Trein en bus, wandelen en weer, en van die hobby's meer
31-12-2022
31 december 2022 - enkele leuke tabelletjes
OV is een ideale speeltuin voor wie van cijfertjes houdt en ik beleef er dan ook al vele jaren plezier aan. Het bestand in bijlage geeft een overzicht van het spoorwegmaterieel dat ik heb gebruikt sinds ik tot de jaren van verstand gekomen ben tot vandaag, telkens in percentages uitgedrukt. Meteen krijg je een overzicht van hoe bepaald materiaal in of uit gebruik kwam. Uiteraard gaat het hier om het door mij gebruikte OV, statistisch heeft het dus allemaal geen of weinig waarde, maar het geeft wel een idee van de inzet in de voorbije decennia. En voor de rest wens ik iedereen een Gelukkig Nieuwjaar!
27 december 2022 - Sinaai - Belsele (GR Waas- en Reynaertland)
De wandeling. We stappen vandaag 12 à 13 km langs de GR van het Waas- en Reynaertland, van Sinaai tot Belsele. Als je het traject op dekaartbekijkt, lijkt het wel een wat scheefgetrokken vraagteken. Als je de bijhorende grafiek aanklikt, merk je dat je eigenlijk bijna constant een stijgende koers hebt gevolgd, al valt dat tijdens het stappen niet op. Dat vraagteken plaats ik wel meer bij Vlaamse GR's: met een TWQ van 42% lijkt het nog wel enigszins snor te zitten, maar de resterende 58% is veelal van een bedroevende kwaliteit: dubbelvakse macadamwegen, kasseibanen met veel te veel autoverkeer - je moet wel erg veel weinig interessante kilometers afleggen om twee zeer mooie stukken langs prachtige veld- en voetwegen te ontdekken. Hoofdbrok zijn ongetwijfeld de Weduwe Voswegel en de aansluitende voetwegen, meteen na Puivelde, die de uitstap toch nog enig karakter geven. We quoteerden 13.5/20, wat eigenlijk ondermaats is voor een GR. Voor alle foto's moet jehierzijn.
De kerk van Sinaai is toegewijd aan de heilige Katharina. Ze wordt afgebeeld met een gebroken wiel dat als marteltuig gebruikt werd. Ze werd o.a. aangeroepen tegen een vroegervrij gangbare schimmelziekte, die dan ook Sint-Katharinawiel genoemd werd, wegens de vorm.
De Fondatiebeek.
Het weer. Het begon zowaar wat buiig, maar gaandeweg kwamen er opklaringen, zodat we het grootste deel van de tocht toch in ideaal wandelweer aflegden.
De stafkaarten. 14/7-8 Lokeren (2018) en 15/5-6 Sint-Niklaas (2018).
Hoe we er geraakten. Dat de rechtstreekse IC Kortrijk - Brussel - Sint-Niklaas vandaag een belangrijke rol zou spelen, lag voor de hand. Voor de heenreis stapten we over in Sinaai, waar een bus van lijn 21 ons van het station naar de Dries bracht, een korte rit van 2.5km. Voor de terugrit kozen we ervoor om toch even van de GR af te wijken naar de halte Belsele. Daar stopt de IC namelijk ook, zodat we overstapvrij naar Halle kunnen.
Een beetje geschiedenis. De gemeente Belsele kon lange tijd bogen op 2 stopplaatsen of stations: een op lijn 56 Sint-Niklaas - Dendermonde (1875 - 1957) en een op lijn 59 (1844 - nu). Het kan verbazen dat de stopplaats op lijn 59 Belsele-Noord genoemd werd, alhoewel de lijn er duidelijk lang voor lijn 56 lag. De verklaring is eenvoudig: de stopplaats op lijn 59 kwam er jaren na die op lijn 56: ik vind ze voor het eerst terug in een spoorboekje van 1900 maar de halte ging open op 01.05.1899. Zie De Lijn Antwerpen - Gent van Marc Clarysse. Die toevoeging Noord zou behouden blijven tot 1957, jaar waarin zowel Belsele als Belsele-Noord geschrapt werd als gevolg van een echte besparingsgolf in de jaren 1950 die de sluiting van lijnen (zoals lijn 56) en vele landelijke stopplaatsen (zoals Belsele-Noord) tot gevolg had. Lijn 56 werd op 02.06.1957 volledig verbust, lijn 59 werd behouden maar Sinaai en Belsele sneuvelden. Het alternatief bestond uit buslijnen 59a Gent - Sint-Niklaas en 56 Sint-Niklaas - Dendermonde. Het is wachten tot de elektrificatie van lijn 59 op 03.06.1973: de halten Sinaai en Belsele (nu zonder toevoeging) keerden terug en konden een jaar lang profiteren van 2 stoptreinen per uur die evenwel slecht verdeeld zaten. Die luxe (?) verdween al snel met de invoering van een semi-directe Gent-Sint-Pieters - Antwerpen-Centraal: die treinen reden direct tussen Antwerpen en Sint-Niklaas, bedienden Sinaai en Belsele en reden vanaf Lokeren als een echte semi-direct die veel halten tussen Gent en Lokeren oversloeg. Met de invoering van IC-IR in 1984 werd een volgende stap gezet: een L-trein Lokeren - Antwerpen-Centraal zorgde voor een uurdienst. Die situatie zou nauwelijks veranderen tot op 14.12.2014 de huidige IC 32xx Sint-Niklaas - Brussel - Tournai - Kortrijk werd ingevoerd. Samen met de L-trein Antwerpen - Lokeren (en soms Dendermonde) ontstond toen een redelijke halfuurdienst. En de bussen, zul je vragen. Belsele wordt tegenwoordig bediend door lijnen 21, 22 en 23 en door belbus 270. Deze lijnen werden bij de invoering van de basismobiliteit zo ingericht dat ze goede verbindingen met Sint-Niklaas mogelijk maken en door verknoping ook voor verbindingen voorbij Sint-Niklaas kunnen instaan, al zal Sint-Niklaas wel het onbetwistbare centrale punt blijven, omdat de vraag naar bussen uit Belsele voorbij Sint-Niklaas wel beperkt zal blijven.
De verbinding.
Halle - Sinaai
3209
11:02 12:28
stipt
365 (FSD)
mr80 Break
controle: J
Sinaai - Sinaai
[21]
12:46 12:51
-7
ab023-055
MAN's Lion City
Waaslandia Autobussen
-
Belsele - Halle
3239
16:29 17:57
+1
1842 (FSD) - 61067 (LK)
M6
controle: J
En wat we beleefden. De IC's 32xx bestaan op dit moment ofwel uit vrij lange rijtuigstellen M6 ofwel uit 1 of 2 breaks. Met die dubbeldekkers loopt het wel los, maar de breaks zitten vaak aan de rand van de capaciteit. Toch vermoed ik dat het met IC 3209 meestal wel meevalt, maar vandaag is die ene break niet voldoende. Eerste klas zit voor 80% vol, al staan er nog geen reizigers recht in tweede, maar blijkbaar heeft een goedmenende tbg geoordeeld dat de eersteklasreizigers maar wat comfort moeten inleveren ten gunste van de gezinnen en koppels die vandaag gaan shoppen, naar verluidt een vermoeiende bezigheid die niet ook nog eens voorafgegaan moet worden door rechtstaand reizen. In Brussel-Centraal loopt de afdeling wel leeg. En het dient gezegd: eenmaal voorbij Brussel kwijt de tbg zich echt van zijn taak, met regelmatige passages en controles door zijn trein. Zoals verwacht komen we stipt aan in Sinaai. En nog dit: in Halle horen we dat deze trein bestaat uit 3 i.p.v. 4 rijtuigen en dat eerste klas vooraan hangt. In werkelijkheid hangt die achteraan en heeft een break altijd 3 rijtuigen. Met die aankondigingen is er duidelijk nog werk aan de winkel. Laat men nog maar wat binnenskamers experimenteren voor men het gedrocht op de reiziger loslaat.
De bushalte ligt een honderdtal meter voor de overweg. Ik had eigenlijk verwacht dat de bus in Sint-Niklaas vertraging zou oplopen, maar hij pikt ons 6 minuten te vroeg op. Aan de Dries in Sinaai stopt de bus niet aan de vertrekhalte van zijn volgende rit; stel je voor dat reizigers al zouden willen instappen.
Voor de terugrit is het wel een M6-stel dat aan komt rijden. Het wordt een geschiedenisloze terugrit, met een bezetting nauwelijks die naam waardig, zeker in vergelijking met die van vanmorgen. Ook nu wordt een verminderde samenstelling aangekondigd: 7 i.p.v. 8 rijtuigen. Ja ja, met dat oude materieel heb je niks dan last.
De treinlectuur. Rik TORFS, Het grote gelijk. Hans FIERS, Door jouw ogen.
Zouden de engelen nu ook per drone komen met hun vredesboodschap?
Uitgedrukt… En als je dat niet gelooft, maak ik je wat anders wijs… Spreekt wel voor zich, zeker?
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. De Wandelvogel was destijds het tijdschrift van de Vlaamse Wandelaarsbond. In het nummer 6 van 1992 (!) vond ik een bijdrage onder de erg korte titel Neigem. Zoals dat toen de gewoonte was, werd de bijdrage van Gustaaf Van Bockstal uitgesmeerd over een zestal bladzijden, inclusief foto's en een met de hand ingetekende route op een zwart-wit kopie van de NGI-kaart. Zo kwam je natuurlijk alles te weten wat je op je route kon verwachten en dat was echt wel heel wat. (Het is spijtig dat in deze snelle tijden de aandacht voor die historische en geologische achtergrond zo goed als verdwenen is, al zijn de mogelijkheden op andere vlakken dan weer enorm toegenomen: denk maar aan het gemak waarmee een tocht kan wordengedownload.) De wandeling is 13 km lang en voert ons van Neigem naar Lieferinge en dan langs een erg landelijk traject naar het Neigembos, het orgelpunt met allure van deze wandeling. Hoewel de beschrijving dus 30 jaar oud is, heeft het traject goed standgehouden. Een verharde voetweg werd door Van Bockstal al beschreven als wat in de verdrukking geraakt. En inderdaad, deze kerkweg naar Lieferinge is nu deskundig afgesloten met een ijzeren poort om het schorremorrie dat hier in deze streek rondwaart, van het oneigenlijk (?) verworven eigendom te houden. Verder is het even opletten rond km 7 waar het gedurende 400m wat moeilijker wordt. De voetweg door een bosje dient zich nochtans veelbelovend aan, maar ter hoogte van een wei moet je even uitwijken - blijkbaar waren we niet de enige - en wat verder heeft de boer al te gulzig geploegd. Maar onoverkomelijk is het niet. Voor de rest is het genieten van erg veel attractieve veldwegen: de TWQ bedraagt 72%. Wij quoteerden 16.5/20 en genoten intens van de landschappen die eigenlijk nog mooier werden door de bewolkte herfstluchten. De foto's vind jehier.
In het Neigembos vind je 4 groeben, erosiegeulen die zo een 12.000 jaar geleden bij het einde van de laatste ijstijd (dat waren nog eens tijden!) door het smeltwater werden uitgespoeld.
De mens zou de mens niet zijn mocht hij geen oplossingen zoeken om zo een groebe toch tamelijk comfortabel af te dalen.
Het weer. Zwaar bewolkt en fris, maar rustig. Het bleef tot het einde droog.
De stafkaarten. 30/7-8 Geraardsbergen (2019)
Hoe we er geraakten. Het is een van die wandelingen die we houden voor het einde van ons wandelseizoen, omdat ze gemakkelijk bereikbaar is en bovendien ook nog kan worden gestapt op een kortere novemberdag. Met bussen van lijnen 155 en 153 wordt het al bij al gemakkelijk.
Een beetje geschiedenis. We stapten al eerder in Neigem. Ik beperk me dan ook tot dit, gekopieerd uit een bijdrage van 16 juli 2014:
Anders heeft het altijd gelegen voor het dorp Neigem. Doordat de tramlijn Leerbeek - Ninove andere dorpen bediende, via een erg bochtig, lang en weinig direct tracé, viel Neigem volledig uit de boot. Het zou tot begin jaren 1950 duren voor de buslijn Zottegem - Ninove zou doorgetrokken worden tot Neigem (tot de grens…), en dan nog was de verbinding erg mager: ritten op dinsdag (marktdag in Ninove) en zondag. Dat laatste is nu onvoorstelbaar. Vanaf de jaren 1970 werd de bediening uitgebreid met ritten op alle dagen van de week, en gespreid over de hele dag. Opeenvolgende besparingsrondes maakten dat deze min of meer bruikbare verbinding toch weer verschrompelde, en de genadeslag volgde met de invoering van lijn 153, wat trouwens zonder meer een flinke vooruitgang betekende in de ontsluiting van Neigem. Er was trouwens nog een tweede opvallende bediening van Neigem: onder tabel 524 (bus LN, Leerbeek - Ninove) vond je één ochtend- en één avondrit, waarvan het succes voorspelbaar klein was.
De verbinding.
Buizingen - Halle
[155]
08:37 08:55
+21
ab2321
VDL Bus&Coach Citea SLE
Het Rad
Halle - Neigem
[153]
09:32 10:18
+2
ab5681
Iveco Crossway LE
Leerbeek
-
Neigem - Leerbeek
[153]
13:47 14:00
stipt
ab5173
Van Hool New AG300
Leerbeek
Leerbeek - Halle
[153]
14:05 14:28
-5
ab5685
Iveco Crossway LE
Leerbeek
Halle - Buizingen
[155]
14:27 14:48
+1
ab2312
VDL Bus&Coach Citea SLE
Het Rad
En wat we beleefden. Een bus die we wel zouden willen nemen is die van 9:07 die 7 minuten aansluitingstijd voorziet in Halle op de 153, maar de ervaring heeft ons geleerd dat deze bus erg vaak met vertragingen van 20 minuten en meer rijdt. Daarom nemen we die van 8:37, die zo mogelijk nog onbetrouwbaarder is, met vertragingen tot 30 minuten. Lijn 155 is geen toonbeeld van regelmaat en na corona is de situatie er alleen maar slechter op geworden. Vandaag arriveert de bus met een klein half uur vertraging; in Halle is die geslonken tot 21 minuten. Een bus die meestal wel op tijd rijdt is de 153 die om 9:32 in Halle vertrekt. Dat is ook vandaag het geval. Hoe te verklaren valt dat bussen van lijn 153 veelal minder vertraging hebben dan die van lijn 155 is me niet duidelijk: uiteindelijk hebben ze bij het begin van hun rit dezelfde verkeersproblemen. In Leerbeek is er uitgebreid tijd voor een chauffeurswissel. Omdat we zo alert zijn geweest om de bus van 8:37 te nemen (dank Haltelink), komen we ongeveer op het voorziene moment in Neigem aan.
Voor de terugrit kunnen we mee met de bus van 13:47. Dat is een gelede bus, waarvan de film (en het scherm binnenin) Anderlecht als terminus afficheert. In de app van De Lijn en in het busboekje is wel een overstap voorzien in Leerbeek. Mogelijk is dat om te vermijden dat deze gelede bus het AZ in Halle (met krappe rotonde) moet bedienen. In Leerbeek moeten we alleszins overstappen op een standaardbus, die zijpnat komt voorgereden. Deze IVECO is blijkbaar beter bestand tegen het geweld van de buswash dan de Van Hool van daarnet waarvan een viertal ramen duidelijk last hebben van ingesijpelde nattigheid. Zoals gezegd moet de bus uit Leerbeek het Halse ziekenhuis bedienen en die komt dus noodzakelijkerwijs ook voorbij de halte Demaeghtlaan. Die komt wel niet voor in de app van De Lijn, die de bus rechtstreeks van de Ninoofsepoort naar het Ziekenhuis laat rijden. Voor ons is dat belangrijk omdat iets vroeger uitstappen uitzicht geeft op een vlotte aansluiting met de 155. De chauffeur zet ons zoals verwacht aan de gewenste halte af en enkele minuten later kunnen we overstappen op de 155. We zien ook nog een gelede Van Hool: vooraan afficheert hij op een A4-blad 170, aan de zijkant ook al op een A4-blad 153. Uiteraard zijn de elektronische aanduidingen defect: ja ja, De Lijn… Overigens hebben we stevig doorgestapt: oorspronkelijk hadden we gepland om met de bus van 14:47 in Neigem te vertrekken, maar eens te meer is de aansluitende 155 afgeschaft en dat zou betekend hebben dat we in de schooljeugd terecht zouden zijn gekomen. Het aantal afgeschafte bussen zit trouwens weer stevig in de lift; geen wonder als pas aangeworven chauffeurs er al na enkele weken de brui aan geven.
De treinlectuur. Uiteraard komen we tijdens deze korte ritten niet aan lezen toe, maar we kunnen ook op andere momenten lezen: Louis Paul BOON, Het geuzenboek. A.F.Th. van der HEIJDEN, Kwaadschiks. Beide boeken samen tellen 2097 pagina's, die steek je niet voor niks in je rugzak.
Hoera! Het klimaat is weer eens gered… Hoe zat dat ook weer met de plagen van Egypte?
Uitgedrukt… Zijn scheut (of schuit?) krijgen. Toegepast op pubers die plots snel langer en langer worden.
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.
De wandeling. Het Maison du Tourisme Wallonie picarde heeft in 2020 een box uitgegeven met niet minder dan 50 bewegwijzerde wandelingen, allemaal (ook) beschreven in keurig Nederlands, vrij van de afstomping die de keizerrijken boven de taalgrens heeft getroffen. Wij volgen vandaag wandeling 3.12 Op zoek naar oude beroepen in Chercq, een van de vele deelgemeenten van Tournai, ook aan de Schelde. Het is wonderlijk hoe deze van oorsprong agrarische gemeente dat landelijke karakter heeft weten te behouden, ondanks de aanwezigheid (in het verleden!) van kalkovens en steengroeven die - dat wordt onderweg enkele keren duidelijk - de plaatselijke industriëlen geen windeieren hebben gelegd. De wandeling is net geen 7 km lang en haalt een riante TWQ van 68%: de trage wegen gaan van het jaagpad langs de Schelde, tot voetwegen onderaan de berm van de vroegere spoorlijn, tot typische voet- en veldwegen, die we gelukkig over een respectabele afstand konden volgen. de eigenaardige punt opde kaartwijst richting Croix Morlighem, letterlijk en figuurlijk een hoogtepunt en de wegen ernaartoe zijn pure (wandel)klasse. Een korte maar erg aangename wandeling werd het die we met 16/20 crediteerden. De foto's vind je hier.
Het weer. De nazomerse dagen blijven maar komen: veel cirrus kan de zon nauwelijks versluieren en de temperatuur is relatief hoog met zo een 14°.
De stafkaarten. Deze wandeling werd eerder uitgesteld door corona en dat betekent dat we ze nog uitgetekend hadden op kaarten van 1:10.000. Chercq is het slachtoffer van de ongelukkige versnijding en dat maakt dat je er niet minder dan 4 nodig hebt voor deze korte tocht: 37/7S Antoing (1995) - 37/7N Warchin (1995) - 37/6N Tournai (1995) - 37/6S Rumes-Taintignies (1995). Ondertussen is de recente reeks op 1:25.000 compleet en dan volsta je met de kaarten 37/5-6 Tournai (2021) en 37/7-8 Leuze-en-Hainaut (2021).
Hoe we er geraakten. Chercq Place wordt bediend door de stadslijn V Tournai-City en door lijn 98 naar Lesdain. De laatste doet het sneller, de eerste frequenter. We combineren ze vandaag. Tournai is uit Halle twee keer per uur bereikbaar, normaal gezien toch, want beide IC's vallen de laatste maanden wel erg regelmatig uit.
Een beetje geschiedenis. Eerlijk gezegd: het spoorwegstation van Chercq heeft een wat schimmige geschiedenis. Toen lijn 88A op 30 december 1883 openging, was er blijkbaar nog geen sprake van een station in Chercq. Zelfs in het spoorboekje van 01.05.1892 vond ik tussen Tournai en Saint-Maur geen tussenstations - en dus ook geen Chercq. In dat van 01.05.1897 duikt het wel op, in de toenmalige tabel 95. We kunnen er dus van uitgaan dat het station voor reizigers open ging in de periode 1892 - 1897. Volgens deze bron gebeurde dat in 1893. Overigens lijkt het station ook nooit een telegrafische afkorting gehad te hebben, al vond ik wel deze foto van het stationsgebouw. Ik vond Chercq voor het laatst terug in het spoorboekje van 1 mei 1914, niet meer in het oorlogsboekje van 1 oktober 1915. Een serieuze hiaat in mijn collectie maakt het onduidelijk of de halte na 1918 nog teruggekeerd is: in het spoorboekje van 8 oktober 1922 wordt ze nog wel vermeld, maar er stoppen geen treinen meer! In de periode tot WO II kon ik alleen gegevens raadplegen voor 1934 en 1938. In 1934 reden er bussen van Bleharies naar Tournai die ook Chercq bedienden, in 1938 was deze buslijn al verlengd tot Lesdain. Het is het prille begin van de huidige lijn 98. Wat het statuut was van deze lijnen kon ik niet achterhalen. De buslijn duikt opnieuw op in het nog erg dunne spoorboekje van 4 mei 1947. In het boekje van 18.05.1952 komt ze voor onder het nummer 1503, samen met enkele andere vervangingsbussen, een verschijnsel dat toen nog in de kinderschoenen stond. Op 5 oktober 1952 wordt het lijnnummer 88 geïntroduceerd; dat verwijst duidelijk naar de spoorlijn. Dat nummer zou behouden blijven tot 23 mei 1971, datum waarop de lijn 88b werd genoemd, 88a zijnde de buslijn Tournai - La Glanerie. Zo werd de lijn ook geërfd door de NMVB bij de overdracht van de NMBS-bussen; het nummer bestond trouwens ook nog bij de splitsing van de NMVB. Op 28.05.1995 kreeg de lijn haar huidige nummer 98. Zo mogelijk nog belangrijker was de uitbreiding van het Doornikse stadsnet op 24 mei 1998, toen de Tournai City zijn intrede deed: een nieuwe stadslijn V verbond het Doornikse station met het vroegere station van Vaulx en zo kreeg Chercq een uurdienst, wat uiteraard eerder pover is voor een stadsdienst, maar het is nog altijd beter dan niets. Sindsdien lijkt de toestand verstard: ook vandaag kunnen we nog gebruik maken van de lijnen 98 en V.
De verbinding.
Halle - Tournai
1932
11:24 12:15
stipt
1830 (FSD) - 61037 (FBMZ)
M6
controle: N
Tournai - Chercq
[98]
12:24 12:40
+8
ab3123
Van Hool New AG300
Tournai
-
Chercq - Tournai
[V]
15:07 15:30
+8
ab3182
Van Hool New A309
Tournai
Tournai - Halle
1915
15:44 16:36
stipt
523 (FHS)
mr96 - Deense neus
controle: J
En wat we beleefden. IC 1932 wordt andermaal aangekondigd met een verminderde samenstelling: 7 i.p.v. 9 rijtuigen. Het lijkt tegenwoordig bijna de regel. De trein vertrekt van perron 5 i.p.v. 3, waar de S-trein naar Braine-le-Comte post zal vatten. Tot Ath kunnen we genieten van een aangename, rustige rit. Dan doet Securail zijn intrede: 2 rode en 1 grijze. Ze vertonen gedrag dat ze moeten beteugelen als pubers zich ervan bedienen; vooral een veel te luide smartphone noopt ons ertoe naar het andere uiteinde te emigreren, al is ook daar de geluidsoverlast nog storend. Een dame, klaarblijkelijk op de terugweg van een of andere verre bestemming, slaapt er wel als een blok doorheen. Het busstation van Tournai is zonder meer onoverzichtelijk en een inplantingsplan is nergens te vinden. Voor de toevallige reiziger zit er niets anders op dan de rij perrons af te lopen, tot je bij het uiterste perron lijn 98 vindt. De buurt van het station wordt niet meer of niet minder dan geteisterd door het drukke wegverkeer: onze bus zien we wel aankomen, maar dan moet die nog voorbij 2 verkeerslichten voor hij aan zijn vertrekperron opdaagt. Het is een gelede bus, die al met 5 minuten vertraging vertrekt en de genoemde verkeerslichten (en bus-en treinstation) na een ommetje van een kilometer nog een tweede keer voorbij moet. Handige organisatie is wat anders. We zullen de halte Chercq Place bereiken met 8 minuten vertraging: het verbaast ons dat er maar 3 minuten zijn bijgekomen. Terwijl we ons klaarmaken voor de wandeling, passeert ook de V, die we wel op tijd hebben zien vertrekken aan het Doornikse station, maar die dus nog meer rondjes rijdt door Tournai.
Dat zullen we trouwens ondervinden bij de terugrit in het stadsbusje. Stadsbussen hebben de neiging om ofwel zo goed als leeg te rijden ofwel in een mum vol te lopen. Onze bus zoekt ergens de gulden middenweg op. Hij pikt ons perfect op tijd op maar zal in het Doornikse verkeerskluwen toch 8 minuten vertraging laten optekenen. Tournai onderscheidt zich namelijk niet van zoveel andere Waalse stadjes en steden waar het wanhopig wachten is op plannen om zeker de binnenstad verkeersluw te maken, maar we weten sinds enkele weken hoe dat dan afloopt, weliswaar in het Brussels Gewest. IC 1915 staat al te wachten op perron 5 (i.p.v. 3). Helemaal vooraan hangt één van de 3 eerste klassen - de trein bestaat uit 3 Deense neuzen. Dat zal ons plaatsje worden tot Halle. De tbg's passeren even en ik heb mijn smartphone met biljetten al klaar: eerder uit beleefdheid dan uit de wil om te controleren kijkt ze even naar het schermpje.
De treinlectuur. Julian BARNES, The only story. A.F.Th. van der HEIJDEN, Kwaadschiks.
Demir heeft het woord kut definitief geschrapt uit haar vocabularium. Ze gebruikt nu KUL in de plaats.
Uitgedrukt… Peter worden van… betekent: het kwijtspelen, ergens naast grijpen. "Ik ben er peter van…"
Waar Abraham de mosterd haalde. Voor het schrijven van deze bijdragen maak ik vaak gebruik van twee zeer waardevolle sites, één over deBelgische spoorlijnenen een overde bussen in Vlaanderen, Brussel en Wallonië. Het grootste probleem is dat van de informatisering: in de voorbije 20 jaar is het vrijwel onmogelijk geworden om nog aan papieren dienstregelingen te geraken en op het internet verdwijnen de oude dienstregelingen naarmate er nieuwe ingevoerd worden. Voor de trams maak ik nog al eens dankbaar gebruik van de Rail Atlas Vicinal van Stefan JUSTENS en Dick van der SPEK en van The Vicinal Story - Light Railways in Belgium 1885 - 1991 van W.J.K. DAVIES.