Tekstgrootte aanpassen?
Klik op + of -

BLOG ZOOM

In deze kolom info over mijn blog en over Hindeloopen
Foto
Mijn blogs
  • Hylper volksverhalen
  • Gedichten
  • Toen en Nu
  • Geschiedenis verhalen
  • Puzzels
  • Straatnamen in Hindeloopen
  • ????
  • Eigen verhalen
  • Bijnamen in Hindeloopen
  • Foto albums
    Andere interessante links over Hindeloopen
  • Fam Blom GP TV
  • Blog van Anske Smit
  • Uw kerstkalkoen uit HIndeloopen
  • Hindeloopen 1940- 1945
  • Gesproken tekst in het Hylpers
  • Verhalen rond het IJselmeer
  • Wandeling door Hindeloopen
  • Beelden Hindeloopen van waddenacademie
  • Oud Hindelooper maakt scheepjes in de fles
  • Beelden van HWG
    You Tube filmpjes
  • Hindeloopen
  • Belslydjeien
  • IJsbergen-Kruiend ijs
  • RTN Filmpjes
  • Omrop SW
  • Gert Jan Groenedijk
  • Gerke de Jong
  • NCRV Film 1963 Deel 1
  • NCRV Film 1963 Deel 2
  • Sinterklaas intochten Hindeloopen
    Oude polygoon filmpjes
  • Noordzeevisserij
  • Film keuze
  • Bewegende panorama beelden
  • Street view
  • World Panoramic Photograhy
  • Foto
    Foto
    ****Wor iis op earde en laand to viinden-- Dot zok en koninginne het--Jo't iin jer dwaan en leeten-Altiid op rogt en oenrogt let****
    Links op de foto de vlag en rechts het wapen van Hindeloopen. In de lichtkrant het eerste couplet van het volkslied van Hindeloopen. Hindeloopen ligt in het ZW van de provincie Fryslân aan het IJselmeer en is één van de Friese elfsteden. Het heeft een rijke cultuur historie, een eigen dialect en een bijzondere eigen klederdracht.
    Sinds 1225 was Hindeloopen een zelfstandige gemeente. Met de herindeling van 1 januari 1984 verloor Hindeloopen haar zelfstandigheid. Samen met Hemeleumer Oldefaert. Stavoren en Workum vormden ze de gemeente Nijefurd. Per 1 januari 2011 fuseerde Nijefurd met de gemeenten
    BolswardSneek, Wûnseradiel en Wymbritseradeel tot de gemeente Sudwest Fryslan.

    Hoe kom ik Hindeloopen

    Per boot via het IJsselmeer.
    Met de trein via de lijn Leeuwarden-Stavoren.
    Voor een route over de weg  klik op onderstaande link van ANWB routeplanner en de weg naar Hindeloopen wordt u gewezen.

  • ANWB route planner
  • Het weer in Hindeloopen

    Een dagje Hindeloopen? Maar u wilt weten hoe het weer is. De Friese weerman Piet Paulusma vertelt u welk weer er te verwachten is.

  • Het weer met Piet Paulusma
  • Foto
    Foto
    Hierboven de vlag en het wapen van de gemeente Súdwest Fryslan. De gemeente Súdwest Fryslan  is op 1 januari 2011 ontstaan uit een fusie van de gemeenten Bolsward, Nijefurd, Sneek, Wûnseradiel en Wymbritseradeel.  Súdwest Fryslan is gelegen in Zuid West Friesland. De gemeente heeft cica 82.000 inwoners en een oppervlakte van 815,97 km2 , onderverdeeld in 433,09 km² land en 382,88 km² water. Hiermee is het qua totaal oppervlakte de grootste gemeente van Nederland. Als enkel naar de landoppervlakte gekeken wordt moet het de Noordoostpolder laten voorgaan. Voor meer over de gemeente Sudwest Fryslan verwijs ik graag naar onderstaande gemeentelijke website.
  • Gemeente Súdwest Fryslan
  • Foto
    Inhoud blog
  • Twee Sinterklazen
  • Te weinig of te licht
  • Een grote boodschap van een kilo
  • Mopje?
  • Met vlooien op reis
  • SV Hielpen kampioen?
  • Het rijbewijs
  • Een verwarrende familienaam
  • Een gebit als vangst
  • Douche achter de dijk
  • Technische nieuwsgierigheid
  • De maan voorbij varen
  • De aanhangmotor
  • De Verkeerde kerk
  • Spraakverwarring
  • Een sterk staaltje
  • De verdwenen melk
  • Die goede oude tijd?
  • Een sterk verhaal
  • Zwaardgevechten
  • Klik op Bijlage Staat altijd bovenaan
  • Een wandeling over de dijk
  • Brand en storm als teken van God.
  • De penalty's
  • De groente boer
  • Douwe Brouwer
  • De vergeten fok
  • De lage (te) spoorbrug
  • De slager en de pruim
  • 2 Verhalen over vissers
  • Twee verhalen van Jan
  • Herineringen aan het (oude) station
  • Enkele reis Amsterdam
  • Een waterpas
  • De Bhagwan
  • Het roomse leven in Hindeloopen
  • Het kleine paradijs
  • De huisarts
  • Een goede buur
  • Op de pof
  • De buiten gesloten brandweerman
  • Uilke Annes van Hindeloopen
  • Een meisje van tien
  • Ut de leugenbank van 1900
  • De aak met de witte zeilen
  • Onze vriend de politie
  • Een kwestie van fatsoen
  • De Hindelooper Kaaig
  • Het schip met geld
  • Haantje de Voorste
  • De waaghals
  • Een anstige nacht
  • Een sprookje
  • Gemaal
  • Grappen
  • De postbode
  • Paarden op hol
  • Goedkope aardappelen
  • Vogelflappen
  • Een onweersbui
  • De pinksterkronen
  • Mijn visie
  • Dure grap
  • De macht der gewoonte
  • De tijd
  • Hoe waait de wind
  • Politie
  • De vlag op de tonnenpraam
  • Het herstel van een voetbal
  • Het veulen Dorien
  • De Smok
  • Verboden te vissen
  • De witte spreeuw
  • Anekdote Haanmeer
  • De slimste en de dominee
  • It Tontjen om
  • Het Workumer Nieuwland (aanvulling op
  • Slootje springen
  • Een zwevende kiezer
  • Een speciale redding
  • Hekkie
  • Windhoos
  • Een probleem van een politicus
  • Eierzoeken
  • Een waarschuwing
  • Verloting met koffie
  • Nou nou
  • Grapje
  • Een grote paling
  • Schoon
  • Drop
  • Een oud mopje
  • Wat is het nut
  • Een zwerfhond
  • Waar aan vasthouden
  • Ho maar
  • Welke trein
  • Hielke Zweed
  • Grootbeeld TV
  • En daar lagen we
  • Een droom
  • Een lekkere pruim
  • Auke Wiebes
  • Zuiderzee als vreugdebron
  • De stadsbel
  • De laatste drop is de boterknop
  • Drie verhaaltjes over koppigheid
  • Filmopnamen
  • Een scheldende haan
  • De oude schicht
  • De Pluimveehouder
  • Hondenkar
  • In octaaf flugger
  • Vrouwe justitia
  • De kostkokeploech
  • It hoentjen en in boazig wief
  • It Spoak op 'e Hon
  • Een poep verhaaltje
  • In bornegrapjen/Een kindergrap
  • Ame Gijs
  • Geld stinkt niet
  • Niet een ieder is slecht
  • Ode aan het toilet
    Foto

    "Er bestaat geen enkele reden om niet gelukkig te zijn, maar we bedenken wel duizenden excuses. " Auteur: Bert Hendriks
                       
    ***
    "Niets is linker dan voor rechter spelen." Auteur: Carla Pols
                       
    ***
    De eerste dode in elke oorlog is het gezond verstand." Auteur:A. den Doolaard, schrijver.
                        ***
    "Van een schouderklopje is nog nooit iemand geblesseerd geraakt." Auteur:Leo Beenhakker, voetbaltrainer.
                       
    ***
    "Verschans u in tevredenheid, want dat is een onneembare vesting." Auteur:Epictetus
                       
    ***
    "Dromen kan een mens alleen, maar leven kan hij slechts met anderen." Auteur onbekend
                       
    ***
    Wees een zonnestraal, je medemensen hebben er behoefte aan." Tegeltekst
                       
    ***
    "Ik mokte omdat ik geen schoenen had, totdat ik een man tegenkwam die geen voeten had." Chinees gezegde
                       
    ***
    "Zo lang ik leef wil ik sterven van geluk." Auteur: Harrie Jekkers, Nederlands cabaretier en schrijver
                       
    ***
    "Wat u weggeeft, verliest u niet." Auteur:Pater Henry de Greeve, Nederlands katholiek priester
                       
    ***
    "Het is beter een kaars te ontsteken dan te klagen over de duisternis." Chinees gezegde
                       
    ***
    "Wie slechts droomt over morgen, verspilt vandaag." Auteur:Billy Joel
                       
    ***
    "De kleinste daad van vriendelijkheid is meer waard dan het grootste voornemen." Auteur: Onbekend
                       
    ***
    "Het goede woord op het juiste moment is als een gouden appel op een zilveren schaal." Bijbeltekst
                       
    ***
    "Van een schouderklopje is nog nooit iemand geblesseerd geraakt." Auteur:Leo Beenhakker
                       
    ***
    Er is maar één religie. Dat is de liefde. Eigen spreuk
                       
    ***
    "Dromen kan een mens alleen, maar leven kan hij slechts met anderen."Auteur onbekend
                       
    ***
    "Laat Kerstmis gebeuren diep in je hart, opdat de liefde moge branden als een zon in de kerstnacht, sterk genoeg om heel het nieuwe jaar te verlichten." Auteur:Phil Bosmans
                       
    ***
    De vloed tilt alle schepen op. Auteur: Wijlen president Kennedy
                       
    ***
    We meten alles met onze maten. Maar wist u dat slechts 19% van de wereldbevolking blank is. Auteur onbekend
                       
    ***
    De hoop sterft als laatste. Russisch gezegde
                       
    ***
    Ga nooit hen zonder te groeten. Ga nooit heen zonder een zoen. Wie het noodlot zal ontmoeten, kan het morgen niet meer doen.

    Ga nooit weg zonder te praten. Dat doet soms een hart zo pijn. Wat je s’morgens hebt verlaten, kan er s’avonds niet meer zijn. Auteur onbekend
                       
    ***

    Hylpen likje stea oen it Yselmor
    mijn
    Welkom in Hindeloopen. Welkom bij mijn digitaal boek over Hindeloopen.


    mijn

    Hindelooper volksverhalen

    Zie ook andere blogs in linker kolom

    Ik wens u veel kijk- en leesplezier


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een sterk staaltje

    Een sterk staaltje

     

    Een ouder iemand die bekend stond om zijn sterke verhalen vertelde het volgende:

     

    Ik was op de fiets naar Workum (6 km vanaf Hindeloopen) en ging in de namiddag weer terug naar Hindeloopen. Net buiten Workum zag ik wel aan de lucht dat er weinig goeds aan zat te komen. Dus trapte ik  uit voorzorg flink door. Maar al hoe ik mijn best ook deed, de inkt zwarte lucht kwam steeds dichterbij. Die bleef me zogezegd achtervolgen. Dus nog maar sneller fietsen dacht ik. En ik kan jullie zeggen ik kon de bui maar ‘net’ voor blijven. Toen ik in Hindeloopen aankwam was achterspatblad van mijn fiets nat maar ikzelf  had geen drup gehad.

     

    Bron: In Hindeloopen algemeen bekend dat dit ooit eens verteld werd door de Smôk.

    Elders in dit blog meer sterke belevenissen van de Smôk.

     


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De verdwenen melk



    De verdwenen melk die toch op zijn plaats stond

    In de oude kern van Hindeloopen staan nog een viertal (stelp) boerderijen. Nu worden deze boerderijen niet meer gebruikt als boerderij maar hebben inmiddels een andere functie gekregen.  De huidige bezwaren van een boerderij midden in de gemeenschap waren toen niet aan de orde.Het bracht in zekere zin ook een stuk gezelligheid en activiteit in  het stadje. Nadeel van ’t boeren  te midden van vele andere mensen, was dat er ook wel eens vreemde dingen gebeurden.  Zo gebeurde het eens dat op een ochtend de melk van boer die hij ‘s avonds buiten had gezet de andere ochtend spoorloos verdwenen was.

     

    Het was in November. De koeien stonden nog niet zo lang op stal. De melk, die zoals toen gewoon was in melkbussen werd afgeleverd, werd inmiddels één keer per dag opgehaald. (in de zomer periode werd de melk 2x per dag opgehaald) Net zoals iedere boer toen deed had ook de boer in dit ware verhaaltje de bussen met melk van de vorige avond netjes buiten gezet zodat de melk niet werd besmet met onwelriekende geuren uit de stal. De volgende ochtend gebeurden er echter raadselachtige dingen daar bij de boerderij die nabij de haven van Hindeloopen stond. ’s Ochtends rond een uur of vijf ging bij de boer de wekker af om naar de stal te gaan. Na een verkenningsronde door de stal werd de schuurdeur geopend om even rond te kijken of ook buiten alles was zo het hoorde te zijn. Na enkele verkennende blikken miste de boer tot zijn grote verbazing de melk van de vorige avond. In de vaste overtuiging dat hij de vorige avond de melk toch vlak naast de schuurdeur had neergezet keek hij nog eens en nog eens om zich heen. Maar al wat hij zag, geen melkbussen.Waarschijnlijk aan zich zelf twijfelend verdween de boer, in zich zelf pratend, weer in de stal. Maar dat duurde niet zo lang. Enkele ogenblikken later kwam de boer weer te voorschijn. En gezien hij gekleed was in een dikke jas was het doel van zijn missie kennelijk het zoeken van het “witte goud” van de vorig avond. Met ferme passen en vast van plan de verdiensten van de vorige dag te vinden stapte hij richting Nieuwstad. Maar plotseling halfweg de oprit van de boerderij bleef de boer verbaast staan  en keek achterom. Tot zijn stomme verbazing stonden vlak buiten de schuurdeur  nu wel de bussen melk waar hij naar op zoek wou. Hoofdschuddend en zichtbaar verbaast controleerde de boer of de melk er nog in zat en ging vervolgens weer naar binnen om verder te gaan met de gewone werkzaamheden. Ik denk dat de boer tot aan de dag van vandaag nog steeds aan zichzelf twijfelt.  

     

    Maar hoe zit het nu? Had boer de slaap nog niet goed uit en in eerste instantie melkbussen met de melk erin over het hoofd gezien of is een andere verklaring voor deze tijdelijke verdwijning van de melk?

     

    Verklaring:

     

    Twee (jonge) mannen uit Hindeloopen hadden op zekere avond ergens een feestje gehad. Dit feestje was nog al uigelopen en werd in de kleine uurtjes afgesloten. Ondanks het al laat was maakten de mannen, voor ze huiswaarts keerden, op de late avond of beter gezegd de vroege ochtend nog even een ommetje over de haven. Net toen ze de betreffende boerderij passeerden zagen ze dat het licht in slaapkamer van de betreffende boer aanging. De gewoontes van elkaar goed kennende wisten  de mannen dat de boer binnen enkele ogenblikken naar buiten zou komen om het weer van die dag te aanschouwen. En wetende dat de melkbussen bij de schuurdeur stonden kwamen de mannen op het idee om die melkbussen, voor de boer naar buiten kwam, te verstoppen en de reactie van de boer af te  wachten. Stil werden de melk bussen zonder dat de boer, die zich nog moest aankleden en eerst nog naar de stal moest gaan, het merkte werden de bussen van de oprit  opgehaald en achter de nabij gelegen basaltmuur verstopt. In afwachting van de boer zijn reactie verstopten ook de beide mannen zich. Toen de boer na de vermissing van de melk de stal in ging om zijn jas te halen werden de bussen door de beide mannen weer snel op de plaats gezet waar ze de hele nacht hadden gestaan.

    Bron: Waar gebeurd:

     


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Die goede oude tijd?

    DIE GOEDE OUDE TIJD (?)

     

     

    Wie voor een dubbeltje geboren is

    zal nooit een kwartje worden

     

    In het begin van de twintigste eeuw woonden in de in dit verhaaltje bedoelde stad ongeveer twee duizend mensen. Het waren over het algemeen visserlui, ambachtslieden, boeren en zoals men ze toen noemde vele dagloners. De meeste bewoners moesten hard werken voor hun dagelijkse bestaan. Van enige luxe was dan ook meestal geen sprake. In feite leefden velen een armoedig bestaan. Anders was dit bij de burgemeester van dit stadje. Hij was, zoals toen veelvuldig voorkwam, van adel. Uiteraard woonde hij in een groot, en voor die tijd een luxe, huis. En het werk werd natuurlijk gedaan door knechten en dienstmeiden. En een jachtopziener voor de jachtpartijen was een vanzelfsprekend­heid. Los van het grote huis, waar hijzelf met zijn huishoudster woonde, bezat hij nog verschillende huizen en een drietal boerderijen met land. Ook had hij vele gouden en zilveren sieraden en gebruiksvoorwerpen in huis. Dit alles en het feit dat  hij burgemeester was gaf hem de nodige status, respect, en het kon natuurlijk niet anders, ook de nodige macht. En dat hij trots was op zijn status en rijkdom blijkt uit de volgende anekdote.

     

    De huizen en de drie boerderijen werden verpacht. Ook leende hij af en toe wel eens geld aan burgers. Maar zoals valt te begrijpen moest, dit inclusief  rente, worden terugbetaald. Deze rente en andere voorwaarden werden uiteraard bepaald door mijnheer de burgemeester. Ook de hoogte van de pacht van de huizen en de boerderijen werd naar zijn goeddun­ken vastgesteld. Van pachtwetten en pachtbescherming had men toen nog nooit gehoord. Vaak was de pacht of de aflossing echter moeilijk op te brengen voor de pachter en de burgers. Er moest het hele jaar hard voor worden gespaard. Alles werd zogezegd met dubbeltjes en kwart­jes bijeen gespaard. Nu waren er in die tijd geen bankrekeningen e.d. waar elke week of maand een bepaald bedrag op kon worden overgemaakt. Nee, alles werd in klare munt bijeen gespaard en thuis bewaard tot men op het einde van het jaar het gehele bedrag bij mijn­heer de burgemeester kon brengen.

     

    Anekdote:

    Een boer, die veel pacht moesten betalen, hadden op het eind van het jaar 2 emmers vol kleingeld klaar staan. Hangend aan een juk bracht hij,  met zekere trots,  deze emmers vol geld bij de burgemeester. Want ondanks dat hij het geld moeilijk kon missen was  hij trots dat hij het geld weer bijeen had gekregen. Dit hield voor hem in dat hij de boerderij waarschijnlijk nog een jaar kon pachten. Maar zeker was men daar echter nooit van. Als er toevallig iemand anders bereid was meer pacht te betalen werd vaak de pacht per omgaande opgezegd.

     

    Na telling van de emmers vol geld door mijnheer de burgemeester mocht (moest) de pach­ter de emmers leeg gooien in een lege bedstee die dienst deed als een soort geldla.

     

    Of deze bedstee nu werkelijk een grote geldla was of een soort etalage waar de burgemeester zijn rijkdom  toonde laat ik aan een ieder zijn fantasie over. Wel staat voor mij vast dat, mede gelet op andere verhalen van armoede uit die tijd, de welvaart  toen slecht verdeeld was.

    Bron: Dit verhaal berust gedeeltelijk op fantasie. Maar tevens zijn er vele waarheden, welke mij uit overlevering verteld zijn, in dit verhaal verwerkt.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een sterk verhaal

    Een sterke leugen

    Na wereld oorlog 1940-1945 deed de bromfiets in Nederland zijn intrede. Die eerste bromfietsen werden doorgaans doormiddel van wieltje  aan de motor aangedreven. Dit wieltje  kon dan doormiddel van een hendel op het grote wiel van de fiets/brommer gedrukt worden. De Solex  was wel één van de bekendste merken. Deze had de moter en het aandrijfwieltje op de voorband. Diverse andere merken pasten dit principe op achterband toe.

    Een in Workum wonende visserman die  samen met een Hindelooper visser werkte had zich voor zijn dagelijks reis van Hindeloopen naar Workum en visa versa ook zo’n brommobiel aangeschaft.  Nu is bekend dat er in de leugenbank van Hindeloopen soms sterke verhalen worden verteld. Zo ook het volgende  verhaal van  deze visserman uit Workum.

    Gisteren na het werk reed ik op mijn brommer naar Workum. Een eindje voor Workum, nabij de Nieuwlander molen, merkte ik dat mijn brommer wat vreemd deed. Ik stopte en ging op onderzoek uit wat er aan de hand was. Al snel viel het mij op dat ik boogie verloren was. Dus de brommer snel gekeerd en terug richting  Hindeloopen. En ja hoor, op de nabij  haven van Hindeloopen vond ik mijn boogie op straat. Nadat ik deze er weer ingedraaid had liep de moter  weer als vanoud.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zwaardgevechten

                                   De strijd der volkeren

    Midden twintigste eeuw  waren, net als in diverse andere plaatsen, ook in Hindeloopen een openbare- en een christelijke school. En net als in andere plaatsen was, ondanks dat de kinderen veel met elkaar speelden, er een zekere competitiestrijd tussen de scholen. Ook in het kinderspel kwam dit naar voren.


    Zo was er in een bepaalde periode zogenaamde nagespeelde zwaard gevechten uit de riddertijd rond de jaren zestig zeer populair bij de kinderen in Hindeloopen. Er werden dan gevechten met houten zwaarden nagespeeld tussen de openbaren en de christelijken. Een handige jongen, die ik hier maar Klaas zal noemen, maakte in zijn vaders kleine werkschuur doorgaans de houten zwaarden. Voor 10 centen verkocht hij die dan aan de beide strijdende partijen. Wat niemand wist was dat hij de zwaarden bestemd voor de christelijken onder het handvat voor de helft  inzaagde. Het gevolg was dat hij na een gevecht weer nieuwe zwaarden aan de christelijken kon verkopen en openbaren, waar hij zelf toe behoorde, het gevecht doorgaans wonnen omdat hun zwaarden beter bestand waren tegen de zware klappen.

     


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Klik op Bijlage Staat altijd bovenaan

    Bij gebruik van gegevens van deze blog wordt naamsvermelding op prijs gesteld.

    Let op!  Let op!

    Blog gewijzigd. In linker kolom diverse nieuwe links

    Klik op bijlage voor een toelichting op Hylpen Likje Stea oen it Yselmor.

    Bijlagen:
    1Toelichting in bijlage.pdf (173.9 KB)   


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een wandeling over de dijk
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een wandeling over de dijk is verplaatst naar mijn blog 'eigen verhalen'. Zie mijn blogs in linker kolom.


     


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Brand en storm als teken van God.

    Een verhaal over een Hindeloper  visser, die in 1701 een gedicht maakte over de najaarsstormen op de Zuiderzee. Dit verhaal is afkomstig van de website van J.Spanjaard. Zie link onderaan verhaal.

     

    Hindeloopen

     

    De geschiedschrijver Andreas Tiara vertelt in zijn beschrijving van katholiek Friesland dat de katholieken van Hindelopen die in 1700 nog 10% van de bevolking uitmaakten, welgesteld waren en temidden van de protestanten in vrijheid leefden. Achter het huis van de pastoor in de Burren hadden zij een eigen kerkje ingericht en ofschoon volgens de wet dit niet zichtbaar mocht zijn vanaf de straat, hadden zij op het dak een houten klokkentorentje gezet. Voorspoed en rust kunnen nu heel gemakkelijk voor bepaalde mensen nadelig worden. Dit was het geval met de katholieken van Hindelopen, die zich geen opofferingen behoefden te getroosten om hun geloof te beleven maar ook in zekere zin

    met de gehele burgerij van het kleine handelstadje dat in de 18e eeuw tot grote bloei was gekomen. Van verschillende zijden werd men gewaarschuwd om op zijn hoede te zijn en in de trant van die tijd voorspelde men, dat Gods toorn zou komen ovèr een volk dat niet meer ijverig was. Deze ernstige woorden door dominees en priesters uitgesproken maakten speciale indruk op de vissers. Men bracht allerlei gebeurtenissen in verband met de straffende hand Gods en bij de haven werd er lang over gepraat. Vooral de sterke najaarsstormen van 1701, die de Friese kust teisterden, werden beschouwd als een geesel van God.

     

    Een visser heeft dit opgetekend in een lied, een primitief stukje volkskunst dat in de huizen aan de haard werd voorgedragen. De beschrijving begon met het verhaal van de brand in het katholieke kerkje. Reeds een week lang was het stormweer geweest: de dijken hadden het hard te verantwoorden en hier en daar sloegen de golven over de dijkrug heen het land in. De katholieken waren op zondag 16 oktober naar de kerk gegaan om voor beter weer te bidden maar ze waren nog niet genoeg onder de indruk gekomen van het geweld van de elementen. Onder de hoogmis ontlaste zich boven het stadje een hevig onweer en de bliksem sloeg in in het torentje. Maar de schout, die toevallig in de Burren was, kon de mensen nog tijdig waarschuwen en zo werd een grote ramp voorkomen. Maar laten wede dichter zelf aan het woord: Juist op des Heeren dag zoodat onze pastoor was bezig in de kerk, te stellen Gods woord voor, zoo komt daar in de kerk, een man zeer hard geloopen

    het was onze majoor en deed de kerkdeur open. Hij riep:

    ,,Kom volk kom uit! de toren is in brand!" voorwaar een groote schrik men in de menschen vand.

     

    Omdat men er zo gauw bij was, kon men een grote brand voorkomen door het klokkentorentje naar beneden te halen en daar gauw uit te maken. Maar het was nu eenmaal een zwarte zondag. God wilde de stad waarschuwen! In de nacht liep een schip vlak voor de haven vast. Aan de wal

     

    konden de mensen door het geweld van de golven de noodseinen niet horen. Toen in de vroege maandagmorgen velen op de dijk naar de zee kwamen kijken, zagen ze dit schip in nood. Ze konden echter niets beginnen omdat de zee te woelig was en de branding te gevaarlijk. Voor hun ogen zagen zij het schip jammerlijk vergaan. Aldus beschrijft onze dichter deze gebeurtenis:

     

    Zoodat wij zagen daar matroosjes in de nood en klommen daar omhoog,

    daar kon geen schuit of boot bij haar daar komen niet,

    om haar daaruit te halen en velen door den dood,

    die moesten het duur betalen, wel veertig zielen dan,

    in deze groote nood die op het water daar,

    wegbleven in de dood de anderen, die er nog, toen in het leven waren

    zijn met een stuk van het wrak,gekomen door de baren.

     

    Dit was een tweede teken van God. De zee, waarop Hindelopen betrouwde, kon zich ook tegen de stad keren en daarom moest men de stem van God beluisteren in de woelige baren. Voor zijn stadgenoten deed de visser dit in de volgende verzen: Daar hebben wij gezien, Gods wonderbare werken hoe machtig dat God is, ach laat ons toch opmerken wat middelen dat God ons kan en ook zal om ons te straffen heeft, daarvoor zoo laat ons al van zonden ook opstaan, en ons alzoo bekeeren gelijk ons pastoor het ook, des Zondags ons ging leeren ziet Nahum den profeet, het was kapittel een al in het zesde vers, de tekst was zoo ik meen.

     

    Dit gedicht dat in het begin van de 18e eeuw in Hindelopen herhaaldelijk werd gedeclameerd en gezongen, toont ons van een andere kant de culturele belangstelling van het nijvere volk uit het oude Zuiderzeestadje. In de tentoonstelling in ons museum werd gesuggereerd dat de grootste bloei van de eigen volkskunst moet gezocht worden in het begin van de 18e eeuw. Daar sluit dit merkwaardige vers zich bij aan en leert ons dat ook Hindeloopen niet is achter gebleven bij de eigen dichtkunst rond de Zuiderzee.

     

    Dit verhaal is afkomstig van de website www.spanvis.nl.
    Met toestemming geplaatst op deze website. Zie voor meer verhalen rond de Zuiderzee onderstaande link.

                       Naar www.spanvis.nl.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De penalty's

    De penalty’s

    Naast de reguliere competities, had men vroeger ook al iets wat op het hedendaagse bekervoetbal lijkt. Dit heette dan seriewedstrijden, die op een bepaalde locatie werden georganiseerd en waaruit op die dag ook een winnaar moest komen. Zo deed de voetbalclub Hylpen in de vijftiger jaren eens mee aan de seriewedstrijden in Koudum. Om toch een winnaar voor een gelijk geëindigde wedstrijd aan te wijzen werden dan aan het einde strafschoppen genomen. Vandaag zijn dat voor vijf strafschoppen vijf verschillende personen. Het moet vroeger zo geweest zijn dat deze 5 strafschoppen slechts door één speler genomen mochten worden. Uiteraard is men, indien een vrijwilliger zich aandient, dan ook wat het eindresultaat betreft volledig van deze persoon afhankelijk. Zo ook deze keer in Koudum.  De wedstrijd eindigt gelijk en er moeten strafschoppen worden genomen. In principe voelde niemand hiervoor, sommigen kropen zelfs een beetje weg, maar uiteindelijk was er één die dit karwei wel op zich zou willen nemen. Het was Hinne Mulder. Maar er was wel een voorwaarde aan verbonden. Hij stelde als eis dat hij na afloop op de schouders van het veld zou worden gedragen. Daarmee hadden de anderen weinig problemen. Zij waren bij deze situatie gevrijwaard van enige verantwoordelijkheid. Aldus geschiedde, zo is mij verteld.

    Hinne nam de bal, legde deze op de stip, liep enge passen achteruit en schoot op deze wijze 5 keer. Hierbij zo nu en dan de pet even schikkend om deze op de juiste plaats te krijgen. Echter van de 5 gingen er één naast, één over en één recht op de keeper. Of hij ook op de schouders van het veld is gegaan is mij niet bekend.

    Verteller Wiggert Amsterdam (Wiggert en Bettie)


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De groente boer

    De grienteman
    (grienteman= groente boer)

    Bij de vroegere loodsen van de Gebr. Amsterdam op de Oude Weide was altijd wel iets te beleven. Dan heb ik het niet alleen over de activiteiten, zoals transport en kolenhandel, ook kwam er altijd wel eens iemand langs voor een zakelijk gesprek of een simpel praatje. Waar naar dan altijd wel met een welwillend oor geluisterd werd. Bovendien had Jan Zoethout daar ik de kleine loods naast het huis van juffrouw van Dijk, waar hij de te verkopen aardappels in opslag had. Jan stond dan daar de auto te laden en ging vervolgens zijn weg om ze aan de man te brengen. Zo was ik eens getuige van het volgende.

    Jan is druk bezig de auto te laden en om de hoek uit de steeg komt Jelle Bootsma aangelopen met de buik vooruit.  In de voormalige slagerij van Pieter de Boer had Jelle zijn zaak gevestigd waar hij zich bezig hield met de vishandel. Jelle loopt op Jan toe en spreekt de volgende woorden in de karakteristieke Lemster taal: “Joan hest ut al jeart (gehoord) Se hewve de murdener van die 28 jierige prostituee uut Amsterdan te pakken”

    Jan: ôôh,  ôôh,

    Jelle: “en wiest wol wa de dieder is?”

    Jan:  nea, nea,

    Jelle: “een grientemen uut Fryslan

    Jan: ôôh, ôôh

    Jelle: en wyst wol werom?

    Jan: nea, nea,

    Jelle: omdat su mei ien promme mear ferstjinne as hy mei un hiele karre

    Verteller: Wiggert Amsterdam (Wiggert en Bettie)


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Douwe Brouwer

    Douwe Brouwer

    Douwe Brouwer was een zeer bijzondere man, waarmee altijd wel iets te beleven viel om het na te vertellen. Hij was tot op vergevorderde leeftijd vrijgezel, trouwde dus laat en verloor kort daarna toch zijn vrouw. Douwe woonde in een huis vlakbij de haven en had in zijn levensonderhoud voorzien met vissen op de Zuiderzee en later IJsselmeer samen met zijn broer Wim. Nog later, nadat hij met vissen gestopt was, genoot hij zoals vele anderen een uitkering van de Zuiderzee. Hij kluste er dan wat bij met hand en spandiensten bij zijn zwager Rinnert de Jager in Sneek, die een garagebedrijf had. Ik zal hem mij blijven herinneren als een man met een licht anarchistische inslag, die wel kon relativeren, maar zich niet gewaardeerd voelde. Bij dezen een aantal voorvallen en de daarbij gevoerde gesprekken.

    Medio jaren 60:

    Douwe zit op de basaltmuur op de haven te genieten van het mooie zomerweer, omringd met een aantal jongeren. Kennelijk hadden sommigen zich geërgerd aan het feit dat Douwe een in hun ogen onvoldoende bijdrage leverde aan de gemeenschap maar wel met volle teugen genoot. Een van hen maakte de opmerking dat hij maar weer eens zijn handen moest laten zwabberen. Op het Gea, waar men bezig was de voormalige scheepswerf Vos om te vormen tot een jachthaven stond een dragline een sloot te graven. Douwe wees de jongeren op deze machine en sprak de volgende woorden:

    Sên jimme die jůnge der? Hy dweit oars naat as mar een lik oan jin hendels loeke. Hy graift deis 300 m.  Doat hêwe wy in de triettiger jierren mei 300 man deent. Iek hêv ut jester jitte opmetten. Hy wurket fôr himsem, fôr my en 298 oaren.

    Einde discussie

    Eind jaren 60

    Neef Wiggert (van Frederik en Immetje ) had in die tijd een brommer met een bewust gedemonteerde uitlaat. Hij had verder de gewoonte met name in het weekend dan laat in de avond begin van de nacht een aantal keren een Hylper slagom te rijden. Daarbij uiteraard de nodige decibels producerend, hetgeen uiteraard menigeen uit de slaap hield. Op een zondagmiddag zat Douwe wederom op de basaltmuur met in zijn gezelschap enige andere Hielpers en mijn persoon. Vanuit de richting reddingloods komt neef Wiggert, toen misschien 17-18 jaar aangelopen. En Douwe krijgt hem in het vizier. Naderbij gekomen tegen hem de volgende woorden gesproken:

    Wur wiest vannoate? Iek hev dy mist. Iek looy mar te draeien op de kooye. Iek toat: wur blieuwt ur? Iek mekke my al ungerust.

    Neef Wiggert kleurde en toverde een glimlach op het gezicht. Had uiteraard een dergelijke reactie niet verwacht. Anderen daarentegen maakten zich geweldig boos en dreigden met kraaiepoten op de af te leggen route.

     

    Eind 1973

    De zoveelste oorlog tussen Israel en de buurlanden is uitgebroken. Kennelijk had Nederland te veel sympathie met Israel getoond en wordt door de olie producerende landen met een leverings boycot geconfronteerd. Door de regering den Uyl wordt de distributie van benzine ingesteld. Op een zaterdagmiddag in de leugenbank onder anderen Douwe Brouwer en Hanke Dikkes  met het bekende shagje in de mondhoek. De laatste meent ook een oplossing te hebben voor de dreiging van schaarste voor de benzine, wat toen der tijd misschien 60-70 cent per liter kostte.

    Hanke: “de benzine mut een rieksdaelder de liter koasje, den wod er wol minder rieden”

    Waarop Douwe als volgt reageerde

    Douwe: Ueh, Ueh,  den wod er naat minder, den wod er jitte fule mear ryden. Dot kest toch wol begripe? Den falst op ast ryst en dot wolle  ze allegaer graaig

     

    Zomer 1976

    Het is eens voorgekomen dat Douwe, staande voor de reddingloods, de stelling poneerde dat de meeste masten knapten met weinig wind. Onder de omstanders ging een gejuich op. Hoe kon zoiets mogelijk zijn. Waarbij Douwe nog probeerde zijn stelling te onderbouwen, wat een onhaalbare zaak was. Maar toen, tijdens het skûtsjesilen op de Veenhoop in bovengenoemd jaar, sneuvelden 2 masten. Het was hooguit windkracht 4.  Geen enkel skutsje voer gereefd, wat eerst gebeurd bij windkracht 5. Ik moest direct aan Douwe denken en het onrecht wat hem toen was aangedaan en de hoon die hem ten deel viel.  In dat jaar ging ik dagelijks naar huis en het toeval wil dat ik ’s avonds nog een boodschap in Hielpen had. Naar huis rijdend zie ik op het bankje van de reddingloods Douwe en Oom Siep zitten. Mijn eerste gedachte was dat ik Douwe over dit feit moest inlichten. Ik zette de auto aan de kant en voegde mij  bij het duo en zei:

    Wiggert: Nô Douwe, jê hewve die  altied utlakke mei dat verhoal oer de mesten. Iek hev het jo sem sient. Gin wiend en twa mesten knapt.

    Douwe: Dot hev iek toch altied seit

    Waarop Douwe andermaal zijn theorie uiteen zette, oom Siep aandachtig luisterde en instemmend knikte, daarbij de volgende woorden sprekend:

    Siep: Doe koast wol us geliek hewve

    Hierbij toch nog een slag om de arm houdend en enig voorbehoud makend. Dat pikte Douwe niet en antwoordde:

    Douwe:  Iek hev altied geliek

    Begin jaren 80:

    Op een zaterdagmiddag in het laatst van het december in de leugenbank. Het is stervenskoud en onder het gezelschap ook Douwe. Ik maak en voor hem hoorbare opmerking dat als het zo doorzet en de wind in het noordoosten blijft zitten het geheid winter wordt. Hetgeen hem de volgende uitspraak ontlokt:

    Douwe: Ueh Ueh, ut wod nooit wur winter

    Een dag  later op zondagmiddag wederom in de leugenbank en wederom Douwe aanwezig. Een van de omstanders maakt weer een opmerking over de weersprognose en stelt dat het nooit weer winter wordt. En dan hier weer de uitspraak van Douwe, kennelijk vergetend wat hij daags tevoren had gesteld.

    Douwe: Ueh, Ueh, wy hewve ut wol hend, moarns de haiven uut en iens er kwaelik wur ien komme kenne so fulle ies. As die oare ( hiermee de wind bedoelend ) nei ito oasten droait den ies ut somar gebeurd.


    Verteller: Wiggert Amsterdam (Wiggert en Bettie) 

     


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De vergeten fok

    De vergeten fok

    De zeilsport is eerst in de twintiger jaren van de vorige eeuw bereikbaar geworden voor een groter deel van de bevolking. Daarvoor was het alleen voor de elite. Vooral de 16m2, een ontwerp van Hendrik Bulthuis uit Burgum heeft daaraan bijgedragen. Ook in de dertiger jaren waren er in Hylpen begenadigde zeilers. Ik zal er een paar opnoemen. Foppe Stallmann, Hanke Dikkes, en Piet Amsterdam, de zoon van Harring Amsterdam, die in die tijd de Hindelooper meubelzaak had. Dit in het gebouw waar nu Gauke en Gretha actief zijn. Hanke bouwde zelfs zijn eigen zeilboten.

    Ook is in de dertiger jaren het wedstrijdzeilen op grote schaal begonnen. Met name de Sneek week heeft daaraan een grote bijdrage geleverd. De Sneekweek werd georganiseerd in de derde week van augustus, waarbij dan de woensdag de topdag was. De organiserende commissie had dan de motorboot van Ate Wiggert, genaamd de Volharding, vastgelegd als commissie schip. Dit hield dan in dat Ate Wiggert zich al vroeg in de woensdagmorgen in Sneek moest melden, vervolgens de noodzakelijke zaken moest inladen, waarna vervolgens de tocht naar de Snekermeer volgde. Maar erger nog. Normaliter vertrok men dinsdagmiddag om 14.30 uit Sneek en kwam men om 17,30 uur na drie uur varen in Hylpen aan. Alleen en uitsluitend werden bederfelijke zaken nog gelost. Hierbij te denken aan vlees en ijsstaven die de slagers nodig hadden voor de koeling in de ijskasten. Alle andere zaken, zoals kruidenierswaren en meel voor de bakkers werd eerst op woensdag morgen gelost. In dit geval werd echter tot laat in de avond daags tevoren alles gelost en de volgende morgen vroeg vertrokken naar Sneek.

    Hanke Dikkes had in die tijd verkering met Stien, zijn latere vrouw, die woonde in Heeg. Hanke zou ook op de bewuste woensdag op de Sneekermeer acteren. Echter hij zag een buitenkansje, ging daags tevoren met de zeilboot naar Heeg en had met Ate Wiggert de afspraak gemaakt tijdig op een zekere plaats te zijn, zodat hij verder slepend via Sneek op de Snekermeer kon komen.  En aldus geschiedde. Echter  Tjeerd Dikkes, de vader van Hanke , wilde mede genieten van de prestaties van zoonlief en had met Ate Wiggert afgesproken mee te gaan en was dus ’s ochtends vroeg op tijd op de loswal aan de Zeilroede. Alles liep gesmeerd volgens plan en afspraak. In Heeg aangekomen met de Volharding gooit Hanke een sleeplijntje over en laat zich onbekommerd slepen. Onderweg begint hij de luiken en plunjezakken open te maken en voorbereidingen te maken voor de zeilwedstrijden. Hij is voortdurend onzichtbaar bezig in de zeilboot, opent luiken en sluit ze vervolgens weer. En uiteindelijk resulteert dit in de constatering dat hij een niet onbelangrijk stuk gereedschap is vergeten, namelijk de fok. Een stuk gereedschap zonder het welke je onmogelijk een zeilwedstrijd met goed gevolg kunt afmaken. Een schrik maakt zich van hem meester. Tjeerd Dikkes staat bij Ate Wiggert op het achterdek en hoort de volgende schreeuw:

    Hanke: “fear iek hev de fokke ferjetten” (Vader ik heb de fok vergeten)

    Tjeerd Dikkes , die zich uiteraard ten opzichte van Ate Wiggert daardoor uitermate ongemakkelijk voelde, antwoordde:

    “iek skemje my dat iek dyn faar bin”   (Ik schaam me dat jou vader ben)

    Verteller: Wiggert Amsterdam (Wiggert en Bettie)  


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De lage (te) spoorbrug

    De lage spoorbrug

    Oom  Heije, hij was een broer van Ate Wiggert, is zijn leven lang een rasechte Hylper geweest. Geboren in 1897 was hij het vijfde kind van overgrootvader en overgrootmoeder Pieter en Sietsche. Pieter Amsterdam was in 1884 begonnen met een beurtdienst op Sneek. Zij woonden tot de begin twintiger jaren in het huis van de huidige eigenaar Dirk Obbes. Nadat mijn grootouders daar introkken vertrokken Pieter en Sietsche naar het huis wat stond op de plaats waar nu Aant en Sietsche Blom wonen.

    Verder over ome Heije. Hij begon al op zeer jonge leeftijd als schippersknecht bij schippers uit Hylpen en de rest van de zuid west hoek. Zo was hij o.a. in dienst bij Frerik Blom sr, een oom van Iege en Frerik Blom. Daarna is hij nog jachtschipper geweest in dienst van Anthonie Fokker. Medio de jaren 20 van de vorige eeuw trouwde hij met tante Sientje en zij vestigden zich in Amsterdam waar hij tot eind 1962 actief was als brugwachter. Zoals gezegd is hij altijd een rasechte Hylper gebleven en in de zomer van 1963 verhuisden ze naar Hylpen. Ze woonden op de stadsweide. Ome Heije was een topper in het wedstrijdzeilen en hij deed tot op hoge leeftijd mee als fokkenist in de Sneekweek bij een zekere heer Priester in de regenbogen. Hij zat echt vol van verhalen over oude Hylpers uit het begin van de vorige eeuw en ik hing dan aan zijn lippen. Veel van die verhalen ben ik echter vergeten en daarom zijn ze ook niet meer te reproduceren. Verder had hij iets snaaks, iets ondeugends  over zich. Het volgende voorval is daarvan een voorbeeld.

    Op een zekere zondagmiddag is ome Heije met zijn zoon Piet aan het zeilen op de Morra in de 16m2.  Aanvankelijk was het mooi weer maar in het begin van de middag betrekt de lucht, het gaat al wat miezeren, de wind valt weg  en beiden lijkt het raadzaam om maar huiswaarts te keren. Echter ze beschikken niet over een aanhangmotor.  Geen probleem, ze zijn toevallig dicht bij de ingang van het Jan Broers kanaal. Toevallig komt er een kruiser vanaf de Galamadammen, die ook het Jan Broers kanaal invaart. Ome Heije zegt tegen Piet: “zwaai  maar even met een touwtje, dan neemt de man ons wel even mee”. Aldus gebeurt en beiden maken, nadat de man heeft laten weten naar Hindeloopen te willen, het zich gemakkelijk in de zeilboot gedurende het slepen. Echter bij de Kruislingsbrug aangekomen wordt het even spannend. Met uiteraard gestreken mast heeft de man toch moeite onder de brug door te kunnen. Ome Heije slaat de worsteling, die uiteindelijk lukt  met belangstelling gade. Na het passeren van deze brug zet de man koers naar Hylpen. Ome Heije ziet de situatie met het kennersoog van de vakman en er begint de volgende discussie: Ome Heije:  “hij kan niet onder de spoorbrug door”. Dan is het even een moment stil. Waarop zoon Piet kort daarop antwoord:  “nou dan mag je hem dat wel vertellen”. Waarop ome Heije weer antwoordt: “ben je nou helemaal besodemietert. Wat doe je liever peddelen , bomen of in de jaaglijn? Zoon Piet: “ja als u het zo bekijkt” Ome Heije: “hoe wil je het dan bekijken? Einde discussie

    De twee laten zich rustig door de kruiser slepen. Tot de spoorbrug. Daar begint wederom een worsteling, nu echter zonder het al door Ome Heije voorspelde resultaat. De kruiser keert terug, maakt de sleeplijn los en beiden bedanken de man hartelijk voor de bewezen dienst. Met een verdere sleep van Piet Gerlsma komen ze aan in Hylpen.  

    Verteller Wiggert
     Amsterdam (Wiggert en Bettie) 


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De slager en de pruim
    De slager en de pruimende klant

    Vroeger waren er in Hindeloopen twee slagers. Circa 1960 stopte één van slagers met zij slagerij. Al snel bleek dat de slager die gestopt was moeite had om zijn vrije tijd in te vullen. En de andere iets jongere slager kreeg het, zo ook te begrijpen valt, aanmerkelijk drukker doordat zijn collega gestopt was.

    Nu, de oplossing was snel gevonden. De slager die gestopt was ging enkele dagen per week werken bij zijn ex collega. Voor beiden een prima oplossing. En ondanks dat ze vroeger concurenten waren konden ze het samen prima vinden. En dat ze beide wel 'in' waren voor grapje of geintje kwam hun samenwerking natuurlijk ten goede.

    Een vaste klant die wel hield van een stevige pruim kwam twee of drie keer per week boodschappen doen bij de slager. Nu zal het, met name bij ouderen, bekend zijn dat bij dat pruimen ook de nodige (bruine) vloeistof  vrij kwam wat dan op gezette tijden uitgespugt moest worden. En ja dat was, zo wist de pruimende klant, in een winkel waar soms wel eens  gewacht moest een groot probleem.

    Maar daar had onze pruimer een prima oplossing voor gevonden. Voor hij de winkel in ging haalde hij zijn pruim uit de mond en legde die keurig op een paaltje van een hekwerk tegenover de slagerij. Als hij dan zijn boodschappen had gehaald werd de pruim weer in de mond gedaan. Nu een prima oplossing, zo lijkt het.

    Nu dit vaste tafereel was de beide slagers, die zo ik al vertelde wel van een geintje hielden, natuurlijk ook opgevallen. Dat vroeg natuurlijk om een grap.

    Op zekere dag kwam de pruimende klant weer om boodschappen. En zo als altijd legde hij voor hij de winkel in ging de pruim op het bewuste paaltje. De slager in de winkel trachte hem, toen hij aan de beurt was, met een mooi verhaaltje af te leiden zodat hij niet naar buiten zou kijken. De andere, de ex slager, ging door achterdeur naar buiten en strooide ongezien een flinke hoeveelheid zwarte peper over de pruim  en ging na deze actie ook weer ongezien naar binnen.
     
    Nu u begrijpt de reactie van de pruimende klant denk ik wel toen hij bij het verlaten van de winkel de met peper bestrooide pruim in de mond stak. Die woorden zal ik hier niet herhalen.

    En dat de beide beide slagers krom van het lachen achter de ramen stonden te gluren zal voor u ook geen verrassing zijn zijn.

    Of die pruimende klant ook nog klant is gebleven verteld deze ware anekdote niet.



    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 Verhalen over vissers
    Vissersverhalen

    Bij 'Geschiedenis verhalen' twee nieuwe verhalen over de visserij.

    In het ene verhaal vertelt een visserman uit 1700 over straffen van god.
    Het andere verhaal gaat over vijf generatie's Bootsma's als visserman.

    Klik hier voor het verhaal uit 1700.

    Klik hier voor het verhaal vijf generaties Bootsma.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Twee verhalen van Jan

    Herinneringen van Jan

    Midden in ons mooi stadje stonden vroeger de panden van de plaatselijke vracht vervoerder van de gebr Amsterdam. Als kinderen waren wij daar vaak, deels uit nieuwsgierigheid deels omdat er altijd bedrijvigheid was, te vinden. De vrachtauto`s reden af en aan, en wat konden die mannen dat goed he! Als kinderen hadden wij daar toch respect voor. Deze herinnering aan de Gebr Amsterdam bracht mij bij het volgende ware verhaal:

    De glimlach van Piet.

    Als je met zijn allen in de leugenbank stond en er een bus aankwam was het doorgaans dringen geblazen om te zien hoeveel problemen de buschauffeurs hadden om over de 'Sylsbrege' te komen. Zo ook op een mooie zomerdag toen de leugenbank vol stond met mensen . Er was net een bus gepasseerd die met veel moeite de hindernis 'Sylsbrege' genomen had en de nodige commentaren had opgeleverd. Nog druk napratend over de slechte kwaliteiten van de bus chauffeur komt Piet met een grote vrachtauto aangereden. Hij laat een heel eind voor de leugenbank het gas los om snelheid te minderen en trekt de choke zover mogelijk uit. Op het moment dat de uitlaat van de vrachtauto voor de leugenbank is geeft Piet een extra dot gas. Gevolg: Een grote zwarte walm uit de uitlaat van de vrachtauto die leugenbank enige tijd totaal verduisterd. Je kon even niets meer zien in de leugenbank.

    Terwijl ik dit op schrijf zie ik, alsof het gisteren was, nog die glimlach om de mond van Piet. Ik stikte toen van de rook maar nu nog steeds stik ik van het lachen als ik aan dit voorval denk, zo besluit Jan zijn verhaal.

    Het vest

    Middag`s vanaf kwart voor één loopt de leugenbank vol met mannen in de overal om voor ze weer aan het werk gaan nog even bij te praten en het laatste nieuws uit te wisselen. De ene draagt werkschoenen een ander is op klompen al naar gelang gewenst is bij het werk dat ze doen.
    Maar ook gepensioneerden, netjes in het pak, komen nog even langs voor een praatje.

    Ook Jaap is onder de aanwezigen. Hij draagt een gebreid vest wat ooit eens nieuw is geweest. Brandgaten van het lassen, vet van de schroefassen verbloemen het patroon wat de oorspronkelijk breister met veel moeite heeft ingebracht in het vest. Voor de meeste aanwezigen, die weten dat Jaap werk heeft waarbij schoon blijven nagenoeg uitgesloten is, is dat normaal.

    Een pas gepensioneerde man, keurig in het pak gestoken, denkt daar echter anders over. Deze man kijkt Jaap, om vijf minuten voor één meewarig aan, schud het hoofd en wijst Jaap op de gaten. "Dot lieket ek nergens op wol" (dat lijkt ook nergens op) zegt hij en pakt Jaap zijn vest beet en geeft tussen twee gaten een ferme ruk aan het vest. Ja nu was het zo u begrijpt, geen gat meer, maar een lap loshangend garen. Jaap zegt echter niets en blijft enkel ogenblikken onverstoorbaar kijken naar zijn geschonden vest en daarna naar de man in het nette pak.

    Vervolgens stroopt Jaap de mouwen van het vest, of wat er van over is, op en pakt de man ter hoogte van de biceps bij de mouw van het nette pak, en geeft daarna een geweldige ruk naar beneden zodat de mouw van het nette pak in één keer gescheiden wordt van de jas. En zonder er iets aan toe te voegen gaat Jaap aan het werk omdat de klok inmiddels één uur heeft geslagen en Jaap aan het werk moet.

    Of er daarna nog een bodemprocedure geweest is dat weet ik niet, maar dat het jasje van de man in het nette pak op de bodem van de afval container terecht is gekomen is vrij zeker.

    Of het vest van Jaap dat lot ook heeft ondergaan is nog maar de vraag want laatst zag ik Jaap en ook toen had hij een vest aan. Ik dacht toen, zou dat nog hetzelfde zijn als 30 jaar terug?

    Bron: Zoals uit de verhaaltjes blijkt komen deze verhaaltje van een Jan. Maar u weet ook dat ik in mijn verhaaltjes zelden echte namen gebruik. Of ik in deze verhaaltje echte of fantasie namen heb gebruikt laat ik aan uw fantasie over.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Herineringen aan het (oude) station
    Klik op de afbeelding om de link te volgen 'Herinneringen aan het (oud) station" is verplaatst naar 'eigen verhalen'
    Ook is het te vinden in de blog Geschiedenisverhalen. Zie mijn blogs in linker kolom.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Enkele reis Amsterdam
    En ze heette Greetje.

    Een ongetrouwde en alleen wonende, alom bekende Hylper, liet zich op zekere dag niet, zoals men van hem gewend was, zien op 't Oast. (omgeving van de haven)

    Gezien deze oude vrijgezelle visserman daar dagelijks te vinden was bevreemde dit de andere vaste bezoekers van 't Oast.

    Een buurman van deze bekende Hylper wist te vertellen "hij is ook niet  thuis". "Of", zo stookte hij ongewild het vuurtje op "hij moet dood op bed liggen".

    Of het nu nieuwsgierigheid was of een stukje sociale controle laat ik hier in het midden, maar na enige tijd werd  voor de zekerheid contact opgenomen met een paar familieleden die doorgaans goed op de hoogte waren van "De Hylper"  zijn doen en laten.

    Maar ook die wisten niet waar de bekende Hylper zich ophield. En een inspectie in zijn huis leverde ook al niets op. En ja, u begrijpt dat een ieder op 't Oast zich toch wel enige zorgen maakte, want dit was tegen iedere gewoonte van de bedoelde Hylper in. Normaliter hield hij zijn familie en omwonenden redelijk op de hoogte van zijn doen en laten.

    Rond het middaguur werd het mysterie echter gedeeltelijk opgelost. De plaatselijke stationchef wist te vertellen dat de bedoelde bekende Hylper die ochtend een enkele reis Amsterdam had gekocht en op de trein was gestapt.

    Nu dat was, ondanks dat men nog niet wist wat hij in Amsterdam te zoeken had, toch een kleine gerustsstelling daar op 't Oast.

    Het waarom van een enkele reis is nog steeds een vraag, maar de bedoelde Hylper melde zich de volgende ochtend zoals gewoonlijk op 't Oast.

    En ja, u begrijpt het al: De omstanders wilden wel eens meer weten van zijn reis naar Amsterdam.

    Maar het enige wat hij vertelde was "Ze was mooi en lief en ze heette Greetje".

    Waar verhaal.

    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een waterpas

    Mijn oog is mijn waterpas

    Ten noord-oosten van Hindeloopen ligt circa 30 ha riet- en weiland  wat ontstaan is nadat in 1932 de afsluitdijk is aangelegd waardoor de Zuiderzee IJsselmeer werd. Deze landerijen worden “de Geaën”genoemd. (Gea=Fries en Hylpers voor laag land)

    In de tijd van de Zuiderzee was het daar voor kust ondiep. Bij laag water viel deze strook grond droog. Bij hoog water stond het onder water. Als zal er in die tijd daar enige begroeiing geweest zijn, het was meer een zandplaat dan een kwelder.

    Na de afsluiting van de Zuiderzee in 1932 verdween het verschil in waterhoogten en viel deze kuststrook nagenoeg permanent droog. Alleen bij storm uit het ZW stuwde het water zo hoog op dat deze grond af en toe onder water stond.

    Doordat deze grond min of meer permanent droog viel raakte deze grond al snel begroeit met riet en andere vegetatie. Toen er na de tweede wereldoorlog behoefte was aan landbouwgrond werd in het kader van de “DUW” (Dienst Uitvoering Werken) deze grond circa 1955 in cultuur gebracht. Er werden sloten en greppels gegraven.

    Mede doordat er in de grond nog restanten zout zat en de grond - uitgezonderd de toplaag - in feite uit zeezand bestond ontwikkelden zich daar in de loop der jaren bijzondere planten – o.a. de wilde orchidee en zoutminnende planten – en ontstond er een gevarieerde plantengroei.

    Circa 1970 werd door een aantal maatregels – o.a. geen kunstmestgebruik en niet eerder maaien dan half juni - deze natuurontwikkeling versterkt. Circa 1980 werd het gebied aangewezen al natuurgebied.

    Dit alles was voor de rijksdienst van IJsselmeer polders aanleiding het gebied in kaart te brengen. Alle plantensoorten en het aantal broedende vogels werden minutieus in kaart gebracht. Ook wilde men de hoogten van het land in kaart brengen, want daar kon men weer uit opmaken op welke plaats bepaalde planten het best groeiden en waar de vogels het liefste zaten te broeden. Hiervoor had men, zoals een ieder wel eens gezien zal hebben als landmeters aan het werk zijn, om de vijftig meter een piket paaltje in de grond geslagen. Met behulp van een waterpastoestel vanaf een vast punt kon men nauwkeurig de hoogten in kaart brengen.

    Op het moment dat een man of vier met het waterpastoestel en meetlatten in de weer waren kwam de boer die het land gebruikte ter plaatse. Na zich voorgesteld te hebben vroeg hij wat het doel van de bezigheden waren. Nu dat werd hem keurig uitgelegd.

    Na deze uitgebreide uitleg over het inmeten en het waarom vroeg de boer “hoe lang denken jullie daar mee bezig te zijn”. Na enig nadenken van de man van de rijksdienst die de leiding had, antwoordde hij “ik denk dat, als het wat meezit, wij twee dagen bezig zijn”. “Tjonge jonge” zei de boer, “dat is een dure grap”. “Ik denk dat ik u wel in 15 minuten kan vertellen wat u wilt weten”. Nu u begrijpt dat dit op lachspieren werkte van de universitair geschoolde landmeters. Maar de boer, niet gelijk uit het veld geslagen zei, “geeft mij maar een kaart en zeg maar op welke punten u de hoogten wilt weten”. Na nog enig gelach kreeg de boer een kaart met op een tiental plaatsen een kruisje waar de landmeters de hoogte wilde weten ten opzichte van het punt waar het waterpas toestel stond. De boer pakte de kaart en haalde een stuk potlood uit zijn zak en ging op zijn knieën zitten. Met het gezicht aan de grond, met één oog dicht, zag hij over het wijde land.

    Dit herhaalde hij een keer of tien. En elke keer zette hij bij een kruisje op de kaart het aantal centimeters hoogte verschil. Toen hij klaar was gaf hij de ingevulde kaart aan de landmeters en zei “ga het nu maar nameten en vertel me, als jullie klaar zijn, maar eens hoeveel ik er naast zit.

    Na een week trof de boer de landmeter van de rijksdienst die de leiding had over het project weer. Zonder dat de boer er naar vroeg zei de landmeter, “ik snap er niks van, maar de hoogten die u opgaf klopten aardig. Er zaten in vergelijking met ons meetwerk geen grote afwijkingen in”.

    Nu was het de beurt van de boer om te lachen. Hij zei lachend “ja dat had ik toch al gezegd”. “Als jullie mij gelooft hadden hadden jullie 15 uur x f 20 per uur x 4 man kunnen besparen”. “Ja ja”, mompelde de man van de rijksdienst, “maar vertel mij liever hoe u dat doet”. Och zij de boer “mijn oog is mijn waterpas” en ging met een glimlach op het gezicht verder met het werk waarvoor hij daar gekomen was.

    Wat de boer tot op dit moment dat ik dit opschrijf niet heeft verteld is het volgende:

    Zoals in het begin van dit verhaal al vertelt liep dit land met storm (in de herfst) regelmatig onder water. Vaak was voor een storm het vee al van het land gehaald. Maar bij een onverwachte storm en snel opkomend water kwam het ook met enige regelmaat voor dat reeds een groot gedeelte van het land onder water stond voordat de boer het vee er weg kon halen. Gezien de hoge stukken van het land, waar op zulke momenten het vee stond, het verst weg waren en lage stukken vooraan lagen moest hij dan door het water lopend zijn vee daar weghalen. Door deze tochten door het water wist hij precies het hoogte verschil van het land.

    Conclusie: De boer zijn oog was niet het waterpas, maar het water van het IJsselmeer diende als waterpas.

    O ja, dit natuurlijk niet vertellen aan de man van de rijksdienst van IJsselmeer polders want die gelooft waarschijnlijk nog steeds dat de boer een soort waterpas in het oog had.

    Bron: Waar verhaal want de boer was ik zelf.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Bhagwan
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

                        De Bhagwan in Hindeloopen?

    De Indiase goeroe Bhagwan Shree Rajnees droomde er tijdens zijn leven van een commune op te zetten waar een nieuw mens zou ontstaan: spiritueel en sensueel tegelijk. Zijn commune moest een oase worden van liefde, vreugde, vrijheid en harmonie. Het zou een reis worden van verlichting en zelfontplooiing.

    In de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw ontstonden ook in Nederland dergelijke communes. Ook in de eerste helft van de tachtiger jaren van de vorige eeuw was de beweging van de Bhagwan, die doorgaans gekleed gingen in rode kleren, nog regelmatig in het nieuws. Dit was voor twee Hindeloopers aanleiding om eens te testen hoe snel 'het nieuws' in Hindeloopen rondgaat.

    Hindeloopen, dat in 1225 stadsrechten kreeg en daarmee een zelfstandige gemeente was, werd in 1984 heringedeeld en ging op in de nieuwe gemeente Nijefurd. Hiermee verloor 'het gemeentehuis' zijn functie en werd te koop gezet.

    Op een verjaardag visite, onder het genot van…, was dit voor een paar Hindeloopers aanleiding om eens te testen hoe snel een roddel in Hindeloopen rond ging. Er werd afgesproken dat de ene persoon, die op de plaatselijke jachthaven werkte, tijdens de koffiepauze van half tien zou vertellen dat hij had gehoord dat 'de Bhagwan' het gemeenthuis had gekocht. De andere persoon, een middenstander, zou rond half tien het zelfde verhaal in zijn winkel vertellen.

    En zoals die avond afgesproken gebeurde het. Rond half tien werd het plaatselijke wereld nieuws de wereld in gebracht. En dat dit, gezien er wisselend over Bhagwan werd gedacht, met name in de winkel de nodige discussies opleverde en als lopend vuurtje door Hindeloopen ging zal een ieder duidelijk zijn. Maar dat dit nieuws binnen enkele uren provinciaal nieuws zou zijn werd niet verwacht.

    Om half twaalf die ochtend werd een contact persoon van de provinciale 'Leeuwarder courant',  in Hindeloopen vanuit Leeuwarden gebeld. Zij vertelden dat zij hadden gehoord dat de Bhagwan een pand in Hindeloopen had gekocht, of hij daar ook iets van wist?

    Nu de bedoelde contactpersoon, die ook in het complot zat, speelde de vermoorde onschuld en zei van niets te weten.


    » Reageer (0)



    In deze kolom info over mijzelf en diverse contact mogelijkheden
    Foto

    Foto

    Ik ben Henk Smid en woon in Hindeloopen. Ben gepensioneerd. Mijn  hobby is het verzamelen van verhalen, gedichten, beeld matriaal  en alles wat met mijn geboorteplaats Hindeloopen te maken heeft. Ook schrijf  ik af toe zelf verhaaltjes of gedichten. Graag laat ik door middels van dit blog u mee genieten van alles over Hindeloopen.

    Naast mijn foto mijn logo. Op het loge ziet de beide broers Lyme en Jelle Liemes. Zij waren beiden van "Smid" en hadden een smederij in Hindeloopen.  Zij namen in 1815 beiden de naam Smid aan als achternaam. In het logo smeden de beide broers deze naam.
    Foto

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Dropbox Indien u grotere bestanden (b.v. een leuk verhaal) van uw vaste schijf wilt sturen gebruik dan deze dropbox.

    Druk op onderstaande knop om je bestand naar mij te verzenden.


    Een interessant adres?

    Startpagina !

    Blog als favoriet !



    Laatste commentaren
  • Stadsomroeper (Jan Bielsma)
        op De stadsbel
  • De laatste drop is de boterknop (John)
        op De laatste drop is de boterknop
  • Gastenboek
  • leuk

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Foto

    Eerst een raap, dan een schaap, dan een koe. Zo gaat onze Jantje naar de galg toe.
                      ***
    De waarheid en niets anders dan de waarheid. Helaas, soms is het beter deze niet uit te spreken.
                      ***
    De grote bult is voor de landheer. De restanten zijn voor mij. Dat is mijn winst.
                      ***
    De vloed tilt alle schepen op. (Wijlen president Kennedy)
                      ***
    We meten alles met onze maten. Maar wist u dat slechts 19% van de wereldbevolking blank is.
                      ***
    De laatste drop is de boterknop.
                      ***
    Gelijk hebben is één ding, maar gelijk krijgen is iets anders.
                      ***
    Discussiëren over geloof en politiek geeft koude harten en heette hoofden.
                      ***
    Arbeid adelt maar adel arbeid niet.
                      ***
    Geld maakt niet gelukkig. Maar het wel hebben van geld hoeft ook niet ongelukkig te maken.
                      ***
    Wie meer rechten neemt dan hem toekomt gebruikt het recht van een ander.
                      ***
    Wie zijn gat uit leent moet zelf door de ribben ……
                      ***
    Veel beloven maar weinig geven doet velen in vreugde leven.
                      ***
    Water is net als geld. Het is oneerlijk verdeeld.
                      ***
    Als het tegenzit krijgt een koe geen kalf. Als het meezit kan de stier wel kalf krijgen.
                      ***
    De hoop sterft als laatste.
                      ***
    Iets proberen wat mislukt is beter dan niet geprobeerd en je hele leven lang roepen, had ik het maar geprobeerd.
                      ***
    Ik heb het nog nooit geweten wat goed was, want toen ik jong was wisten de ouden het. En nu ik oud ben weten de jongen het.
                      ***
    Ook een afgesneden tak bot weer uit.
                      ***
    Een geslonken maan wast weer tot vol.
                      ***
    Loon naar werken?
                      ***
    De enige manier om niet te werken is een ander voor je laten werken.
                      ***
    Werken kost helaas veel vrije tijd.
                      ***
    Het geloven begint, waar het weten ophoudt.
                     ***
    Een wetenschap is zeker. Een geloof is wat iemand denkt zeker te weten.
                     ***
    .Als de schuur vol hooi is, de kelder gevuld met aardappels en weckflessen. Het kolenhok gevuld met kolen en brandhoutverzuchtte de boer "Laat nu de winter maar komen. Ik ben er klaar voor".
                     ***
    Arm of rijk, een ieder kan er heel en schoon bij lopen.
                     ***
    Geen mens is onmisbaar. Maar de één wordt wel meer gemist dan de ander.
                     ***
    Trouwen is houen.
                     ***
    Oud worden is mooi, maar oud zijn valt niet altijd mee.
                     ***
    Als je jong bent wil je elkaar niet missen. Als je oud bent kun je elkaar niet missen.
                     ***
    Verliefd worden komt je over. Liefde moet groeien. Maar haat wordt gekweekt.
                     ***
    Iedere baby is zonder zonde geboren.
                     ***
    Brood doet wonen.
                    ***
    Zolang twee kinderen vechten om een snoepje. Zolang zal er oorlog zijn.
                   ***
    Kan niet ligt op het kerkhof. Wil niet ligt er naast.
                   ***
    Een kromme ….. piest ook.
                  ***
    Veel jonge meisjes vinden paardrijden mooi. Maar als ze zelf bereden worden vinden ze het vaak onnozel
    geklooi.
                  ***
    Aan het erf kun je zien hoe het in huis is.
                  ***
    De weg van de minste weerstand is niet altijd beste.
                  ***
    De tijd zal ons leren wie gelijk heeft.
                  ***
    Gelijk hebben is een ding. Maar gelijk krijgen is iets anders.
                 ***
    Wie niet wil gebruikt vaak het excuus"Kan niet".
                 ***
    Een meisje van een jaar of tien uit een grote stad is te logeren bij haar tante in Hindeloopen. Op een mooie dag gaan ze naar het strand. De hele middag speelt het logeetje in het water en het zand. Op een gegeven moment vraagt ze "tante, hoe laat gaat het hier dicht"?
                 ***
    Wie de mens leert kennen, gaat van dieren houden
                 ***

    Neem een handvol droog en ruil zand in de hand. Knijp deze met zand gevulde hand krampachtig dicht. Gevolg; Bijna al het zand glipt u door de vingers en u blijft over met een praktisch lege hand. 

    Neem nu wederom een handvol zand in de hand. Knijp nu deze met zand gevulde hand niet stijf dicht. Houdt de hand ontspannen en span uw vingers niet. U zult merken dat u nu veel meer zand in de hand houdt.

    In het leven gaat het vaak gelijk als met deze handvol zand. Leef krampachtig en u zult merken dat er weinig overblijft. Degene die meer ontspannen leeft, ‘t leven neemt zoals het is, zal in zijn leven meer bereiken en meer plezier beleven.

    Naar aanleiding van een verhaaltje in de Libelle 

                    ***



    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!