Het is een tijdje geleden dat ik een documentaire zag over natuurrampen. Van overstromingen en aardbevingen tot droogten en hongersnood. De film was van Amerikaanse makelij en daardoor kwamen er uiteraard veel tornado's in beeld. Voor Amerikanen eindigt de wereld nu eenmaal aan hun grenzen. Maar toch hadden de makers ook oog voor rampen in andere werelddelen. Wat me vooral opviel was de flexibiliteit van mensen. Na een ramp waren de camera's in de kortste tijd ter plaatse om beelden te schieten. En op die beelden was steevast te zien hoe reddingswerkers druk in de weer waren om te redden wat er te redden viel. In eerste instantie mensenlevens natuurlijk. Beelden van een dag na de ramp lieten dan weer zien hoe er in alle haast hulpposten opgericht waren. En dringende hulp op een georganiseerde schaal geboden werd. Op nog latere beelden was dan weer te zien hoe het puin geruimd werd. En daar waar de camera's tevoren enkel in weg leken te lopen was er dan ook tijd voor een interview met enkele reddingswerkers. Terwijl op de achtergrond met man en macht en met groot materiaal gewerkt werd om plaats te maken voor de wederopbouw. En telkens weer viel het me op hoe mensen als een kolonie mieren de plaats van het onheil overspoelden en alles in het werk stelden om alles zo snel mogelijk te herstellen. Tenminste. Blanke mensen. Want er waren ook beelden te zien van rampen die zich afgespeeld hadden in streken waar zwarte en bruine mensen de scepter zwaaien. Als daar, na een ramp, camera's neerstrijken zitten vrouwen in donkere gewaden, met hun armen in de lucht, tranen met tuiten te wenen terwijl de mannen zich in dichte drommen voor de camera's verdringen. Om hulp te eisen. Terwijl ze er zelfs niet aan denken om ook maar één vinger uit te steken. Nee, er moet hulp komen van elders. Hulp in al zijn vormen. Er moet geld ingezameld worden. Veel geld. Om hulpgoederen aan te kopen en ter plaatse te brengen. Alles moet zo snel mogelijk ter plaatse gebracht worden vanuit blanke werelddelen. Om dan schaamteloos gestolen te worden en op de zwarte markt duur verkocht te worden. En de zakken van rijke machthebbers en andere despoten nog meer te vullen. Het is toch raar dat er steeds weer geld gevraagd wordt om een bende leeggangers en zakkenvullers te helpen. Als er in het door blanken bewoonde gedeelte van de wereld hulp nodig is moeten wij ook niks van anderen verwachten. Dat ze dan ook maar hun plan trekken. Solidariteit kan niet altijd van dezelfde kant komen. Niet meer met mij. Ik word nog liever marsmannetje.
|