doen. Op het kaartje merk je dat we veelal kaarsrechte betonwegen moesten volgen. Gelukkig ontdekten we een schat aan planten, want blijkbaar deden sommige boeren hier met de ruggensteun van natuurorganisaties flink hun best om alvast de akkerranden tot uitbundige stroken van inlandse fauna te maken: de gelukkig onvermijdelijk geworden klaproos ondervindt hier de concurrentie van enkele soorten kamille, van kaasjeskruid, cichorei, korenbloem, boerenwormkruid, Hongaarse raket, distels en brandnetels, margrieten, zelfs gevlekte scheerling! Na iets meer dan 13 km kwamen we dan toch in een gebiedje waarvan de charme vermoedelijk herontdekt is in het kader van het wandelnetwerk. (Héhé, iets positiefs!) De foto's geven een ietwat vertekend beeld van de kwaliteit van de wandeling. Wie niet opziet tegen lange stroken beton, kan deze tocht vermoedelijk nog appreciëren. Wij kwamen met onze quotering niet verder dan 11.5/20.


Overwinden


Wie van weidse landschappen houdt, vindt hier heus wel zijn gading: Laar.


De Kleine Gete.

Het weer.
Half bewolkt, aangename temperatuur en rustig.

De stafkaarten.
41/1 Lincent - 33/5Z Landen - 33/5N Wommersom. De nieuwe kaarten op 1:25.000 zijn beschikbaar: 33/5-6 Sint-Truiden en 41/1-2 Hannut. Kaarten 41/1 en 41/1-2 heb je nauwelijks nodig, alleen het beginpunt en enkele tientallen meters van de tocht bevinden zich op deze kaart(en).

Hoe we er geraakten.
In een poging om meteen op het platteland te beginnen, leggen we ons beginpunt bij Waasmont, meer bepaald bij de bushalte Kapel, die o.a. om de 2 uur bediend wordt door de TEC-lijn 148, althans door een variant ervan. Die vertrekt uit Landen, dat voor ons overstapvrij te bereiken is uit Halle.

Ons eindpunt ligt in Orsmaal bij de halte Oude Dorpsstraat. Die wordt op weekdagen om het uur bediend door buslijn 313 Sint-Truiden - Tienen. Reizen via Tienen brengt een langere busrit met zich mee, maar via Sint-Truiden is weinig aangewezen: de bus komt er aan op het moment dat de IC naar Blankenberge vertrekt: overstaptijd 60 minuten! Ook uit Tienen is er een rechtstreekse verbinding met Halle, dezelfde als vanmorgen trouwens.

Een beetje geschiedenis.
Ons eindpunt van vandaag heet Gusselingen-Orsmaal Oude Dorpsstraat, maar eigenlijk had men het net zo goed Oud Station kunnen noemen. Maar de wegen van De Lijn zijn soms ondoorgrondelijk en de naam Orsmaal Oud Station is nu voorbehouden aan een halte van de belbus. Ik ben er vrijwel zeker van dat de naam van die belbushalte verwijst naar het Oud Station van Gussenhoven. De tram volgde anders dan de huidige buslijn tot net voorbij Hakendover de huidige N3.

In het spoorboekje van 01.07.1913 - de tram werd ingehuldigd op 29.06.1907 - vinden we onder tabel 315 de dienstregeling van deze lijn Sint-Truiden - Tienen, met tramstations in o.m. Dormaal, Orsmaal, Gussenhoven, Overhespen en Hakendover. Speciale aandacht verdient het station van Overhespen, met een aftakking richting Ezemaal en Jodoigne. Later zal tabel 315 omgedoopt worden tot 525 (en 530 voor het deel Overhespen - Jodoigne): zo vond ik het terug in het spoorboekje van 1952. Op 02.10.1954 rijden de laatste reizigerstrams uit: de verbussing is ook hier het eindstation. Vanaf 1956 zal de lijn terug te vinden zijn in tabel 591 en het lijnnummer 13 vond ik voor het eerst terug in de NMVB-gids van 26.05.1974. Mogelijk was het nummer al langer in gebruik. Ook het doorstreepte lijnnummer 13 was trouwens in gebruik, vermoedelijk voor de uitbreiding naar Eliksem, Overhespen en Landen.
Dat lijnnummer 13 zal wel de inspiratiebron geweest zijn voor het huidige nummer 313. Het verschijnt voor het eerst in het busboekje van 09.01.2006, maar De Lijn kennende kan het best ingevoerd zijn tussen 20.01.2005 en 09.01.2006. De dienstregeling lijkt wel vastgeroest: een uurdienst (ongeveer) op weekdagen, een 2-uurdienst op zaterdag en 4 ritten op zondag. Vermoedelijk ging men er al die tijd bij De Lijn van uit dat de belbussen de rest van de vervoersnoden konden opvangen.

De verbinding.

Halle - Landen 1708 09:27 10:33 stipt 408 mr80 Break controle: J
Landen - Waasmont [148] 10:42 10:48 +1 ab6106-14 Mercedes Citaro LE C2 Cintra
-
Orsmaal - Tienen [313] 15:32 16:01 +9 ab3047-27 MAN Lion's City G Van Mullem (Tienen)
Tienen - Halle 1738 16:37 17:33 stipt 305 mr80 Break controle: N

 

En wat we beleefden.
Het is me weer wat met de app van de NMBS die blijkbaar voor altijd het epitheton new zal dragen. En dus begint dit verhaal lang voor we in de trein stappen. Bij twee pogingen om biljetten aan te maken, mislukt de betaling. Eerdere ervaringen leren me dat dit niet noodzakelijk betekent dat je kaart niet gedebiteerd wordt. Ik probeer dan maar via de website maar die functioneert evenmin voorbeeldig: ik slaag er niet eens in om begin- en eindstation in te voeren. Dan maar een derde poging gewaagd via de app. Die lijkt zowaar te lukken: de betaling gaat door en er wordt een mail gestuurd met de bevestiging van de aankoop: die zal nooit aankomen. Trouwens, ondanks de gelukte betaling lijkt de verwerking in een eindeloze loop terechtgekomen te zijn. Het wordt dus afwachten wat er gebeurt bij de controle, want de QR-code verschijnt niet. De rit zelf verloopt stipt; na Leuven krijgen we controle. De tbg heeft misschien wel meer ervaring met elektronische biljetten die niet controleerbaar zijn, maar voor haar volstaat wat ze kan lezen: onze namen, onze reis, de rijtuigklasse, de datum. Ze is nog maar nauwelijks verdwenen als ik de pagina eerder toevallig ververs, en zie, daar floepen de QR-codes te voorschijn. De tweemaal twee biljetten waarvoor de betaling mislukt was, verdwijnen op slag en even op slag lijkt alles dus prima in orde. Na 2 uur proberen mag dat ook wel.

In Landen staat een drietal bussen van de TEC klaar. Twee ervan zullen op lijn 148 rijden; de onze is de variant die beperkt is tot Jauche. We vertrekken met een minuutje vertraging, want een jonge vrouw vraagt of ze in 4 minuten een biljet Horizon kan kopen. Lopend komt ze terug, nu vergezeld van een andere vrouw annex kind.

Voor de terugrit stappen we op lijn 313 bij een halte die sinds kort Orsmaal-Gussenhoven Oude Dorpsstraat heet. Toen ik vorig jaar deze tocht voorbereidde, was dat nog Dormaal Oude Dorpsstraat. Haltelink is ook in de knoei geraakt; voor beide richtingen worden verschillende benamingen gebruikt, Buzz houdt het bij de oude benaming. Behalve voor het opzoeken maakt het allemaal niet zo veel uit. De bus rijdt sinds de start met een vijftal minuten vertraging; even hadden we gerekend op een aansluiting van drie minuten in Tienen, maar dat kunnen we nu wel vergeten. De vertraging loopt trouwens op tot 10 minuten, om uiteindelijk uit te komen bij 9 minuten als we aankomen in Tienen.

Voordeel is wel dat we nu opnieuw overstapvrij naar Halle kunnen. Net als vanmorgen werkt deze trein ons hele parcours stipt af. In Leuven stapt een poetsster op: ze gaat mechanisch door de trein en slaagt er wonderwel in de passagiers compleet te negeren. Niet dat we nu meteen een babbeltje verwachten, maar enige rimpel in het half zichtbare gelaat zou al veel sympathieker zijn.

De treinlectuur.
Rachel KADISH, Het gewicht van inkt. Nieuwe eigenaars van een historisch pand willen er een hotel-restaurant inrichten, maar een elektricien die een houten paneel onder de trap uitbreekt, vindt een reeks documenten uit de 17de eeuw, die half opgevreten zijn door de gebruikte zure inkt. Een professor geschiedenis Helen Watt wordt er bijgehaald en die komt samen met Aaron Levi om de belangrijke documenten te bestuderen. Hoofdbrok is de briefwisseling tussen 2 Joodse rabbi's.
Carmen KORN, Dochters van een nieuwe tijd.



Hoe zou het komen dat we hier in de regio - als er nog dialect gesproken wordt - de populaire kranten 't Nuusblad en 't Leste Nuus noemen en dat de would-be kwaliteitskranten nooit De Stonjerd of de Marget genoemd worden?

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

09-07-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
24-06-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.24 juni 2021 - Court-Saint-Etienne

De wandeling.
Zoals zo vele, voornamelijk Waalse gemeenten heeft ook Court-Saint-Etienne in samenwerking met het NGI enkele jaren geleden een wandelkaart uitgegeven, met 14 wandelingen, waarvan een viertal ook de centrumgemeente aandoet. Wij volgen vandaag het nummer 2, Promenade de la Cala. Die vertrekt eigenaardig genoeg aan het helemaal buiten de gemeente gelegen kerkhof, maar wij hebben de tocht aangepast aan onze eigen behoeften als gebruikers van het openbaar vervoer: wij lieten de wandeling starten en eindigen bij de treinhalte van Court-Saint-Etienne, wat ze wel wat langer maakte, maar de afstand was sowieso geen probleem: zelfs met de uitbreiding kwamen we maar aan 8 kilometer, waarvan 88% over trage of onverharde wegen trouwens, inclusief een kilometer over de RaVEL van lijn 141. Lezers weten onderhand dat ik die verharde linten niet in het hart draag. Voor de rest was ik blij dat ik een lange broek droeg: de voetwegen zijn dan wel goed te volgen, maar de gemeente zou dringend een snoei- en maaiploeg op pad moeten sturen, want lang gras, netels en bramen durven toch wel eens opdringerig zijn. We leerden Court-Saint-Etienne kennen als een aangename gemeente langs de oevers van wat hier nog de Dyle heet, die in een vrij diep uitgegraven vallei loopt, wat voor de wandelaar toch wel wat klimmen en dalen betekent, zonder excessen. Wel opletten: alle wandelingen zijn hier gemarkeerd met wit-groene streepjes. Je volgt wandeling 2 (op begin en einde na). Het kaartje geeft je een betrouwbare leidraad.

Het kerkhof is trouwens waarschijnlijk niet toevallig het beginpunt van de oorspronkelijke wandeling 2: je vindt er een heus mausoleum van de familie Goblet d'Alviella en de obelisk van Packard-Hilton: wikipedia wijdt er een uitgebreide pagina aan. Ik wil er ook nog even op wijzen dat Court-Saint-Etienne tot 1985 ook nog de Usines Henricot herbergde. De naam Henricot doet bij de trein- en tramliefhebbers ongetwijfeld een belletje rinkelen, maar de fabriek verdiende ook op andere vlakken haar strepen. Even zoeken op het internet en dat wordt meteen duidelijk. Ik heb het inzicht over Henricot trouwens te danken aan Steven D. die me terwijl ik deze bijdrage aan het uitwerken ben puur toevallig een link stuurde over de Usines Henricot.


De Dijle heet hier nog de Dyle en zal wat verder samenvloeien met de Thyle.


Van glooiende weiden zul je vooral op het einde kunnen genieten.

Meer foto's vind je hier.

Het weer.
Betrokken en fris voor de tijd van het jaar, al vonden wij de temperatuur ideaal.

De stafkaarten.
40/1S Ottignies-Louvan-la-Neuve 39/8N Genappe - 39/4S Céroux-Mousty en 40/5N Mont-Saint-Guibert, heel wat dus voor zo een korte wandeling. Zelfs op 1:20.000/1:25.000 heb je er 4 nodig: er zijn zo van die gebieden die pal in de snijlijnen van de kaarten liggen. Alleen 40/1-2 Wavre en 40/5-6 Gembloux bestaan al in een recente versie.

Hoe we er geraakten.
Hoewel Court-Saint-Etienne eigenlijk maar net voorbij onze achtertuin ligt, hebben we toch 3 treinen nodig om er te geraken. Ottignies en Court-Saint-Etienne liggen nauwelijks 3 kilometer van elkaar, we moeten dus van Halle in Ottignies geraken. Daar zitten we eerder met te veel dan te weinig mogelijkheden: overstappen in Brussel-Zuid, Brussel-Luxemburg of Etterbeek, het kan allemaal. De planner geeft zelfs een verbinding via Charleroi-Sud…

Een beetje geschiedenis.
Court-Saint-Etienne was de plaats waar lijnen 141 (Court-Saint-Etienne - Manage) en 140 (Ottignies - Charleroi) samenkwamen. Court-Saint-Etienne werd dan ook als overstapstation beschouwd en in die hoedanigheid verdiende het ook een vette druk in de spoorboekjes van weleer. Hoewel de reizigersdienst op lijn 141 al in 1953 verdween, hield de vette druk nog stand tot 1968: op 01.06.1969 verscheen de naam Court-Saint-Etienne voor het eerst in gewone druk.

In 1952 al werd een busdienst 141A Wavre - Ottignies - Baulers - Manage ingevoerd. Dat verzachtte de overgang naar de volledige busdienst op 04.10.1953. Ergens rond 1962 werd deze lijn ingekort tot Nivelles - Ottignies; buslijn 141 (de latere 141b) nam de rest van het traject voor haar rekening. Zelfs bij de overname door de NMVB bleef de lijn nog een tijdje haar nummer behouden: pas in 1983 vinden we voor het eerst lijn 19 Ottignies - Genappe - Nivelles terug. Vandaag is deze lijn nog altijd een van de meest lucratieve van de TEC-BW.

De verbinding.

Halle - Etterbeek 3560 10:15 10:37 stipt 905 mr86 Sprinter controle: N
Etterbeek - Ottignies 2510 10:42 11:00 +1 08573 mr08 Desiro controle: J
Ottignies - Court-Saint-Etienne 4561 11:25 11:31 stipt 968 mr 70 K controle: N
-
Court-Saint-Etienne - Ottignies 4584 14:31 14:37 +5 984 mr 74 K controle: J
Ottignies - Brussel-Luxemburg 2135 14:45 15:04 stipt 1881 -  61061 M6 controle: N
Brussel-Luxemburg - Halle 3585 15:16 15:44 +1 950 mr86 Sprinter controle: N

 

En wat we beleefden.
Lijn 26 is zo een lijn waar het veelal vlot loopt, maar als het fout gaat, gaat het goed mis. Gelukkig zijn er vandaag geen problemen met spoorlopers of zo: onze trein zal ons stipt naar Etterbeek brengen, waar we 5 minuten overstaptijd hebben op de IC naar Dinant. Die laatste rijdt met wat vertraging - 4 minuten bij vertrek - maar daar zal niet zo heel veel meer van overblijven bij aankomst in Ottignies, waar we nu 25 minuten overstaptijd hebben. Een alternatief waar we ook aan gedacht hadden, was doorrijden tot Brussel-Luxemburg en daar overstappen, maar achteraf bekeken heeft de overstap in Etterbeek ons toch voor wat zenuwachtigheid behoed, want de vertraging van de 2110 bij aankomst in Ottignies was onheilspellend opgelopen. De S-trein naar Charleroi-Sud en Jambes bestaat uit 2 klassieke tweeledige stellen. Gelukkig ziet ons stel er binnen beter uit dan buiten, want zoals de meeste tweeledige stellen zien ook deze er niet uit. We zullen er vandaag in totaal 6 zien en ze zien er allemaal al even onderkomen uit. Je vraagt je af wat sommigen ertoe aanzet om per se te willen bewijzen dat elk artistiek talent hen vreemd is, want veel moois is er niet te ontdekken. En ik vraag me nog maar eens af hoe het mogelijk is dat een samenleving dergelijke uitspattingen blijft dulden.

De S-trein van de terugreis heeft op zijn vele stops van de lange verbinding Jambes - Charleroi - Wavre niet zo stipt gereden. Even leek het dat vanaf La Roche de rit toch stipt zou worden afgewerkt, maar daar nam de vertraging plots weer toe van 1 naar 5 minuten, ook de vertraging waarmee we in Ottignies aankomen. De eerste trein naar Brussel is nu de IC uit Arlon en die proberen we ook te nemen: er blijven ons nog 3 minuten overstap over. De trein wordt aangekondigd met 6 i.p.v. 9 rijtuigen; dat is nu geen probleem, maar wat wordt dat voor de terugreis naar Arlon? Van de 6 rijtuigen zijn 2 bovendien eersteklasrijtuigen; de treinploeg heeft een ervan gedeclasseerd. Waarom die groep jongeren op het platform van het niet-gedeclasseerde rijtuig mag blijven zitten, is een raadsel. De trein zal ons stipt in Brussel-Luxemburg deponeren. De rit langs lijn 26 verloopt probleemloos. Als we in Halle aankomen op spoor 3, glijdt de Orient Express over spoor 5. Ik zie een zekere discrepantie tussen de doordeweekse 18 vooraan en de prachtige sleep rijtuigen, die er eigenlijk gloednieuw uitzien. Onnodig te zeggen dat ik ruim te laat ben om een foto te nemen…

De treinlectuur.
Jo CLAES, Het kaïnsteken. Het hoofdpersonage bezoekt het Italië van zijn moeder, een joodse vrouw die tijdens de Tweede Wereldoorlog nog net kan ontsnappen uit de brand van de plaatselijke synagoge. Meer dan een zoektocht naar het verleden van zijn moeder, wordt het een zoektocht naar zichzelf.
Carmen KORN, Dochters van een nieuwe tijd.



Mensen vragen wel eens wat je "gegeven" hebt, als je zegt dat je in het onderwijs gestaan hebt. Ik weet niet of ik eigenlijk nog moet zeggen dat ik leraar Nederlands geweest ben. Nu vinden ze jeugdreeksen op Netflix te (Noord-) Nederlands! Zelfs de minister van jeugd wordt ingeschakeld in een poging om Netflix ertoe te bewegen wat Vlaamscher te worden. Stel je voor dat onze kinderen plots behoorlijk Nederlands beginnen te spreken, wat een blamage zou dat zijn voor de ouders en de huidige leraars Nederlands…

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

24-06-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (1)
15-06-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.15 juni 2021 Beerse - Vlimmeren

De wandeling.
We wagen ons vandaag op het wandelnetwerk Kempense Hoven, en wel voor een 14 à 15 km lange tocht tussen Beerse en Vlimmeren. Voor wie alleen interesse heeft in de nummertjes, dit zijn ze: 54 53 64 61 63 52 51 50 49 47 71 55 59 65 57 56. Helemaal gelukkig waren we achteraf bekeken niet met die keuze: de eerste 4 km voeren je door de erg oninteressante bewoning van Beerse, en daar kunnen piepkleine parkjes - waar de bewegwijzering trouwens steken laat vallen - weinig aan veranderen. Toch zal achteraf tot onze verrassing de TWQ op 61% komen te liggen. Eerst zijn er de jaagpaden van het Kanaal Dessel - Schoten over Turnhout die er soms mogen zijn, soms, omdat je ook door de industrie moet die zich langs het kanaal gevestigd heeft. Het echte hoogtepunt van de wandeling komt dan ook nadat je het kanaal achter de rug hebt gelaten : het natuurreservaat Eksterheide staat borg voor enkele kilometers heerlijk stappen door bos en hei, al is het bordje Verboden toegang hier op overweldigende wijze tot de plaatselijke fauna gaan behoren. Afwijken van het juiste pad is duidelijk uit den boze. Dus kun je er maar beter een kaartje bij houden. En zoals in zo goed als alle reservaten wil Meneerke Mens ook hier de schepping overdoen, wat zeg ik, verbeteren! Een tweede reservaat is dat van de Duivelskuil, een oude kleiput voor de fabricatie van bakstenen.


Het kanaal Dessel - Schoten over Turnhout, even zonder industrie en dus prachtig.


De Eksterheide.

Alle foto's vind je hier.

Het weer.
Wisselend bewolkt, met voornamelijk hoge bewolking en dus meer zon dan aangekondigd. Erg warm.

De stafkaarten.
8/7N Beerse - 8/7Z Vlimmeren, allebei uit 2007. De wegenis in het reservaat is ondertussen grondig gewijzigd. Er is wel een nieuwe kaart op 1:25.000 uit 2018: 08/7-8 Turnhout. Een goeie raad: vertrouw in de Eksterheide maar liever op de palen van het wandelnetwerk.

Hoe we er geraakten.
Beerse is gemakkelijk te bereiken met o.a. bus 410 uit Turnhout, dat voor ons ook rechtstreeks te bereiken is met de IC Binche - Turnhout. Misschien hadden we een ander vertrekpunt kunnen kiezen om het oninteressante begin van de wandeling in te korten, maar dat zou de verplaatsing dan weer wat moeilijker gemaakt hebben. Met de halte Beerse Gierleseweg hadden we een halte die zowel door de trage als de snelle bussen bediend wordt.

Voor de terugreis hadden we oorspronkelijk ook geopteerd voor een druk bediende halte langs de N12, maar eigenlijk kwam de halte Vlimmeren Kerk ons zelfs nog beter uit: het bespaarde ons een vervelende laatste kilometer door bebouwing. En uit Turnhout konden we dan opnieuw rechtstreeks naar Halle.

Een beetje geschiedenis.
Onze tocht eindigde vandaag in Vlimmeren en daar vonden we de halte Kerk, pal in het centrum van het dorp. Dat centrum wordt bediend door de snelbus 416 die zich van Antwerpen via de E34 naar Wechelderzande, Vlimmeren, Beerse en Vosselaar naar Turnhout spoedt.

Lijn 416 is er een van vrij recente datum: ze kwam er op het eind van de vorige eeuw (22.05.1999?), oorspronkelijk als lijn 41.6. Tot die datum volgde de buslijn 41 vrij getrouw de loop van de vroegere tramverbinding tussen Antwerpen en Turnhout en voor Vlimmeren betekende dat dat de inwoners naar de halte Vlimmeren Statiestraat (voorheen Station) moesten stappen. Het dorp zelf had toen helemaal geen busverbinding. Toen kwam de tijd van enkele snelle varianten en plots kreeg Vlimmeren een erg vlotte verbinding met Turnhout. Na enkele jaren werd afgestapt van de vervelende punt in het lijnnummer: voortaan zou de lijn 416 gaan heten. Overigens werd de frequentie sterk uitgebreid in het kader van de basismobiliteit bijna zaliger.
Maar dat is natuurlijk zonder de basisbereikbaarheid gerekend. Op het eerste gezicht zou lijn 416 nochtans erg goed passen in de principes daarvan: zo snel mogelijk van punt A naar B, met onderweg zo weinig mogelijk akkefietjes met dorpskernen en -bewoners. Het moet maar eens gedaan zijn met het oppikken van reizigers waar ze wonen. Niet dat lijn 416 helemaal afgeschreven wordt: tijdens de spits zou de bus nog enkele keren rijden, in het kader van de verdere ontmoediging van al te gretige reizigers: de schaarse bussen zouden wel eens goed gevuld kunnen zijn en dus verplicht men de reizigers om bussen te nemen die al vol zitten; weg de daluurbussen met comfortabele reismogelijkheden.
Triestig Vlaanderen waar sommigen hun inzichten ten koste van een machteloze bevolking opdringen…

De verbinding.

Halle - Turnhout 3408 09:20 10:54 +1 804 mr 75 - vierledig controle: J
Turnhout - Beerse [410] 11:10 11:23 stipt ab5193 Van Hool New AG300 Turnhout
-
Vlimmeren - Turnhout [416] 15:53 16:14 -5 ab4662 Van Hool New AG300 Turnhout
Turnhout - Halle 3439 17:40 18:40 stipt 828 mr 75 - vierledig controle: J

 

En wat we beleefden.
Van de heenrit onthouden we eigenlijk alleen maar een verlengde stilstand in Mechelen. Blijkbaar was er een probleem met de deuren, want plots doken 4 reizigers in ons rijtuig op, wanhopig snel op zoek naar een deur die wél openging. Zonder veel gevolg: het was wachten op de tussenkomst van de treinbegeleider. Alles bij elkaar kostte dat 2 minuten vertraging.

Ook de busreis valt best mee: we komen stipt aan bij de halte Gierlesebaan.
En de terugreis verloopt al even gebeurtenisloos. Op dit laatste deel van zijn traject loopt de bus nog wat uit - altijd als het niet nodig is - en we kunnen eindelijk weer aanknopen bij een oude gewoonte: die van de deugddoende pint na de wandeling. Voor mij wordt het een La Corne du Bois du Pendu en als je dat googlet, kom je terecht op een halte van de TEC ergens tussen Martelange en Arlon. Verdomd als het niet waar is.

De treinlectuur.
Ellery QUEEN, There was an old woman. Ik kocht het boekje (een Penguin) in 1972, maar het verhaal werd voor het eerst gepubliceerd in 1943. Een wat excentrieke dame die fortuin gemaakt heeft in de schoenindustrie, heeft zes kinderen, drie uit een eerste en drie uit een tweede huwelijk. De drie oudste neigen allen naar enige krankzinnigheid, de jongste zijn eerder normaal. Wanneer Bob (een van de jongere) Thurlow beledigt, daagt die laatste zijn stiefbroer uit tot een duel, dat 's anderendaags in de vroegte zou worden beslecht. Ellery Queen wordt door de advocaat des huizes ingezet om een dramatische afloop te vermijden en vervangt 's nachts de kogels door losse flodders. Toch sneuvelt Bob in het duel… Het begin van nog maar eens een spitsvondig detectiveverhaal.

Carmen KORN, Dochters van een nieuwe tijd.


Moeten we ons nog gebonden voelen door maatregelen die opgelegd worden door een gemeentebestuur dat maar door iets meer dan de helft van de bevolking verkozen is?

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

15-06-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
07-06-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.7 juni 2021 Herne - Moerbeke

De wandeling.
Dit is misschien de laatste van de vele Hacowa-ndelingen in eigen streek die we hier nog opvissen: een tocht van Herne naar Moerbeke, van station naar station, die we 15 jaar geleden stapten. De wandeling is 22 à 23 kilometer lang en dat was voor sommige medestappers toen al de limiet. Van Herne stapten we naar Mark, Sint-Pieters-Kapelle, Bever en Viane naar Moerbeke. De TWQ bedraagt 28% en dat was destijds ongetwijfeld een ontgoocheling voor de ontwerper, ik dus, maar de prachtige vergezichten over het rurale Pajottenland maken dat ongeveer volledig goed. Overigens loopt de tocht grotendeels over autoluwe tot autovrije wegen, enkele honderden meters langs de N263 daar gelaten.

We stapten de tocht grotendeels zoals in 2006 en dat betekent dat we geen rekening hebben gehouden met het later ontworpen Wandelnetwerk Pajottenland: als we dat wel gedaan hadden, zouden we enkele stroken asfalt hebben uitgespaard.
Het was wel even schrikken toen we in Marcq plots voor een zogenaamd private weg stonden. Je kon niet naast de borden kijken, maar na wat aarzelen besloten we toch maar door te zetten. De weg lijkt een doodgewone onverharde weg, die langs enkele huizen voert; later zou blijken dat een van de wandelingen van de toeristische dienst van Edingen ook gebruik maakt van deze weg en dat die weg een onmisbare schakel is om gemakkelijk (zonder omweg via Edingen!) in het mooie Mark te geraken. Ik heb ondertussen het gemeentebestuur van Edingen aangeschreven en na een half uur had ik al antwoord in onberispelijk Nederlands, zoals dat een faciliteitengemeente betaamt: ze hadden al eerder vernomen dat er wat fout liep in de Rue Garenne en ze zouden me op de hoogte houden. Wie de weg wil vermijden, kan rechtstreeks van knooppunt 416 naar 417 stappen, maar dan mis je wel het ongewoon rustige Mark. Het kaartje maakt het wel duidelijk.


Ongetwijfeld het stemmigste hoekje van de route: een watermolen op de Mark, pal op de taalgrens tussen Herne en Mark.


Weidse vergezichten op een schaars bebouwd deel van het Pajottenland.

Veel meer foto's hier.

Het weer.
Vrij warm, licht bewolkt zomerweer.

De stafkaarten.
We gebruikten oude kaarten op 1:25.000 omdat ik de wandeling daar op uitgetekend had: 38/3-4 Bever - Enghien en 30/7-8 Geraardsbergen - Denderwindeke. Het was weer even wennen aan die kaarten, waarmee we nochtans jaren op pad trokken.

Hoe we er geraakten.
We maakten al enkele keren dankbaar gebruik van de S-verbinding tussen Halle en Geraardsbergen en met Herne en Viane-Moerbeke maken we het rijtje vandaag af; Tollembeek en Galmaarden kwamen immers al eerder aan de beurt.

Een beetje geschiedenis.
Ik wil geen ramptoerist in letteren zijn, maar Viane-Moerbeke heeft toch wel zijn deel gehad. Zo reed een reizigerstrein met voornamelijk mijnwerkers op 19 juni 1929 in op een ontspoorde locomotief; de ramp kostte het leven aan 9 mensen en er werden er ook nog eens 20 gewond. En de tunnel van Overboelare tussen Viane-Moerbeke en Geraardsbergen heeft ook een bewogen geschiedenis, in.

Over de eerste ramp vind je meer op deze plaats. Over de tunnel van Overboelare vind je werkelijk alles op deze bekende plek. Deze site is een onschatbare bron van informatie rond het hele spoorwegknooppunt Geraardsbergen, de link verwijst rechtstreeks naar de tunnel.

De verbinding.

Halle - Herne 1580 09:04 09:18 +1 08101 mr 08 Desiro controle: J
-
Viane-Moerbeke - Halle 1564 15:30 15:56 stipt 08166 mr08 Desiro controle: N

 

En wat we beleefden.
Veel valt er niet te vertellen, tenzij dat we nog snel gecontroleerd werden tussen Edingen en Herne. De terugrit begon met lichte vertraging in Viane-Moerbeke (+2) en eindigde stipt in Halle. Als volgende week de nieuwe dienstregeling ingevoerd wordt, zal er voor de derde keer sinds december aan de minuterie van deze verbinding geprutst worden…

De treinlectuur.
Christian SIGNOL, Une année de neige. De tienjarige Sébastien lijdt aan leukemie en ruilt moeder en Parijs in voor grootouders en het platteland van de Dordogne. Misschien vindt hij daar wel genezing, al zullen de kruiden van Augustin, de grootvader, vermoedelijk niet helpen. En nee, dit is geen suikerzoete, melodramatische roman…

Elke GEURTS, Ik nog wel van jou.


Robotmaaiers 's nachts verbieden? Omdat er te veel egels sneuvelen onder de vlijmscherpe messen? Zullen we dan meteen maar het hele wegverkeer stilleggen? Ik heb al veel meer platgereden egels gezien dan egels die verminkt werden door onze robotmaaier.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

07-06-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
02-06-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 juni 2021 - Braine-le-Comte

De wandeling.
Toen ik de uitstap van vandaag thuis aan het voorbereiden was, had ik al snel het gevoel dat dit geen wandeling van wereldformaat zou worden. Ik weet het, zo een gevoel wordt ook wel eens vooroordeel genoemd, maar met veel asfalt en een kilometer langs een drukke hoofdweg kun je moeilijk veel goeds verwachten. We hebben vandaag dus niet slaafs de Pasarfiche uit 2019 Slingeren door Braine-le-Comte gevolgd, maar hebben waar dat kon serieuze correcties aangebracht. Zo is deze 11.7 km wandeling uiteindelijk toch nog de moeite waard geworden en wat meer is: ze is nauwelijks 0.2 km langer dan de oorspronkelijke. Het lijkt allemaal wat op haastwerk: waarom niet even het bos in om langs de l'Homme de Fer te passeren, waarom geen alternatief voor honderden meters langs de N533 zonder uitwijkmogelijkheid voor de wandelaars en met op de weg geschilderde fietsen op het wegdek, als trieste schaamlapjes? En waarom geen gebruik maken van de aanwezige voetwegen?

Dat hebben wij dus allemaal wel gedaan en zo werd het uiteindelijk toch een best aangename tocht op een erg warme zomerdag. Die Homme de Fer is eigenlijk een geodetisch merkteken van het NGI, zoals we er ook één in Kester vinden: die heet wel de IJzeren Man.
Toch nog even een voetnoot: Braine-le-Comte heeft werk gemaakt van zijn voetwegen, al uit dat zich soms ook in het plaatsen van bordjes waar verder niets mee gebeurt. Zo werden we op een bepaald moment uitgenodigd voor enkele honderden meters door kniehoog graan en daar hebben we dus feestelijk voor bedankt. De tijd dat de boer gemakshalve alle voetwegen inpalmde ligt dus nog lang niet achter ons. Met een TWQ van 24% scoort deze tocht dus allesbehalve hoog, al is dat al heel wat in vergelijking met de oorspronkelijke 6%.
Eenmaal de stad uit, kun je trouwens af en toe toch wel genieten van vergezichten die er mogen zijn.

Het kaartje.


Dit is er zo een: het Hellend Vlak van Ronquières, al vind ik de damastbloemen en dat ene korenbloempje eigenlijk mooier.

De foto's.

Het weer.
Licht bewolkt en zomers warm.Tijdelijk altocumulus castellanus wat op toenemende onweersneiging wees. Gelukkig bleven de buien uit tot de vooravond.

De stafkaarten.
39/5N Braine-le-Comte en 39/5S Ecaussinnes.

Hoe we er geraakten.
Met 2 S-treinen en 2 IC-treinen per uur was dat nauwelijks een probleem.

Een beetje geschiedenis.
Over de tram naar Braine-le-Comte had ik het hier al eerder. Vandaag stappen we opnieuw een stukje over de goed bewaarde en aangename, onverharde bedding, net voor Braine-le-Comte. Historisch even interessant moet de privé-spoorweg geweest zijn tussen de zandgroeven van Marouset en het spoorwegstation van Braine-le-Comte. Deze smalspoorlijn moest het zand tot bij de "grote" spoorweg brengen en beschikte daartoe over locomotieven en wagonnetjes. Erg veel vind je er niet over - zelfs niet op oude stafkaarten - maar de TSP-uitgave De lijn Brussel - Mons - Quévy deel 2: Braine-le-Comte - Mons - Quévy wijdt enkele bladzijden aan de geschiedenis van het lijntje (1888 - 1957). Daar vind je fascinerende foto's en wetenswaardigheden én een plannetje van de lijn waaruit blijkt dat we op het einde over wegen liepen die destijds ook door de treinen gebruikt werden. De lijn eindigde ongeveer ter hoogte van de onderdoorgang nabij de vroegere aftakking van lijn 123 naar Geraardsbergen, met block 14, net op de plaats waar wij ook onder de spoorweg door gingen. Onnodig te zeggen dat de elektrificatie van lijn 96 (en het verdwijnen van de tunnel van Braine-le-Comte) de omgeving hier grondig gewijzigd heeft.


De trambedding - de tram zelf heeft WO II niet overleefd, maar dit mooie wandelpad wel, en hoe! We naderen Braine-le-Comte.

De verbinding.

Halle - Braine-le-Comte 1730 09:34 09:45 +4 356 mr80 Break controle:N
-
Braine-le-Comte - Halle 3413 14:06 14:19 stipt 835 mr75 vierledig controle: N

 

 

En wat we beleefden.
Toen we onze eerste uitstappen maakten - in de jaren 1970 - zou het veelal ondenkbaar geweest zijn dat je naar een bepaalde trein ging en uiteindelijk met een vroegere trein kon vertrekken. Dat is precies wat we vandaag doen: naar de IC naar Binche gaan maar die naar Quiévrain nemen. (Vandaar dat ik me nog altijd durf te verbazen als men huidige frequenties te laag vindt…) We zitten dus in een break i.p.v. M4's. Net voor de komst van de IC is tegen een redelijke snelheid een werktrein van Infrabel gepasseerd, maar toch zal die ons tot Tubize hinderen. Onze vertraging neemt daardoor met één minuutje toe tot 5 minuten.

In Braine-le-Comte is men zowaar roltrappen aan het installeren. Het stationsgebouw zelf is ook opgeknapt. Het ziet er zelfs fris uit, een van de oudste stations van ons land, naar verluidt.

In de namiddag kunnen we terug met een IC naar Turnhout; die bestaat uit een ontoonbaar vierledig stel 835. Uit de positie van de pakwagen kan ik afleiden dat eerste klas vooraan hangt, maar voor de rest is er niets dat daar op wijst: het aantal lagen verf moet gigantisch hoog zijn, van het aloude bordeauxrood is niet veel meer overgebleven. Binnenin is alles gelukkig wel nog net. We hebben altijd een zwak gehad voor deze goedzittende zetels en het geruite stofje. De kans is wel groot dat dit onze laatste rit wordt in een niet gemoderniseerd vierledig stel, want ik heb gelezen dat er maar 2 exemplaren meer overblijven. Deze rit verloopt wel stipt.

De treinlectuur.
Ward RUYSLINCK, Het reservaat. Hoe het mogelijk is dat ik deze roman pas nu lees, is me niet duidelijk. Misschien wel omdat we destijds De ontaarde slapers en Wierook en tranen moesten lezen. Enkele jaren geleden heb ik het boek in het antiquariaat gekocht. Ik moet er nu de puberale notities van de lezeres van destijds bij nemen. Annick P. zal ondertussen waarschijnlijk ook al gevaccineerd zijn. Het is trouwens toch wel een erg goede roman, gewild moeilijk gemaakt maar met een zekere diepgang, over een totalitaire democratie en het slachtoffer daarvan.

Elke Geurts, Ik nog wel van jou.


De Grieken willen asielzoekers ontmoedigen met vervelend en erg onaangenaam lawaai aan de grens. Wordt dat de nieuwe toekomst van Tomorrowland?

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

02-06-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (1)
28-05-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sint-Pieters-Leeuw (Libelle)

De wandeling.
Een van de positieve gevolgen van corona is dat wij meer dan ooit de eigen streken zijn gaan verkennen. In eerste instantie resulteerde dat in 11 Thuis-afleveringen, wandelingen die allemaal voor onze voordeur passeerden en later in een reeks tochten die toch op eenvoudige wijze te bereiken waren met niet te drukke treinen en bussen. Eén gemeente was tot nog toe wat uit de (wandel)boot(s) gevallen en wel Sint-Pieters-Leeuw. Het weekblad Libelle zorgde met een uitscheurbare fiche voor de nodige inspiratie. Je verwacht dan niet meteen een moeilijke tocht door zompige weiden en omgeploegde velden, maar al bij al mocht deze tocht over het Wandelnetwerk Pajottenland er toch wel zijn, zij het met een lage TWQ van amper 23%. Zeker de kleine kilometer langs de gekasseide Gaasbeeksesteenweg had men moeten vermijden, maar die dringt zich wel vaker op als een onvermijdelijke link tussen allerlei interessante wegen en wegjes. Het oude centrum van Sint-Pieters-Leeuw is eerder klein: je kunt het snel verlaten via een mooie voetweg tussen de weiden en op het einde is er een andere voetweg die je zo goed als midden in het centrum brengt. Tussenin zit je volop in het Pajottenland, waar allerlei soorten boterbloemen een onverwachte heropstart in de weiden meemaken en waar populieren, die lange tijd als ongewenste gasten verguisd werden wegens ecologisch oninteressant, plots weer in de gratie lijken te vallen van de natuurliefhebbers.

De tocht voert je langs de knooppunten 701 - 700 - 710 - 708 - 77 - 78 - 705 - 706 -707 terug naar 701. Als je braaf van knooppunt naar knooppunt stapt, heb je op het einde 7.4 km in de kuiten. We quoteerden 15/20, zonder dat ons gevraagd werd mild te delibereren. Het kaartje vind je hier.


Vlak bij het centrum vertrekt dit mooie pad, op zijn Leeuws verbeterd met rood grind.


En ook op het einde zit je nog volop op de boerenbuiten terwijl het centrum dichtbij is.

Meer foto's.

Het weer.
Tja, het ideale wandelweer, technisch gesproken van licht naar zwaar bewolkt, maar dan zo goed als alleen met hoge en enige middelhoge bewolking, zodat het zonnig bleef. Dat merk je ook wel op de foto's.

De stafkaarten.

31/6N Sint-Pieters-Leeuw en 31/6Z Halle. De kaartgrens loopt pal door de wandeling. Dat kun je vermijden met de even oude kaart op 1:20.000 31/5-6 Lennik - Sint-Pieters-Leeuw.

Hoe we er geraakten.
Sint-Pieters-Leeuw geniet volop van de erg frequente busdienst op lijn 170: 5 bussen per uur in beide richtingen, er zijn gemeenten die slechter bediend worden.

Een beetje geschiedenis.
De tramlijn door Sint-Pieters-Leeuw kwam er in 1916 en in 1931 zou ze geëlektrificeerd worden. Tot de elektrificatie was de bediening vrij pover, maar met de elektrificatie kwam er een halfuurdienst, die het lang zou uithouden. Het tramstation van Sint-Pieters-Leeuw lag een eindje buiten het centrum: de heuvels van het Pajottenland speelden de tram trouwens ook op andere plaatsen parten. De halte heet vandaag nog Oud Station. In 1966 werd de tramlijn (die in 1953 een elektrisch verlengstuk had gekregen naar Leerbeek) verbust. Die busdienst was eigenlijk een kopietje van de tramdienst, zelfs wat de reisweg betrof, al moest men tijdens de spits veel meer bussen inleggen dan trams. De bussen HL reden desgevallend met een ritplaat Pepingen-Leerbeek.


Sindsdien kun je van een opmerkelijke vooruitgang spreken: niet alleen werd het centrum van Sint-Pieters-Leeuw bediend, maar ook de frequenties werden opgedreven met de komst van de lijnen 170 en 171. Die laatste is de variant via de Lotsesteenweg. (De bediening van Leerbeek werd dan weer overgenomen door lijn 153.) Eerst liet men bussen tussen Brussel en Halle om het kwartier rijden, sinds 2019 is dat zelfs om de 12 minuten geworden. De combinatie van de lijnen 170 en 171 leidt tot een sterk gestoffeerde bediening tot Zuun dat vroeger ook al het eindpunt was van "de Zuun". De 171 rijdt door tot Brukom Europalaan, waar de aansluiting met de 170 spijtig genoeg een kwestie van veel geluk is, ook al omdat je de drukke Brusselsesteenweg over moet. Daardoor liggen de halten van lijn 170 en lijn 171 in de richting Brussel 3 à 4 minuten van elkaar. Een tiental jaren geleden heb ik dat gesignaleerd aan De Lijn. Men vond het toen een goed idee om een en ander eens te bekijken, maar daar is men nog altijd mee bezig.

De verbinding.

Buizingen - Halle [155] 09:07 09:25 +23 ab5671 Iveco Crossway LE Leerbeek
Halle - Halle [155] 09:52 xxxx - ab5687 Iveco Crossway LE Leerbeek
Halle - Sint-Pieters-Leeuw [170] 10:24 10:35 -7 ab5178 Van Hool New AG300 Het Rad
-
Sint-Pieters-Leeuw - Halle [170] 12:40 12:53 +6 ab5191 Van Hool New AG300 Het Rad
Halle - Buizingen [155] 13:32 13:48 -2 ab5690 Iveco Crossway LE Leerbeek

En wat we beleefden.
We proberen rond de middag terug thuis te zijn en dan lijkt de bus van 9:07 aangewezen. Voor wie er nog zou aan twijfelen: het wegverkeer hindert weer als in zogenaamd betere tijden en dit is een bus die wel vaker veel vertraging oploopt. Maar het kleine halfuur dat hij vandaag laat optekenen, is toch wel uitzonderlijk, ook al gaan er nog 5 minuten af op onze rit naar Halle. Onze eerste aansluiting naar Sint-Pieters-Leeuw kunnen we dus wel vergeten, maar met een 12-minuten-dienst is dat geen probleem. Dachten we…

Aan het perron van lijn 170 staat dan wel een viertal reizigers te wachten, een 170 laat zich niet zien. Inderdaad, voor de zoveelste keer - 2 à 3 keer per maand - wordt er materiaal gelost in de Arkenvest, de voorziene omleidingsweg tijdens de werken aan de Zuidbrug, maar vandaag valt zelfs deze omleiding weg. Misschien moet ik mezelf verwijten dat ik gisteren niet naar de omleidingen gekeken heb op de website van De Lijn, maar eerlijk, toen we nog mailtjes kregen met omleidingsberichten zou me dit niet overkomen zijn, want die vielen automatisch in je mailbox. Vooruitgang?
Voor de meeste lijnen is deze omleiding geen onoverkomelijk probleem: ze volgen een omlegging die hen toch aan het station brengt. Daarbij volgen ze straatjes waarvan de NMVB destijds (in de jaren 1970) wist dat die te smal waren voor een regelmatige busdienst. Dat meldden ze toen ik eens voorstelde om het hele Halse busnet te wijzigen, zodat ook de bussen uit o.a. Leerbeek en Brussel het station konden bedienen. Een ander argument tegen was dat op die manier de halte Beestenmarkt zou verdwijnen en dat was bijna de belangrijkste halte in Halle. Decennia later rijden de bussen een omleiding door straten die door allerlei beperkingen nog smaller geworden zijn en is de halte Beestenmarkt verdwenen…
Voor lijn 170 zorgt deze omleiding wel voor problemen, omdat de gelede bussen inderdaad moeilijk door de smalle straten te manoeuvreren zijn. Ze hebben hun eindpunt aan de Ninoofsepoort en die ligt toch wel tamelijk ver van het station. De tweede aansluiting dreigt dus toch in het water te vallen. Tenzij…
Onze bus van lijn 155 wordt op korte afstand gevolgd door een tweede bus van lijn 155 (uit eindpunt De Floere). Als die de omleiding volgt kunnen we de 170 als het ware tegemoet rijden. Met de chauffeur van deze bus ontspint zich de volgende dialoog:

- Als we met u meerijden, wil je ons dan afzetten aan de NInoofsepoort, zodat we daar de 170 kunnen nemen.
-Grumpf…

En dus stappen we in. Als snel wordt duidelijk dat we eigenlijk helemaal niet tot aan de Ninoofsepoort moeten rijden maar al vroeger op de 170 over kunnen stappen. Ik waag nog een kans:

- Wil u ons misschien afzetten bij de halte Brusselsepoort?
- Als gij belt, dan zal ik daar stoppen.

Hij is duidelijk een van die fossiele chauffeurs van wie alle opleidingen over contact met reizigers zijn afgegleden. Ik bel dus om het gewenste Pavloveffect te krijgen. We stoppen bij een recent toegevoegde halte 't Kaaskot en dat speelt nog meer in ons voordeel, al is een 170 die flink te vroeg rijdt, ons net voorbijgereden. Tot overmaat van ramp heeft de volgende bus vertraging: we komen uiteindelijk een half uur later dan voorzien in Sint-Pieters-Leeuw aan. Dat had nog 7 minuten meer kunnen zijn, maar deze bus is dan weer 7 minuten te vroeg. Ik hoor sommigen denken: hoe kan hij zo zeker zijn dat dit niet die bus in vertraging was, maar het busnummer dat haltelink meegeeft is duidelijk.

Tussen haakjes: je leest overal dat met de basisbereikbaarheid de afstand tussen halten zal toenemen. Hier heeft men dus nog een nieuwe toegevoegd. Officieel heet ze Halle 't Kaaskot, en dat is ook de naam waarop deze plek bij de Hallenaars gekend is en waar wij in de jaren 1960 gingen voetballen op het jeugdterrein van Cercle Halle. Maar een accent in de naam van een halte vraagt om moeilijkheden als je de planner wil raadplegen - Kaaskot zonder 't zou even duidelijk geweest zijn.

Ook voor de terugreis moeten we dus onze planning aanpassen. Veruit het eenvoudigste is om aan de tijdelijke terminus van de 170 uit te stappen en dan naar het station te stappen. Uiteindelijk komen we een half uur later dan voorzien thuis.

De treinlectuur.
Ali SMITH, Winter.
Elke GEURTS, Ik nog wel van jou.

Stel dat we het aantal coronasterfgevallen op 15 kunnen stabiliseren, dan hebben de politici per maand dat ze vroeger versoepelen zo een 450 doden op hun geweten.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

28-05-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)
20-05-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.20 mei 2021 - Galmaarden (of is het Tollembeek?)

De wandeling.
We houden ons nog altijd aan de zelf opgelegde regel dat we pas enkele weken na de tweede prik weer proberen om alle wandelregisters open te trekken en deze keer schiet een wandelfiche uit Pasar (2020) ons daarbij te hulp. Guido Elias heeft dankbaar gebruik gemaakt van het wandelnetwerk Pajottenland en heeft een combinatie van knooppunten onder de noemer Glooiend Galmaarden gebracht. Wij hebben gemakshalve het vertrekpunt verlegd naar Tollembeek dat dankzij de S6-trein Schaarbeek - Aalst een stuk sneller te bereiken is dan het centrum van Galmaarden. We stapten een hanenschrede meer dan 15 km van Tollembeek, de Heetveldemolen, naar het centrum van Galmaarden en later Vollezele. 32% van de wandeling verloopt over veld- en voetwegen en onderweg word je getrakteerd op mooie vergezichten op het glooiende Pajottenland. Spijtig genoeg is het op het einde even doorbijten door de saaie Flieterkouter. Van die kouter (streektaal voor grote akker) en die flieter (streektaal voor vlier) is spijtig genoeg niets overgebleven. Zelfs de oude windmolen is niet meer dan een geamputeerd overblijfsel.

Wie de cijfertjes wil: het eerste knooppunt dat je enkele honderden meters van het station in Tollembeek tegenkomt is 603. Dan gaat het naar 605 - 606 - 607 - 6 - 612 - 611 - 622 - 623 - 628 - 627 - 631 - 630 - 629 - 609 - 608 - 602. Wie naar 603 wil stappen om de eigenlijke tocht te beginnen, moet de voetweg volgen die enige decameters lang het perron 2 loopt en wat verder links afslaat. Op het einde heeft het weinig zin om opnieuw tot 603 te stappen: het kaartje biedt een aanvaardbaar (kort) alternatief.


De Heetveldemolen op de Mark. (Meer op deze plaats.)


Altijd klasse, een kronkelende voetweg, wat wilgen en wat koeien.

Veel meer foto's vind je hier.

Het weer.
Opklaringen waren dan wel beloofd, maar eigenlijk stapten we onafgebroken onder een volledig bewolkte hemel: eerst stratus (het bekende ochtendgrijs dat het wel heel lang volhield), later altostratus en altocumulus, nog later aangevuld met onschuldig ogende cumuluswolken. Daardoor bleef het ook een graad of drie frisser dan voorspeld.

De stafkaarten.
Met bazuingeschal kan ik melden dat we vandaag voor het eerst stappen met een nieuwe kaart op 1:25.000, nl. 30/7-8 Geraardsbergen. En dat viel best mee: ik heb niet één keer de kaart moeten herplooien al was het even wennen aan nieuwe symbooltjes, maar het lukte wel. De doorgedreven vereenvoudiging t.o.v. de kaarten op 1:20.000 is erg geslaagd en eigenlijk zijn de kaarten even hanteerbaar dan die op 1:10.000 die vooral gebruikt werden om de overvloed aan gegevens op de kaarten op 1:20.000 leesbaar te maken.


Hoe we er geraakten.
Zoals al gezegd kozen we voor het station van Tollembeek als vertrek- en eindpunt, omdat dat nu eenmaal veel sneller bereikbaar is dan het centrum van Galmaarden, dat bediend wordt door lijn 161 Leerbeek - Geraardsbergen. Tollembeek is elk uur verbonden met Halle.

Een beetje geschiedenis.
Nog niet zo lang geleden landden we in Galmaarden en eigenlijk geldt alles wat voor Galmaarden telde ook voor Tollembeek, met dien verstande dat Tollembeek geen stationsgebouw meer heeft en dus gereduceerd is tot een treinhalte en Galmaarden nog wel over een (recent) stationsgebouw (uit 1999) beschikt, dat er echter alleen nog voor de parade staat, zoals dat zo mooi klinkt in de streektaal. Meer over Tollembeek op https://www.spoorwegknooppuntfgra.be/tollembeek/. Beide halten delen de verwijzing naar het mijnwerkersverleden, toen honderden kompels uit deze regio hun heil (?) zochten in de Borinage.

Omdat ik toch ook enige bijdrage wil leveren, heb ik een kopietje gemaakt van de dienstregeling op 23.05.1971, nu bijna exact een halve eeuw geleden. De gebruikte symbooltjes zien er helemaal anders uit dan vandaag: de hamertjes slaan op weekdagen, in die tijd van maandag tot zaterdag, hamertjes in een vierkant dekken de weekdagen van maandag tot vrijdag, het kruisje staat voor zon- en feestdagen, het cirkeltje voor zaterdagen, het kruisje in een cirkeltje staat logischerwijs voor zaterdag, zon- en feestdagen. (Voor de volledigheid: een vierkantje betekende niet op zaterdag.)
Wat opvalt is de diversiteit: TA staat voor kleine motorwagens (reeks 46 van Haine-Saint-Pierre en Ath), TT voor de iets grotere (vooral reeks 45 van Haine-Saint-Pierre) en uiteraard een hele reeks gesleepte treinen, vermoedelijk met een 62 of een 59, met aan de haak L-, M1-, M2-, M3, K1- en K2-rijtuigen.
Verder valt op te merken dat een niet onaanzienlijk treinen doorrijdt naar Gent-Sint-Pieters in de ene richting, en Charleroi-Sud, Manage, Piéton, Haine-Saint-Pierre en Luttre-Pont-à-Celles, zelfs naar Ath in de andere richting. Ook rijdt een aantal treinen (27xx) naar en van Schaarbeek.

Let ook nog even op de erg efficiënte opmaak van deze tabellen. Ik heb er van jongs af leren mee werken en heb er nog altijd heimwee naar.

Enkele jaren geleden werden de perrons in Tollembeek verhoogd en aan beide zijden van de overweg gelegd. Dat biedt nu een unieke kans om het oude perron (laag, grind) te vergelijken met het nieuwe (hoog, klinkers).

De verbinding.

Halle - Tollembeek 1581 10:04 10:20 +1 08090 mr08 Desiro controle: N
-
Tollembeek - Halle 1564 15:36 15:56 stipt 08070 mr08 Desiro controle: N

 

En wat we beleefden.
Tja, twee keer twintig minuten trein, veel valt daar meestal niet over te vertellen. Bij het instappen in Halle moeten we langs een jongeman die languit met beide voeten op de zitbank ligt. Je komt snel in de verleiding om dit aan corona-anarchie te wijten, maar vermoedelijk deed hij dat ook al voor de crisis. Toch is het duidelijk dat hij het allemaal niet te nauw neemt met de regels en dat is met het gebrek aan controle natuurlijk gemakkelijk geworden. Ik kan me eigenlijk geen treinbegeleider voor de geest roepen, niet bij de heenrit en niet bij de terugrit en zo lang zijn die treinen met 2 Desiro's nu toch ook weer niet…


De treinlectuur.
Wiesław Myśliwski, De horizon. Polen op het einde van WO II. De jonge Piotr verhuist met zijn ouders van het platteland naar een kleine stad. Erg breedvoerig en filosofisch overloopt hij als volwassene zijn jeugd.

Elke Geurts, Ik nog wel van jou.


Houtschaarste in de doe-het-zelfzaken? Dat komt van al dat zagen over coronamaatregelen.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.


S6 1586 van Schaarbeek naar Aalst via Geraardsbergen, bij kilometer 18.4 en dat is net voor de halte van Tollembeek.

20-05-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (2)
12-05-2021
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.12 mei 2021 - Lembeek

De wandeling.
We wandelen nog altijd dicht in de buurt en een wandelfiche in het laatste nummer van Pasar komt erg gelegen: Lembeek: tussen Zenne en Lembeekbos. Ze is van de hand van Mark Dedapper en eerlijk: dit is pure topklasse. De wandeling voert ons door de erg mooie reservaten van de Berendries en het Maasdalbos, via de Meurisses naar Lembeekbos en zo naar de Malakofftoren. Als afwisseling borg staat voor een goeie tocht, dan is deze doelstelling met vrucht behaald. Bovendien ligt de TWQ bijzonder hoog: 83% loopt over onverharde voet- en veldwegen. De tocht is 11 à 12 km lang, reken dus maar even uit hoe weinig je gestoord wordt door asfalt en beton en bijhorend wegverkeer.

De Malakofftoren, een fantasietje uit de romantische 19de eeuw.



Daslook heeft de rol van de boshyacinten overgenomen. En die verspreidt ook nog eens uitbundig heerlijke geuren.

Het weer.
Het begon allemaal veelbelovend met een licht bewolkte hemel, maar vrij snel kwamen cumuluswolken aanzetten die in een mum van tijd uitgroeiden tot echte buienwolken. Dat merk je ongetwijfeld op de foto's. Niet langer dan een half uurtje hadden we last van de regen en dat dan nog met wisselende intensiteit.


De stafkaarten.
39/2N Tubize. Zoals we de laatstetijd wel vaker ervoeren: deze kaart op 1:10.000 uit 2000 is nog nauwelijks bruikbaar. In de tijd waarin ze aangemaakt werd, kwam het er vooral op aan verdwenen wegjes niet langer op de kaart weer te geven, nu is het zaak om al de nieuwe of herstelde wegjes opnieuw op de kaart aan te brengen. Dat is met name het geval in de buurt van de Berendries. Hier vind je wel een geactualiseerde kaart.

Hoe we er geraakten.
Het spoorwegstation van Lembeek ligt vlak bij het centrum (en de Kerk) en dat is ook wat de ontwerper heeft geïnspireerd om het begin van de tocht bij het station te leggen, maar voor ons komt het beter uit om met bus 156 tot de halte Lembeek Kerk te rijden.

Een beetje geschiedenis.
Laat ons maar even scherpstellen op lijn 156 Halle - Lembeek, die trouwens pas een eind in de 21ste eeuw ingevoerd is en dus misschien niet echt onder de noemer geschiedenis valt.

Het begon namelijk erg bescheiden met één markrit heen en terug op donderdag, vanaf 09.01.2006. Amper 4 maanden later werd een volwaardige busdienst ingevoerd: een uurdienst op weekdagen, met aanvullende schoolritten naar en van Halle, ten koste van de cadansritten. Uit Lembeek reden bussen van 5:54 tot 20:54, naar Lembeek van 6:25 tot 20:25. Op zaterdag werd ook volgens een uurcadans gereden, op zondag moesten de reizigers zich tevreden stellen met een bus om de 2 uur. Ook op zondag begonnen de bussen trouwens flink later te rijden dan op weekdagen en ze werden ook vroeger weer op stal gezet.
Vanaf 14.12.2014 reed men ook op zondag elk uur. De lijn werd redelijk gespaard van de drastische besparingsingrepen op zondag.
Ondertussen was het succes van de bussen naar Halle Atheneum en Don Bosco zo groot geworden dat bijkomende ritten op het traject Lembeek Kerk - Halle moesten worden ingezet.
Er valt nog een opvallend wapenfeit te melden: begin 2020 begon men in Halle aan de bouw van de Zuiderbrug (over kanaal en spoorweg) en men vreesde voor regelrechte verkeersinfarcten in het centrum. In dat kader werd de frequentie van lijn 156 (waarom alleen die van de 156?) op weekdagen op een half uur gebracht. Wat de toekomst is van deze lijn is nog onduidelijk (zoals altijd): het is een typisch voorbeeld van een lijn die rondjes rijdt maar met overtuigend succes. De reizigers in hun buurt oppikken is geen slecht idee, wat de specialisten en de marketeers ook beweren.
Meer: dat succes is er in korte tijd gekomen, ondanks de concurrentie van de spoorweg (ook met halfuurdienst) en van de TEC-lijn 116. Het succes van lijn 156 heeft trouwens wel met zich meegebracht dat een schoollus van TEC-lijn 115 (toen nog 115a) via het Maasdal geschrapt werd.

De verbinding.

Buizingen - Halle [155] 09:47 10:03 -4 ab2323 VDL Bus&Coach Citea SLE Het Rad
Halle - Lembeek [156] 10:25 10:36 +2 ab3040-21 Mercedes Citaro LE C2 Flanders Bus
Merceds-
Lembeek - Halle [156] 14:35 14:46 +8 ab3040-13 Mercedes Citaro LE Flanders Bus
Halle - Buizingen [155] 15:02 15:19 +6 ab2301 VDL Bus&Coach Citea SLE Het Rad

 

En wat we beleefden.
De bus van lijn 155 pikt ons ongeveer stipt op maar de reserve zorgt er toch voor dat hij vier minuten vroeger dan voorzien in Halle aankomt. Dat zou normaal geen uitzicht bieden op de 156 van 9:55, maar die rijdt met vertraging en als we dat echt gewild hadden, had die ons waarschijnlijk nog opgepikt.

Voor de terugrit hebben we een omgekeerd scenario. Op de Edingsesteenweg is het wel bijzonder druk en de net verkleinde rotonde zorgt er niet bepaald voor dat het verkeer er sneller afgewikkeld wordt. Dat levert 8 minuten vertraging op, opgelopen over nauwelijks enkele honderden meters. De chauffeur is net op tijd in Halle om zijn volgende rit op lijn 156 te beginnen. Ook de 155, die al met vertraging aankomt bij het station, zal op die andere steenweg (de Nijvelse) aanschuiven en 6 minuten vertraging oplopen.
Leuke evolutie: omdat er nu nog nauwelijks communicatie mogelijk is tussen chauffeur en reizigers, hebben de vriendelijkste onder hen de gewoonte om een groetende hand op te steken bij aankomst.

De treinlectuur.
Wiesław Myśliwski, De horizon. Polen op het einde van WO II. De jonge Piotr verhuist met zijn ouders van het platteland naar een kleine stad. Erg breedvoerig en filosofisch overloopt hij als volwassene zijn jeugd.



Waar blijft de Vlaamse variant? Ik ben die buitenlandse varianten beu en met mij ongetwijfeld een aantal Vlaamse politici die de autochtone variant maar al te graag naar zichzelf zouden noemen.

Waar Abraham de mosterd haalde.
Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over de Belgische spoorlijnen en een over de bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.

12-05-2021 om 00:00 geschreven door overweg13  


>> Reageer (0)


E-mail mij

Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


Blog als favoriet !

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 


Zoeken in blog


Laatste commentaren
  • Historie lijn 105/106 (Etienne Tas)
        op 30 april 2025 Ossendrecht - Kapellenbos (Martinusroute)
  • - (KB)
        op 4 april 2025 - Leut
  • Foto's van kastelen, dat zie ik graag. (eddy meuris)
        op 10 maart 2025 - Brasschaat - Deurne (GR12)
  • Inhoud blog
  • 5 september 2025 - Wielsbeke
  • klaagmuur van het OV - augustus 2025
  • 27 augustus 2025 - Kanne
  • 22 augustus 2025 - Bokrijk
  • 18 augustus 2025 - Orval - Florenville

    Archief per maand
  • 09-2025
  • 08-2025
  • 07-2025
  • 06-2025
  • 05-2025
  • 04-2025
  • 03-2025
  • 02-2025
  • 01-2025
  • 12-2024
  • 10-2024
  • 09-2024
  • 08-2024
  • 07-2024
  • 06-2024
  • 05-2024
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 02-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 10-2021
  • 09-2021
  • 08-2021
  • 07-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 02-2021
  • 01-2021
  • 12-2020
  • 11-2020
  • 10-2020
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019
  • 09-2019
  • 08-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 04-2019
  • 03-2019
  • 02-2019
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 01-2008
  • 12-2007
  • 11-2007
  • 10-2007
  • 09-2007
  • 08-2007
  • 07-2007
  • 06-2007
  • 05-2007
  • 04-2007
  • 03-2007
  • 02-2007
  • 01-2007
  • 12-2006
  • 11-2006
  • 10-2006
  • 09-2006
  • 08-2006
  • 07-2006
  • 06-2006
  • 05-2006
  • 04-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!