Tekstgrootte aanpassen?
Klik op + of -

BLOG ZOOM

In deze kolom info over mijn blog en over Hindeloopen
Foto
Mijn blogs
  • Hylper volksverhalen
  • Gedichten
  • Toen en Nu
  • Geschiedenis verhalen
  • Puzzels
  • Straatnamen in Hindeloopen
  • ????
  • Eigen verhalen
  • Bijnamen in Hindeloopen
  • Foto albums
    Andere interessante links over Hindeloopen
  • Fam Blom GP TV
  • Blog van Anske Smit
  • Uw kerstkalkoen uit HIndeloopen
  • Hindeloopen 1940- 1945
  • Gesproken tekst in het Hylpers
  • Verhalen rond het IJselmeer
  • Wandeling door Hindeloopen
  • Beelden Hindeloopen van waddenacademie
  • Oud Hindelooper maakt scheepjes in de fles
  • Beelden van HWG
    You Tube filmpjes
  • Hindeloopen
  • Belslydjeien
  • IJsbergen-Kruiend ijs
  • RTN Filmpjes
  • Omrop SW
  • Gert Jan Groenedijk
  • Gerke de Jong
  • NCRV Film 1963 Deel 1
  • NCRV Film 1963 Deel 2
  • Sinterklaas intochten Hindeloopen
    Oude polygoon filmpjes
  • Noordzeevisserij
  • Film keuze
  • Bewegende panorama beelden
  • Street view
  • World Panoramic Photograhy
  • Foto
    Foto
    ****Wor iis op earde en laand to viinden-- Dot zok en koninginne het--Jo't iin jer dwaan en leeten-Altiid op rogt en oenrogt let****
    Links op de foto de vlag en rechts het wapen van Hindeloopen. In de lichtkrant het eerste couplet van het volkslied van Hindeloopen. Hindeloopen ligt in het ZW van de provincie Fryslân aan het IJselmeer en is één van de Friese elfsteden. Het heeft een rijke cultuur historie, een eigen dialect en een bijzondere eigen klederdracht.
    Sinds 1225 was Hindeloopen een zelfstandige gemeente. Met de herindeling van 1 januari 1984 verloor Hindeloopen haar zelfstandigheid. Samen met Hemeleumer Oldefaert. Stavoren en Workum vormden ze de gemeente Nijefurd. Per 1 januari 2011 fuseerde Nijefurd met de gemeenten
    BolswardSneek, Wûnseradiel en Wymbritseradeel tot de gemeente Sudwest Fryslan.

    Hoe kom ik Hindeloopen

    Per boot via het IJsselmeer.
    Met de trein via de lijn Leeuwarden-Stavoren.
    Voor een route over de weg  klik op onderstaande link van ANWB routeplanner en de weg naar Hindeloopen wordt u gewezen.

  • ANWB route planner
  • Het weer in Hindeloopen

    Een dagje Hindeloopen? Maar u wilt weten hoe het weer is. De Friese weerman Piet Paulusma vertelt u welk weer er te verwachten is.

  • Het weer met Piet Paulusma
  • Foto
    Foto
    Hierboven de vlag en het wapen van de gemeente Súdwest Fryslan. De gemeente Súdwest Fryslan  is op 1 januari 2011 ontstaan uit een fusie van de gemeenten Bolsward, Nijefurd, Sneek, Wûnseradiel en Wymbritseradeel.  Súdwest Fryslan is gelegen in Zuid West Friesland. De gemeente heeft cica 82.000 inwoners en een oppervlakte van 815,97 km2 , onderverdeeld in 433,09 km² land en 382,88 km² water. Hiermee is het qua totaal oppervlakte de grootste gemeente van Nederland. Als enkel naar de landoppervlakte gekeken wordt moet het de Noordoostpolder laten voorgaan. Voor meer over de gemeente Sudwest Fryslan verwijs ik graag naar onderstaande gemeentelijke website.
  • Gemeente Súdwest Fryslan
  • Foto
    Inhoud blog
  • Twee Sinterklazen
  • Te weinig of te licht
  • Een grote boodschap van een kilo
  • Mopje?
  • Met vlooien op reis
  • SV Hielpen kampioen?
  • Het rijbewijs
  • Een verwarrende familienaam
  • Een gebit als vangst
  • Douche achter de dijk
  • Technische nieuwsgierigheid
  • De maan voorbij varen
  • De aanhangmotor
  • De Verkeerde kerk
  • Spraakverwarring
  • Een sterk staaltje
  • De verdwenen melk
  • Die goede oude tijd?
  • Een sterk verhaal
  • Zwaardgevechten
  • Klik op Bijlage Staat altijd bovenaan
  • Een wandeling over de dijk
  • Brand en storm als teken van God.
  • De penalty's
  • De groente boer
  • Douwe Brouwer
  • De vergeten fok
  • De lage (te) spoorbrug
  • De slager en de pruim
  • 2 Verhalen over vissers
  • Twee verhalen van Jan
  • Herineringen aan het (oude) station
  • Enkele reis Amsterdam
  • Een waterpas
  • De Bhagwan
  • Het roomse leven in Hindeloopen
  • Het kleine paradijs
  • De huisarts
  • Een goede buur
  • Op de pof
  • De buiten gesloten brandweerman
  • Uilke Annes van Hindeloopen
  • Een meisje van tien
  • Ut de leugenbank van 1900
  • De aak met de witte zeilen
  • Onze vriend de politie
  • Een kwestie van fatsoen
  • De Hindelooper Kaaig
  • Het schip met geld
  • Haantje de Voorste
  • De waaghals
  • Een anstige nacht
  • Een sprookje
  • Gemaal
  • Grappen
  • De postbode
  • Paarden op hol
  • Goedkope aardappelen
  • Vogelflappen
  • Een onweersbui
  • De pinksterkronen
  • Mijn visie
  • Dure grap
  • De macht der gewoonte
  • De tijd
  • Hoe waait de wind
  • Politie
  • De vlag op de tonnenpraam
  • Het herstel van een voetbal
  • Het veulen Dorien
  • De Smok
  • Verboden te vissen
  • De witte spreeuw
  • Anekdote Haanmeer
  • De slimste en de dominee
  • It Tontjen om
  • Het Workumer Nieuwland (aanvulling op
  • Slootje springen
  • Een zwevende kiezer
  • Een speciale redding
  • Hekkie
  • Windhoos
  • Een probleem van een politicus
  • Eierzoeken
  • Een waarschuwing
  • Verloting met koffie
  • Nou nou
  • Grapje
  • Een grote paling
  • Schoon
  • Drop
  • Een oud mopje
  • Wat is het nut
  • Een zwerfhond
  • Waar aan vasthouden
  • Ho maar
  • Welke trein
  • Hielke Zweed
  • Grootbeeld TV
  • En daar lagen we
  • Een droom
  • Een lekkere pruim
  • Auke Wiebes
  • Zuiderzee als vreugdebron
  • De stadsbel
  • De laatste drop is de boterknop
  • Drie verhaaltjes over koppigheid
  • Filmopnamen
  • Een scheldende haan
  • De oude schicht
  • De Pluimveehouder
  • Hondenkar
  • In octaaf flugger
  • Vrouwe justitia
  • De kostkokeploech
  • It hoentjen en in boazig wief
  • It Spoak op 'e Hon
  • Een poep verhaaltje
  • In bornegrapjen/Een kindergrap
  • Ame Gijs
  • Geld stinkt niet
  • Niet een ieder is slecht
  • Ode aan het toilet
    Foto

    "Er bestaat geen enkele reden om niet gelukkig te zijn, maar we bedenken wel duizenden excuses. " Auteur: Bert Hendriks
                       
    ***
    "Niets is linker dan voor rechter spelen." Auteur: Carla Pols
                       
    ***
    De eerste dode in elke oorlog is het gezond verstand." Auteur:A. den Doolaard, schrijver.
                        ***
    "Van een schouderklopje is nog nooit iemand geblesseerd geraakt." Auteur:Leo Beenhakker, voetbaltrainer.
                       
    ***
    "Verschans u in tevredenheid, want dat is een onneembare vesting." Auteur:Epictetus
                       
    ***
    "Dromen kan een mens alleen, maar leven kan hij slechts met anderen." Auteur onbekend
                       
    ***
    Wees een zonnestraal, je medemensen hebben er behoefte aan." Tegeltekst
                       
    ***
    "Ik mokte omdat ik geen schoenen had, totdat ik een man tegenkwam die geen voeten had." Chinees gezegde
                       
    ***
    "Zo lang ik leef wil ik sterven van geluk." Auteur: Harrie Jekkers, Nederlands cabaretier en schrijver
                       
    ***
    "Wat u weggeeft, verliest u niet." Auteur:Pater Henry de Greeve, Nederlands katholiek priester
                       
    ***
    "Het is beter een kaars te ontsteken dan te klagen over de duisternis." Chinees gezegde
                       
    ***
    "Wie slechts droomt over morgen, verspilt vandaag." Auteur:Billy Joel
                       
    ***
    "De kleinste daad van vriendelijkheid is meer waard dan het grootste voornemen." Auteur: Onbekend
                       
    ***
    "Het goede woord op het juiste moment is als een gouden appel op een zilveren schaal." Bijbeltekst
                       
    ***
    "Van een schouderklopje is nog nooit iemand geblesseerd geraakt." Auteur:Leo Beenhakker
                       
    ***
    Er is maar één religie. Dat is de liefde. Eigen spreuk
                       
    ***
    "Dromen kan een mens alleen, maar leven kan hij slechts met anderen."Auteur onbekend
                       
    ***
    "Laat Kerstmis gebeuren diep in je hart, opdat de liefde moge branden als een zon in de kerstnacht, sterk genoeg om heel het nieuwe jaar te verlichten." Auteur:Phil Bosmans
                       
    ***
    De vloed tilt alle schepen op. Auteur: Wijlen president Kennedy
                       
    ***
    We meten alles met onze maten. Maar wist u dat slechts 19% van de wereldbevolking blank is. Auteur onbekend
                       
    ***
    De hoop sterft als laatste. Russisch gezegde
                       
    ***
    Ga nooit hen zonder te groeten. Ga nooit heen zonder een zoen. Wie het noodlot zal ontmoeten, kan het morgen niet meer doen.

    Ga nooit weg zonder te praten. Dat doet soms een hart zo pijn. Wat je s’morgens hebt verlaten, kan er s’avonds niet meer zijn. Auteur onbekend
                       
    ***

    Hylpen likje stea oen it Yselmor
    mijn
    Welkom in Hindeloopen. Welkom bij mijn digitaal boek over Hindeloopen.


    mijn

    Hindelooper volksverhalen

    Zie ook andere blogs in linker kolom

    Ik wens u veel kijk- en leesplezier


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verloting met koffie
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    VERLOTING MET KOFFIE

    De jaarvergaderingen van de ijsclub werden zo rond de jaren vijftig regelmatig bezocht door de wijkagent P.Koopmans. Hij kreeg steeds een eervolle opdracht: het trekken van het winnende nummer van de traditionele verloting. De prijswinnaar kreeg een paar fraaie schaatsen mee naar huis. Dat Koopmans in dienstuniform verscheen, had voor hem een vervelende consequentie. De keuze van de consumpties was beperkt. Van een gering alcohol percentage in dranken kon zelfs geen sprake zijn. Dus bestelde hij bij de waard Lammert Steigenga een kopje koffie. Gelukkig wist die als geen ander, wat zijn klanten toekwam. Hij goot eerst een flinke scheut jenever in het kopje en dan kwam daar de koffie overheen. Koopmans liet het zich best smaken en complimenteerde de waard met de woorden “Steigenga, wat heeft u toch weer heerlijke koffie!”

    Bron: Jubileum boekje ijsclub

    Veel meer verhalen en wetenswaardigheden over de ijsclub en winterpret zijn te vinden in het boekje "ijsclub Hindeloopen 125 jaar"


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nou nou

    NOU NOU

    Vier mannen lopen wandelend door de smalle straten van Hinde­loopen. ( in slag om) Om ook anderen de ruimte te geven lopen ze twee aan twee achter elkaar. Net op het moment dat hen een paar dames passeren laat één van de mannen die voorop lopen luid knetterend een wind. Zonder ook maar een spier van zijn gezicht te vertrekken wend hij zijn gezicht naar de achter hem lopende man. Vermanend, en zo luid dat de beide dames het ook nog konden horen, zegt hij “nou, nou Piet een beetje minder kan ook wel hoor”.

    Naar de kleur van Piet zijn gezicht en zijn reactie mag u als lezer raden. Die behoef ik denk hier niet te herhalen.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Grapje

    CIRCUS IN HINDELOOPEN

    Ooit was er eens een keer een circus in Hindeloopen. Maar helaas tot grote schrik van de circus directeur braken op zekere dag een zebra en een olifant los. Bij de pogingen de dieren te vangen sprong de zebra op het Achtvoeten in de Zijlroede. En luttele minuten later liep de olifant via de los en laad pardoes in de haven.

    Hoe kreeg men, denkt u, de zebra weer uit het water? 
    En hoe, denkt u, dat de olifant uit de haven kwam?  




    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een grote paling

    Zie ook Nederlandse vertaling

    IN GRAETEN EEL

    Op ’n môrn betiid farden wy fan Gaest nei Herns. De iends kômen wy wuróm. En twiske Surch en Makkum ( yk rôn yn é lyne, de skipper stoch by ’t roer), skreauwde hy op ees út al syn macht: “Strijk strijk!In tille!”. No he ‘k óm tille tôt, want yk wist wol dot der naat een wêze kôst, yk kôstde wei wol drôgje. Yk rôn mei de aigen nei de grûndeyn é liyne tó hangjen, dot yk gin tille siens hee.

    Gaau opsiend-en ja der wear ’n tille, twors oer de faart. Yk wist fest, dot dy der jitte noait west hee. Mar der haelp niks oen: he wear der nó! Derom gaau de lyne los en der undertróch mei de snikke. Mar het barde? Pas wearen wy der goo ûndertróch of-plof! Der fael de hele tille flak efter ús yn ‘e faart en swemde in heln poas nest ús furt: it wear in graeten eel, tokker as yk sem bin. Hy hee, seaker fôr de aardchheid, syn kop yn de ene en syn stert yn de oare wal stetsen en syn lang lyf as in brêge nei bóppen ômboegd.

    Uit: S van der Kooi, Hinlepper Fortoltjes, Boalssert 1930 (spelling gewijzigd)
    Het verhaal “In graeten eel ” staat ook afgedrukt in het boekje
    ”Monument van de maand” dat handelt over het stadsgezicht Hindeloopen.
    In “Monument van de maand” wordt veel beschreven over de ontwikkeling van Hindeloopen.

    *****

    Ja ja, ik kan het nog sterker vertellen.
    Maar dan moet ik liegen.

    *****

    Nerderlandse vertaling

    Vroeg in ochtend vaarden wij van Gaast naar Harlingen. ’s Avonds kwamen we terug. En tussen Zurich (Fr) en Makkum (ik liep in de lijn om de boot te trekken, de schipper stond aan het roer) schreeuwde hij plotseling zo luid hij kon “strijken strijken! Een brug!” Nu had ik niet aan brug gedacht, want ik wist dat daar geen brug kon zijn, ik kon de weg wel dromen. Ik liep met de ogen naar de grond aan het touw (lijn) te trekken, zodat ik geen brug kon zien.

    Snel opgekeken, en ja daar was een brug dwars over de sloot. Yk wist dat die er nog nooit eerder geweest was. Maar er hielp niets aan, hij was er nu! Daarom snel het touw los en er met de snikke (soort boot) onderdoor. Maar wat gebeurde? Net waren wij er onderdoor of-plof! De gehele brug viel vlak achter ons in de sloot en zwemde een hele tijd naast ons: Het was een grote paling, dikker dan ik zelf ben. Hij had, zeker voor de aardigheid, zijn kop in de ene en de straat aan de andere walkant gestoken en zijn lang lijf als een brug naar boven gebogen.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Schoon

    IK HOUD VAN SCHOON

    Een kar vol boodschappen in de supermarkt halen is een bezigheid wat een ieder regelmatig doet. Zo’n supermarktkar herbergt doorgaans vele soorten levensmiddelen. De langwerpige vierkante gesteriliseerde, gepasteuriseerde pakken met zuivel missen echter in bijna geen kar.

    Velen staan er echter niet bij stil dat deze verpakte zuivelprodukten een natuurproduct is wat door levende koeien geproduceerd wordt. In vroegere jaren lag dit echter heel anders. Toen was de weg van koe tot consument veel directer en herkenbaarder. De boer maakte toen zelf de kaas en boter en verkocht het product vaak rechtstreeks aan de consument. Later werd het kaas en boter maken overgelaten aan de zuivelfabrieken. Maar de melk voor consumptie ging nog heel lang rechtstreeks van koe naar consument. Met name voor de kleinere boer, de zogenaamde koemelker, was dit uitventen van deze melk een welkome aanvulling op de doorgaans lage melkprijzen. Niet zelden was dit uitventen van deze rauwe onbewerkte melk een taak voor moeder de vrouw. En dat dit uitventen op een manier gebeurt dan men tegenwoordig niet als acceptabel zou omschrijven mag wel duidelijk zijn.

    Zo had een boerin, die dagelijks met twee emmers melk bij de deuren langs ging, een vaste klant die voor tegenwoordige begrippen niet al te schoon was. Maar ook het taalgebruik van deze klant, en haar man, was anders dan de boerin gewoon was. Op zekere morgen deed de boerin de deur open (een bel was in die tijd een luxe) en riep zo hard ze kon “VOLK IN”. Maar de enige reactie vanuit de woning was een scheldpartij die niet mis was. Alleen woorden als “smerig tering wijf ik steek je een mes in de donder” en g.v.d. voor en na hoorde zij vanuit de kamer. Het was de boerin door deze woorden al snel duidelijk dat het daar achter de gangdeur weer eens zwaar weer was. Maar om toch haar melk te verkopen riep ze, toen het even stil was in de kamer, nog eens zo hard ze kon “VOLK IN”. Nu had ze meer succes. Na enige ogenblikken kwam de vrouw, gekleed in een smoezelige bloemetjesjurk, nog ongekamde haren, een duidelijk zichtbare loopneus en een vaatdoek die ooit eens wit was geweest in de hand, uit de kamer. Toen ze de boerin bij deur zag staan riep ze tot Pieter, met wie ze enkele nog ogenblikken geleden in grove bewoordingen ruzie had, “och Pieter lieverd hier is de boerin met de melk, wil jij even de pan pakken. Na enig wachten en pratend met de boerin, over mooi weer en lange dagen, kwam Pieter met de pan voor de melk. Toen de vrouw de pan overnam van haar man inspecteerde ze deze natuurlijk eerst of hij wel goed schoon was. Kennelijk was dit onvoldoende want terwijl ze naar de deur liep waar de boerin nog steeds wachtte haalde ze de smoezelige vaatdoek, die ze nog steeds in hand had, met een ferme haal over haar gezicht zodat het vocht wat onder haar neus hing verdwenen was. Vervolgens vouwde ze de vaatdoek binnenste buiten en met de woorden “Ja, ik houd van schoon” haalde ze de vaatdoek door de pan.

    Bron: Uit overlevering


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Drop

    MIJN VADER OP DE HINDELOOPER KERMIS

    Mijn naam is Jochum Douwenga. Ik ben dropmaker bij dropfabrikant Van Slooten in Jirnsum. En verantwoordelijk voor de echte ouderwetse lekkere Oldtimers. En zoals ik altijd zeg: achter elk dropje zit een verhaal. Zo ook achter de Echte Mildzoute Hindelooper Ruitje. Anno 1924.

    Het gaat over mijn vader, Douwe Douwinga, die in 1924 nog een jongeman was en met drie vrienden de Hindelooper kermis bezocht. Het bier vloeide rijkelijk. En in een jolige bui sloten de drie vrienden mijn vader op, in zo’n oude houten plee die toen gebruikelijk was. M’n vader gaf geen kik. Vier uur heeft ie in die plee gezeten. En hij heeft die tijd nuttig gebruikt. Z’n enige contact met de buitenwereld was het kleine ruitvormige openingetje in de deur van de plee. Zou het niet leuk zijn, peinsde m’n vader, als ik nu eens een ruitvormig dropje bedacht. Zout maar niet te zout, dat vinden de mensen vast lekker. Hij drukte z’n oog tegen het ruitje en kon nog net het wapen van Hindeloopen zien op het stadhuis. (Een gouden, galopperende hinde in een groen weiland). Toen was hij er uit. Uit het dropje. Nog niet uit de plee. Een stevig, mildzout, ruitvormig dropje zou het worden. Met de Hinde van Hindeloopen erin. De Hindelooper Ruitjesdrop. Een jaar later was het dropje al een succes. Niet alleen in Friesland maar zelfs in Alkmaar en Delftzijl vond het dropje gretig aftrek. En in 1931 kwam het vijfhonderste blikje de fabriek uit. Een record voor die tijd. Het is dus een eer dit oude recept van mijn vader weer op te pakken, zodat iedereen in Friesland en de rest van Nederland er weer van kan genieten.

    J.Douwinga

    Dropmaker bij Van Slooten


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een oud mopje

    Vooraf: Hindeloopen en Workum liggen hemelsbreed circa 3 km van elkaar verwijderd. Van oudsher is er tussen deze beide buurplaatsen een zekere wedijver die zich uit in het tegen elkaar afzetten.

    DE OOIEVAAR MET EEN HYLPER KIKKER

    Tegenwoordig staat er in de landerijen tussen de rondweg en Hindeloopen een ooievaarsnest. Dit nest is helaas nog nooit bewoond door een ooievaar. In vroegere jaren stond er een ooievaarsnest op de Stadsweide die nu geheel is bebouwd. Dit nest werd tot in de vijftiger jaren van de twintigste eeuw regelmatig bewoond door ooievaars. Dat deze ooievaars niet de hele dag op het nest bleven zitten zal duidelijk zijn. Ze vlogen ook wel eens wat rond door de omgeving.
     
    Op zo’n vlucht zag een ooievaar op zeker moment in een weiland een dikke kikker die onderweg was naar een klein kikkerslootje. De ooievaar, altijd wel verzot op een kikker, ging snel naar beneden en stelde zich verdikt op aan de rand van de sloot. Net voordat de niets vermoedende kikker in de sloot wou springen pakte de ooievaar met zijn snavel de kikker uit het gras.

    Gelijk na het vangen van deze vette hap zocht de ooievaar, de kikker stevig vasthoudend met zijn snavel, het luchtruim weer op. De ooievaar die schijnbaar niet echt honger had at de kikker echter niet direct op. Met de kikker in de bek vloog hij eerst een tijdlang rond in de omgeving. Na een minuut of wat zo rond gevlogen te hebben vroeg de ooievaar aan de kikker, “wat zal ik doen, zal ik je opeten of zal ik je laten vallen”? Hierop zei de kikker, ”ja dat is moeilijk, maar waar zijn we nu op dit moment”? De ooievaar antwoordde, “we vliegen momenteel boven Workum”. Nu zei de kikker “vreet me dan maar op?


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wat is het nut
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Foto Herma snel

    DE TIJDEN VERANDEREN MAAR DE MENS NIET

    De roeireddingsboot van de reddingsmaatschappij werd vroeger via een z.g.n. slibway in- en uit het water gelaten. Wanneer deze roeireddingsboot precies vervangen werd door een moter aangedreven boot is mij niet bekend. Maar kort na de tweede wereldoorlog 1940-1945 werd besloten de slipwaiy te slopen, daar die overbodig was. Harns de Jong en Bram Poeze, werkzaam bij het waterschap, viel de eer te beurt deze betonnen slipwai te slopen. Omstanders op de haven dachten er schijnbaar anders over. Zij maakten de opmerking:
                                              “het for sin het dot nô”.
                                                  (Wat is nut er van)

    Nu ongeveer vijftig jaar later is de Stichting Stadsherstel met hulp van sponsers bezig deze slipway weer in ere te herstellen. En wat denkt u dat de omstanders op de haven zeggen? Ja inderdaad zij zeggen;

    “het for sin het dot nô”.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een zwerfhond

    EEN ZWERVER

    In onze jeugd, lang geleden dus, was Hindeloopen nog twee politieagenten rijk, die de Hylpers in het gareel moesten houden. Eén van hen was Koopmans, een joviaal en rechtvaardig man. Kortom een ‘pliesje’ waar we respect voor hadden. Dit respect moest hij overigens delen met zijnde Boer gaven er de schuld aan dat hij nooit de baard in de keel had gekregen. Hij kwam veel bij ons over de vloer. Omdat m'n moeder conciërge was van het gemeentehuis. We woonden in het ‘lik­huus’ ernaast, en aan de andere kant in het huisje boven de lndijk, was het kantoor van de gendarme­rie. Mun broer Siep wo gummiestok, die altijd dreigend aan zijn riem bungelde. Ook had hij een wat hoge stem. Mijn vader en Pieter onde in de boerderij Nieuwe Weide 9, waar hij samen met m'n vader ‘boerde’, zoals dat toen heette. Koopmans wist precies wanneer het koffietijd was, en als er meer koffiedrinkers waren, nam hij zijn eigen kantoorstoel mee ‘de praatstoel’ noemde mijn moeder die. Hij vertelde dan dat hij samen met prins Bernard tijdens de mobilisatie aan het front had gelegen. Hij noemde de prins dan ook Bennie. Vandaar dus ons respect, want wie zo close met de ‘royalty’ omging…… m’n moeder vond het maar niks. Dit ter inleiding van het volgende verhaal.

    Het kwam nogal eens voor dat Hylpen bezocht werd door zwerfhonden. Magere scharminkels, ze waren vaak ziek en schurftig, beten naar kinderen en zaten achter de schapen aan. Een gevaar voor de samenleving. Ze werden dan gevangen en door de politie meestal naar de ‘iskepolle’ gebracht, waar ze met een kogel uit de karabijn van hun zwerversbestaan werden verlost. Dat was toen de gewoonste ­zaak van de wereld. Op een dag werd er weer één ontdekt. Een klein mager, ziek en doof hondje. Duidelijk een geval voor Koopmans, was onze conclusie. Na schooltijd werd de zoektocht ingezet. Koopmans had de karabijn al over de schouder. We vonden hem bij het pand Nieuweweg 3, achter huis op de stoep. Daar woonde de ‘koperkruier’, ook wel ‘kopie’ genoemd. ‘t Beestje lag rustig te slapen in het voorjaarszonnetje. De bewoner had nog een schoteltje melk voor hem klaar gezet, maar dit was nog onaangeroerd. We kregen medelijden met het arme dier en wilden hem alsnog wegjagen. Maar het tij was niet meer te keren. Koopmans had hem ook al ontdekt en sommeerde ons, met verhoogde stem, achter in de bleek (tuin) dekking te zoeken, en sloop vervolgens met de karabijn in de aanslag, richting het hondje. Ik fluisterde nog tegen de anderen, dat hij dat van Bennie had geleerd. De aankomende handelingen volgden elkaar in snel tempo op. Op het moment dat de laatste seconden wegtikten voor ons zwervertje, ontdekte de bewoner van het pand, ons achter in zijn tuin! Hij trok de deur open, struikelde over het schoteltje melk en door al die herrie, schrok het hondje wakker en verdween met een noodgang onder de heg door. Koopmans schoot nog twee keer in de lucht en toen “kopie” weer omhoog krab­belde, doken wij onder de andere heg door. We haalden opgelucht adem toen we de vluchteling over het bruggetje zagen wegrennen. ‘s Avonds na het melken, toen ik achter de boerderij de emmers en bussen stond schoon te maken, stond daar ineens de kleine zwer­ver naast me. Ik schonk snel wat melk in een bakje,wat hij dankbaar opslobberde. Aan Koopmans werd niet meer gedacht. Die had zijn kans gehad.

    Bron: Uus Likje Wraald februari 2002.
    Verteld door Jeddie Klaren.

     


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waar aan vasthouden

    WAAR AAN VAST HOUDEN ?

    Wieberen en Aukje waren al een wat ouder echtpaar. Hij was een zwaar gebouwd rustig persoon. Echt het type van ruwe bol­ster blanke pit. Aukje daarentegen was niet op haar mondje geval­len en had overal gelijk een antwoord op. In tegenstel­ling tot het soms leek waren beiden goud eerlijke mensen en zeer gelo­vig. Op zekere dag voeren zij in hun boot , een Skutje, vanuit Hindeloopen op de Indijk richting Koudum. Aukje hield op de voorplecht de boel in gaten terwijl Wieberen rustig zijn pijp rokend aan het roer stond. Even voor Koudum hoorde Aukje plotseling een schreeuw en een vloek vanaf het achtersschip. Gealarmeerd door deze ongebruikelijke reactie van Wieberen nam Aukje polshoog­te op het achterschip. Tot haar grote schrik zag ze haar man een tiental meters achter het rustig door zeilend schip in het water drijven. In paniek en wetend dat Wieberen niet kon zwemmen kon Aukje niets anders bedenken dan Wiebe­ren (geestelijk) een hart onder de riem te steken. Zij riep hem toe; “Oh oh Wiebe­ren lêve, haald dy oan de Here. Den komt ut wol go”. (Oh,oh Wieberen lieverd, houd je aan de Heer. Dan komt het wel goed.)

    Maar schijnbaar was Wieberen het met deze goed bedoelde woorden niet helemaal eens. Vanuit het water antwoordde Wieberen tenminste; “Ferek mar, ik haald mii lauwer oan deze pael”. (Verek maar, ik houd me liever aan deze paal.)


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ho maar

    HO MAAR

    Een vader en een zoon moesten een prikkeldraad hekwerk ma­ken. Met palen, prikkeldraad en een sleg* op de paard en wagen vertrokken zij hiervoor naar het weiland waar het hekwerk gemaakt moest worden. De al wat oudere vader hield de palen steeds recht en de zoon deed het zware werk met de sleg. Hij sloeg keer op keer met fikse slagen de palen op de juiste diepte in de grond. Bij de zoveelste paal pakte deze samenwer­king echter dramatisch uit. Toen de paal, naar vader zijn idee op diepte was, zei hij tegen de zoon “stop maar, zo is het genoeg”. En gelijk met deze woorden lag hij, ten teken dat het echt genoeg was zijn hand op de paal. Maar helaas grote pech, de zoon had de sleg al hoog boven zijn hoofd klaar voor de volgende slag toen de vader dit zei. De sleg kwam met geweld op de hand van de vader. De hier opvolgende reac­tie van de vader zal ik hier niet vertellen. Daar mag u als lezer naar raden.

    * sleg = is een grote houten hamer (ongeveer 5 kg) aan een lange stok waarmee men palen in de grond slaat.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Welke trein

    WAT IS DE JUISTE TIJD ?

    Twee vrouwen uit Hindeloopen hadden afgesproken dat ze op een bepaalde dag bij een zuster in Sneek op visite zouden gaan. Als vervoermiddel werd gekozen voor de trein. Een dag voor de ge­plande visite vroeg de ene vrouw aan de ander hoe laat ze zouden vertrekken. Het antwoord was dat zij met de trein wilde die 20 minuten over acht uit Hindeloopen vertrok. Maar dat was de andere vrouw veel te vroeg. Zij ging liever, zo liet ze weten met de trein die 10 minuten voor half negen vertrok.

    Met welke trein beide dames naar Sneek reisden is me nooit verteld. Wel is me bekend dat dit een waar verhaaltje is.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hielke Zweed
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    DE KWÊK

    In 1992 bestond de ijsclub van Hindeloopen 125 jaar. Ter gelegenheid van dit jubileum werd een boekje uit gegeven. Hierin stonden enkele leuke anekdotes over de alom bekende Hindelooper Hielke Zweed alias ‘DE KWÊK’.

    Hielke Zweed: Een kleurrijk voorzitter.

    Het ziet er naar uit, dat de geest van Hielke Zweed in lengte van jaren boven de Hylper ijsclub blijft zweven. Dat juist hem die eer te beurt valt, komt door twee redenen. In de eerste plaats om zijn intrigerende persoonlijkheid en ten tweede de tijdsomstandigheden. Voor de club was dat laatste heel belangrijk. Zweed was de eerste voorzitter, die in een overgangs periode fungeerde. In het begin der jaren vijftig kwam er nieuw elan in de club. Voorheen zat het bestuur evenmin stil, maar het waren slechts incidentele hoogtepunten. Hoewel in Hindeloopen nooit sprake was van enig standsverschil, kwam er ook een einde aan de bepalende inbreng van de plaatselijke bovenlaag. Bovendien brak er een periode aan met een ambitieuzere opzet van het winterprogramma. Toch komt Zweed niet de eer toe als vernieuwer de geschiedenisboeken in te gaan. Want zijn opvallende rol, waarvan de feiten in het Ijsselmeerstadje nog steeds van vader op zoon worden overgeleverd, kwam, doordat zijn naam regelmatig verbonden werd aan intriges en achterklap. Onnodig, maar de persoonlijkheidsstructuur van Zweed stond nu eenmaal een succesvolle bestuursperiode in de weg. Aan zijn organisatorische kwaliteiten lag het niet. Ook stond hij als lid van de Hylper gemeenschap zeker niet op een zij spoor. Het manco school in zijn contactuele eigenschappen. Populair wist hij zich nauwelijks bij iemand te maken. Zweed was zich dat ook wel bewust, maar hij weet dat aan een voortdurende vorm van miskenning van zijn persoon.

    Dat hij de post van voorzitter wenste te verkrijgen, lag ook in de lijn van zijn eerdere activiteiten.Het was voor hem een uitdaging, om zich een vooraanstaande rol in het Hindelooper bestuursleven toe te eigenen. Voordien gingen zijn voornemens in rook op. Twee pogingen om in de jaren dertig als lijstaanvoerder van een plaatselijke politieke partij een zetel te verwerven, liepen op een fiasco uit. Dat hij in het begin der jaren vijftig werd benoemd als voorzitter van de ijsclub, hield dan ook wel enige risico’s in. Maar iemand, die zich met de nodige ambities naar voren schoof, kon zeker rekenen op krediet van de leden en als hij zich daarnaast nog waar kon maken, werden zijn minder goede persoonlijke eigenschappen op de koop toegenomen. De problemen, die zich zouden aandienen, kwamen vooral van degene, met wie Zweed matig overweg kon. Zij probeerden de visserman- koopman, waar dat maar kon, onderuit te halen. Veel moeite kostte hen dat niet. Zweed wond zich na elke verdachtmaking mateloos op en had geen enkel zicht op het feit, wanneer al of niet serieus aan zijn positie werd getornd.

    Na één jaar voorzitterschap kwamen de eerste problemen al in de openbaarheid. Behoudens de voorzitter waren op één na alle bestuursleden opgestapt. Er werd zelfs gedreigd een tweede ijsclub op te richten. De soep was gelukkig niet zo heet als zij werd opgediend. Uiteindelijk kreeg Zweed weer het vertrouwen van de ledenvergadering die het bestuur tot het aantal voorgeschreven leden aanvulde.

    Daarna trad voor Zweed een succesvolle periode in. De jaarvergadering in 1952 was het hoogtepunt in zijn bestuurscarrière. Hij werd grote meerderheid van stemmen voor een nieuwe ambtsperiode benoemd. Eén der aanwezigen vergeleek zijn optreden zelfs met kapitein Kurt Carlsen van de Flying Enterprise.( Kurt Carlsen was een legendarische kapitein die zijn zinkend schip niet wenste te verlaten) De voorzitter kreeg namens de vergadering als symbool voor zijn betoonde ijver een gele dahlia op de borst gespeld. Volgens de notulist was de voorzitter zo ontroerd, dat hij ”geen genoeg woorden van dank kon uitspreken.

    Helaas voor Hielke Zweed bleven verder hoogtepunten uit. Donkere wolken pakten zich samen. De jaarlijkse bijeenkomst van 1953 werd namelijk voor hem een traumatische ervaring. Aanvankelijk leek er niets aan de hand te zijn, want tijdens het eerste gedeelte zette de voorzitter de vergadering moeiteloos naar zijn hand. Maar tijdens de pauze liep het helemaal mis. De zaaleigenaar had via een bandrecorder de openingsrede van de voorzitter opgenomen. Volgens de notulen draaide de gastheer tijdens de pauze de rede weer af met daarbij

    ”vele vreemde bijgeluiden, van hanengekraai”. Een zwaardere belediging kon men de voorzitter niet aandoen.

    Volgens de overlevering moest Zweed zich op een avond tijdens de Tweede Wereldoorlog hals over de kop in veiligheid brengen voor de bezetter toen, hij zich niet aan de regels van de “Sperrzeit” (voor een bepaalde tijd niet meer op straat mogen zijn) hield. Hij verstopte zich op het erf van boer Ykema in een kippenhok. Dat hij met dat feit altijd weer werd geconfronteerd, viel hem zwaar. Een van de ijsclubleden was er kennelijk in geslaagd, ongemerkt bij de opnamen de gewraakte geluiden in te spreken.

    De opzet van het anonieme lid slaagde helemaal. De stemming in de bijeenkomst sloeg helemaal om. De voorzitter weigerde nog een woord uit te brengen en gaf de leiding over aan de secretaris. Zweed hervond zich pas weer tegen het einde van de vergadering. Tot opluchting van de zaal was hij in staat het slotwoord uit te spreken en iedereen welkom thuis te wensen. Tevens wenste hij de extremistische kraaiers succes. Dit incident werkte nog lang na. De secretaris vroeg zich in het verslag af, of de dissidenten op deze wijze zouden “proberen de ijsclub over de kop te gooien. Maar neen, als stonden er honderd samen, Zweed is en blijft daarom voorzitter! Zelfs de redacteur van de “Friso” merkte dat de emoties naar aanleiding van de historische vergadering hoog waren opgelopen. Twee correspondenten boden een verslag aan. Om beschuldigingen van partijdigheid uit te sluiten, werden ze beide geplaatst.

    De rampspoeden voor Zweed bleven gestaag doorgaan. In de december vergadering van 1954 was het weer de beurt aan de voorzitter voor de periodieke aftreding. Er voltrokken zich verrassende ontwikkelingen. De Mede-bestuursleden zagen weinig heil in een herverkiezing van Zweed. De leden lieten hem eveneens als een baksteen vallen, waardoor hij merkbaar teleurgesteld zijn afscheidsrede afstak. Lyrische bewoordingen doorspekten zijn rede: “ De broek is geknipt. Of ze te nauw is of te wijd, dat zal later blijken!” Zweed zag dus een complot om zijn invloed op het ijsgebeuren te breken. Maar het is redelijk te veronderstellen, dat zich vooraf wel het een en ander moet hebben afgespeeld, dat verhoudingen in het bestuur hadden verziekt. Aantekeningen van bestuursvergaderingen, die dat kunnen tonen zijn er helaas niet, Maar het jaarverslag van secretaris bevat enkele passages, die de strubbelingen beschrijven. Het werd Zweed ondermeer aangerekend, dat hij bij de prijsuitreiking van beljeien ( beljeien=wedstrijd met paarden voor een areslee) schitterde door afwezigheid. Al met al had Zweed met zijn eigenzinnige opstelling, die voortgang van het winterprogramma belemmerde, het ongenoegen van de ijssportliefhebbers over zich heen gekregen.

    Hielke Zweed ging niet bij de pakken neerzitten. Enkele weken later liet hij een ingezonden schrijven in de Friso plaatsen met een aantal pittige opmerkingen. Het valt te betwijfelen of de ex-voorzitter er iets mee opschoot. De redactie bekorte het stuk en schrapte gedeelten, “die met namen en veronderstellingen geen corrigerende pretentie kunnen laten gelden”. Het jaar daarop probeerde hij met een kort ingezonden schrijven de teloorgang van de ijsclub aan te tonen, dat hij enkele afleveringen later zou laten volgen door een stuk in poëtische vorm:

    Als een stuurloos schip,
    met onverstand bevaren,
    Drijft Hielpens ijsclub op de baren.
    De kas is leeg,
    de leden weg,
    Wij hebben hier ook altijd pech.
    De kruik kan lang te water gaan,
    Maar als ie breekt,
    dan heeft de ijsclub afgedaan.

    Of het al dan niet door de publiciteit kwam, Zweed kreeg nog een kans de bestuurlijke top te bereiken, hetgeen wellicht veroorzaakt werd doordat het beleid van het bestuur, ondanks zijn inzet, de achterban niet aanspraak. De vergadering in december 1957 kreeg dan ook een chaotische bestuursverkiezing. Zweed vestigde, tot schrik van de andere bestuursleden, de meeste stemmen op zich. Zij legden zich niet bij de situatie en “degradeerden” hem na onderling beraad tot baancommissaris. Secretaris Wiggert .Y. Amsterdam. bleek het diplomatieke taalgebruik uitstekend te beheersen, want in de notulen schrijft hij dat Reitje Glashouwer tot voorzitter werd benoemd vanwege de hoge leeftijd, die Zweed al heeft. Zweed was voor een voldongen feit geplaatst, vandaar, dat hij de eer aan zich zelf hield. Hij vond, dat het bestuur de reglementen aan haar laars lapte, voelde zich verongelijkt en stelde zijn functie ter beschikking. Zijn hoop een waardig rentrée had hij nog niet opgegeven. Eind 1959 plaatste hij nog een ingezonden stuk in de Friso. Het was even wel zijn laatste stuiptrekking. De respons, waar hij in eerder jaren op kon rekenen ontbrak geheel. Dat zal hem het meeste pijn hebben gedaan. Regelmatig zag hij van uit de leugenbank merkbaar gefrustreerd toe, hoe zijn opvolgers bij ijsfeesten de touwtjes in handen hadden. Zweed’s rol daarin was definitief uitgespeeld.

    Bron: Jubileum boekje ijsclub
    In dit boekje staan meer mooie verhalen


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Grootbeeld TV

    EEN GROOTBEELD TELEVISIE

    Een huis met geopende gordijnen en een kamer helder verlicht met de grote kamerlamp boven de tafel is als je daar in het donker voorbij gaat net een groot t.v.beeld. Op zekere avond werd mijn blik aangetrokken door een dergelijk scherm.

    Ik zag een vrij rommelige kamer met de tafel nog gedekt van het avondeten. De zes kinderen in de leeftijd van zes tot zestien jaar zaten in een halve cirkel naar de t.v. te kijken die in de hoek van de kamer stond. Ergens midden in de kamer lag Kazan de hond en tegen de wand hing een droogrek met een paar onderbroeken die duidelijk als zodanig te herkennen waren. Vader lag met de geruite pet over de ogen en de poes Mieke op de schoot te slapen in de luie stoel. Op de t.v. stond een afwasteiltje gevuld met water. Dit wasteiltje stond daar uiteraard niet zonder doel. Naast de t.v. stond moeder, nagenoeg poedel­naakt, zich te wassen.Wie waar naar keek op die avond dat ik voorbij deze grootbeeld t.v. fiets­te laat ik aan de fantasie van de lezer van dit ware verhaaltje over.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.En daar lagen we

    EN DAAR LAGEN WE

    Jannes was een verstokte vrijgezel van rond de veertig jaar. Niemand had hem ooit met een meisje gezien. Een wandeling met andere leeftijdsgenoten door Hindeloopen was zijn dagelijks uitje. De enige luxe die hij zich zelf permitteerde was een 5 jaar oude scooter.

    Op zeker moment werd echter door vrienden en kennissen sterk getwijfeld aan Jannes zijn vrijgezellen be­staan. De reden van deze twijfel was een verhaal wat Jannes zelf vertelde.

    Jannes.

    “Ja, het is mooi weer”, zo vertelde Jannes. “Ik dacht ik kon wel eens een ritje op de scooter maken.Via Workum en Koudum zijn we naar het Klif gereden. Daar op dat Klif hebben we uiteraard even gestaan te genieten van het uitzicht over het IJsselmeer. Hierna zijn we langs de zeedijk weer naar huis gereden. Maar helaas vlak voor Hindeloopen raakten we in een slip. En ja, jullie begrijpen het al, daar lagen we in het gras tegen de zeedijk”.

    Steeds had Jannes in zijn reisverslag met zekere klem het woordje we gebruikt. Dit en het langer wegblijven dan normaal ­maakte de omstanders natuurlijk nieuwsgierig. Na enige aarze­ling vroeg een van zijn beste vrienden met wie hij dan wel op pad was geweest.

    Na een bedenkelijke stilte antwoordde Jannes: “ Oh, iik en miin skooter”.

    Bron: Waar plus enige fantasie


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een droom

    EEN DROOM

    Het is een warme dag. Tegen het vallen van de nacht kleurt de zon rood. Hij zakt langzaam weg in het rimpelloze water van het IJsselmeer. Als het donker is hangt de warmte van de dag nog steeds in de huizen. Toch sluit ik de gordijnen want de maan aan de vlekkeloze hemel zegt me dat de tijd is aangebroken om te gaan slapen. Maar de slaap wil niet komen. Nat van het zweet lig ik te woelen in mijn bed. Maar dan komt plotseling Klaas Vaak langs. Hij strooit me een schepje zand in de ogen en stuurt me onverbiddelijk naar dromenland.

    In dit dromenland zie ik een wereld, een wereld van vrede en zonder haat. Ja, in mijn droom zie ik een wereld waarin een ieder een ander respecteert en accepteert zoals hij is. En in dit land van mijn droom zie ik mensen die nog geven om elkaar. Daar is alleenstaande niet alleen. Daar wordt de zieke niet vergeten. Daar is nog plaats voor de ouderen en de gehandicapte. Jong en oud zegt elkaar daar vriendelijk goedendag. Geld of status is daar van geen belang. Respect krijgt men daar in dromenland als mens. En wie alleen wil zijn in dromenland wordt met rust gelaten. En wie anders wil zijn mag daar best anders zijn. Dat is in mijn droomland ook geen probleem.

    Maar ik zie in mijn droom niet alleen mensen. Ik zie ook water, heel veel water. En dat water is daar helder en schoon. De mensen delen daar het water met de vissen en vele watervogels. Ook zie ik in droomland groene bomen. En de dieren van het land lopen in groene weiden. De bloemen bloeien in alle kleuren en het riet wuift zachtjes heen en weer door een verfrissende wind. En de vogels hoog in de schone lucht zingen daar in dromenland het hoogste lied. Plots hoor ik een schaap blaten. Het roept in het nachtelijke duister zijn lam. Is dit echt, ben ik wakker of hoort dit ook bij mijn droom. Ik zal het nooit weten want kleine Klaas Vaak gooit me snel een tweede schep zand in de ogen en ik reis verder in dit mooie dromenland.

    Ik open mijn ogen. De ochtendzon schijnt door een kier in het gordijn op mijn gezicht. Ik sta op en open het gordijn. En, ja waar, ik zie weer het land uit mijn droom. Ik wrijf mijn ogen uit en kijk nogmaals uit het raam. Ja, het is waar, ik zie water en een schone heldere lucht, ik zie een toren, ik zie een haven, ja werkelijk waar Hindeloopen is het land waar ik van droomde.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een lekkere pruim
    Klik op de afbeelding om de link te volgen



    Pruim tabak is grof gesneden tabak wat niet gebruikt wordt om te roken maar waar op gekauwd dient te worden.


    ODE AAN DE PRUIM

    In een land, heel ver land
    stond jij op een plantage
    en was de kweker zijn gage
    Uit de oost verzonden naar hier
    werd je blad gedroogd en versneden
    voor menselijk genot en plezier

    KAAS, WORST, PINDA'S, BORRELNOOTJES, OF EEN LEKKERE PRUIM

    Anno 1998 is het algemeen dat een barkeeper zijn gasten af en toe trakteert op een stukje kaas, worst of een snack. Ook een schaaltje met pinda’s of borrelnootjes op de bar is meer regel dan uitzondering. In het begin van deze eeuw was het in Hindeloopen echter de gewoonte dat er in het plaatselijk café voor de vaste stamgas­ten een pot met pruimta­bak op de tafel stond. Na de borrel(s) kon een ieder dan huiswaarts keren met een verse pruim achter de wang. Maar net als tegenwoordig waren er ook vroeger reeds mensen die misbruik van een bepaalde situatie maakten. Wat dat be­treft is er nog niets veranderd in de wereld.

    Een zeker persoon, die ik hier gemakshalve Kees zal noemen, meende van dit royale gebaar misbruik te moeten maken. Elke morgen zo rond de klok van half twaalf ging hij naar het plaatse­lijk café voor een z.g.n. voormiddagje. Hij bestelde dan, dat was vaste prik, 1 jonge borrel. Na deze genuttigd te hebben stond hij op om weer huiswaarts te gaan. Maar dit deed hij natuurlijk niet voor hij een dikke pruim uit de tabakspot had genomen. En dat dat geen kleine pruim was was duidelijk aan zijn bolle wang te zien. Maar die bolle wang was echter maar van tijde­lijke aard. Een­maal buiten werd al snel de koperen tabaksdoos uit de zak gehaald en verdween de vette pruim uit de mond in de tabaksdoos. Zo had Kees, die doorgaans op kleine plukjes tabak kauwde, tot de volgende dag weer voldoende pruimta­bak.

                                      VERWISSELING

    Twee broers uit Hindeloopen, die beiden boer waren, deden veel werk op hun boerderijen samen. Beiden waren ze hartstochtelij­ke liefhebbers van een fikse pruim. Door het verwoede kauwen op de bruine tabak waren hun mondhoeken dan ook meestal ge­kleurd door de tabak. Maar de vrouwen des huizes dachten anders over deze lekkernij. Zij wensten, de in die tijd algemeen gebruikelijke kwispeldoor voor de overtollige sappen van de pruim, niet in huis. Dit had tot gevolg dat er in huis niet gepruimd kon worden. Als het koffietijd was konden de beide broers dan meestal ook maar moeilijk afscheid nemen van hun bruine sappige tabak. Maar daar werd wat op gevonden. Ieder legde zijn pruim netjes buiten in een hoek op de vensterbank. Zo konden ze tot het laatst toe kauwen. En als de koffie op was konden ze gewoon verder kauwen op dezelfde pruim van voor de koffie. Een prima oplossing dunkt mij. Er ging geen pruimtabak verlo­ren en de vrede in huis werd bewaard. Helaas er was een maar bij. Na de koffie wist doorgaans geen van de beide broers wie zijn pruim in welke hoek had gelegd. Maar ja, dat namen de mannen voor lief. Hun zalig genotsmiddel werd niet weggegooid. Regelmatig kauwde na de koffie de één op de ander zijn pruim van voor de koffie.

    Opgemerkt hierbij zei dat de beide broers in goede gezondheid een respectabele leeftijd bereikten.

    Bron: Historisch


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Auke Wiebes
    Klik op de afbeelding om de link te volgen



    AUKE WIEBES




    Nadat Pe­ter de Groote in 1697 Holland bezocht en vele moeite gedaan had, om handwerkslieden,schippers enz. van daar naar Rusland te lok­ken, begon hij in 1703 zijn plan te volbrengen, om aan den mond der Newa eene vesting en stad te bouwen, welke den naam van St. Petersburg ontving. Reeds waren in het najaar de voornaamste deelen der vesting gereed, toen hij verrast werd door het berigt, dat eene groote Hollandsche Fluit zich aan den mond der Newa vertoonde en koers zette om de rivier op te zeilen.

    Men gisse zijne vreugde bij het zien van het eerste schip, dat de plaats naderde, waarheen hij al de scheepvaart en handel van zijn uitgestrekt gebied wilde verleggen! Dadelijk voer hij zelf met zijne sloep het schip te gemoet, loodste het de zandbanken over en bragt het op eene veilige reede.

    De schipper werd voor het huis van Mentschikoff geleid, dat naast het kleinere Zaandamsche huis van den Czaar was opge­trokken. Hij werd ter maaltijd genoodigd, en eerst hier vernam hij, dat hij met den Czaar zelven aan tafel zat, en dat de Vorst de loods was, die hem had binnengebragt. Hier vernam ook deze, dat het zijne Zaandamsche vrienden Calf waren, die dit schip hadden bevracht, om hem dit genoegen te bezorgen. Uitermate was Peter met deze verrassing in zijn schik. De schipper, Auke Wybes van Hindeloopen, kreeg verlof, de lading, bestaande uit zout, wijn en andere waren, geheel tolvrij te verkoopen. De Czaar zelf kocht er een voornaam deel van; de Grooten volgden zijn voorbeeld; de Nederlander deed eene uitstekend goede reis.

    Hij vertrok weldra met Russische waren bevracht, en ontving bij het afscheidsmaal een geschenk van vijfhonderd dukaten; terwijl aan elken bootsgezel honderd rijksdaalders werden uitge­teld. Aan den schipper werd bovendien, bij elk volgend bezoek, eene beloning van honderd roebels beloofd. Aan het schip zelf werden groote privilegiën toegestaan, als: vrijdom van tol, het voorregt van in de haven het eerst geholpen te worden enz. Het bekwam den naam van St.Petersburg en heeft onafgebroken op deze stad gevaren. Het scheen onvergankelijk want het is gevoerd geworden door vader, zoon en kleinzoon, Auke Wybes, Wybe Aukes en Peter Wybes. De laatste werd naar den Czaar genoemd, en stond in latere tijd in bijzondere gunst bij de Keizerin Katha­rina 2. Toen hij, tusschen de jaren 1765 en 1770 oordeelde,, voor zich en de zijnen gelds genoeg gewonnen te hebben en met varen uitscheidde, heeft hij het schip St Petersburg doen slopen, dewijl hij oordeelde dat vreemden geene voordeelen van die privilegien zijner familie mogten erlangen.

    Bron: Woordelijk overgenomen uit
    “Merkwaardigheden van Hindeloopen”
    Deze anekdote, die mij als kind reeds
    vaak is verteld, word van tijd tot tijd betwist.
    Maar waar of niet waar, het is een leuk verhaal


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zuiderzee als vreugdebron
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    DE VOORMALIGE ZUIDERZEE ALS VREUGDEBRON


    Heeft de voormalige Zuiderzee in haar langdurig bestaan veel verdriet gebracht bij scheepsrampen en ellende ver­oorzaakt bij overstromingen, deze zelfde zee was soms daar­naast de schepper van vreugde en bracht soms redding in de nood.

    Vreugde was er toen er op een nacht in 1906 of 1907 “deBatavier” strandde na losgeslagen te zijn van de hem sle­pende “Hunze” op weg van Harlingen naar Amsterdam. De bemanning kon met behulp van enige helpende handen op de glooiing stappen, want bij deze storm was het water hoog en lag de “Batavier” tegen de dijk. Tegen de morgen spoelden de eerste goederen aan, waarmee het schip geladen was, en dat was van alles wat er maar in de handel te koop was. Zwaar beukten de wind en golven tegen en op het schip en het ene luik na het andere moest tegen het geweld der baren zwichten.

    Weldra lag de dijk bezaaid met zakken erwten, bonen, tonnetjes vet, vaten met . . . .ja wat zou daar nu in zitten. Een gaatje met een boo gemaakt bracht uitkomst aan de nieuwsgierigheid en er stroomde uit het vat een rood straal­tje in de klomp, die gauw van de voet was getrokken en nu dienst moest doen als drinknap, want het bleek wijn te zijn. Ouderen en jongeren, allen die bij de stranding aanwezig waren deden pogingen om hun klomp te vullen met het geest­rijk vocht, dat nu onder ieders bereik was, want het kostte deze keer geen halve cent, alleen je moest je beurt af­wachten onder’t straaltje.

    Dat duurde tot dat d e politie er een eind aan maakte, maar toen was het al te laat, want toen de klok negen uur sloeg en het tijd was voor de kinderen om naar school te gaan het, dat velen te diep in de klomp hadden gekeken en meester weinig of niets met zjn leerlingen uit kon richten en genoodzaakt was om ‘t merendel maar naar huis te sturen. Nu na 60 jaar herinneren sommigen zich deze schooldag nog als de dag van gister en vergeten niet om er bij te vertellen, dat er s’ morgens een boer kwam met twee emmers aan een juk om deze vol wijn mee naar huis te nemen, maar dat dit hem werd belemmert alleen om ’t feit dat zo’n onsymphatiek iemand was en men is nu nog verheugd, dat hij met lege emmers naar huis terugkeerde.

    ‘t Was echter niet alleen de wijn waarvan men profiteerde, er was veel meer, en dat vooral de kinderen aanlokte, dat waren de chocoladerepen, die daar bij tientallen aan de dikj voor het grijpen lagen, en vele broekzakken puilden uit van de door het zeewater beschadigde, maar voor die tijd heerlijke repen chocola, want veel kinderen wisten toen nog niet dat er zo veel lekker op de wereld was.

    Evenzo was het in de eerste wereldoorlog, alles op de bonnen en dus niet teveel, meestal was er een tekort aan van alles. Brood werd door moeder toebedeeld en ieder kreeg niet meer dan zijn rantsoen, dat misschien wel voor een zieke of een oude van dagen genoeg was, maar lang niet toe­reikend voor de gezonde jeugd en de hardwerkende bevolking. Vis was er natuurlijk wel maar men heeft dan toch ook wel eens zin in wat anders. Aardappelen waren er ook wel, maar dat was toch zeker geen eten, die waren voor de beesten nog te beroerd en je werd misselijk als deze stinkerds op tafel werden gezet.

    De herfst had zijn intrede gedaan en daarmee werd het weer ook slechter, stormen kondigden zich aan, Na een van deze stormen gebeurde het dat een jutter in de “Leugenbank” kwam met te vertellen, dat er zakken in zee dreven en sommigen al stuk geslagen waren tegen het paalwerk, waarbij bleek dat er meel in de zakken zat. Alles wat lopen kon ging gewapend met touwen en haken naar de opgegeven plaats en werkelijk daar dreven tussen zeewier en andere rommel de zakken met meel. Moeilijk was het echter om de zakken over het paalwerk te hijsen, omdat touw en haken glad werden van het nat geworden drijvende meel, maar zo iets laat je niet drijven en de hongerige maag hielp om de inspanning nog te vergroten en dan met succes. Veel zakken werden er die middag opgevist, maar moesten als strandvondst worden aangegeven op het gemeenthuis. Dat echter niet alles naar het gemeentehuis was gebracht kon je wel ruiken als je door Hindeloopen liep, want overal rook het naar pannekoeken of oliebollen. En als je dan de deur bij sommigen opendeed dan zag je het volgende tafareeltje.

    Moeder stond voor het fornuis met een kleur van het bakken, de kinderen nog niet naar bed maar wachtend op een extra dikke pannekoek, terwijl vader achter de kachel zat te roken met een echte Engelse sigaret in zijn mond, die en passant ook waren aangespoeld in blikjes van 50 stuks.

    Uit: Het boekje ‘REIN BLOM’ (1905-1982)

    Meer verhalen over het leven bij de voormalige Zuiderzee zijn beschreven in dit boekje.


    » Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De stadsbel
    Klik op de afbeelding om de link te volgen



    DE STADSBEL VAN HINDELOOPEN


    Jarenlang zorgde de omroeper met zijn stadsbel dat Hindeloopen op de hoogte bleef van het wel en wee in Hylpen. In de tijd dat er nog geen radio en televisie was en deur aan deur folder nog een dure aangelegenheid was was de bel in feite het enige medium om grote aantallen mensen te informeren. In die tijd, dat men zelf nog in zijn levensonderhoud moest voorzien, was het voor de omroeper in kwestie een leuke (bij) verdienste.

    Sinds de 80tiger jaren van de vorige eeuw wordt de bel nooit meer gebruikt bij gebrek aan een omroeper.


    » Reageer (1)



    In deze kolom info over mijzelf en diverse contact mogelijkheden
    Foto

    Foto

    Ik ben Henk Smid en woon in Hindeloopen. Ben gepensioneerd. Mijn  hobby is het verzamelen van verhalen, gedichten, beeld matriaal  en alles wat met mijn geboorteplaats Hindeloopen te maken heeft. Ook schrijf  ik af toe zelf verhaaltjes of gedichten. Graag laat ik door middels van dit blog u mee genieten van alles over Hindeloopen.

    Naast mijn foto mijn logo. Op het loge ziet de beide broers Lyme en Jelle Liemes. Zij waren beiden van "Smid" en hadden een smederij in Hindeloopen.  Zij namen in 1815 beiden de naam Smid aan als achternaam. In het logo smeden de beide broers deze naam.
    Foto

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Dropbox Indien u grotere bestanden (b.v. een leuk verhaal) van uw vaste schijf wilt sturen gebruik dan deze dropbox.

    Druk op onderstaande knop om je bestand naar mij te verzenden.


    Een interessant adres?

    Startpagina !

    Blog als favoriet !



    Laatste commentaren
  • Stadsomroeper (Jan Bielsma)
        op De stadsbel
  • De laatste drop is de boterknop (John)
        op De laatste drop is de boterknop
  • Gastenboek
  • leuk

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Foto

    Eerst een raap, dan een schaap, dan een koe. Zo gaat onze Jantje naar de galg toe.
                      ***
    De waarheid en niets anders dan de waarheid. Helaas, soms is het beter deze niet uit te spreken.
                      ***
    De grote bult is voor de landheer. De restanten zijn voor mij. Dat is mijn winst.
                      ***
    De vloed tilt alle schepen op. (Wijlen president Kennedy)
                      ***
    We meten alles met onze maten. Maar wist u dat slechts 19% van de wereldbevolking blank is.
                      ***
    De laatste drop is de boterknop.
                      ***
    Gelijk hebben is één ding, maar gelijk krijgen is iets anders.
                      ***
    Discussiëren over geloof en politiek geeft koude harten en heette hoofden.
                      ***
    Arbeid adelt maar adel arbeid niet.
                      ***
    Geld maakt niet gelukkig. Maar het wel hebben van geld hoeft ook niet ongelukkig te maken.
                      ***
    Wie meer rechten neemt dan hem toekomt gebruikt het recht van een ander.
                      ***
    Wie zijn gat uit leent moet zelf door de ribben ……
                      ***
    Veel beloven maar weinig geven doet velen in vreugde leven.
                      ***
    Water is net als geld. Het is oneerlijk verdeeld.
                      ***
    Als het tegenzit krijgt een koe geen kalf. Als het meezit kan de stier wel kalf krijgen.
                      ***
    De hoop sterft als laatste.
                      ***
    Iets proberen wat mislukt is beter dan niet geprobeerd en je hele leven lang roepen, had ik het maar geprobeerd.
                      ***
    Ik heb het nog nooit geweten wat goed was, want toen ik jong was wisten de ouden het. En nu ik oud ben weten de jongen het.
                      ***
    Ook een afgesneden tak bot weer uit.
                      ***
    Een geslonken maan wast weer tot vol.
                      ***
    Loon naar werken?
                      ***
    De enige manier om niet te werken is een ander voor je laten werken.
                      ***
    Werken kost helaas veel vrije tijd.
                      ***
    Het geloven begint, waar het weten ophoudt.
                     ***
    Een wetenschap is zeker. Een geloof is wat iemand denkt zeker te weten.
                     ***
    .Als de schuur vol hooi is, de kelder gevuld met aardappels en weckflessen. Het kolenhok gevuld met kolen en brandhoutverzuchtte de boer "Laat nu de winter maar komen. Ik ben er klaar voor".
                     ***
    Arm of rijk, een ieder kan er heel en schoon bij lopen.
                     ***
    Geen mens is onmisbaar. Maar de één wordt wel meer gemist dan de ander.
                     ***
    Trouwen is houen.
                     ***
    Oud worden is mooi, maar oud zijn valt niet altijd mee.
                     ***
    Als je jong bent wil je elkaar niet missen. Als je oud bent kun je elkaar niet missen.
                     ***
    Verliefd worden komt je over. Liefde moet groeien. Maar haat wordt gekweekt.
                     ***
    Iedere baby is zonder zonde geboren.
                     ***
    Brood doet wonen.
                    ***
    Zolang twee kinderen vechten om een snoepje. Zolang zal er oorlog zijn.
                   ***
    Kan niet ligt op het kerkhof. Wil niet ligt er naast.
                   ***
    Een kromme ….. piest ook.
                  ***
    Veel jonge meisjes vinden paardrijden mooi. Maar als ze zelf bereden worden vinden ze het vaak onnozel
    geklooi.
                  ***
    Aan het erf kun je zien hoe het in huis is.
                  ***
    De weg van de minste weerstand is niet altijd beste.
                  ***
    De tijd zal ons leren wie gelijk heeft.
                  ***
    Gelijk hebben is een ding. Maar gelijk krijgen is iets anders.
                 ***
    Wie niet wil gebruikt vaak het excuus"Kan niet".
                 ***
    Een meisje van een jaar of tien uit een grote stad is te logeren bij haar tante in Hindeloopen. Op een mooie dag gaan ze naar het strand. De hele middag speelt het logeetje in het water en het zand. Op een gegeven moment vraagt ze "tante, hoe laat gaat het hier dicht"?
                 ***
    Wie de mens leert kennen, gaat van dieren houden
                 ***

    Neem een handvol droog en ruil zand in de hand. Knijp deze met zand gevulde hand krampachtig dicht. Gevolg; Bijna al het zand glipt u door de vingers en u blijft over met een praktisch lege hand. 

    Neem nu wederom een handvol zand in de hand. Knijp nu deze met zand gevulde hand niet stijf dicht. Houdt de hand ontspannen en span uw vingers niet. U zult merken dat u nu veel meer zand in de hand houdt.

    In het leven gaat het vaak gelijk als met deze handvol zand. Leef krampachtig en u zult merken dat er weinig overblijft. Degene die meer ontspannen leeft, ‘t leven neemt zoals het is, zal in zijn leven meer bereiken en meer plezier beleven.

    Naar aanleiding van een verhaaltje in de Libelle 

                    ***



    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!