The purpose of this blog is the creation of an open, international, independent and free forum, where every UFO-researcher can publish the results of his/her research. The languagues, used for this blog, are Dutch, English and French.You can find the articles of a collegue by selecting his category. Each author stays resposable for the continue of his articles. As blogmaster I have the right to refuse an addition or an article, when it attacks other collegues or UFO-groupes.
Druk op onderstaande knop om te reageren in mijn forum
Zoeken in blog
Deze blog is opgedragen aan mijn overleden echtgenote Lucienne.
In 2012 verloor ze haar moedige strijd tegen kanker!
In 2011 startte ik deze blog, omdat ik niet mocht stoppen met mijn UFO-onderzoek.
BEDANKT!!!
Een interessant adres?
UFO'S of UAP'S, ASTRONOMIE, RUIMTEVAART, ARCHEOLOGIE, OUDHEIDKUNDE, SF-SNUFJES EN ANDERE ESOTERISCHE WETENSCHAPPEN - DE ALLERLAATSTE NIEUWTJES
UFO's of UAP'S in België en de rest van de wereld Ontdek de Fascinerende Wereld van UFO's en UAP's: Jouw Bron voor Onthullende Informatie!
Ben jij ook gefascineerd door het onbekende? Wil je meer weten over UFO's en UAP's, niet alleen in België, maar over de hele wereld? Dan ben je op de juiste plek!
België: Het Kloppend Hart van UFO-onderzoek
In België is BUFON (Belgisch UFO-Netwerk) dé autoriteit op het gebied van UFO-onderzoek. Voor betrouwbare en objectieve informatie over deze intrigerende fenomenen, bezoek je zeker onze Facebook-pagina en deze blog. Maar dat is nog niet alles! Ontdek ook het Belgisch UFO-meldpunt en Caelestia, twee organisaties die diepgaand onderzoek verrichten, al zijn ze soms kritisch of sceptisch.
Nederland: Een Schat aan Informatie
Voor onze Nederlandse buren is er de schitterende website www.ufowijzer.nl, beheerd door Paul Harmans. Deze site biedt een schat aan informatie en artikelen die je niet wilt missen!
Internationaal: MUFON - De Wereldwijde Autoriteit
Neem ook een kijkje bij MUFON (Mutual UFO Network Inc.), een gerenommeerde Amerikaanse UFO-vereniging met afdelingen in de VS en wereldwijd. MUFON is toegewijd aan de wetenschappelijke en analytische studie van het UFO-fenomeen, en hun maandelijkse tijdschrift, The MUFON UFO-Journal, is een must-read voor elke UFO-enthousiasteling. Bezoek hun website op www.mufon.com voor meer informatie.
Samenwerking en Toekomstvisie
Sinds 1 februari 2020 is Pieter niet alleen ex-president van BUFON, maar ook de voormalige nationale directeur van MUFON in Vlaanderen en Nederland. Dit creëert een sterke samenwerking met de Franse MUFON Reseau MUFON/EUROP, wat ons in staat stelt om nog meer waardevolle inzichten te delen.
Let op: Nepprofielen en Nieuwe Groeperingen
Pas op voor een nieuwe groepering die zich ook BUFON noemt, maar geen enkele connectie heeft met onze gevestigde organisatie. Hoewel zij de naam geregistreerd hebben, kunnen ze het rijke verleden en de expertise van onze groep niet evenaren. We wensen hen veel succes, maar we blijven de autoriteit in UFO-onderzoek!
Blijf Op De Hoogte!
Wil jij de laatste nieuwtjes over UFO's, ruimtevaart, archeologie, en meer? Volg ons dan en duik samen met ons in de fascinerende wereld van het onbekende! Sluit je aan bij de gemeenschap van nieuwsgierige geesten die net als jij verlangen naar antwoorden en avonturen in de sterren!
Heb je vragen of wil je meer weten? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen! Samen ontrafelen we het mysterie van de lucht en daarbuiten.
10-03-2018
Crisis in de kosmologie: het heelal dijt sneller uit dan de berekeningen voorspellen. Wat betekent dat? - HLN.be
Crisis in de kosmologie: het heelal dijt sneller uit dan de berekeningen voorspellen. Wat betekent dat? - HLN.be
anpHet Andromedastelsel. Onderdeel van de Lokale Groep, net als onze eigen Melkweg.
WETENSCHAPCrisis in de kosmologie? Volgens een grote recente studie dijt het heelal te snel uit, dat wil zeggen: sneller dan volgens de berekeningen zou moeten. En als dat zo is, moeten er vraagtekens bij de gangbare ideeën.
Help, het heelal dijt te snel uit. Dat is in zeven woorden de noodkreet van Adam Riess, astronoom aan het Space Telescope Science Institute in Baltimore. Nee, hij ligt er ’s nachts niet wakker van, vertelde hij begin dit jaar op een groot sterrenkundecongres in Washington, maar er is wel sprake van een crisis in de kosmologie, want mogelijk is er iets grondig mis met de gangbare ideeën over het heelal. Alsof een geoloog ontdekt dat de theorie van de continentverschuiving niet klopt. Voldoende reden dus voor een groot artikel in The Astrophysical Journal. Want wie verleden en toekomst van de kosmos wil kennen, moet op z’n minst de uitdijingsgeschiedenis goed begrijpen.
Dat het heelal uitdijt, weten sterrenkundigen al bijna honderd jaar. Al sinds de oerknal, zo’n 13,8 miljard jaar geleden, neemt de lege ruimte steeds meer ruimte in beslag. Sterrenstelsels worden van elkaar weggeduwd als krenten en rozijnen bij het bakken van een paasstol - een mooie vergelijking, waarbij het rijzende deeg de uitdijende ruimte voorstelt. Alle afstanden in het heelal nemen dus toe, en hoe verder twee sterrenstelsels van elkaar af staan, hoe sneller hun onderlinge afstand groeit.
Noodkreet
Twintig jaar geleden, in 1998, slaakte Adam Riess ook al een noodkreet over de uitdijing van het heelal. Toen ontdekte zijn onderzoeksteam dat die uitdijing in de afgelopen paar miljard jaar steeds sneller verliep. Een concurrerend team kwam in datzelfde jaar tot precies diezelfde conclusie. De beide teamleiders ontvingen in 2011 de Nobelprijs Natuurkunde voor hun ontdekking van de versnellende uitdijing van het universum - waarschijnlijk het gevolg van een mysterieuze donkere energie in de lege ruimte. En nu trekt Nobelprijswinnaar Riess dus opnieuw aan de bel: nou gaat het weer té snel allemaal. Niet dat je er in het dagelijks leven iets van merkt. Afstanden in het heelal nemen toe met ongeveer eenhonderdste procent in anderhalf miljoen jaar. Als een ver sterrenstelsel nú op honderd miljoen lichtjaar staat, komt daar elke anderhalve eeuw één lichtjaar bij. Binnen ons eigen Melkwegstelsel speelt de uitdijing van het heelal al helemaal geen rol van betekenis. Het is dan ook niet makkelijk te meten allemaal - vraag maar aan Riess. Maar zijn nieuwste waarnemingen geven wel aan dat het bijna 10 procent sneller gaat dan verwacht. En niemand weet hoe dat komt.
Maar wacht even - wat verwacht je dan? Hoe weet je met welke snelheid het heelal hoort uit te dijen? Simpel: dat blijkt uit metingen aan de kosmische achtergrondstraling, de zwakke nagloed van de oerknal. De Europese ruimtetelescoop Planck heeft de minieme temperatuurvariaties in die achtergrondstraling heel precies in kaart gebracht. Als je weet uit welke ingrediënten het heelal bestaat (atomen en moleculen, donkere materie, donkere energie), kun je daaruit heel exact berekenen wat de huidige uitdijingssnelheid moet zijn. Tot op een procent nauwkeurig.
anpAdam Riess.
Nieuwe ideeën
Dat kun je dus ook omdraaien, dachten Riess en zijn collega’s. Als je de huidige uitdijingssnelheid heel nauwkeurig kunt meten, dan kun je het resultaat vergelijken met de ‘voorspellingen’ van Planck. Als het niet klopt, is er misschien iets mis met die kosmische ingrediëntenlijst waar de voorspellingen op gebaseerd zijn. Dan moeten we vraagtekens gaan zetten bij het favoriete standaardmodel van de kosmologie. Wie weet is het tijd voor compleet nieuwe ideeën over donkere energie en donkere materie - onbekende deeltjes die je niet kunt zien maar die wel zwaartekracht uitoefenen. Meten dus. Zo nauwkeurig mogelijk. Maar hoe doe je dat? Hoe bepaal je de uitdijingssnelheid van het heelal? Voor een bomvolle zaal collega’s legde Riess het in Washington toch nog maar een keer uit. Er is niet echt één kosmische uitdijingssnelheid, in kilometers per seconde of zo. Nee, het gaat om die eerder genoemde procentuele groei. Grote afstanden nemen daardoor sneller toe dan kleine. Dus je moet voor een flink aantal sterrenstelsels twee metingen doen: op welke afstand staan ze, en met hoeveel kilometer per seconde neemt die afstand toe? De verhouding tussen die twee is de enige juiste maat voor de uitdijingssnelheid van het heelal.
Gelukkig is een van die twee metingen heel rechttoe-rechtaan. Door de uitdijing van het heelal lijkt een ver sterrenstelsel van ons weg te vliegen. De snelheid waarmee dat gebeurt, verraadt zich in een subtiele kleurverandering van het licht. Hoe sneller de afstand van het verre stelsel toeneemt, des te roder kleurt het licht dat we van dat stelsel hier op aarde ontvangen. Die roodverschuiving is vergelijkbaar met het bekende dopplereffect bij geluid: de sirene van een ambulance klinkt lager naarmate die zich sneller van ons verwijdert.
anpAfstanden in het heelal nemen toe met ongeveer eenhonderdste procent in anderhalf miljoen jaar. Als een ver sterrenstelsel nú op honderd miljoen lichtjaar staat, komt daar elke anderhalve eeuw één lichtjaar bij. Binnen ons eigen Melkwegstelsel speelt de uitdijing van het heelal al helemaal geen rol van betekenis.
Voorspellingen kloppen niet
Veel moeilijker is het om de afstand van een sterrenstelsel te meten. Ja, als elk sterrenstelsel precies evenveel licht zou uitstralen, was het niet zo ingewikkeld: de waargenomen helderheid aan de hemel vormde dan een nauwkeurige indicatie voor de afstand. Maar sterrenstelsels zijn er in allerlei soorten, maten en lichtsterktes. Het is alsof je in een nachtelijk landschap staat, met overal straatlantaarns in de verte. Als die niet allemaal hetzelfde vermogen aan licht uitstralen, heb je natuurlijk geen idee over hun werkelijke afstanden: een lamp van 100 watt op een kilometer afstand ziet er even helder uit als een schijnwerper van 2.500 watt op vijf kilometer. Door in andere sterrenstelsels te kijken naar bepaalde sterren en supernova-explosies waarvan de werkelijke lichtkracht wél precies bekend is, hebben Riess en zijn collega’s de afstandsbepalingen enorm sterk verbeterd. De foutmarge is teruggebracht tot minder dan 2,5 procent. Dat lukte dankzij de extreme meetnauwkeurigheid van de Hubble Space Telescope. En door die afstanden te vergelijken met de gemeten roodverschuivingen, is de huidige uitdijingssnelheid van het heelal nu ook heel precies achterhaald. Die blijkt 9 procent hoger te zijn dan je zou verwachten op basis van de Planck-metingen aan de kosmische achtergrondstraling. ‘Een behoorlijk serieus verschil’, aldus Riess.
Vandaar die noodkreet: help, het heelal dijt te snel uit. Of, liever gezegd: help, de voorspellingen kloppen niet, dus er is iets mis met het kosmologisch standaardmodel, want daar moet volgens Riess de oplossing gezocht worden. Mogelijkheden genoeg. Misschien bevat het heelal wel een tot dusver onbekend ingrediënt waarmee in de voorspellingen geen rekening is gehouden, zoals een nieuw type neutrino. Misschien gedraagt de mysterieuze donkere materie zich wel anders dan gedacht; ook recente metingen aan koel waterstofgas in het vroege heelal lijken daarop te wijzen. Of misschien is de al even raadselachtige donkere energie (die verantwoordelijk wordt gehouden voor de versnellende uitdijing van het heelal) niet constant, en is de versnelling zélf ook aan het toenemen.
Korrel zout
Niet iedereen staat trouwens in de alarmmodus. Kosmoloog Michael Troxel van de Ohio State University maakt zich bijvoorbeeld geen zorgen. ‘Het kosmologisch model, met donkere materie en donkere energie, staat als een huis’, aldus Troxel, die daarmee impliceert dat de nieuwe resultaten van Riess met een korrel zout genomen moeten worden. Ook Koen Kuijken van de Leidse Sterrewacht is nog niet overtuigd van de ernst van de situatie. ‘Het is een moeilijke analyse’, zegt hij. ‘Als ik mijn geld erop moest inzetten, zou ik gokken dat de metingen en de voorspellingen uiteindelijk toch wel met elkaar in overeenstemming zullen zijn. Aan beide kanten worden de onzekerheden in de resultaten vermoedelijk onderschat.’ Maar niemand kan eromheen dat de afstandsmetingen nooit eerder zó precies zijn uitgevoerd. En het team van Riess is ook niet van plan om op zijn lauweren te gaan rusten. ‘Als de Hubble-telescoop nog vijf jaar in bedrijf blijft’, aldus de Nobelprijswinnaar, ‘gaan we misschien wel vijftig supernova’s in andere sterrenstelsels zien. Dan kunnen we de foutmarge terugbrengen tot minder dan 1 procent.’ Ook nieuwe meetresultaten van de Europese ruimtetelescoop Gaia, die eind april gepresenteerd gaan worden, zullen bijdragen aan een hogere nauwkeurigheid.
Het kosmologisch model, met donkere materie en donkere energie, staat als een huis
Nieuwe inzichten
Kuijken verwacht in de komende jaren vooral veel van metingen aan zwaartekrachtgolven - minieme rimpelingen in de ruimtetijd, veroorzaakt wanneer twee zwarte gaten of extreem compacte sterren in een ver sterrenstelsel op elkaar knallen. ‘Die waarnemingen vertellen je meteen wat de afstand tot dat sterrenstelsel is, zonder ingewikkelde tussenstappen’, zegt hij. ‘Tot nu toe is dat nog maar één keer gelukt, zodat de nauwkeurigheid nog niet hoog genoeg is, maar als we in de toekomst meer van dat soort verschijnselen ontdekken, leidt dat tot een heel exacte waarde voor de uitdijingssnelheid van het heelal.’ Of er dan nog steeds zo’n groot verschil bestaat tussen metingen en voorspellingen? Riess lijkt er niet aan te twijfelen. ‘Eerdere raadsels rond de uitdijingssnelheid van het heelal hebben ook steeds geleid tot opzienbarende nieuwe inzichten. We zitten nu opnieuw in een crisis. Ik ben benieuwd tot wat voor revolutionaire ontdekkingen dit zal leiden.’
We zitten nu opnieuw in een crisis. Ik ben benieuwd tot wat voor revolutionaire ontdekkingen dit zal leiden
WETENSCHAP & PLANEETIn 2016 verloor China de controle over Tiangong-1, hun eerste ruimtestation. Binnen enkele weken zal het ding op een ongecontroleerde manier op de aarde neerstorten, en experts kunnen onmogelijk vaststellen waar het 8,5 ton wegende gevaarte zal terechtkomen. Onder meer Europa, de VS, Australië en Nieuw-Zeeland liggen in de vuurlinie.
Het Amerikaanse Aerospace Corporation schat dat Tiangong-1 in de eerste week van april opnieuw in onze atmosfeer zal komen. De European Space Agency (ESA) houdt het op ‘ergens tussen 24 maart en 19 april’. Het ruimtestation, dat ’hemelse plaats betekent, weegt meer dan 8 ton, en volgens de Aerospace Corporation is het goed mogelijk dat het niet volledig zal opbranden in de atmosfeer. Het puin zou dan kunnen neerkomen in een gebied van enkele honderden vierkante kilometers groot.
De kans dat dit in België gebeurt is alvast nihil. Volgens de ESA kunnen de brokstukken terechtkomen ‘overal tussen de breedtegraden van 43ºN en 43ºS’. En daar ligt zowat de halve wereld tussen: van Zuid-Frankrijk en Spanje tot Australië, Noord- en Zuid-Amerika. “Op dit moment is een precieze schatting van waar Tiangong-1 de atmosfeer zal binnendringen onmogelijk.” Het kan dus evengoed in de oceaan zijn.
RVHet risicogebied ligt tussen de twee rode lijnen.
Geen reden tot paniek
Maar zelfs als er brokstukken op het vasteland vallen, is dat geen reden tot bezorgdheid. “Zelfs wanneer een locatie wordt getroffen, dan nog is de kans dat een specifiek persoon wordt geraakt ongeveer een miljoen keer kleiner dan de kans om de nationale loterij te winnen”, aldus Aerospace Corporation. “In de geschiedenis van de ruimtevaart is nog niemand slachtoffer geworden van ruimtepuin. Slechts één iemand zou ooit getroffen zijn, en zij raakte niet eens gewond.”
‘Het is pas in de laatste week dat we met meer zekerheid kunnen spreken over een mogelijke crash’
Jonathan McDowell, astrofysicus aan de universiteit van Harvard
Jonathan McDowell, een astrofysicus van de universiteit van Harvard, maant wel aan tot voorzichtigheid. Tegen de Britse krant The Guardian wees hij op fragmenten van een raket van vergelijkbare omvang die in januari in Peru neerkwamen. “Om de paar jaar gebeurt zoiets als dit, maar Tiangong-1 is groot en compact, dus we moeten het in de gaten houden.”
In 2016 gaf China toe dat het de controle over Tiangong-1 had verloren en dat het niet in staat zou zijn om een gecontroleerde re-entry uit te voeren. McDowell stelt dat het ruimtestation de laatste maanden steeds sneller daalt, momenteel aan een snelheid van ongeveer 6 kilometer per week. Het is moeilijk te voorspellen wanneer de module zal neerstorten, omdat de snelheid wordt beïnvloed door het constant veranderende “weer” in de ruimte.
WETENSCHAPEen planeet buiten ons zonnestelsel blijkt veel meer water te bevatten dan gedacht. Het gaat om een exoplaneet op een afstand van 700 lichtjaar die qua grootte vergelijkbaar is met Saturnus. Volgens de onderzoekers betekent dit dat exoplaneten heel andere samenstellingen kunnen hebben dan de hemellichamen uit ons eigen zonnestelsel.
De astronomen baseren zich op gegevens afkomstig van de Hubble- en Spitzer-ruimtetelescoop, die het optisch spectrum van de exoplaneet WASP-39b in kaart brachten via metingen met spectrografen. Daaruit blijkt dat de atmosfeer van de gasreus opvallend veel water herbergt, namelijk drie keer zoveel als Saturnus.
Deze vondst is opmerkelijk, omdat WASP-39b erg dicht rond zijn ster cirkelt. De afstand tussen de ster en de exoplaneet is slechts een achtste deel van de afstand tussen onze zon en Mercurius, terwijl de planeet in slechts vier dagen zijn baan om de ster voltooit. De planeet kent een zogenaamde gebonden rotatie. Altijd is dezelfde zijde van de planeet naar de ster gericht, waardoor de temperatuur kan oplopen tot ongeveer 750 graden Celsius.
NASA
Door de korte afstand staat de planeet te boek als een ‘hete Saturnus’, waardoor niet werd verwacht dat relatief grote hoeveelheden water in de atmosfeer zouden worden gedetecteerd. De onderzoekers hadden wel verwacht waterdamp te vinden, maar niet in zulke hoeveelheden. Op basis daarvan menen ze dat de atmosfeer een grote hoeveelheid zwaardere elementen moet bevatten.
Dat betekent dat de planeet vermoedelijk ooit is gebombardeerd door ijsachtig materiaal, dat is opgehoopt in de atmosfeer. Dit is volgens de onderzoekers alleen mogelijk geweest als WASP-39b is ontstaan op een veel grotere afstand van zijn ster, wat dan weer impliceert dat de zou zijn ‘gemigreerd’ door het bewuste planetenstelsel. Voor de astronomen betekent dit dat de vorming van planeten veel complexer en verwarrender is dan tot nu toe werd aangenomen.
NSFDe National Science Foundation maakte een schatting van hoe het universum er bij de vorming van de eerste planeten uitzag.
WETENSCHAP & PLANEETHet duurt 8 minuten en 20 seconden voor het licht van de zon onze aarde bereikt. Hoe groter de afstand, hoe langer het duurt, wat betekent dat je met een telescoop letterlijk terug in de tijd kunt kijken. En nu hebben astronomen voor het eerst een glimp opgevangen van het eerste licht in ons universum.
Dat ons universum ontstond met de big bang weten we allemaal, maar wist je dat er daarna niet meteen licht was? De eerste 180 miljoen jaar (ongeveer) bestond alles uit een mengsel van waterstof en helium, en was het donker en koud. Pas toen de eerste planeten ontstonden, die een ultraviolet licht uitstootten, viel er iets te zien. Astronomen van de Arizona State University hebben dat licht nu voor het eerst kunnen opvangen met behulp van een radio-antenne.
De antenne in kwestie is niet veel groter dan een koelkast en kostte ‘maar’ 5 miljoen dollar, een peulschil in vergelijking met de peperdure Hubble-telescoop. Twee jaar geleden kon het ding, dat opgesteld staat in een Australische woestijn, een zacht radiosignaal opvangen, waarna de wetenschappers het jarenlang analyseerden. In het resultaat van dat onderzoek, gepubliceerd in het tijdschrift Nature, vertellen ze nu dat het radiosignaal afkomstig is uit de periode van de eerste planeten.
Onze eigen oorsprong
De wetenschappers zijn enorm trots op hun ontdekking, omdat het een periode van ons universum is waar we weinig tot niets van afweten. Sommigen vinden het ontstaan van de sterren belangrijker dan de Big Bang, aangezien wijzelf ook opgebouwd zijn uit ‘sterrenstof’ en we dus letterlijk naar onze eigen oorsprong kijken. En dat is niet het enige opmerkelijke aan deze vondst, want het zou ook de bevestiging van donkere materie kunnen zijn.
Het radiosignaal wees immers duidelijk op het bestaan ultraviolet licht 180 miljoen jaar geleden, maar bevatte daarnaast ook enkele vreemde eigenschappen. Zo konden de onderzoekers afleiden dat de waterstof tussen de eerste planeten een stuk kouder was dan eerst werd aangenomen. “We gingen altijd uit van tien graden boven het absolute nulpunt, maar het bleek maar om vijf graden te gaan.” Voor de leken, dat is -268 graden Celsius.
Een van de theorieën is dat de waterstof tussen de sterren afgekoeld werd door zwarte materie. Die materie is nog steeds een raadsel voor de wetenschappelijke wereld. We weten uit het bestuderen van de zwaartekracht dat 27 procent van het universum eruit bestaat en dat het niet opgebouwd is uit ‘normale’ deeltjes, maar veel verder is nog niemand gekomen. Als de radiogolf het bestaan van die materie kan bevestigen, is dat een enorme stap vooruit. “Als dit nieuws bevestigd kan worden, verdient deze ontdekking een Nobelprijs”, klinkt het. “In de kosmologie is donkere materie het belangrijkste dat er is.”
BELGAONTHESPOTMatthias van Ginneken en de Zwitserse veldgids Raphael Mayoraz bij een plaats waar meerdere micrometeorieten werden gevonden.
WETENSCHAP Twee Belgische wetenschappers hebben op Antarctica zo’n 30.000 tot 50.000 micrometeorieten verzameld. Dat zijn erg kleine deeltjes van een meteoroïde. De oogst overtreft de stoutste verwachtingen, en is belangrijk om ons zonnestelsel beter te begrijpen.
De twee wetenschappers, Matthias Van Ginneken van de ULB en Steven Goderis van de VUB, trokken voor hun onderzoek naar de Belgische Princess Elisabethbasis, en prospecteerden er het Sør Rondane-gebergte op zoek naar meteorieten met een diameter kleiner dan 2 mm.
“We hadden erg veel geluk met het droge, heldere, maar koude weer op de Zuidpool”, zegt Goderis. “Daardoor konden we onafgebroken op het terrein. Soms moesten we door het ijs kappen om bij de gesteenten te komen. In andere gevallen namen we ijsstalen die we smolten en waarin we dan de micrometeorieten konden oogsten. Uiteindelijk verzamelden we veel meer materiaal dan we voorop hadden durven stellen. Op zowat alle plekken die we vooraf hadden aangestipt voor onze bemonstering, waren hoge concentraties micrometeorieten te vinden.”
‘Uiteindelijk verzamelden we veel meer materiaal dan we voorop hadden durven stellen’
VUB-wetenschapper Steven Goderis
Zonnestelsel
Micrometeorieten zijn erg belangrijk voor het begrijpen van ons zonnestelsel. Ze bevatten andere informatie en zijn soms anders samengesteld dan de grotere meteorieten die we kennen uit onze musea. Daardoor kunnen ze leiden tot het ontdekken van nog onbekende asteroïden. Het onderzoek moet inzicht geven in de moederlichamen, waarvan de micrometeorieten afkomstig zijn. Verder hopen de wetenschappers meer duidelijkheid te krijgen over de oorsprong en het transport van kosmische stof in de binnenste delen van het zonnestelsel, en over de fysicochemische veranderingen die plaatsgrijpen bij hun doorgang door de atmosfeer. Jaarlijks komt naar schatting 40.000 ton buitenaards materiaal op onze planeet terecht.
Micrometeorieten zijn erg belangrijk om ons zonnestelsel te begrijpen
“We gaan proberen om de ouderdom van onze micrometeorieten te bepalen aan de hand van zogenaamde cosmogene nucliden”, zegt Goderis. “Een nuclide, een zeldzaam en specifiek type atoom of zijn nucleus, wordt gekarakteriseerd door een welbepaald aantal protonen en neutronen. Wanneer gesteentenmateriaal blootgesteld wordt aan kosmische straling, worden in de loop van soms tienduizenden jaren cosmogene nuclides gevormd. Dat gebeurt als de hoogenergetische straling interageert met de kern van een atoom. Daarbij worden door bepaalde atomen protonen en neutronen afgestoten. Door die zeldzame nuclides te tellen per gewichtseenheid, kan je de duurtijd van blootstelling en zo dus de leeftijd van het gesteente bepalen.”
Collectie
Al sinds 2009 hebben drie Belgisch-Japanse wetenschappelijke expedities meteorieten teruggebracht uit Antarctica. Dat resulteerde in een Antarctische meteorietcollectie van meer dan 1.200 goed bewaarde fragmenten, geconserveerd in het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen, een van de grootste collecties in Europa. Met de laatste expeditie wordt de Belgische collectie micrometeorieten op slag ook een heel pak rijker.
“We gaan nu de 105 kilogram verzameld sediment met micrometeorieten in detail bestuderen en de micrometeorieten stuk per stuk bekijken in onze laboratoria aan de ULB en de VUB”, zegt Goderis. “Het materiaal dat we meebrachten bevat misschien ook wat interplanetair stof, de fijnste fractie extraterrestrisch materiaal, dat misschien van nog andere reservoirs in het zonnestelsel afkomstig is. Verder gaan we onderzoeken hoe het komt dat er dergelijke concentraties aan buitenaards materiaal kunnen ontstaan op Antarctica en welke mechanismen er aan de basis liggen van die accumulatie.”
‘We gaan onderzoeken hoe het komt dat er dergelijke concentraties aan buitenaards materiaal kunnen ontstaan op Antarctica’
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Categorie:HLN.be - Het Laatste Nieuws ( NL)
01-03-2018
Grootste vliegtuig ter wereld is breder dan een voetbalveld - HLN.be
Grootste vliegtuig ter wereld is breder dan een voetbalveld - HLN.be
Strato launchHet grootste vliegtuig heeft een spanwijdte van maar liefst 117 meter.
WETENSCHAP & PLANEETAl bijna zeven jaar werkt Microsoft-medeoprichter Paul Allen aan een gigantisch vliegtuig waarmee hij raketten de ruimte in wil sturen. Na enkele succesvolle stuur- en remtests op het tarmac is de Stratolaunch weer een stapje dichter bij zijn eerste vlucht.
Het is haast een surrealistisch beeld, het vliegtuig met twee rompen en een lange rechte vleugel in het midden van de Californische woestijn. De Stratolaunch, met een spanwijdte van maar liefst 117 meter, wordt het grootste vliegtuig ter wereld. De 28 wielen moeten meer dan 590 ton (het gewicht wanneer het vliegtuig geladen is) dragen, terwijl zes Boeing 747-vliegtuigmotoren al dat gewicht de lucht in moeten krijgen.
Het kolossale gevaarte vliegt tot een hoogte van zo’n 11 kilometer. Daar wordt de raket met satelliet afgevuurd naar een lage baan om de Aarde. Paul Allen hoopt met het vliegtuig de kostprijs van zo’n lancering stevig te drukken, want voor het afschieten van dergelijke raket vanaf een lanceerplatform op de grond is veel brandstof - en dus veel geld - nodig.
Stratolaunch Systems
Een bedrijf tekende in anderhalf jaar geleden al een contract met Stratolaunch Systems. Met het vliegtuig van Allens bedrijf wil Orbital ATK zijn Pegasus XL, dat gebruikt wordt om kleine satellieten te vervoeren, naar de ruimte brengen.
Mijlpaal
Maar daar is het dus nog even op wachten: de Stratolauch moet nog uitgebreid getest worden. Het van zijn stellingen halen en naar buiten rollen was alvast een eerste mijlpaal. Gisteren werden de motoren getest. Oorspronkelijk waren de eerste testvluchten al voorzien voor 2016 en 2017, maar zoals dat met projecten van zo’n omvang gaat, werden die al uitgesteld naar volgend jaar. Dan kan het paradepaardje met vleugels groter dan een voetbalveld eindelijk de lucht in.
Droom
Paul Allen, volgens Forbes een van de rijkste mensen ter wereld, beschreef in zijn memoires Idea Man al hoe hij als kind geobsedeerd was door de ruimtevaart. Hij droomde van het ontwerpen van raketten die Mars zouden verkennen. “Andere interesses kwamen en gingen, maar mijn obsessie met raketten is gebleven”, schreef hij. “Na Apollo legde NASA de nadruk op onbemande raketten. De ruimtevaart verloor zijn stempel, maar nooit mijn interesse.”
WETENSCHAP Astronomen zijn erin geslaagd signalen te detecteren die te maken hebben met het verschijnen van de eerste sterren in het universum, 13,6 miljard jaar geleden, of dus kort na het ontstaan van het heelal. Dat staat in het wetenschappelijke vakblad Nature.
De intensiteit van de waargenomen signalen laat veronderstellen dat het universum veel sneller is afgekoeld dan gedacht. Dit kan leiden tot het herzien van de kosmologische modellen, en het mogelijk beter begrijpen van de mysterieuze donkere materie, die voor telescopen onzichtbaar is.
De bewuste astrofysici, onder wie Brian Schmidt, winnaar van de Nobelprijs voor Fysica in 2011, noemen de ontdekking “revolutionair”. Anderen roepen op tot “voorzichtigheid”. De observatie moet nog bevestigd worden door instrumenten en andere teams van wetenschappers.
WETENSCHAP & PLANEET Dat er water te vinden is op onze maan, weten we al een tijdje. Nieuw onderzoek heeft nu echter uitgewezen dat die waterbronnen veel beter toegankelijk zijn dan eerst gedacht.
Bijna een decennium geleden werd met sondes bevestigd dat er water is op de maan. De theorie luidde toen dat het vervat zat aan de polen in zogenaamde ‘cold traps’. Dat zijn gebieden die zo koud zijn dat waterdamp en andere vluchtige stoffen die met het oppervlak in aanraking komen gedoemd zijn om daar misschien wel miljarden jaren op rij stabiel te blijven. Maar nieuw en veelbelovend onderzoek zet die theorie op de helling, zo blijkt uit een recente publicatie in het vakblad Nature Geoscience gemeld.
Twee maanmissies, de Lunar Reconnaissance Orbiter en de Chandrayaan-1, geven aan dat het water op onze maan over het hele oppervlak verspreid kan zijn. Het zou dus niet beperkt zijn tot een bepaalde regio’s (zoals de polen) of vastzitten in een bepaald terrein (zoals kraters). Bovendien lijkt het water zowel dag als nacht aanwezig te zijn, voornamelijk in de vorm van OH (of hydroxyl). Dit bestaat uit één zuurstofatoom en één waterstofatoom.
Hoe toegankelijk het water is en waar het vandaan komt, is niet duidelijk. Maar mogelijk kan het uiteindelijk als drinkwater dienen, tot waterstof en zuurstof voor raketmotoren worden geconverteerd of tot lucht voor ruimtereizigers worden herleid.
IMAGEGLOBEHet dorre, onherbergzame oppervlak van Mars.
WETENSCHAP & PLANEET Wetenschappers hebben in het droogste deel van de Zuid-Amerikaanse woestijn Atacama microben gevonden die decennialang in ‘slaapstand’ in de grond hebben gelegen. Tot er regenbuien kwamen, die de beestjes weer wekten. Intrigerend, want hetzelfde principe zou van toepassing kunnen zijn op Mars, stellen de onderzoekers.
Zonder water, geen leven. Maar door in een soort slaapstand te gaan, blijken organismen verbazend lang te kunnen overleven. Dat blijkt uit een nieuwe studie die gepubliceerd is in het vakbladProceedings of the National Academy of Sciences. De resultaten zijn gebaseerd op bodemstalen die genomen werden tussen 2015 en 2017.
Het is niet de eerste keer dat er microben in de woestijn gevonden zijn. Maar tot nu toe was het niet duidelijk of het om oorspronkelijke bewoners ging, of restanten van beestjes die waren aangedragen door de wind.
Zeldzame regenbui
Een extreem zeldzame regenbui in 2015 bracht het antwoord. Het water zette een explosie van biologische activiteit in gang. Genetische tests onthulden nadien dat meerdere inheemse bacteriesoorten zich hadden aangepast aan het leven in de onherbergzame woestijn.
Opvolgbezoeken in 2016 en 2017 brachten aan het licht dat dezelfde beestjes langzaamaan opnieuw in een slaaptoestand gingen, naarmate de grond er omheen opdroogde.
Leven op Mars?
De microben leefden in het droogste deel van de woestijn, maar hetzelfde principe zou van toepassing kunnen zijn op Mars. “Dit zijn plaatsen waar je nooit van zou verwachten dat iets er zou kunnen overleven”, zegt planeetwetenschapper Dirk Schulze-Makuch van Washington State University aan The Independent. “Ons onderzoek toont aan dat als iets kan overleven in de droogste omgeving op aarde, er een goede kans is dat dat ook op Mars kan.”
“We geloven dat deze microben honderden of zelfs duizenden jaren kunnen overleven in een slaaptoestand, in omstandigheden die zeer gelijkaardig zijn aan de situatie op Mars”, vervolgt Schulze-Makuch. “En dat ze weer tot leven kunnen komen als het regent.”
Miljarden jaren geleden had Mars oceanen en meren, waar mogelijk vroege levensvormen voorkwamen. Toen de planeet droger en kouder werd, zouden die op dezelfde manier overleefd kunnen hebben als de microben in Atacama.
“Als er ooit leven was op Mars, zou dat volgens ons onderzoek mogelijk plaatsgevonden hebben onder het bijzonder dorre oppervlak van vandaag”, zegt de wetenschapper nog. Een robot die in 2021 op Mars zal landen in het kader van de ExoMars-missie zal twee meter diep in de bodem graven, op zoek naar tekenen van leven.
WETENSCHAP & PLANEETEven leek het erop dat er heel misschien leven mogelijk was op een planeet die rond de dichtstbijzijnde ster draait. Maar daar kan een streep door, zeggen Amerikaanse wetenschappers nu. De kans op leven op de planeet Proxima b is nihil.
Proxima b draait rond de ster Proxima Centauri. Die staat op slechts vier lichtjaar van de aarde, maar is zo zwak en klein dat hij niet met het blote oog te zien is.
Op metingen zagen wetenschappers dat de ster op 24 maart vorig jaar een enorme zonnevlam produceerde, een magnetische uitbarsting. De explosie zorgde ervoor dat de ster in tien seconden tijd ongeveer duizend keer feller werd. De vlam zelf was tien keer zo groot als een grote vlam van onze zon. Daardoor werd de planeet blootgesteld aan 4000 keer meer straling dan de aarde te verduren krijgt van zonnevlammen. De planeet moet dus de volle laag hebben gekregen. “In de miljarden jaren dat de planeet bestaat, kunnen zulke vlammen de atmosfeer en oceanen hebben doen verdampen en het oppervlak hebben gesteriliseerd”, aldus de onderzoekers.
REUTERSDe planeet Proxima b cirkelend rond Proxima Centauri.
De planeet is een klein beetje groter dan de aarde en heeft ongeveer dezelfde samenstelling. Bovendien zat hij in de zogeheten leefbare zone rond de ster. Dat is een gebied rond waar misschien vloeibaar water op het oppervlak mogelijk mogelijk is. “Leefbaarheid draait om meer dan alleen op de juiste afstand van de ster staan”, concluderen de wetenschappers nu.
De studie staat in het wetenschapsblad The Astrophysical Journal Letters.
WEERNIEUWSOok in Sint-Petersburg is het momenteel bijtend koud. Het kwik zakte er tot onder -20 graden Celcius en dat zorgde vrijdagnacht voor een speciaal weerfenomeen.
Inwoners van de Russische stad deelden op sociale media verschillende foto’s van lichtzuilen die er de nachtelijke hemel kleurden. Het spektakel duurde ongeveer een halfuur. Sommige internauten vermoedden dat het om noorderlicht ging, maar daar had de lichtshow niets mee te maken. De zuilen ontstaan wanneer licht gereflecteerd wordt op in de lucht zwevende ijskristallen. Als dat gebeurt door zonlicht spreken we van zonnezuilen. In Sint-Petersburg lagen kunstmatige lichtbronnen aan de basis. Ofwel: lichtvervuiling met een magisch kantje.
WETENSCHAPAstronauten moeten zich tijdens hun missie niet langer uit hun ruimtepak wrikken als ze hun behoefte willen doen. Met de nieuwe Orion Crew Survival Systems Suits (OCSSS) zullen ze voortaan makkelijker hun behoefte kwijt kunnen. NASA werkt immers aan het ontwerp van een ruimtepak met een ingebouwd toilet.
Tot nu toe bedraagt de gemiddelde tijd die een astronaut zich in zijn ruimtepak bevindt ongeveer tien uur. Vooral luiers worden als noodoplossing gebruikt. Ideaal is het echter niet. “Het werkt niet altijd naar behoren. Soms is er een lek, maar het zorgt er wel voor dat je je ruimtepak niet hoeft uit te trekken om naar het ruimtetoilet te gaan. Dat is altijd een lastig karwei”, vertelt Kirstyn Johson, een ingenieur van het NASA’s Johnson Space Center in Houston.
Bovendien kunnen astronauten tijdens een wandeling buiten het ruimtetuig niet naar het ruimtetoilet. Ze dragen dan een luier onder hun pak, maar kunnen die niet te lang aanhouden vanwege de hygiëne. Ontlasting gaat momenteel nog in zakjes en urine in speciale tanks die teruggaan naar aarde en daar worden verbrand. De garderobe van de astronauten was dan ook dringend aan een update toe vonden ze bij NASA.
Het resultaat is een nieuw ruimtepak dat door de astronauten zes dagen lang gedragen kan worden. Ze kunnen in dit pak zowel eten als hun behoefte doen op een ingebouwd toilet zonder dat ze hiervan hinder zullen ondervinden. Het ingebouwde toilet is overigens niet het enige voordeel van het nieuwe pak. Zo worden astronauten voortdurend voorzien van schone lucht, water en voldoende zuurstof. Genoeg om het zes dagen uit te houden.
Photo NewsDe superstorm Winston in 2016 richtte voor vier miljard euro schade aan in Oceanië.
WEERNIEUWS Tropische superstormen zijn door opwarming van de aarde zo sterk geworden dat de huidige categorie-indeling van kracht 1 tot 5 niet meer voldoende is. Volgens klimaatwetenschappers op een congres in Nieuw-Zeeland is het daarom nodig een nieuwe categorie toe te voegen: schaal 6. Voor windsnelheden vanaf 320 kilometer per uur.
Tropische stormen of cyclonen worden al naar gelang hun kracht ingedeeld volgens de schaal van Saffir-Simpson. Bedoeling daarvan is bewoners in bedreigde gebieden voor te bereiden op de verwachte schade en risico’s. Een orkaan van categorie 2, 3 en 4 is bijvoorbeeld tien, vijftig, honderd keer zo verwoestend als een zwakke orkaan van categorie 1. Tot nu toe is categorie 5 het gevaarlijkst. Dan gaan de daken eraf van de meeste huizen en bedrijven. Bij een stormvloed langs de kust wordt de meeste laagbouw weggespoeld en kunnen de golven tot wel vier kilometer landinwaarts gaan.
Volgens klimatoloog Michael Mann van Pennsylvania State University dekt categorie 5 niet langer de lading. Een nieuwe categorie 6 zou een betere aanduiding zijn om de werkelijke kracht aan te geven van stormen van 320 kilometer per uur”, zegt hij in de Britse krant The Guardian. Uitbreiding van de schaal zou volgens hem benadrukken dat er wel degelijk een klimaatverandering gaande is die stormen krachtiger maakt dan ooit.
Aanpassing is ook nodig omdat het schadebeeld vertekend is, aldus Mann. Sinds de schaal van Saffir-Simpson werd opgesteld, in 1969, is er veel verbeterd in de stevigheid van bouw en infrastructuur. Dat er desondanks gebouwen omwaaien, zegt wat over de toegenomen kracht, aldus de wetenschapper. Recente stormen als de orkaan Patricia in 2015 met geschatte windstoten van tegen 400 kilometer per uur (8 doden, bijna 400 miljoen euro schade) en orkaan Winston in 2016 (44 doden, 4 miljard euro schade) passen volgens Mann in een nieuwe buitencategorie. Volgens de Nieuw-Zeelandse klimaatminister James Show zou orkaan Winston zeker een zes hebben gekregen ‘als die categorie had bestaan.’
WETENSCHAPEr is één kans op 10 tot 100 miljoen en het is de droom van elke astronoom. De Argentijnse amateur-sterrenkundige Victor Buso won de kosmische jackpot door (het begin van) een supernova te zien, zo staat in het jongste nummer van het wetenschappelijke vakblad Nature.
“Beroepsastronomen zoeken al lang naar een dergelijk evenement”, (de start van) een ontploffende ster, schreef Alex Filippenko van de Universiteit van Berkeley. “Het is zoals de ‘kosmische jackpot’ winnen”, “uitzonderlijk”. “De metingen van Victor Buso vormen een geheel van data zonder voorgaande”, weet Federico Garcia van het Franse Commissariaat voor Kernenergie.
Op 20 september 2016 beslist de door sterren gepassioneerde Argentijn een nieuw fototoestel op zijn telescoop te testen. Hij had de telescoop zelf gebouwd op het dak van zijn huis in de stad Rosario, ten noorden van Buenos Aires. Hij kiest voor zijn eerste foto’s sterrenstelsel NGC 613, op ongeveer tachtig miljoen lichtjaar van ons, in het sterrenbeeld Beeldhouwer. Bingo: een enorme ster beleeft de laatste uren van haar leven in een cataclystische ontploffing die bekendstaat als een supernova.
Spectaculair fenomeen
De fenomenen die daarmee gepaard gaan, zijn hevig. Want volgens de theorie wordt de materie van de ster aan snelheden van duizenden kilometer per seconde uitgespuwd. Vanwege de ongelooflijke hoeveelheid uitgestoten energie is het evenement helder en is het van op onze planeet te zien. Maar het is een zeldzaam en vooral niet te voorzien evenement. Astronomen ontdekken het in het algemeen pas na enkele dagen en nooit sinds het begin. Dat geluk had Victor Buso wel.
Hij sloeg alarm via de Amerikaanse vereniging van waarnemers van variabele sterren AVVSO en bracht een kettingreactie op gang. Een batterij astronomen en natuurkundigen richtte zijn instrumenten op het fenomeen. Sommigen observeren het vervolg gedurende meer dan twee maanden. Volgens de studie in het Britse Nature laten de nieuwe data toe beter de fysieke structuur te begrijpen van een ster vlak voor ze ontploft, alsmede de natuur zelf van de explosie.
Eén kans op tien miljoen
De ploeg wetenschappers kon uitmaken dat de initiële massa van de ster ongeveer twintig keer die van onze Zon was. Ze zagen ook de helderheid van de supernova spectaculair toenemen. Op minder dan een half uur tijd verveelvoudigde die met factor 3, zegt de Franse universiteit Paris Diderot. Volgens Melina Bersten van het Instituut voor Astrofysica van La Plata in Argentinië had Victor Buso “maar één kans op tien miljoen of zelfs 100 miljoen” om het spektakel te kunnen aanschouwen.
TwitterDe Argentijnse astronoom bouwde deze telescoop zelf op zijn dak.
WETENSCHAPWetenschappers hebben het mysterie ontrafeld rond een tempel voor Pluto in de oude stad Hiërapolis, vlak bij Pamukkale in het huidigeTurkije. Dieren die te dicht bij deze ‘poort naar de hel’ kwamen, overleefden het niet, priesters wél. Een nieuwe studie wijst uit dat de giftige dampen die uit de offergrot opstegen vooral uit dodelijk geogenische koolstofdioxide bestonden.
Ook het laatste decennium nog vielen vogels die te dicht bij Ploutonion (‘poort naar de hel’) vlogen dood neer. De overlevering wil dat de adem van Hades - de Griekse naam voor Pluto, god van de onderwereld - dodelijk was. In de Griekse en Romeinse oudheid werd ook beweerd dat mensen bedwelmd werden door de giftige dampen. Maar priesters konden blijkbaar wel overleven op de heilige plek.
Onderzoekers ontdekten dat de dampen voornamelijk bestaan uit dodelijke concentraties CO2-gassen, die opborrelen uit de aardkorst. De nieuwe studie werd gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Archaeological And Anthropological Sciences.
Meer dan 2.000 jaar geleden schreef de Griekse historicus en geograaf Strabo al: “Deze ruimte is gevuld met dampen, zo mistig en dicht dat je nauwelijks de grond kunt zien. Elk dier dat binnenkomt, valt onmiddellijk dood. Ik gooide er mussen in en ze bliezen meteen hun laatste adem uit en vielen neer.”
Thinkstock
Het heiligdom werd in 2011 door Italiaanse archeologen opnieuw blootgelegd. Tijdens de opgravingen stelden ze al vast dat de dampen verscheidene vogels hadden gedood. In de kleine tempel offerden priesters stieren aan Pluto, terwijl ze zelf lichtjes hallucineerden door de giftige dampen. Die blijken nu op te stijgen uit een onderaardse kamer waar een warmwaterbron boven een breuklijn ligt.
In de grot zelf kon de CO2-concentratie oplopen tot 91 procent, wat dodelijk is voor mens en dier. Rond de tempel konden priesters het hoofd hoog genoeg houden om zelf niet te bezwijken. Daar waren de concentraties veel lager. Vandaag ontsnappen volgens het onderzoek nog altijd kleinere gifwolken uit de grot, “die verbazingwekkend genoeg fataal kunnen zijn voor insecten, vogels en zoogdieren”.
AFPEen bijzonder voorwerp aangetroffen in het onderwatergrottenstelsel
In het langste onderwatergrottensysteem ter wereld zijn archeologen op 9.000 jaar oude menselijke overschotten en keramiek uit de Mayacultuur gestoten. Daarnaast troffen ze ook beenderen van uitgestorven reuzenluiaards, gomphotheriën (olifantachtigen) en reuzenberen aan uit het Pleistoceen. Dat meldde het Nationaal Instituut voor Antropologie en Geschiedenis (INAH) in Mexico.
De vondsten werden gedaan in het Sac Actun-stelsel nabij de Mayastad Tulum, langs de Caraïbische kust van het schiereiland Yucatán in Mexico. Vorige maand werd pas ontdekt dat het stelsel van 263 kilometer lang verbonden was met het grottensysteem Dos Ojos (84 kilometer), wat van het gecombineerde stelsel het grootste onderwatergrottenstelsel ter wereld maakt.
Onderzoekers, gefinancierd door het INAH, zeggen in het 347 kilometer lange stelsel 248 cenotes te hebben gevonden. Ze vonden ook 200 archeologische sites, waarvan 140 uit de Mayacultuur. Bepaalde cenotes hadden volgens de archeologen een bepaald religieus belang voor de Maya’s. De duikers troffen namelijk “interessante architecturale aanpassingen” aan, zoals “muren, gangen, altaren, heiligdommen en trappen”.
Volgens het INAH steeg het waterpeil na de laatste ijstijd, circa 11.700 jaar geleden aan het einde van het Pleistoceen, met 100 meter, waardoor Sac Actun onder water kwam de staan. “Ideale omstandigheden voor de bewaring van de overblijfselen van de uitgestorven megafauna”, klinkt het. “Dit is zonder twijfel de belangrijkste archeologische site onder water ter wereld”, zegt onderzoeker Guillermo de Anda.
WETENSCHAP & PLANEETOns naburig sterrenstelsel, Andromeda, is minder dan drie miljard jaar geleden geboren door een botsing van twee verzamelingen van sterren. Dit staat in het wetenschappelijke vakblad Monthly Notices of the Royal Astronomical Society. Onze buurvrouw bevindt zich op 2,5 miljoen lichtjaar van ons.
François Hammer van het Observatorium van Parijs en zijn Frans-Chinees team hebben miljoenen bytes aan data onderzocht. Met behulp van de krachtigste computersimulaties konden de wetenschappers het traject van de twee oorspronkelijke sterrenstelsels opnieuw uittekenen. Zo bleek dat ze 1,8 tot drie miljard jaar geleden zijn gebotst.
Dat betekent dat Andromeda - een afgeplatte schijf - geboren is toen de Aarde al bestond. In de gigantische schijf van Andromeda ondergaan alle sterren van meer dan twee miljard jaar oud ongeordende veranderingen, luidt het. Ter vergelijking: de sterren van onze Melkweg volgen netjes bewegingen van rotatie. Enkel een recente botsing kan het gedrag van de sterren in Andromeda verklaren.
Andere studies wijzen uit dat er een botsing zal plaatsvinden tussen Andromeda en onze Melkweg, maar dat zal pas binnen vier miljard jaar gebeuren.
WETENSCHAP & PLANEETMoskou wil de komende jaren zo’n 90 miljoen euro investeren in het Europees-Russische onderzoeksproject ExoMars. Met het project zoeken het ruimtevaartagentschap Roskosmos en zijn Europese partner ESA naar sporen van leven op de Rode Planeet.
Het grootste deel van de investering staat gepland voor 2019 en 2020, meldt het persagentschap Interfax. Met ExoMars zoeken Rusland en ESA naar sporen van leven op de Rode Planeet. België speelt een belangrijke rol bij ExoMars.
Al in oktober 2016 hebben beide organisaties een sonde in een baan rond Mars gebracht. Een lander crashte. De verwachting is dat de sonde medio maart gereed is met de laatste manoeuvres om een analyse van de atmosfeer te beginnen. België is toonaangevend in dat atmosfeeronderzoek. Exomars heeft nog een tweede luik met de lancering in 2020 van een robotjeep.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Categorie:HLN.be - Het Laatste Nieuws ( NL)
19-02-2018
Op naar het volgende waanzinnige project: SpaceX test eerste van 4.425 satellieten die hele wereld van goedkoop internet moeten voorzien - HLN.be
Op naar het volgende waanzinnige project: SpaceX test eerste van 4.425 satellieten die hele wereld van goedkoop internet moeten voorzien - HLN.be
APBeeld van een lancering van SpaceX met een Falcon 9 op Cape Canaveral.
IHLNNa de lancering van de Falcon Heavy vorige week – en een Starman die in een Tesla door de ruimte zweeft – maakt SpaceX zich op voor de volgende buitengewone missie: ‘Project Starlink’. De eerste twee testsatellieten worden dit weekend gelanceerd.
Drie jaar geleden onthulde SpaceX-CEO Elon Musk Project Starlink in Seattle. Met het breedbandproject wil hij met zijn ruimtevaartmaatschappij duizenden met elkaar verbonden satellieten in de ruimte sturen. Doel? De hele wereld goedkoop van razendsnelle internettoegang voorzien. SpaceX wil in totaal een slordige 4.425 kleine satellieten (zo groot als een gemiddelde auto) in een lage baan om de aarde brengen, zo’n 1.100 tot 1.325 kilometer boven ons. Dit weekend gaan de eerste twee testsatellieten de lucht in, zo blijkt uit een brief van SpaceX naar de Amerikaanse Federal Communications Commission. SpaceX geeft voorlopig geen officiële bevestiging, maar had eerder wel al aangekondigd dat eind 2017 of begin 2018 de eerste proefsatellieten zouden vertrekken.
Waarom Musk het ook nu weer in de ruimte gaat zoeken? Omdat een netwerk van satellieten met goedkope grondstations op ongeziene wijze de huidige moeilijkheden en kosten van internettechnologie op de grond kan omzeilen. “De typische uitdagingen op de grond worden verholpen door een breedbandnetwerk in de ruimte”, verklaarde Patricia Cooper van SpaceX eerder. Ondanks dat Musk zelf duidelijk wel wat geld op overschot heeft, is hij vaak op zoek naar manieren om kosten te drukken. Getuige zijn baanbrekende recyclage van raketten.
Photo NewsDe boosters van de Falcon Heavy landden weer mooi op de grond, klaar voor hergebruik.
Race om het internet
Daarnaast is Musk een competitief man, die ook in de steeds competitiever wordende race van betaalbare internettoegang wil meespelen. Neen, winnen. SpaceX is immers niet de enige die globaal razendsnel internet uit de ruimte wil domineren. Zo heeft een ander privébedrijf met de naam OneWeb gelijkaardige ambitieuze plannen. OneWeb zou volgens Geekwire onder meer samenwerken met Blue Origin, het ruimtebedrijf van die andere miljardair - Amazon-baas Jeff Bezos - en met Virgin Orbit, een ruimtevaartbedrijf dat onderdeel is van de Virgin Group van miljardair nummer drie, Richard Branson. Niet alleen de race om de ruimte, maar ook de race om het internet is ingezet.
Waar Elon Musk met de lancering van de Falcon Heavy los de voorsprong nam in de nieuwe ruimterace tussen miljardairs en hun private bedrijven, lijkt hij ook nu in poleposition. In 2015 rapporteerde The Washington Post dat grote bedrijven Google en Fidelity 1 miljard in het ruimtebedrijf van Musk pompten, deels om Project Starlink te steunen. Het is dan ook waarschijnlijk dat als het Starlink-netwerk functioneel wordt, deze bedrijven er deels de controle over zullen nemen. Het moederbedrijf van Google, Alphabet, werkt overigens zelf ook aan internetconnectiviteit op grotere hoogtes - met satellieten, ballonnen en drones. Facebook wilde in 2016 samen met het Franse Eutelsat met een satelliet gratis internet aanbieden in Sub-Saharisch Afrika, maar die droom ging in rook op toen de SpaceX-raket die de satelliet moest lanceren, ontplofte. Andere initiatieven van Facebook omvatten het gebruik van drones op zonne-energie.
REUTERSSpaceX-oprichter Elon Musk op de persconferentie na de eerste lancering van de Falcon Heavy op Cape Canaveral.
Wereldverbeteraar
Ook de wereldverbeteraar in Musk kan zich niet bedwingen: een globaal internetnetwerk dat goedkoop is en in sommige regio’s zelfs gratis voorzien kan worden, kan de bestaande issues rond ongelijke internettoegang oplossen. En dat louter met een ontvanger ter grootte als een laptop. Let wel, ook hier America First, want eerst zouden enkel de Verenigde Staten van het internet van Starlink kunnen proeven, pas later wordt het uitgerold naar de rest van de wereld. Een satellietnetwerk van 800 exemplaren zou snelle internettoegang naar de VS, Puerto Rico en de Maagdeneilanden kunnen brengen, met 4.425 satellieten mikt SpaceX op wereldwijde dekking. De hele planeet online dus, omwikkeld met een dekentje van 1-gigabit-per-seconde-internet.
REUTERSBeeld van een lancering van een SpaceX Falcon 9-raket.
2024
De twee testsatellieten (Microsat 2a en 2b) zullen dit weekend vanop de Vandenberg Air Force Base in Californië met een Falcon 9 in de ruimte worden geschoten, samen met de primaire lading: een grote Spaanse observatiesatelliet met de naam ‘Paz’. De experimentele Microsats zullen communicatie met grondstations testen, blijkt uit documenten. Zo zijn bijvoorbeeld verschillende kantoren van SpaceX een grondstation, maar ook het hoofdkwartier van Musks autobedrijf Tesla (niet toevallig hebben Tesla’s een 4G-internetverbinding). Ook drie mobiele ‘testbusjes’ staan in verbinding met de prototypes. Vanaf volgend jaar moeten dan de eerste ‘echte’ operationele internetsatellieten de ruimte in. Tegen 2024 wil SpaceX alle satellieten van Project Starlink hebben gelanceerd.
Kostenplaatje? Zeker tien miljard dollar, maar volgens Musk moet die investering zich al snel terugbetalen. De markt is tientallen of zelfs honderden miljarden dollars per jaar waard, schat SpaceX. En die markt zal alleen maar groeien als steeds meer mensen online zijn. En zo hoopt Musk dat de hele wereld uiteindelijk mee zijn ultieme droom zal financieren: een kolonie op Mars. Aha, zo zit dat.
WETENSCHAP & PLANEETWetenschappers op zoek naar buitenaards leven hebben flinke last van de bitcoin en andere virtuele munten. Om signalen uit het heelal op te vangen en te onderzoeken, hebben ze sterke computerchips nodig. Maar die zijn niet meer te krijgen: ze worden opgekocht door mensen die virtueel geld willen ‘minen’. Dat zeggen de onderzoekers tegen de BBC.
“We willen de allernieuwste GPU-processoren gebruiken. En we kunnen ze niet meer krijgen. Dat belemmert onze zoektocht naar buitenaards leven, om antwoord te krijgen op de vraag of we alleen zijn. Dit is een nieuw probleem, het speelt pas bij bestellingen van de afgelopen maanden”, zegt wetenschapper Dan Werthimer, grondlegger van het project SETI@home. SETI is een afkorting voor Search for Extra Terrestrial Intelligence (zoektocht naar buitenaardse intelligentie).
Werthimer legt uit waar de processoren voor nodig zijn: “We willen zo veel mogelijk frequenties bekijken, omdat we niet weten hoe ‘aliens’ hun boodschap sturen. Daar is veel rekenkracht voor nodig.” Op sommige plekken draaien honderd aan elkaar gekoppelde GPU’s tegelijk. GPU’s zijn in de eerste plaats bedoeld voor gamers, maar als ze aan elkaar gekoppeld worden, kunnen ze veel gegevens achter elkaar verwerken. Dat gebeurt bij wetenschappelijk onderzoek, maar ook bij het verwerken van virtuele munten zoals de bitcoin. Daarvoor moeten complexe wiskundige formules worden opgelost. Dat oplossen wordt minen of delven genoemd. Wie de oplossing vindt, krijgt als beloning 12,5 bitcoins. Bij de huidige koers is de waarde meer dan 90.000 euro. Elke tien minuten wordt zo’n bedrag uitgekeerd.
Beste bezoeker, Heb je zelf al ooit een vreemde waarneming gedaan, laat dit dan even weten via email aan Frederick Delaere opwww.ufomeldpunt.be. Deze onderzoekers behandelen jouw melding in volledige anonimiteit en met alle respect voor jouw privacy. Ze zijn kritisch, objectief maar open minded aangelegd en zullen jou steeds een verklaring geven voor jouw waarneming! DUS AARZEL NIET, ALS JE EEN ANTWOORD OP JOUW VRAGEN WENST, CONTACTEER FREDERICK. BIJ VOORBAAT DANK...
Druk op onderstaande knop om je bestand , jouw artikel naar mij te verzenden. INDIEN HET DE MOEITE WAARD IS, PLAATS IK HET OP DE BLOG ONDER DIVERSEN MET JOUW NAAM...
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Alvast bedankt voor al jouw bezoekjes en jouw reacties. Nog een prettige dag verder!!!
Over mijzelf
Ik ben Pieter, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Peter2011.
Ik ben een man en woon in Linter (België) en mijn beroep is Ik ben op rust..
Ik ben geboren op 18/10/1950 en ben nu dus 74 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Ufologie en andere esoterische onderwerpen.
Op deze blog vind je onder artikels, werk van mezelf. Mijn dank gaat ook naar André, Ingrid, Oliver, Paul, Vincent, Georges Filer en MUFON voor de bijdragen voor de verschillende categorieën...
Veel leesplezier en geef je mening over deze blog.