Inspiratieloos kijk ik naar het scherm. Al een half uur. Er komt niks. Mijn muze laat me in de steek. En het ergste, mijn duvel is leeg. Ik zal maar eens bijvullen. Het geestrijke vocht zal misschien voor begeestering zorgen. Maar zelfs na en flinke slok blijft mijn muze zich verstoppen. Misschien is ze wel ziek. Zoals vrouwlief. Die is ook ongeneeslijk ziek. En er bestaan geen pillen om haar te genezen. Het is een eigenaardige ziekte. De ziekte manifesteert zich door vreemde samentrekkingen van haar mond en een beweeglijke tong. De ziekte staat bekent als zagen. Volgens de dokter bestaan er geen medicijnen die haar kunnen helpen. Alhoewel. Een oude dokter heeft mij een middeltje aan de hand gedaan om de symptomen te stoppen. Een paardenmiddel zoals dat heet. In de vorm van een brede plakband. Een stevige plakband over haar mond en het is afgelopen beweerde de man. Al lijkt het mij niet aangewezen om dat te gebruiken zolang ze nog over haar handen beschikt. Nog maar een slok drinken. Verdorie, weeral leeg. Nog maar eens bijvullen. Gewoonlijk komt mijn muze dan op de geur af. Maar ditmaal geeft ze verstek. Of zou ze haar roes liggen uit te slapen. Nog maar eens een grote slok drinken. Je weet maar nooit. Baat het niet, dan schaadt het niet. Misschien moet ik maar eens naar buiten. Een frisse neus halen. Inspiratie opdoen en ergens een duvel gaan drinken. Dat helpt wel eens. Eerst nog eens drinken. Misschien kan ik eens een stukje schrijven over hoe ongezond het is om gezond te leven. Het is altijd plezant om tegen de stroom in te zwemmen. De draak steken met de huidige gezondheidsmythe. Lekker dwarsliggen. Dwarsliggers moeten er ook zijn. Zonder dwarsliggers kunnen er geen treinen rijden. Nog maar een slok drinken. Of misschien kan ik eens een stukje schrijven over het grote complot. Want er gebeuren rare dingen tegenwoordig. Er is duidelijk een complot tegen senioren. Jongeren spreken niet meer fatsoenlijk. Ze fluisteren onder elkaar. Zodat ouderen ze niet verstaan. Ze gebruiken ook vreemde woorden zoals E-zine, i-pad, tablet, heen-en-weer kind en stoeproken. Een geheimzinnig taaltje dat alleen jongeren begrijpen. Straten worden langer en trappen worden steiler. Auto's rijden sneller en de lettertjes van de krant worden alsmaar kleiner. Het was mij opgevallen toen vrouwlief naar het schoonheidssalon ging. Vroeger was ze daar op een kwartiertje buiten maar tegenwoordig duurt dat twee uur. Alleen maar om een prijsofferte te vragen. Daar valt iets over te schrijven. Op de kap van jongeren zitten. Of zoals dat in hun eigen taaltje heet, jongeren bashen. Altijd plezant om tegendraads te zijn. Nog maar een duvel inschenken, uit pure verveling want mijn muze laat toch niet van haar horen. Misschien kan ik iets schrijven over de buurvrouw. Roddelen over een roddeltante. Daar is ook wel iets mee te doen. Ach ik zal maar stoppen, er komt toch geen inspiratie vandaag.
|