Het bezemkruiskruid (Senecio inaequidens) is een meerjarige plant uit de composietenfamilie (Asteraceae).
De Nederlandse naam bezemkruiskruid is afkomstig van de vorm van de plant, door de sterke vertakking lijkt hij wat op een omgekeerde bezem.
De sooortaanduiding inaequidens betekent ongelijke tanden.
Pas sinds de jaren '70 van de 20e eeuw is de plant aan een opmars bezig.
Zowel in België als Nederland is het een sterk oprukkende neofyt (nieuwe plant).
Engels : Narrow-leaved Ragwort
Duits : Schmalblättrige Greiskraut
Frans : séneçon du Cap |
bezemkruiskruid
auteur : Kurt Stueber CC 3.0 |
De plant komt van nature voor in Zuid-Afrika.
Daar komt de soort voor in de bergen in het oosten op rotsige hellingen en op met kiezel bedekte beekbodems.
Met woltransporten is de plant rond 1900 naar Europa gekomen.
De oudste vermeldingen uit Duitsland dateren uit 1890.
De soort is nu algemeen aanwezig op ruderale terreinen zoals bouwgronden, langs spoorwegen, in wegbermen, langs slootkanten met een voorkeur voor wat vochtige grond.
De plant heeft volle zon nodig en mijdt zinkhoudende bodems.
De grond mag zandgrond zijn, maar dan niet voedselarm.
De verspreiding van de afgelopen decennia schijnt te hebben plaatsgevonden vanuit het Middellandse Zeegebied.
Via spoorwegen zouden de zaden verder noordwaarts zijn vervoerd.
Andere bronnen melden weer een invoer vanuit Zuid-Afrika via België, waaruit ze via spoorwegen noordwaarts verspreid werd. |
Senecio inaequidens
gebruiker : TeunSpaans |
Zoals vrijwel alle soorten uit het geslacht Senecio bevat de plant pyrrolizidine alkaloïden.
Consumptie door mens en dier dient vermeden te worden.
De consumptie kan leverbeschadiging tot gevolg hebben.
Bestuiving vindt plaats door insecten.
Door de sterke verspreiding van de laatste jaren wordt ze in een aantal natuurgebieden als een bedreiging gezien van zeldzame oorspronkelijke soorten.
Zo wordt de soort in de Vlaamse duinen op een aantal plaatsen actief bestreden. |
Bron : Wikipedia CC 3.0 |