dit is de fameuze en mysterieuzeneuze GroB blog

Foto

aantal kliks op deze blog



Inhoud blog
  • toedeloe
  • Carlos en Discus
  • ga nog eens testen op doenbaarheid
  • proberen
  • eens proberen
  • test
  • KOKENETEN: lusten hottentotten matelote?
  • We raken niet verhit in Valladolid (2)
  • Valladolid, toch via de juiste afrit (1)
  • KOKENETEN: naar de Ardèche
  • Donibane Lohizune??
  • We rijden knus naar Saint-Jean-de-Luz
  • KOKENETEN uit Mexico, met bonen en zo
  • Honderden hazen en één schildpad in Niort (deel 2)
  • Vuurspektakel in Niort, met Carabosse (deel 1)
  • KOKENETEN: de lekkerste kip in bier vind je HIER!
  • Beaufort04 met het trammetje van plezier
  • Beaufort 04, per tram van ginder tot hier
  • Tussen De Hoogmolen en het Boenderbos
  • KOKENETEN: vis met groenten, in de oven
  • Tussen het groene mos van het Boenderbos...
  • Aan de (water)bak in Cotignac
  • KOKENETEN: 2X lekkers voor de prijs van 1
  • KOKENETEN: 2X lekkers voor de prijs van 1 (deel 2)
  • Stappen door Gent, rond de Vleestent
  • Senioren heerlijk verwend in Gent
  • No more stress in Cadaqués
  • problemen met uploaden
  • Zonder geharrewar naar Alfafar
  • KOKENETEN: over konijnen en hazen

    de daders:            Greta en boB = grob


    Foto

    Organisation de loisir agréable et blabla amical


    Foto

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Feria Internacional de Pueblos 2009 Fuengirola ossenkar uit Costa Rica


    Foto

    zeer interessante links vind je hieronder
  • dit zijn alle foto's en photoshop creaties van Gaviota
  • de beste ontstresser is zuurstof in Zutendaal
  • de vrolijke bloggers: stel je site hier in de kijker en wordt veel vrienden rijker

  • Garfield als kok


    Foto

    kok als Garfield


    Foto

    Gastenboek
  • Op bezoek geweest
  • hoi blogmaatje,
  • Lieve groetjes Nikki
  • verrasend mooi blog !
  • Wandelgroetjes uit Borgloon

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Foto

    Welkom! Blij je hier te hebben. Kijk maar eens rustig rond.

    fietsen in Zeeland


    Foto

    een potje Olaba petanque


    Foto

    avond in Burgos


    Foto

    koninklijke glasblazerij tegen Segovia


    Foto

    Expo Oostende voor Anker 2009


    Foto

    terug in Vatan


    Foto

    Salers runderen


    Foto

    als smakelijk hapje in Valencia


    Foto

    fontein in Vejer de la Frontera


    Foto

    kathedraal van Cadiz


    Foto

    standbeeld Tio Pepe in Jerez


    Foto

    trol met Greta in Bergen (Noorwegen)  (trol staat bovenaan)


    Foto

    met kaasboerin in Edam


    Foto

    als vrome bedevaarder


    Foto

    met mijn Baskische vriend Joseba aan het Guggenheim in Bilbao

    Foto

    m.a.w. de weblog van Greta en boB

    de bloemige blog die de avonturen van Greta en boB in BEELD brengt in België, Spanje, Frankrijk, enz.
    De foto´s zijn meestal van Greta en de tekst van boB.
    Ook eigen (makkelijk na te maken) ervaringen in het cuisineren worden neergezet,
    ter streling van het virtuele gehemelte van de kijker/lezer of amateurkok.

    26-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Via El Greco in Toledo (2) naar Riofrio

     

    Een wandeling maken door Toledo, de oude hoofdstad van Spanje,

    is alsof je 500 jaar teruggekaatst wordt in de tijd.

    In de oude binnenstad is er weinig of geen verkeer te zien.

    Alleen oude straatjes, binnenplaatsen, en een massa winkeltjes

    met armaturen, wapens, en allerlei oude (namaak)dingen waar

    het blanke staal voor wordt gebruikt.

     

     

     

     

    Een van de bekendste ex-inwoners is de schilder El Greco, uit de glorietijd

    van Spanje, toen er heel veel geld was (ergens anders geplunderd natuurlijk,

    zoals in Vlaanderen bijvoorbeeld) en geen twintig percent werklozen, zoals nu.

    Nochtans zag El Greco, afgaande op zijn zelfportret, er niet zo stralend uit.

     

     

     

    Domenikos Theotokopoulos (what’s in a name?) is zijn echte naam.

    De Spanjaarden vonden dit wat lastig om uit te spreken, en hij werd dus

    terecht algemeen bekend als El Greco (Spaans voor de "De Griek").

    Het schrijven lag nog iets moeilijker, wat denk je van Δομήνικος Θεοτοκόπουλος.

    Onleesbaar voor de meesten, maar omdat ik bij de nationaliteiten

    van mijn lezers zie dat er toch één Griek tussen zit, wil ik deze persoon

    toch ook de volledige originele naam geven.

     

    El Greco werd geboren in Heraklion op Kreta in 1541 en hij was

    een getalenteerde kunstschilder die voornamelijk in Spanje werkte.

    Net als Greta en ikzelf was hij al een echte Europeaan.

    Na een opleiding op Kreta in de kunst van de iconen reisde El Greco

    naar Italië, en in Rome studeerde hij onder de schilder Titiaan.

    In 1577 emigreerde hij naar Toledo in Spanje, waar hij zijn

    grootste hoogte bereikte, tot aan zijn dood in Toledo op 7 april 1614.

    Hij was erg geliefd onder hoogwaardigheidsbekleders en schilderde

    vooral religieuze werken en portretten.

    De schilderijen van El Greco onderscheiden zich door de langgerekte vormen

    en de expressieve kleuren. Zijn werken doen werkelijk erg modern aan.

    Hier zie je het schilderij “De doop van Christus”, geschilderd rond 1610.

     

     

     

     

    Na zijn dood werd El Greco eeuwenlang niet meer als belangrijk

    kunstenaar gezien.

    Aan het eind van de 19e eeuw ontstond echter een hernieuwde belangstelling

    in zijn hoogst persoonlijke expressie.

    El Greco bevrijdde zich van de exacte vorm, licht en kleuren van zijn onderwerpen

    en inspireerde kunstenaars als Pablo Picasso en Jackson Pollock in hun

    inspanningen om de kunst te transformeren

    De meeste kunstcritici bestempelen hem als een moderne schilder ‘avant-la-lettre'.

    Hij slaagde erin zijn schilderijen licht te laten uitstralen, wat totaal ongewoon

    was in de  jaren 1600. Als voorbeeld zie je het zicht op de stad Toledo,

    van op de plaats waar we verblijven in hotel Eurostar.

     

     

     

    Deze historische en artistieke bespiegelingen veroorzaken dorst en honger.

    Dus gaan we op zoek naar de beste bar van Toledo: de Gambrinus. Niet te missen!

    Bemerk de frappante gelijkenis tussen de kraag die El Greco rond zijn nek draagt,

    en de kraag van de pint die Greta in haar knuistje neemt.

    De Spanjaarden weten waar Joost de mosterd en de pils vandaan haalt.

     

     

     

    De Gambrinus serveert Cruzcampo bier, en dat zullen we geweten hebben.

     

     

     

    Aan de zijkant van de bar ligt een driehoekig pleintje, waar Greta snel haar

    plaatsje vindt. Merk op dat ook hier het spel van licht en schaduw volop

    tot zijn recht komt. El Greco vergezelt ons.

     

     

     

    Na de bestelling van enkele natjes en droogjes neem ik even tijd

    voor persoonlijke hygiëne.

    Dat geeft me de gelegenheid eens rustig het interieur te bekijken.

    Op één plaats hangen de lekkerste hammen te drogen aan de haak,

    met onderaan het druippotje om resterend vocht op te vangen.

     

     

     

     

    Even verder staan een aantal gezellige tafeltjes klaar om gasten te ontvangen.

    Het is nu rond 4 uur, zowat de kalmste periode van de dag.

     

     

     

     

    De Cruzcampo pils wordt hier hoog in het vaandel en in de vrachtwagen gedragen.

     

     

     

    Spanjaarden eten tapa’s altijd aan de toog. Geen probleem hier.

     

     

     

    Er was een tijd dat deze plaats ook een huisbrouwerij was.

    De bewijzen zijn nog aanwezig.

     

     

     

    Intussen is de bestelling toegekomen. Eigenlijk wilden we een kleine tapa

    eten, maar de hoeveelheden die men neerzet zijn aan de ruime kant.

    Mijn probleem is dat ik nauwelijks kan weerstaan aan al die lekkere dingen.

    De kelner heeft dus niet veel moeten afruimen.

    ’s Avonds bij het romantische diner kunnen we geen pap meer zeggen,

    en eten we maar enkele kruimeltjes.

    Er is nog een sappige story aan verbonden met een steak en een hond,

    maar het zou me te ver leiden om dat hier en nu uit de doeken te doen.

     

     

     

    Na de heerlijke maaltijd in de Gambrinus werpen we nog een laatste blik

    in het interieur. Geen blik in staal natuurlijk, hoewel dat in Toledo ruim

    voorhanden is, zoniet zouden we de barjuffrouw achter de toog

    te veel doen schrikken van het lawaai.

     

     

     

    De tijd is gekomen om oud Toledo te verlaten, met zijn pittoreske straatjes

    en dito winkeltjes met  Armas Historicas.

     

     

     

    We rijden het laatste stuk naar Malaga door een monotoon landschap.

    Een ultieme stop voor een kleine snack en een smeerbeurt voor de keel

    voeren we uit net voorbij Granada.

    Er is daar een piepklein dorpje, Riofrio. Door het dorpje loopt een rivier,

    eveneens genoemd Riofrio natuurlijk, wat zoveel betekent als “koude rivier”.

    Bij onze aankomst ziet het er nogal verwilderd uit, en er is geen levende ziel.

     

     

     

    We zitten hier in de uitlopers van de Sierra de Loja, met zicht op de hoogste

    toppen van de Sierra Nevada.

    Sinds 1664 wordt hier op forel gevist. Dat is toevallig ook het jaartal van het

    ontstaan van het bier 1664 van Kronenbourg, maar verder is er geen verband.

    Onlangs werden hier forelvangsten gedaan tot 5.2 kg!

    Je moet wel over een stevige barbecue beschikken om dat visje te braden!

     

     

     

    Het visseizoen loopt hier het hele jaar, waarbij men verse forel serveert

    van de barbecue in de talrijke restaurants.

    Het oogt hier niet zo aantrekkelijk als normaal.

    Gisteren is hier een zware storm gepasseerd, en alles ligt overhoop.

     

     

     

    De hoofdattractie hier is nochtans niet meer de forel, maar de steur.

    Na drie en een halve eeuw forellen vangen was men er wat op uitgekeken,

    en is er een familie gestart met het kweken van steur.

    Niet de vis is op zichzelf heel interessant, maar wel zijn eitjes,

    met andere woorden gezegd: het draait allemaal rond kaviaar.

    Kaviaar mag sinds enkele jaren niet meer ingevoerd worden

    in de Europese Unie, enkel als eitjes, om zelf te kweken.

    Wil je er meer over weten, dan kan je naar http://www.caviarperse.net.

    Persoonlijk vind ik de smaak van kaviaar maar niks.

     

     

     

    Vroeger werd de steur in het wild gevonden in de Guadalquivir, die ook Sevilla

    en Cordoba bespoelt. Maar sinds die werd afgedamd voor drinkwater

    en elektriciteit, is het visje in Spanje bijna uitgestorven.

    In Riofrio bevindt zich nu een van de grootste steurkwekerijen in de wereld.

    Naast forel kan men er ook de steur zelf eten in de plaatselijke restaurants.

    Dat zal bij ons volgend bezoek dan ook gebeuren.

     

     

    Steuren zijn grote, primitieve vissen met een bepantserde kop.

    Hij is een van de weinige dieren die de prehistorische tijd heeft overleefd.

    Kenmerkend is de lange snuit met een soort uitstulpbare slurf.

    Ze worden tot 6 meter lang, 500 kg zwaar en maximum 100 jaar oud.

    Steur is een vis die heel zuurstofrijk water nodig heeft.

    Bij een tekort aan zuurstof, zal de vis krom groeien en uiteindelijk sterven.

    Het pure zuivere water dat rechtstreeks van de Sierra Nevada komt is

    uiterst geschikt voor deze vissen, die volledig ecologisch gekweekt worden.

    Deze viskweek valt wel buiten het gewone.

    Alleen al het feit dat de oude knarren heel gevoelig zijn voor hun leefmilieu ,

    is er ook nog een groot praktisch probleem.

    Mannetjes worden pas geslachtsrijp na 7 tot 15 jaar en vrouwtjes na 8 tot 20 jaar.

    Wie een kwekerij start moet een heel aantal jaren wachten op de eerste eitjes,

    en om iets tastbaars terug te zien van zijn investering.

    Vandaar dat er weinig steur wordt gekweekt in de wereld en dat de eitjes

    een heel duur exclusief product blijken te zijn.

    Dit inloopstadium zijn ze hier intussen al wel voorbij.

     



    De ei-afzetting vindt normaal plaats in diepe rivierdelen met stenige bodem,

    of ook wel boven zandbanken in ondiep water bij de monding van rivieren.

    Het vrouwtje verspreidt daarbij de eieren (tot 800000 stuks, bij grote exemplaren)

    over een oppervlakte van honderden vierkante meter.

    Enkel op enkele plaatsen in Europa leven nog wilde steuren.

    In de Dordogne bijvoorbeeld zijn ze nog niet helemaal weggevist.

     

     

     

    Na enkele tapa’s nemen we afscheid van deze interessante plek.

    Het laatste dat we zien is een wilde eend, dicht tegen de weggespoelde oever.

    Dit lekkere beestje legt natuurlijk al de link naar een mogelijk volgende

    hoofdstuk in de kokeneten rubriek.

    Come and see next week.

     

     

     

    26-02-2010, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (0)

    20-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KOKENETEN: ingrediënten uit alle continenten

     

     

     

    De kalkoen is een gedomesticeerde vogel oorspronkelijk afkomstig uit Yucatán,

     waar hij door de Maya's gehouden werd. In de 16e eeuw werd de vogel

    in Europa populair op het menu, na import door de Spanjaarden.

    Het Nederlandse woord kalkoen is afgeleid van de stad Calicut in India.

    In Denemarken, Estland, Noorwegen is het kalkun, in Zweden kalkon enzovoort.

    De naam in de meeste andere Europese talen wijst op een exotische origine.

    Het komt voor een deel voort uit de misvatting dat Columbus naar India was gevaren,

    toen hij Amerika ontdekte. Vandaar ook in het Frans: dinde (in feite d’Inde).

     

    De Pilgrim Fathers, Engelsen die twee eeuwen later naar Amerika trokken,

    om het land te exploiteren namen kalkoenen mee. Dat was echter onnodig,

     aangezien daar een grote, wilde soort kalkoen bleek voor te komen,

    namelijk de "wild turkey".  Wij wisten dat natuurlijk intussen.

    Zie foto hieronder.

    Deze soort wordt in de VS traditioneel verorberd op Thanksgiving Day.

    Een kalkoen wordt gekenmerkt door zijn naakte rode kop, met lellen

    aan beide kanten van zijn snavel.

     

     

     

    Vandaag gaan we een (klein stukje van dit) beestje bereiden en opeten.

    Als toemaatje denken we daarbij aan gegrilde tomaten, altijd lekker.

    Je kunt het topje er af nemen, ofwel ze in twee snijden, zoals ik

    deze keer deed, in tegenstelling tot het recept.

     

     

    Ingrediënten voor 2

    bereiding

    4 grote rijpe tomaten

    Verwijder het harde kroontje van de tomaten, snij er de kapjes af

    45g vers broodkruim

    Schep er de zaadjes uit

    3el gehakte peterselie

    Rangschik ze op een ingevette ovenschotel

    2 tenen look, grof gehakt

    Meng het broodkruim, peterselie en look; kruid met peper en zout

    pezo

    Vul er losjes de tomaten mee

    olijfolie

    Besprenkel de tomaten met olie

     

    Zet de schotel 15´in een oven van 200º

     

     

     

    Dan is de tijd gekomen voor het vogeltje, dat al een tijdje  (ten minste vier uren)

    in de koelkast staat sappig te worden in een Oosterse marinade.

    Het recept staat te boek als: Kalkoenfilet met koriander.

    Maak het eens voor een ander (maar ook voor jezelf).

     

     

    ingrediënten voor 2

    bereiding

    400g kalkoenfilet

    snij de kalkoenfilets in repen

    voor de marinade:

    doe de marinade met al de rest, gesneden waar nodig

    2 eetlepels vissaus (nam pla)

    leg de kalkoen in de marinade, dompel ze onder

    2 el sake (of gin)

    zet dit afgedekt ten minste 4 uren in de koelkast

    sap van ½ limoen of citroen

    bekleed de bakplaat van de oven met aluminiumfolie

    1 el milde currypasta

    leg de kalkoenreepjes erop, of op een schoteltje

    2 el kokosmelk of lichte (soja)room

    zet 10’ onder de grill en dien op (Oosterse smaak!)

    2 teentjes look (of 2 tl lookpasta)

     

    1 chilipepertje (of piment d’Espelette)

    bereid met gegrilde tomaten (samen 10’ onder de grill)

    1 bosje verse koriander, fijngesneden

    en “amandelsaus voor kalkoen” uit “Sauzen”

     

    En dan gaat het samen gezellig onder de grill met de tomaten.

    De Spaanse terracotta schoteltjes doen weer hun dienst.

     

     

     

    Het geurige en smeuïge kalkoenfiletje mag na 10’ de tafel op, voorzien van

    een takje lekkere verse koriander uit de grote pot op het terras.

     

     

     

    Nu heb ik toch wel een sausje gevonden zeker, dat uitgevonden is

    om bij kalkoen te geven (almond sauce for turkey).

    Weer een geluk bij een geluk.

    Dit makkelijke sausje kan rustig gemaakt worden terwijl het vogelbeestje

    zich te pletter amuseert met de tomaatjes in de oven.

    Foelie heeft natuurlijk de voorkeur op nootmuskaat.

    Het is de gemalen schil van deze specerij, en is fijner van smaak.

     

     

     

    ingrediënten voor 2

    bereiding

    voor 10 cl saus:

    smelt de boter in een kleine steelpan

    30g amandelpoeder

    roer het amandelpoeder erdoor tot het blond is

    (of de noten geblancheerd en fijngehakt)

    doe de bloem erbij en doe de fond erbij en water

    10g boter

    kruid met een snuif zout, suiker en foelie

    1 el bloem

    breng de saus aan de kook, klop op met een garde

    8 cl kippenboeljon, of een beetje -fond

    de saus moet niet gezeefd worden

    zout

    roer er voor het opdienen de room door

    suiker

     

    foelie (of nootmuskaat)

     

    1 el (soja)room

     

     

     

     

     

    De kok van dienst komt even de filetjes op de tafel zetten, en hij lijkt

    nog een beetje onzeker over het resultaat. Greta is soms een hard jurylid!

     

     

    Over de tomaatjes wordt nog wat verse basilicum gelegd (zalig!), en alles .

    staat klaar voor de definitieve hap.

    Ingrediënten uit alle continenten zijn vandaag de revue gepasseerd.

    De vino tinto heeft intussen ook al zijn weg gevonden naar het wijnglas merk ik.

    Een van de betere dagen in mijn kokleven is dit . Alles is gelukt. Smakelijk.

     

     

     

     

    Bereid naar :

    De kalkoen komt uit de Libelle (althans het recept)

    De tomaten zijn te vinden in TimeLife Groenten, pag.131

    Het sausje drupte uit TimeLife Sauzen, pag.115.

     

    20-02-2010, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (0)

    13-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cupido in Toledo (1)

     

    Na een heerlijk ontbijt in hotel Cuatro Postes in Avila poetsen we de plaat

    naar Toledo, voor een extra uitstap in het binnenland, die niet gepland was.

    De afstand is 250 km, voornamelijk langs autoweg, dus heel comfortabel.

    Onderweg komen we langs een Embalse, een kunstmatig meer dat drinkwater levert.

    Rechts in het midden van de foto is de brug waar we net over reden.

     

     

     

     

    Ook de andere kant van het meer ziet er voldoende fotogeniek uit,

    maar de waterstand mag wat hoger zijn.

    Hoewel er wel wat wolken hangen in de heuvels, gaat het zeker niet regenen.

     

     

     

    Toledo is de hoofdstad van de gelijknamige provincie, in de autonome gemeenschap

    van Castilië-La Mancha in Spanje. De stad is gelegen aan de rivier de Taag (El Tajo),

    ten zuidwesten van de hoofdstad Madrid.

    De rivier omspant de oude stad volledig, en was in de middeleeuwen natuurlijk

    makkelijk te verdedigen. De stad heeft een rijke geschiedenis en cultuur,

    en staat dan ook op de Werelderfgoedlijst van de UNESCO.

     

     

     

    We hebben onderweg via internet geboekt in het prachtige Eurostar hotel,

    dat op een heuvel ligt buiten de stad.

    Vanuit onze kamer hebben we een prachtig overzicht over de oude stad.

     

     

     

    Toledo, een van de oudste steden van Spanje werd in 192 voor Christus

    door de Romeinen veroverd, die haar 'Toletum' noemden.

    Onder de Visigoten was de stad van 534 tot 712 hoofdstad en werden er talrijke

    concilies gehouden.

    Toen waren dat de vergaderingen die het politieke en religieuze leven beheersten.

     Ze zijn vandaag vervangen door Toppen van de Europese Unie.

     

    In de Moorse tijd was de stad tot 1035 de zetel van een emir onder het opperbevel

    van de kalief van Córdoba; daarna beleefde de stad als zelfstandig koninkrijk

    een bloeitijd door de wapenfabricage, en ook door de wolnijverheid.

    Zelfs nu kan je in elke toeristenwinkel alle soorten (nep) snij- en hakwapens kopen.

    Het blanke staal maakte Toledo bekend doorheen alle tijden.

    Ook de wetenschap werd op hoog niveau beoefend.

    In 1085 bezette de Castiliaanse koning Alfonso VI de stad. In 1087 werd ze

    de residentie van de koningen van Castilië en tevens het kerkelijke centrum

    van heel Spanje.

    Toen Philips II, zoon van Keizer Karel de residentie naar Madrid verplaatste,

    verloor de stad haar politieke betekenis. In de Spaanse burgeroorlog

    werd Toledo beroemd door de verdediging van de Alcazar.

     

    Hier zie je de rechts kathedraal en links het Alcazar, dat is het kasteel.

     

     

     

    Vooral ’s avonds komt de schoonheid van het Alcazar tot zijn recht.

     

     

     

    Toledo heeft een oneindig aantal smalle middeleeuwse straatjes.

    In een ervan sta ik (links) rustig tegen een muur mijn puntzakje frieten te eten.

     

     

     

    Verbindingen tussen paters- en nonnenkloosters waren ook al voorzien,

    om samen de Heer te loven en peren te stoven.

     

     

     

    Weinig straten zijn vlak te noemen.

    De toerist kan sightseeing combineren met fitness.

     

     

     

    Oude kerkjes met wanordelijke structuren bepalen het stadsbeeld.

    Toledo bezit geen echte toeristisch bekende blikvanger.

    Het is een stad om te verkennen door de smalle straatjes,

    die je vijfhonderd jaar terugzetten in de tijd.

     

     

     

    Deze volgende foto is niet bewerkt.

    Het is gewoon een reflectie in een etalageraam

    van een van de talloze winkeltjes met snijapparaten.

     

     

     

    Onze wandeling leidt ons langs het Alcazar.

    Vandaar heb je een ruim zicht over de omgeving, met de Taag

    en een reeks middeleeuwse gebouwen op de achtergrond.

    Toledo is in feite een kleine, maar niet overzichtelijke stad.

     

     

     

    Poorten en deuren in de oude stad zijn meestal nog origineel en onverwoestbaar.

     

     

     

    Toledo is ook de stad van de hertog van Alva (of ook wel Alba, want in het Spaans

    klinkt dat hetzelfde). Wij kennen hem onder deze verkorte naam.

    Don Fernando Álvarez de Toledo, was een Spaans generaal en landvoogd

    van de Nederlanden aan het begin van de Tachtigjarige Oorlog.

    Zijn bewind leidde tot een verheviging van de opstand in de Nederlanden

    en uiteindelijk tot het ontstaan van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.

    In de Nederlanden was hij bijgenaamd de IJzeren Hertog en in Spanje de Grote Hertog.

     

    In 1566 werd Alva door de toenmalige koning Filips II (zoon van Keizer Karel V)

    vanuit Italië naar de Nederlanden gestuurd.

    Hij kreeg een leger van 10 000 man en onbeperkte bevoegdheid.  

    Directe aanleiding voor de benoeming van Alva was de Beeldenstorm.

    Volgens een anekdote had Alva tegen Filips II gezegd dat hij maximaal

    zes maanden nodig zou hebben om de opstand neer te slaan

    en dat er "enkel wat koppen moesten rollen".

    Aan zijn eigen kop kan je al zien dat hij geen koorknaapje was.

    Zelfs de schilder van het portret had dat al (letterlijk) in het snuitje.

     

     

     

    Vrijwel direct na zijn aankomst in Brussel richtte deze schurk 

    de Raad van Beroerten (=onlusten) op, die in de volksmond

    al snel bekend stond als "de Bloedraad".

    Zijn komst deed veel edelen als Willem van Oranje op de vlucht slaan.

    Deze besloot in overleg met zijn broers om een inval te wagen in de Nederlanden.  

    In de Slag bij Dalheim werd hij verslagen door Alva's soldaten.

    Alva was woedend en liet 18 edelen onthoofden op de Grote Markt van Brussel.

    Twee populaire edelen, graaf van Egmont en Graaf Horne, werden later eveneens

    als voorbeeld publiekelijk onthoofd in Brussel.

    Willem van Oranje had daar ook bij moeten zijn,

    maar doordat hij tijdig gevlucht was, ontkwam hij eraan.

     

    De Raad van Beroerten was naar de maatstaven van die tijd erg efficiënt.

    Tijdens de vijf jaar van Alva's bewind werden zo'n 8950 personen uit alle lagen

    van de bevolking ondervraagd en veroordeeld wegens verraad, ketterij of beide;

     verbeurdverklaring van goederen bij vermogende veroordeelden kwam veel voor.

    In totaal werden er meer dan 1000 dwarsliggers letterlijk een kopje kleiner gemaakt.

     

    Op 2 oktober 1572 plunderden en moordden de Spanjaarden onder de leiding

    van deze wreedaard in Mechelen, nadat er daar in de maand september voordien

    even een niet-katholiek bestuur aan het bewind was geweest.

    Op 15 november van dat jaar onderging het Noordelijk Zutphen een dergelijk lot.

     

    De Watergeuzen verweerden zich succesvol in een drietal zeeslagen

    tegen Spaanse schepen.

    Vanwege deze tegenslagen en zijn kwetsbare gezondheid diende Alva

    bij Filips II zijn ontslag in.

    Na zijn terugkeer werd hij aanvankelijk als held binnengehaald door Filips II,

    maar door een liefdesaffaire van zijn zoon Frederik werd ook Alva zelf

    in opspraak gebracht.

    Alva werd verbannen van het hof en bracht zijn tijd door in het kasteel van Uceda.

     

    Hij vervult de rol van slechterik in het Suske en Wiske album “Het Spaanse Spook” .

    In Spanje wordt deze meedogenloze katholieke moordenaar beschouwd als

     "de beste van zijn tijd en een van de besten in de geschiedenis".

    Alles is relatief.

     

     

     

    De kathedraal van Santa Maria de Toledo was, zoals die van Antwerpen, gepland

    met twee torens, maar waarschijnlijk ontbraken de nodige financiële middelen.

    Niks nieuws onder de zon dus.

    Vermits we de uitzonderlijk mooie kathedralen van Sevilla en Burgos in detail

    bezochten, de absolute top dus, laten we deze links liggen.

     

     

     

    We komen dus uit aan de rechterkant, en wie zit daar?

    Een ingetogen muzikant, die zorgvuldig en beheerst Aziatische klanken

    produceert tegen een kleine vergoeding.

     

     

     

    Aan de Torre de San Nicolas springen de Moorse invloeden zo in het oog.

     

     

     

    Een muzikaal meisje haalt onvoorstelbare klanken te voorschijn

    uit een merkwaardig instrument, met bijhorende strijkstok.

     

     

     

     

     

    In de omgeving is er nog het Monasterio de San Juan de los Reyes.

    Er zijn in Spanje evenveel middeleeuwse kloosters als tapabars.

    Meestal beperken we onze bezoeken tot de laatste categorie.

    Dat komt omdat de openingsuren ons beter liggen.

     

     

     

    Na het uitgebreide bezoek aan de stad keren we met de bus terug naar het hotel.

    In dit reusachtige moderne etablissement zijn we praktisch alleen als hotelgasten.

    Deze periode in de herfst is het laagste van het laagseizoen.

    We hebben dan ook een romantisch arrangement kunnen boeken voor een prijsje.

    Onder meer zijn inbegrepen: halfpension  en ontvangst met Cava op de kamer.

    In het romantische pakket zijn eveneens de twee aparte bedden

    vervangen door een kamerbreed dubbelbed (!).

    In het restaurant voor het diner is een rode roos voorzien voor de aanwezige dame.

     

               

     

    Deze roos moet ik dan ook op een passende wijze aanbieden aan Greta.

    Cupido komt uit Toledo! Wat een interessante ontdekking!

     

    Het moet geen Valentijn zijn om je liefste plezier te doen.

    Daarenboven heeft ze haar halve fles wijn ook nog…

     

    P.S. waarom we nauwelijks iets gegeten hebben van het nochtans lekkere menu

     komen jullie volgende keer te weten.

     

     

     

     

               

     

    13-02-2010, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (1)

    06-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Alle begin is makkelijk!

     

    Voor ik het vergeet moet ik toch nog even iets kwijt over de activiteiten,

    of het gebrek daaraan op 1 januari 2010.

    In het kort: net als vorig jaar bewandelen we de zeedijk van Fuengirola.

    Iets gemakkelijk dus om het jaar mee te beginnen.

    In het begin van januari mag je niks forceren. Het begin moet makkelijk.

     

    Het weer is tot ieders tevredenheid min of meer bevredigend.

    We vertrekken aan de kant van de plezierhaven, en stappen richting Malaga.

    Er is een vaste plaats waar zandwerkers hun visuele producten aanbieden.

    Ditmaal hebben ze natuurlijk als thema: de drie koningen, Los Tres Reyes.

    Deze drie wijzen zijn erg populair in Spanje, vooral bij de kinderen.

    Ten eerste omdat ze op 6 januari nooit naar school moeten, maar vooral

    omdat ze dan geschenken krijgen. Hoewel Sinterklaas vanuit Spanje

    al zijn verplaatsingen doet met de stoomboot, is hij hier helemaal niet bekend.

    We zien hier een st(r)andwerker die de laatste hand legt aan een zanderige inwoner

    van Bethlehem, terwijl de ezel smaakvol de inhoud van zijn trog verorbert.

     

     

     

     

    Met man en macht wordt gewerkt om de openluchtstal af te wroeten.

    De os, op de voorgrond, lijkt jammer genoeg meer op een Bouvierhond

    met horens dan op een stier zonder kroonjuwelen.

     

     

     

    De heilige maagd Maria ziet er ook niet op haar best uit, maar wellicht

    komt dat door een zware bevalling. Het is verbazend dat ze al rechtop kan zitten.

    Als je ziet dat het kindje Jezus, enkele dagen na zijn geboorte, al heel flink uit

    de kluiten gewassen is, is het niet te verwonderen dat Maria er wat krampachtig bij zit.

    Bij de geboorte was dat zeker een baby van 20 kg en een lengte van 80 cm.

    Jozef zit er ook wat verweesd bij. Als timmerman laat hij er geen gras over groeien

    en daarenboven heeft al een stuk hout gevonden om mee te knutselen.

    Ofwel houdt hij het gereed om mee te slaan als er nog eens een witte duif

    in de buurt van Maria komt.

    Kijk even goed naar de heilige Jozef. Ik heb de indruk dat hij een dikke tong heeft.

     Mogelijk heeft hij gisteravond te lang aan de fles whisky gehangen,

    toen de drie koningen op bezoek waren.

     

     

     

    Het strand is grotendeels verlaten. De visserssloepen blijven binnen vandaag.

    Een paar inboorlingen lopen of rijden toch rond op een zandfiets.

    Onder een tent gebeuren de voorbereidingen om zo dadelijk sardines te grillen.

     

     

     

    Slechts enkele mensen doen de stap tot aan het water, waar nochtans

    het meeste zon schijnt, en waar het zicht over de baai het mooist is..

     

     

     

    De grens tussen Fuengirola en Los Boliches wordt gevormd door een rivier.

    Door de december regens loopt er heel wat drinkwater (verloren) in de zee.

    Net als vorig jaar is er een serieuze geul in het strand, waar de rivier

    zich een weg heeft “gebaand”, alleen is hij nu weer anders van vorm.

     

     

     

    Meer volk te vinden langs de barretjes aan de zeedijk.

    Na een slopende wandeling wordt het hoog  tijd om wat op krachten te komen.

    Bij het binnenkomen van Los Boliches is er de Italiaanse tearoom Valentino.

    Greta heeft onmiddellijk de geschikte tafel gevonden.

     

     

     

    Om het nieuwe jaar goed in te zetten nemen we naast de gewone koffie

    ook wat straffer spul, om ook onze binnenkant te verblijden.

     

     

     

    Terwijl we rustig van de omgeving genieten worden we muzikaal onderhouden

    door een Hongaarse student. Op de achtergrond zien we dat de heilige maagd

    zich ondertussen in verticale positie heeft weten te hijsen.

    Het kindje had in zijn bedje gedaan, en terwijl Jozef het stro ververst,

    houdt Maria het "kleintje" overeind.

    Dank zij de goede ingeving van de drie wijzen beschikken de nieuwbakken ouders

    nu over voldoende voorraad wierook en mirre om de onaangename geurtjes

    deskundig te kunnen neutraliseren.

     

     

     

     

    De Hongaar staat te popelen om een gezamenlijke foto van ons te nemen,

    en we laten hem zijn gang maar gaan. Vorig jaar was het warmer zie ik.

    Dan droeg ik een hemd met korte mouwen, en nu met lange.

    Maar verder hebben we geen klagen.

     

     

     

    Een eindje verder is er een plein met een fontein.

    Vorig jaar stond hier een reusachtige kerstboom.

    Nu is hij in de kast blijven staan.

     

     

     

    Op de dijk staat gans het jaar een mooie paardencarrousel opgesteld.

    De grote hotels houden in januari de zon weg van de paardenmolen.

     

     

     

    De brave viervoeters huppelen vrolijk rond en worden begeleid door

    nostalgische orgelmuziek.

     

     

     

    Vorig jaar vonden we een leuk (Engels!) restaurantje met de naam “Mañanas”.

    Het eten was eenvoudig, maar lekker.

    Waarom zouden we hier dus niet opnieuw ons namiddagbuikje vullen?

    Laten we de lunch beginnen met een verfrissing voorzien van een witte kraag.

     

     

     

    We kiezen allebei dezelfde bereiding als vorig jaar. Ook de kok is dezelfde.

    We zien hem in de open keuken en herkennen hem aan zijn piratensjaal.

     

     

     

    Nu moet je eens goed kijken, onder en boven.

    De volgende foto is precies een jaar ouder.

    Zoek hieronder de zeven verschillen met de vorige foto.

    Greta telt niet mee bij het zoeken, want die ziet er nog hetzelfde uit (even jong ).

    De volgende foto heb ik hier gewoon geplukt uit deze weblog.

    Als je het wil controleren, of onze actiepunten van vorig jaar (nog eens) wil zien,

    klik dan bovenaan in de rechterkolom bij “Archief per maand” op “01-2009”.

    Voor diegenen die het niet zouden geloven: hier vind je nu het echte bewijs

    van de economische crisis in Spanje!

    Het volume van dit gerecht, gebaseerd op een gevulde aardappel, is dit jaar

    nog maar een derde, terwijl de prijs met een derde is toegenomen.

    Dit is hetzelfde gerecht met één jaar verschil. Dit bewijs is onomstotelijk!

     

     

     

    Een eindje verder komen we nogmaals de heilige maagd tegen.

    Deze maal met een uitbeelding van een andere periode in het jaar:

    rond half maart zowat.

    Het is een uitbeelding van de Onbevlekte Ontvangenis.

    De Maagd Maria helpt een afgepeigerde witte duif op een boomtak,

    na het waarmaken van het gekende verhaal uit de bijbel.

     

     

     

    Wanneer we terug ter hoogte van de jachthaven van Fuengirola komen,

    doet Greta (rechts in het donker) een poging om het aantal spitse torentjes

    van het havengebouw te tellen. De alcohol heeft zich (nog) niet volledig meester

    van haar gemaakt  Ze telt er “ten minste twee”. Ook het einde is dus gemakkelijk.

     

     

    06-02-2010, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (1)

    30-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KOKENETEN: een turbo(t) voor de Fransen

     

     

     

    Een Meunière saus hoort meestal bij een zeetong, maar voor de andere

    populaire platvis, de tarbot, komt ze evengoed in aanmerking.

     

    Tarbot is een interessante vis, en lekker ook nog.

    Voor de Fransen en de Engelsen is het een turbot, zoals hier regelmatig

    te lezen is op de menukaart van de plaatselijke restaurants.

    De tarbot is een van de grootste platvissoorten. Hij kan tot 1 m lang worden,

    maar 40 tot 50 cm lange exemplaren komen meer voor.

    Vreemd dat de twee ogen aan dezelfde kant van de vis staan, maar dat komt

    door zijn manier van bewegen, of is het omgekeerd?

    In elk geval: hij schuurt continu over de zeebodem, op zoek naar wat lekkers.

    Mocht hij aan elke kant een oog hebben, zoals jij en ik, dan zou hij aan de

     bodemkant niet veel te zien krijgen. De natuur heeft deze vis dus wat aangepast.

    De ogen zitten op de oorspronkelijke linkerkant.

     

    Hij komt voor in het noordoosten en het oosten van de Atlantische Oceaan

    en de Middellandse Zee. De diepte waarop de soort voorkomt is 20 tot 70 m

    onder het wateroppervlak. Hij kan ook gekweekt worden.

    Maximum leeftijd: 17 jaar voor de mannetjes en 27 jaar voor de vrouwtjes.

    De zoveelste vorm van discriminatie natuurlijk.

    De tarbot van vierde leeftijd kan dus een lengte bereiken van 100 cm.

    Gewoonlijk ligt hij al in de braadpan voor het zover is.

    Wie heeft er nu een pan van een meter doorsnee?

     

     

     

    Hij heeft geen schubben, is dus schoonmaakvriendelijk, maar heeft wel

    een grote hoeveelheid wratachtige knobbeltjes, verspreid over de bovenkant

    van het lichaam.

    De lichaamsvorm is net een platte ronde schijf, maar ook is hij relatief dik.

    Doordat zijn BMI-index aan de hoge kant ligt, is er wel ruim wat vlees aan.

    De kleur is variabel; hij kan zich wat dat betreft enigszins aanpassen aan

    de ondergrond.

    Meestal grijsbruin met een olijfgroen waas erover, donkerbruin of zandkleurig

    met vele donkere vlekken en stippen. Een sterke modekleur dus.

    De onderkant (oorspronkelijk de rechterzijde) is vuilwit.

    Deze roofvis eet voornamelijk andere vissen. Daarnaast versmaadt hij ook

    garnalen en schelpdieren niet, vooral als hij nog jong is.

    Hij verschalkt zijn prooien vanuit een hinderlaag, zoals op de foto.

    De vis is zeer goed gecamoufleerd doordat hij zeer goed in staat is om

    zijn kleur aan te passen aan die van de plaatselijke zeebodem.

    Je ziet hem eigenlijk niet, maar dat is ook zijn bedoeling.

    In de pan heeft hij gelukkig minder gelegenheid om zich te verbergen.

     

     

     

     

    De tarbot die ik bereid heb, kocht ik vers. Het beest woog anderhalve kg.

    De visdame nam mijn beest in behandeling onder mijn goedkeurend oog.

    Na het schoonmaken was er precies de helft over.

    Ik had dus twee dikke filets om mijn gang mee te gaan.

     

    Wat ik er mee deed kan je hier in detail lezen: Tarbot Meunière.

    De naam “Meunière” komt, zoals turbo(t), van het Frans, en betekent “molenaarsvrouw”.

    Heel dichterlijk uitgedrukt, voor gewoon het lichtjes in bloem wentelen

    van de platte zwemmer.

    Citroen hoort er eigenlijk ook bij.

     

     

    ingrediënten voor 2

    bereiding

    400g vis: tarbot, zeeduivel, …

    doe de vetstof in de pan, en laat ze schuimen

     2 el boter

    snijd de vis in twee even grote stukken

    bloem

    kruid ze aan beide zijden met pezo

    pezo

    wentel de stukken vis door bloem en schudt het teveel af

    bloem

    bak de vis aan beide zijden ongeveer 3’

    sap van citroen

    als de boter te bruin wordt, voeg dan koude boterklompjes toe

    kappertjes

    neem de vissen van het vuur en leg ze op een bord

     

    voor de saus: voeg bij de boter 1 el water per stuk vis

     

    goed mengen met het sap van een citroen

     

    bestrooi de vis eventueel met groene kruiden, en kappertjes

     

     

     

    serveren met groenten en aardappelpuree

     

     

     

     

    Je kan evengoed op dezelfde manier tewerk gaan met zeetong,

    zeeduivel of een andere platvis.

     

     

     

    Mislukken kan dit recept nauwelijks, ook niet voor de beginnende kok (zoals ik).

    Als je een profkok met dit gerecht aan de slag wil zien, klik dan op deze link,

    of kopieer hem in je browser:

     

    http://www.focus-wtv.tv/programma/vispa/vispa-tong-meuni%C3%A8re

     

    Chef Bart Desmidt van restaurant Bartholomeus in Heist maakt het iets

     gesofisticeerder, met geklaarde boter en zo, maar voor mij hoeft het niet echt.

    Hier is mijn afgewerkte bereiding, met een aardappelpuree en een salade.

    Zonder franjes, maar lekker. Smakelijk.

     

     

     

    Bereid naar een recept uit De Perfecte Keuken van Piet Huysentruyt.

     

     

    30-01-2010, 21:55 geschreven door grob  

    Reageer (1)

    23-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.LLuvia in Ávila

     

    Vandaag doen we een korte rit. De stad Ávila ligt niet zover van Segovia.

    Men kan nog kiezen tussen een autosnelweg of een schilderachtige route.

     

    Ávila is naast een provincie ook de naam van de Spaanse stad en maakt deel uit

    van de regio Castilië en Léon. Aangeduid in het rood op de kaart van Spanje.

    Het ligt dus net in het centrum van het Iberische schiereiland, want Portugal

    staat niet op deze kaart getekend.

     

     

     

     

    De provincie Ávila ligt tussen de provincies Salamanca, Madrid en Segovia.

     

     

     

    Ávila is de hoogst gelegen stad van Spanje, 1130 meter boven de zeespiegel.

    Het hoogst gelegen dorp van Spanje ligt in Andalusië, in het Alpujarras gebergte,

    tegen de flanken van de Siërra Nevada.

    Het is ook een van de dorpen, waar de beste ham vandaan komt: Trevélez.

    Maar dat was even terzijde; terug nu naar onze bestemming.

     

     

     

    Het mooiste uitzicht op deze kleine gezellige hoofdstad, die in 1985

    tot Werelderfgoed werd verklaard, heeft men vanaf het uitkijkpunt van

    De Vier Zuilen aan de weg naar Salamanca.

     

    Op dit machtige panorama heeft men een hotel neergepoot,

    waar we gereserveerd hebben. Het is het uitstekende Sercotel Cuatro Postes.

     

    Deze heuvel is een ideale plek om de beroemde middeleeuwse stadsmuur

    te bewonderen, de best behouden gebleven stadswal van Europa,

    en een die meer dan twee kilometer lang is.

     

    In Ávila wordt de heilige Theresa meer dan vereerd. Volgens een legende

    werden op deze plek de kleine Theresa en haar broer Rodrigo teruggevonden

    toen zij in hun kinderlijke fantasie besloten van huis weg te lopen

    om de marteldood te sterven in handen van de Moorse Saracenen.

    We zijn nogal laat vertrokken in Segovia, en we komen pas aan na zes uur.

    Een kleine verfrissing, en we vinden een gezellig restaurant pal naast het hotel.

    Het voedsel is zeker niet de top, maar je kunt niet alles hebben.

    Na de maaltijd is de duisternis ingevallen, en we gaan terug naar het hotel

    bovenop de heuvel.

    Het mooiste zicht op de stadsmuren heb je natuurlijk op het dak,

    boven de zesde verdieping, waar een Romeinse fluitspeler ons opwacht.

     

     

     

    Hier heb je het ideale en sublieme zicht op de versterkte middeleeuwse stad,

    die zich aan onze voeten ontrolt.

     

     

     

    ‘s Morgens maken we kennis met een nieuw fenomeen: “Lluvia in Ávila”,

    en voor de niet Spanjaarden: er vallen wat vochtige druppels uit de hemel.

     

     

     

    We staan hier vóór het hotel, naast het Cuatro Postes monument.

    Het panorama over de oude cité is anders dan in het duister, want je ziet

    natuurlijk ook duidelijk het deel van de oude stad dat niet verlicht wordt.

     

     

     

    De stad is omgeven door de best bewaarde machtige stadsmuren van Europa.

    Ze zijn 2.5 km lang, 12 m hoog en 3 m dik, hebben 9 poorten en 90 bastions

    met gekanteelde torens. De muren zijn in trapezium vorm opgetrokken.

     

     

     

     

    We gaan van hier te voet afdalen naar de oude stad, en komen voorbij

    enkele bruggen over een rivier. Naast de heilige Theresa (zie verder) is nog

    een bijzonder iemand hier geboren: Isabella, koningin, naast Ferdinand,

    en samen de Katholieke koningen.

     

    Isabella was uiteraard katholiek en voerde diverse politieke wijzigingen door.

    Op 31 maart 1492 tekende ze samen met Ferdinand het Verdrijvingsedict.

    Hierdoor werden de Joden gedwongen zich te bekeren tot het christendom

    of te verhuizen uit Spanje. Hoewel velen zich bekeren en zo hun eigendommen

    kunnen houden, vertrekken zowat 160 000 - 400 000 marranos (ook te vertalen

    als zwijnen). Hun goud, zilver en geld worden in beslag genomen.

    In 1499 worden ook de moslims voor de keuze gesteld om te zich bekeren

    of te vertrekken.

    Honderdduizenden vertrekken uit Spanje en anderen laten zich dopen.

    Om even bij stil te staan hoe het er toen aan toe ging.

    Een minderheid onder hen trekt naar het zuiden en vestigen zich in de Alpujarras,

    een onvruchtbaar gebied, waar in de 16de eeuw de Spanjaarden liever wegblijven.

     

     

     

     

    We trekken te voet door de oude stad, die (nog) helemaal niet toeristisch

    is geëxploiteerd. In tegenstelling met het gelijkaardige Carcassonne

    struikelt men hier niet over de toeristische prullaria.

    Tegen het centrum komen we een aantal, vooral jonge, Spaanse macho’s tegen.

     

     

     

     

    Ze keren op hun stappen terug, als ze Greta zien, want blijkbaar komen ze

    graag in haar beeld. De regen is intussen bijna verwaarloosbaar.

    Slechts 10% van de populatie bedient zich nog van een paraplu.

     

     

     

    Blijkbaar is dit een bokkenfuif, waarbij de bruidegom als toreador moet rondlopen.

    Hij heeft zijn bril thuisgelaten, want hij neemt mij voor een stier.

    Misschien moet ik hem prikken met mijn paraplu, maar toch liever niet.

    Ik reageer dus niet onmiddellijk op zijn flapperend gordijn en zijn aanmoedigingen.

    Ik voel me momenteel niet zo bloeddorstig, alleen maar gewoon dorstig.

     

     

     

    Op de kleinschalige Plaza Mayor zijn gelukkig enkele tapabars open.

    Deze is blijkbaar geen moslimbar, want het wemelt hier van de vrouwelijke

    menselijke exemplaren. Behalve die helemaal rechts, en ook die met zijn

     twee glazen wijn is geen vrouw, echt niet. Waarschijnlijk een Amerikaan.

     

     

     

    We laten ons een paar typisch Spaanse tapas goed smaken, in het midden van

    een typisch Spaans decor.

    Neem nu bijvoorbeeld de lampenkappen, waarvan er geen enkele recht hangt.

     

     

     

    Ligt het nu aan de wijn of aan mijn ogen, maar de lusters beginnen hoe langer

    hoe meer te dansen en te zwaaien. Tijd om opnieuw een Ávila luchtje te scheppen.

     

     

    Dicht tegen de Plaza Mayor situeert zich  een van de negen stadspoorten,

    die je hier kunt zien aan de binnenkant.

    We zoemen even in naar links, tussen de poort en de gevechtstoren.

     

     

     

    Ávila is, zoals gezegd, de bedevaartplaats van Santa Theresa, hervormster

    van de orde van de Karmelietessen. Zij heeft hier in de 16de eeuw geleefd. 

     

    Spanjaarden doen niet liever dan feesten. De Semana Sancta neemt

    een ganse week in beslag, maar het belangrijkste feest van Ávila is uiteraard

    gewijd aan de alomtegenwoordige Teresa de Jesús.

    Eveneens een hele week lang duurt deze verering, meer bepaald van

    7 tot en met 15 oktober.

    Dan wordt het leven van alledag onderbroken om de festiviteiten rond

    deze grote heilige van de stad op gepaste wijze te vieren.

    We zijn nu 18 oktober, en de feestpret is net achter de rug.

    Hier is een vertikaal bloementapijt opgericht met de beeltenis van de maagd.

     

     

     

    Bij haar standbeeld zijn massaal bloemenkransen neergelegd door de feestneuzen.

     

     

     

    Buiten de muren van de stad bevindt zich het klooster van La Encarnación

    waar Teresa de Jesús zevenentwintig jaar lang als kloosterlinge woonde

    totdat zij dit in 1562 verliet om nieuwe kloosters te gaan stichten.

    De nieuwe stad ligt volledig buiten de omwalling, zoals in Carcassonne trouwens,

    maar het is een gewone doorsnee stad, niet direct geweldig interessant.

     

     

     

    Dit is de kant langs waar we de stad zijn binnengegaan en ze ook opnieuw verlaten.

    Greta vindt dat ze beter contrasteert met haar paraplu dan met het omringende groen.

    In feite past Greta in elk prentje.

    Intussen hebben we besloten onze genietvakantie met nog een dag te verlengen.

    In plaats van direct naar het zuiden te gaan, hebben we nog on-line een extra dag

    geboekt in Toledo.

    Het verslagje zit in de pijplijn, en El Sol ook. Geen lluvia meer.Tot dan.

     

     

     

     

    23-01-2010, 17:55 geschreven door grob  

    Reageer (0)

    17-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KOKENETEN: een verse ananas, uit zijn jas

     

     

    De winter heeft recent ook toegeslagen in Marbella.

    Vorige zondag was de maximum temperatuur maar 8°!

    Intussen is deze winter weer voorbij en halen we terug de normale

    temperaturen en toestanden, maar dit terzijde.

     

    Laten we ons beter focussen op een gerecht, niet alleen voor de winter,

    maar voor alle seizoenen: varkenshaasje zoetzuur, stevig, en lekker ook.

    Een van de belangrijke ingrediënten zijn ananasblokjes of -schijven uit blik.

    Er zijn enorm veel praktische dingen over dit fruit waar ik niets over wist.

     

    Misschien geldt dit ook wel voor vele lezers. Tijd om informatie te geven!

    Hieronder bulkt het dus van de ananastips.

    Echt interessante dingen over aankoop, bewaring enzovoort bedoel ik.

    Je kunt er maar je voordeel mee doen.

     

     

    De ananas is een tropische plant, oorspronkelijk afkomstig uit Brazilië, Bolivia

    en Paraguay, en werd daar reeds langs voor de komst van Colombus geteeld.

    Tijdens Colombus' tweede reis naar Zuid-Amerika (1493-1496) kwamen er

    al enkele planten mee naar Spanje.

     

    De ananas groeit aan stekelige planten, die de oogst bemoeilijken.

    De Indianen gebruikten de planten dan ook als omheining voor hun dorpen.

    De Spanjaarden introduceerden de ananas in de Filippijnen, Hawaïi en Guam.

     

    In Europa werd de vrucht in 1720 voor het eerst met succes gekweekt,

    maar dan wel in broeikassen.

    Momenteel worden ze overal in de tropen verbouwd op grote plantages.

     

    Ananas rijpt moeilijk na. Daarom moet de vrucht zo rijp mogelijk worden geplukt

    en zo snel mogelijk de winkelrekken bereiken. Het transport van ananas gebeurt

    dan ook meer en meer met het vliegtuig (vandaar ook de naam 'vliegananas').

    Erg CO2- en milieuvriendelijk is dit niet!

     

    De plant behoort tot de bromeliafamilie, die ook kamerplanten levert.

    De ananas is een grote samengestelde vrucht en ontstaat uit vele kleine besjes

    die samengroeien.

    Alle vruchtjes vergroeien samen met de bloeisteel tot een samengestelde vrucht.

    Wanneer we een ananas opsnijden is dit duidelijk te merken.

    Het centrale, vezelige deel is de bloeisteel.

     

    Ananas wordt, zoals je weet, vers en ingeblikt aangeboden.

    Verse ananas bevat een product, bromeline, dat inwerkt op dierlijke eiwitten.

    Deze stof maakt de vrucht licht verteerbaar.

     

    Zuivelproducten vermengd met verse ananas kunnen na enkele uren waterig

    worden en een vreemde smaak krijgen. Combinaties van ananas met gelatine

     (bijvoorbeeld bavarois) verliezen na een tijdje hun binding.

    De stof verliest wel haar werking als ananas enkele minuten wordt gekookt

     

    Ananastip 1!

    Vlees dat gemarineerd wordt in vers ananassap zal hierdoor zachter worden.

     

    Uit de bladeren van de ananasplant worden ook lange, zijdeachtige vezels

     gewonnen, die in Taiwan en de Filippijnen verwerkt worden tot een fijnmazige

    stof, piña genoemd.

    Gewoonlijk drinkt men tijdens het verwerken dan een piña colada.

    Een ananas kan wel 30 cm lang en meer dan 4 kg zwaar worden,

    en heeft bovenop een rozet van bladeren.

    De kleur van de schil is groenachtig tot bruinachtig.

     

    De ananas is rijk aan vitaminen zoals: bètacaroteen, vitamine A, B1 en E en

     mineralen zoals: kalium, magnesium, fosfor, ijzer, koper, mangaan, zink en jodium.

     Verder ook nog veel suikers en citroenzuur.

    Alstublieft, weg met die commerciële pillen en voedingssupplementen!

     

    De natuurlijke (of meest voorkomende) bestuiver van de ananas is de kolibrie.

    Door bestuiving ontstaan zaden, maar omdat de aanwezigheid van zaden

    een negatief effect heeft op de kwaliteit van het fruit, is in Hawaï, waar ananas

    op grote schaal wordt gekweekt, de invoer van kolibries verboden.

     

    Zoals bij alle bromelia's kan de bloei van de ananas kunstmatig worden opgewekt

     door middel van ethyleen. Het vroeg oogsten van de hoofdvrucht zorgt voor een

     tweede oogst van kleinere vruchten.

    Na te zijn geoogst rijpt de ananas niet meer. Daarom wordt het vruchtvlees vaak

     ingeblikt. De andere variant is uiteraard de verse ananas.

    Nu volgt een verdere reeks praktische tips.

     

    Ananastip 2 tot 8!

    Tekenen dat een ananas rijp is (check dit dus in de ananaswinkel) zijn:

     

    2/ Middelste bladeren bovenop makkelijk los te trekken.

    3/ Sterke ananasgeur (ethylacetaat).

    4/ Stevig, veerkrachtig vruchtvlees (een ananas is rijp als het vruchtvlees

    aan de onderzijde meegeeft bij een lichte druk met de vingers).

    5/ De kleur van de schil zegt totaal niets over de rijpheid; ook een groene ananas

     kan goed rijp zijn.

    6/ De ananas heeft glanzende "ogen".

    7/ Als de ananas niet rijp is kan je hem versneld laten rijpen,

    door de ananas samen met een banaan in een plastic zak te bewaren.

    8/ Een te sterke geur, donkere knobbels en vergeelde kroonblaadjes

    wijzen op overrijpheid. Ook vruchten met vlekken, beschimmelde plekken

    of zachte schil zijn niet meer vers.
    Verse ananas is het hele jaar door verkrijgbaar met een topaanvoer

    van december tot april.

     

    Ananastip 9! Eerst snijdt men de bovenkant weg met een mes, en dan hanteert

    men de ananasschiller. Deze zorgt ervoor met een draaiende beweging dat de schil

    en de weinig smaakvolle steel gescheiden wordt van het lekkere vruchtvlees.

     

    Dames, laat de volgende foto van een ananas zonder jas je niet van de wijs brengen!

    Het is gewoon het resultaat van het verwijderen van alle overbodige delen.

     

     

     

     

    Ananastip 10! De tijdens het schoonmaken van de ananas verwijderde

    bovenkant kan opnieuw in de bodem worden geplant.

    Op dezelfde wijze waarop een aardappel of ui groeit uit een uitsnede

    zal dan een nieuwe plant groeien.

    Perfect te kweken voor wie een serre heeft!

     

    Ananastip 11! Omdat verse ananas bromeline bevat, kan het niet

    gebruikt worden in recepten met gelatine omdat het enzym

    de eiwitten (en dus de gelatine) afbreekt.

    Dit effect verdwijnt wanneer de ananas enkele minuten wordt gekookt.

    Ananas in blik bevat geen bromeline meer.

     

    Ananastip 12! Bewaar een ananas niet onder 8 graden Celsius (dus niet in de

     koelkast!). Eenmaal te koud bewaard kan bij de ananas het zogenaamde

    lage-temperatuurbederf optreden.

    De vrucht wordt niet meer rijp en gaat vaak van binnenuit rotten.

    Bewaar een ananas bij kamertemperatuur.

    Is de vrucht rijp dan is de houdbaarheid bij 12 graden Celcius nog 1 a 2 dagen.


    Hieronder zie je de grootste ananasplant ter wereld, zoals recent opgenomen

    in het “Guinness Book of Records”.

      

     

    Nu dat je dit allemaal weet komt mijn varkenshaasje zoetzuur op de proppen,

    waarin de ananas (en eventueel het sap) verwerkt wordt.

     

    Hieronder wordt het haasje gekruid, terwijl ik “ananassap” uitspreek.

     

     

    Greta zegt altijd dat ik meer moet proeven, en hier zie je het bewijs dat ik dat ook doe,

    met pijn in mijn tong weliswaar.

     

    Ananastip 13! (nog eentje dan maar, voor de bijgelovigen)

    Let op dat je bij het uitspreken van het woord “ananassap” je tong goed binnen

    in je mond houdt, want zoniet kan het wel pijnlijk zijn, zoals bij mij.

    Probeer maar eens.

     

     

     

     

    Het makkelijke recept vind je hier, met een variant voor risotto liefhebbers.

    In plaats van de vloeibare kippenfond, kan je natuurlijk ook vaste kippenboeljon gebruiken.

    Varkenshaasje Zoetzuur komt er aan. 

     

     

     

    ingrediënten voor 2

    bereiding

    een varkenshaasje van 400g

    snij het vlees in blokjes, laat de ananas uitlekken

    3 lente-uitjes

    snij de lente-uitjes in ringetjes

    125g sojascheuten

    bak de vleesblokjes rondom goed aan in hete olie

    1 blik ananasblokjes of –schijven

    kruid met pezo

    150g blokjes tomaat (blik)

    voeg er de blokjes tomaat, de fond en de chilisaus aan toe

    koffielepel (vloeibare) kippenfond

    eventueel ook ananassap (zie verder*)

    een vijftal el zoetzure (chili)saus

    doe de lente-uitjes in de pan en laat 10’ sudderen,

    2 el olijfolie

    doe er de ananasblokjes en de sojascheuten bij

    pezo

    laat goed doorwarmen

     

    breng eventueel verder op smaak met zoetzure saus

     

    indien nodig wat aandikken met maïzena express

     

    lekker met gekookte rijst, lange korrel Uncle Ben in zakje

     

     

     

    * een variant is:

     

    al het ananassap toevoegen in de pan, samen met de rijst

     

    de rijst zal het vocht opnemen, ananasrisotto als het ware

     

     

     

    Het afgewerkte gerecht komt op de terrastafel.

     

     

    Greta durft het schoorvoetend en met enige schroom aan om toch enkele schepjes

     op haar bord aan te brengen.

     

     

     

    Na de eerste proeving lijkt het volledig in orde, en nu zet ze volledig door.

    Ik heb het bereid met gewone witte gekookte rijst, en het heeft heerlijk gesmaakt.

     

    Mocht er iemand me willen bedanken voor het geven van al deze tips, aarzel dan niet

    om hier onderaan rechts op Reageer te drukken.

    Veel pret met je ananas!

     

     

    Bereid naar Libelle.

     

    17-01-2010, 14:06 geschreven door grob  

    Reageer (4)

    06-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Segovia (4): een glazen huis op het platteland

     

     

    Mocht je toevallig (of doelbewust) in Segovia terecht komen, laat dan niet na

    ten minste een halve dag door te brengen in de “Real Fabrica de Cristales

    de La Granja” (Koninklijke glasfabriek van la Granja) op het grondgebied

    van het dorp San Ildefonso. Wij zijn er twee dagen na elkaar geweest.

    Het is niet meer dan acht kilometer verwijderd van de stad.

     

    De eerste maal was de glasblazersschool gesloten (zie bezoek daaraan

    in vorig verslag), maar het ticket was de volgende dag ook nog geldig.

    De eerste dag hebben we enkel de enorm uitgebreide ateliers

    en het grote museum bezocht.

    De oude gebouwen zijn zeer attractief gerestaureerd, en het is een genot

    rond te wandelen in de vroegere werkplaatsen tussen de duizenden

    kunst- en gebruiksobjecten. Foto’s daarvan zie je hieronder.

     

    Wie er zeker van is nooit in Segovia te komen (spijtig!) kan zich hierbij

    een klein idee vormen van de schitterende originele stukken.

    Het is zo overweldigend en groots, dat het niet te vatten is in de korte

    fotoreportage die je hier vindt.

     

    In de reusachtige fabriekshal in prachtig verweerde kleuren

    staat een oven, waar zand gesmolten wordt tot glas.

    Dit is geen fabriek, dit is een kathedraal.

     

     

     

     

    De glazen voorwerpen die worden tentoon gesteld zijn

    prachtig om zien, en moeilijk om te blazen denk ik.

     

     

     

     

     

    Het gaat van de meest gesofisticeerde sieronderwerpen tot gewone

    alledaagse flessen in alle denkbare kleuren, uit tijden dat de uilen

    nog spraken, en water dronken.

    Deze flessen zijn zo dik, dat ze (meestal) op de grond kunnen vallen

    zonder te breken.

     

     

     

    Naast rond glas zijn er ook alle soorten plat glas uitgestald.

    Ook levensgrote brandglasramen worden hier vervaardigd.

    Het koord onderaan hangt op ongeveer een meter hoogte, geen klein stukje dus.

    Dit is een klassiek voorbeeld, zoals ze meestal ook te zien zijn in kerken.

     

     

     

    Totaal andere technieken werden toegepast voor

    deze kunstcreatie met glasdecor.

     

     

     

    Brandglasramen in lood hoeven niet altijd in een kerk terecht te komen.

    Er zijn ook mogelijkheden in publieke plaatsen, of bij particulieren.

    Alle moderne ideeën en technieken komen aan bod, zoals hier op dit

    reusachtige bloemenpaneel, los opgehangen in de ruimte.

     

     

     

    Eeuwen geleden knutselde men hier al aan dagelijkse gebruiksvoorwerpen

    voor de betere klasse van de bevolking weliswaar. Heel arbeidsintensief, sierlijk,

    kleurrijk en mooi, maar als je goed kijkt zie je dat ze wel scheef in elkaar zaten.

    Vandaag zijn dit natuurlijk uiterst zeldzame collector items.

     

     

     

    Wat men destijds ook al nodig had waren objecten om voedsel en drank

    of andere leuke dingen in te bewaren.

    Niet alleen waren deze voorwerpen nuttig, maar tegelijk waren ze prachtig afgewerkt

    en prestigieus als decor in een tijd dat er zeer weinig welstellende mensen waren.

     

     

     

    De echte topcreaties waren voorbehouden voor de Koninklijke familie,

    zoals deze prachtige reeks wijnkaraffen.

     

     

     

    Een glazen karaf graveren is geen kinderspel, zodat men geschikte machines

    probeerde te ontwikkelen om de zware klus tot een goed einde te brengen.

     

     

     

    Vandaag staan de technieken om glas te modelleren veel beter op punt,

    zoals blijkt uit deze vrouwenbuste uit massief glas.

    Ontvreemden zal men dit niet gemakkelijk doen.

    Je kunt gemakkelijker een klein olifantje in beweging krijgen.

     

     

     

     

     

    Bekijk goed deze eeuwenoude fles. Het etiket eronder vermeldt:

    ”Botella Belga para agua mineral Spa”.

    Hoeft geen vertaling denk ik. De Spa flessen van tegenwoordig

    hebben wel een hele evolutie ondergaan.

     

     

     

     

     

    En wat denk je van deze? Heb je al ooit de oudste Spa fles gezien?

    Kijk dan maar goed. In het Spaans staat op het etiket:

     

    Botella  (1724-1743)

    Verde muy obscura soplado a molde fijo trabajada al puntil.

    Botella Belga de agua mineral. Sello “Pouhon Spa” y escuido de Louis

    Georges de Berghes, Principe Obispo de Lieja.

     

    Vrij vertaald: heel donkergroen glas, gemaakt met een vaste gietvorm,

    bewerkt met puntil  (kort puntig voorwerp).

    Belgische fles voor mineraal water. Voorzien van zegel “Pouhon Spa”

    en wapenschild van Louis Georges de Berghes, Prinsbisschop van Luik.

     

     

     

     

     

    Dit rondt ons bezoek af aan Segovia en omgeving. Op naar Avila!

     

     

    06-01-2010, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (1)

    29-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Xmas party in tennis Club del Sol

     

    Vorig weekend viel er niet te tennissen door onophoudelijke regen.

    Goeie reden om een party te organiseren.

    Een van de vaste loltrappers en muziekmakers is Dodo.

    Ik dacht dat hij een Engelsman is, maar Greta houdt het op een Oekrainees.

    Hier zie je hem stiekem in het halfdonker nog even wat muzieknoten

    warmblazen op zijn trompet, vooraleer het volk toestroomt.

     

     

     

     

    Wanneer de eerste gasten verschijnen, zien ze er nog wat onwennig uit.

    Pas wanneer de muziek zich ontplooit, en voedsel en drank op de proppen

    komen, gaan de poppen aan het dansen en de remmen los.

     

     

     

     

    Ook de altijd fitte Kerstman is aanwezig.

    De rendieren heeft hij gelukkig achtergelaten op de parking met een wortel.

     

     

     

     

    De man aan wie we deze geslaagde party te danken hebben is

    de manager van dit uitmuntend sportcentrum, José Kreijman.

    Een geboren Nederlander, die zijn hersenen op de juiste plaats heeft,

    want hij woonde de meeste tijd in Kapellen, bij Antwerpen.

    Je kunt het er nog altijd aan zien 

     

     

     

     

    Nederlanders zijn hier uiteraard altijd goed vertegenwoordigd,

    zoals aan deze tafel. Links, met het rode hemd zie je Fred.

    Fred is ook Nederlander. Hij woont permanent in Calahonda, is de huiszanger,

    En een die trouwens wijd en zijd bekend geworden is in centraal Andalucia.

    Vooraleer hij de micro vast neemt moet hij alleen nog wat autogrammen uitdelen.

     

     

     

     

    Glazen en drank in overvloed.

    De eerste bewegingen om in te schenken verlopen nog wat hoekig.

     

     

     

    Keuze genoeg in de dranken, geschikt voor een publiek tussen 0 en 100 jaar.

    Geen van beide extreme categorieën zijn evenwel aanwezig vandaag.

     

     

     

    Dodo komt tot leven, speelt en zingt zoals de ware Oekrainese trompetter.

     

     

     

    Het echte croonerswerk is toch wel weggelegd voor Fred.

     

     

     

    Tussendoor even happen! Minipizza’s, rijstschotels…

     

     

     

    …en lekkere salades. Nadien nog hapjes, belegde broodjes

    en andere tapas met gamba’s, tonijn enzovoort.

     

     

     

    Links zie je onze Engels/Italiaanse tennispresident Adrian,

    die al onze groepswedstrijden plant en er de discipline in houdt.

    Zijn Duitse echtgenote Ursula vecht een harde strijd uit

    met een weerspannige gamba.

     

     

     

     

    De strijd wordt grandioos gewonnen en iedereen is weer tevreden

     

     

     

    Niet in het minst Joerg en Erika uit Berlijn

     

     

     

    Intussen houden de muzikanten er vlotjes de sfeer in.

     

     

     

     

    Louisa en Adrian laten de beentjes en armpjes gaan.

     

     

     

    Ik rust even uit, van foto’s te nemen, maar zelfs van te dansen.

     

     

     

    Tussenin houdt José even een mini speech om de gasten te bedanken,

    maar vooral toch zijn vriendin Carol, die weer al het lekkers heeft bereid.

     

     

     

    Dodo benadert stilaan zijn kookpunt en heeft zijn jas al aan de kant gelegd.

     

     

     

    Soms wordt de trompet hem wat lastig om te bespelen.

    Dan maar liever even de marimba’s hanteren, tot de concentratie terug is.

    Zijn Engelse zangteksten worden wat moeilijk verstaanbaar,

    maar niemand die daar over valt.

     

     

     

    En José, hij wroet voort.

    De laatste tapa’s worden in schaaltjes gelegd en rond gedeeld.

     

              

     

     

     

    De dranken zitten ook al aan een lager peil dan een paar uren geleden.

    (maar worden constant aangevuld, n.v.d.r.)

     

               

     

    De ene zwenkt naar links, de andere zwenkt naar rechts maar Dodo

    staat pal en ledigt zijn volgende emmer bier.

     

     

     

    Aan de lol komt geen einde. Having a good time.

     

     

      

    Greta is nooit diegene die het minst gedanst heeft.

     

     

     

    Een prachtige party om de regen te vergeten.

    Een zwierige avond, een herinnering om te koesteren, dank zij…

     

     

     

     

    29-12-2009, 16:47 geschreven door grob  

    Reageer (1)

    24-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.happy Xmas van Greta en boB

     

    Het is nu verschrikkelijk slecht weer in Marbella.

    De temperatuur is OK, zo'n 19°, maar er is enorm veel wind

    en regen. Veel beterschap is er zelfs niet onmiddellijk op komst.

    In het plaatselijk strand waar we wonen is een gleuf ontstaan

    van 60 cm diep en zeker 1 à  2 meter breed.

    Greta is er tien minuten geleden een foto gaan nemen.

    Rechts staat een vuilnisbak van 70 cm hoog, om een idee te geven.

     

     

     

    Desalniettemin ...

     

     

     

    24-12-2009, 13:23 geschreven door grob  

    Reageer (2)

    20-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KOKENETEN: kan je op een paddenstoel zitten?

     

     

     

    Natuurlijk kan dat, maar dan kan je hem eigenlijk niet meer opeten.

    Hij is dan normaal gezien nogal platgedrukt.

    Persoonlijk heb ik altijd last met paddenstoelen.

    Niet dat ik ze niet graag bereid of verorber, maar wel omdat ik al decennia

    gewoon ben om paddestoelen te schrijven.

    Altijd, en nu ook weer, word ik op de vingers getikt door mijn computer

     spellingchecker en gedwongen om er een “n” tussen te zetten.

    Een gevolg van een van de spellingswijzingen uit het verleden.

     

    À propos, op de foto boven zijn shiitake paddenstoelen zichtbaar, die vooral

    dienst doen in de Aziatische keuken.

    Van deze lekkere variant moet je zeker en altijd de stelen volledig wegnemen,

    want ze weigeren pertinent om zacht te worden in de kookpan.

    Zoniet heb je kans dat je de indruk krijgt op een stuk hout te zitten tutteren.

     

    Vandaag maak ik uitzonderlijk eens geen hoofdgerecht.

    Verwend als we zijn in België met een zeer uitgebreide keuze voor boterhambeleg,

     probeer ik hier onder de zuiderse zon zelf iets (uit het kookboek natuurlijk).

    En het moet bovendien gemakkelijk te bereiden zijn.

     

    Met de zon op de achtergrond begin ik aan het werk van de keukencommies.

    Het in de juiste gedaante brengen van tomaten, ajuin en champignons.

     

     

     

    En ik voel me heel zelfverzekerd, want als je op de details let op het lemmet

    zie je dat ik het snijwerk doe met het mes van Piet Huysentruyt.

    Er kan dus niks verkeerd lopen. Zoniet roep ik SOS Piet.

     

     

     

    Eventjes nog wat interessante tips en weetjes over paddenstoelen,

    vooraleer ze onvermijdelijk in de pan belanden.

    Ik gebruik voor dit gerecht trouwens doodgewone (Parijse- of) weidechampignons.

    Dit “doodgewone” doet er me aan denken dat alle paddenstoelen eetbaar zijn.

    Sommige slechts één keer natuurlijk.

    Er zijn duizenden soorten van “echte” eetbare paddenstoelen die op grote schaal

     wereldwijd geoogst worden, en letterlijk honderdduizend andere eetbare soorten.

     

    Enkele uit de top tien en dus zeker bekende paddenstoelen zijn:

     

    De Champignon is de meest gegeten paddenstoel ter wereld

    (38 % van de totale hoeveelheid gecultiveerde paddenstoelen) en kan

    gemakkelijk gekweekt worden.

    Dit type paddenstoel heet eigenlijk voluit Champignon de Paris.

    De Oesterzwam is de tweede meest gegeten eetbare paddenstoel .

    China is de grootste producent. Verschillende soorten kunnen op

    koolstofhoudend materiaal groeien zoals op stro of zelfs op oude kranten.

    Niet proberen dus op de krant van vandaag.

    In het wild groeien ze het meest op hout.

     

    Tussendoor komt hier het succesvolle gebruikte recept voor

    het champignonsmeersel voor boterham of toast:

     

     

    ingrediënten voor 600g

    bereiding

    500g champignons, in plakjes

    bak de ui lichtbruin in een beetje boter

    1 ui, fijngehakt

    doe de rest van de boter in de pan

    50g boter

    roer er spek, tomaten en champignons door

    2 grote plakken spek, gehakt

    laat 15’ goed gaar bakken

    (Spanje: 150g Taquitos de jamon Serrano

    voeg zout en cayennepeper toe

    250g tomaten, ontveld, ontpit, gehakt

    pureer het met een handmixer of in een blender

    2 eieren, geklopt

    roer de eieren erdoor, zet het op een laag vuur

    zout, cayennepeper

    laat even binden, niet laten koken

     

    laat afkoelen

     

    bewaar het in een pot in de koelkast

     

    serveer met geroosterd brood

     

    En we gaan toch nog even verder met de meest gebruikte paddenstoelen:

     

    De Cantharel ook wel Hanenkam genoemd, is een van de lekkerste van de

    niet cultiveerbare eetbare paddenstoelen.

    Hij kan dus niet gekweekt worden, maar enkel geplukt in het wild.

    Vandaar dat de prijs hoger ligt.

     

    Het Eekhoorntjesbrood of boleet is bekend om zijn nootachtige smaak.

    Het is een veelgesmaakte paddenstoel, gebruikt in een groot aantal

    culinaire schotels.

     

    Dan zijn er nog talloze eetbare exemplaren, met soms vreemde namen:

    de Zwavelzwam, het Gewone Fluweelpootje, de Gordijnzwam, de Doodstrompet

    of Hoorn des Overvloeds. Onder de minder gekende, maar wel eetbare

     paddenstoelen komen we terecht bij bijvoorbeeld: Biefstukzwam,

    Gele stekelzwam, Gewone fopzwam, Grote parasolzwam, Grote stinkzwam

    (Phallus impudicus in het Latijn; spijtig, maar ik heb er geen foto van), Judasoor,

     Knolparasolzwam, Koeienboleet, Paarse schijnridderzwam enzovoort.

     

    Nog een nuttig woordje over niet eetbare en giftige paddenstoelen.

    De Groene knolzwam is de giftigste van allemaal.

    Als je hiervan eet, kun je in twaalf uur later dood zijn.

    Van andere giftige soorten kun je wel (ernstig) ziek worden,

    maar een gezond volwassen mens zal er zelden aan dood gaan.

     

    Terug naar het recept, nu alles gesneden is.

    De pan is intussen gevuld met boter, uien, spek, tomaten en champignons.

     

     

     

    Uiteindelijk moet dit mengsel dienen om boterhammen mee te beleggen,

    het mag dus iets fijner van structuur zijn, anders valt alles van de toast.

     

    Het kan in de koelkast tot een week bewaard worden, maar waarschijnlijk

     zal het die datum niet halen.

     

    .

     

    Bereid naar TimeLife, Snacks en Canapés, pag. 91

     

    Wist je dat...

    In wijn en brood ook schimmels (gist) worden gebruikt?

    Er soorten bestaan die op andere paddenstoelen kunnen groeien

    (de Kostgangerboleet parasiteert op de Gele aardappelbovist).

    Sommige paddenstoelen alleen willen groeien op koeienvlaaien (koeienboleet)?

    De champignon in 1651 in de omgeving van Parijs voor het eerst op grote schaal

     werd geteeld. Men slaagde er in door het begieten van afval van de meloenenteelt

     met waswater van rijpe champignons.

    Het meest geneeskrachtige schimmelproduct Penicilline is

    (gemaakt van de schimmel Penicillium notatum en gebruikt wordt

    om bacteriële infecties te bestrijden).

    Het myceliumnetwerk (de draden van de échte paddenstoel) erg groot is

    en dat de myceliumstrengen wel 5 meter lang kunnen worden

     

    20-12-2009, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (0)

    16-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Segovia (3): stevig blazen in het glas

     

     

    We verblijven niet in Segovia zelf, maar in een familiehotelletje in de buurt,

    in het onooglijk dorpje La Granja de San Ildefonso.

    Dat laat ons toe om de dag van aankomst in de onmiddellijke omgeving

    een bezoek te brengen aan de indrukwekkende Koninklijke glasfabriek:

    de Real Fabrica de Vidrios y Cristales.

     

    We kunnen hier live de demonstratie van het glasblazen volgen in de school.

    Deze school, ontstaan in 1994, heeft intussen een internationale uitstraling.

    Ook specialisten uit Nederland ( Frank van der Ham) en België (Joost Kaen)

    zijn hier les komen volgen.

    Zie ook www.fcnv.es.

     

    We zien van heel dichtbij heel wat actie eer de glazen karaf opgeblazen is.

    Hierbij zit een korte samenvatting, waarbij de blazer enkele malen opnieuw begint.

     

    Men onderscheidt twee soorten glasblazen, met een brander en in de oven.

    Glasblazen is niet te verwarren met gasblazen.

    Die ene letter is een wereld van verschil

    Glasblazen aan de brander gebeurt door ronde glazen buizen in de vlam

    van een gasbrander te houden. Wanneer de temperatuur juist is gaat men

    lucht in de buis blazen, terwijl men rustig en regelmatig de buis blijft draaien.

    Een andere wijze om glazen voorwerpen te maken is die van massieve staven

    in de vlam te houden en dan bij de juiste temperatuur aan elkaar te plakken.

     

    Glasblazen vanuit de oven is de manier waarbij met een stalen pijp vloeibaar glas

    van ongeveer 1130 graden uit een pot gehaald wordt, het zogenaamde keien.

     

     

     

    Door de pijp telkens rond te draaien en te vormen met een natte houten vorm

    (de klots) wordt het glas op de pijp gecentreerd.

    Let op de verbetenheid en de concentratie van de glaswerker.

     

     

     

    Door de pijp wordt lucht ingeblazen waardoor het object groeit. Door telkens meer

    glas te keien wordt de massa vergroot en kan de bel verder worden uitgeblazen.

     

     

     

     

    Met bijvoorbeeld een natte krant kan, al rollend op de glasblazersstoel,

    de vorm van de vaas met de hand worden aangebracht. Met een zogenaamde

    benenschaar wordt vervolgens een kerf vlak achter de pijp in de vorm gemaakt.

     

     

     

     

     

    Op dit punt moet de vorm later van de pijp breken.

    Als de vorm klaar is wordt door een assistent met een klein stukje heet glas

    een stalen staf (pontil) tegen de bodem gekleefd.

     

     

     

     

    De glasblazer koelt de kerf met wat water zodat plaatselijk kleine scheurtjes ontstaan.

    Met een tik breekt de vorm ter plaats van de kerf en wordt nu slechts gedragen

    door de pontil. Dit heet overnemen van het stuk.

     

     

     

     

    Door inwarmen in een oven op 1200 graden wordt het materiaal weer zacht

    en kan de opening worden afgewerkt.

    Als het model klaar is wordt deze van de pontil afgetikt en gaat in de koeloven.

    Hierin wordt doorgaans in 24 uur beginnend bij 510 graden het glas langzaam

    gekoeld zodat het materiaal spanningsvrij is en niet meer spontaan

    kapot kan springen. Het breukvlak van de pontil wordt later weggeslepen

    en wordt het standvlak van het object.

     

    Het verloopt niet altijd van een glazen dakje.

    De glasblazer moet enkele keren opnieuw beginnen.

    Als je het niet volledig begrijpt: trek het je niet aan, ik doe met je mee.

     

     

     

     

     

     

     

    Op het einde gebeurt dan ook nog de grote catastrofe:

    Op het ogenblik dat het volledig stuk  geblazen is, breekt de steel af.

    Twintig minuten werk voor niks.

    Van deze roemloze afgang heeft Greta geen foto durven nemen.

    Je weet nooit wat de blazer allemaal kan doen met zijn hete staf.

     

    Anderzijds, de tentoonstelling van producten die wel met succes afgeleverd zijn

    is fenomenaal. Enkele uren van bewondering hebben we hier zeker voor over.

    Er zijn enkele frisse gebruiks- en kunstvoorwerpen bij die je zullen verrassen.

     

    Maar dat is voor de volgende keer. Come and see next week.

     

     

     

     

    16-12-2009, 22:21 geschreven door grob  

    Reageer (1)

    11-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KOKENETEN: Worcestershire, wat doe je dáármee?

     

    Vandaag gaan we eens GEEN mediterraan recept uit de doeken doen.

    Iedereen weet natuurlijk dat de Spaanse (en Europese keuken) sterk

    is veranderd na de Spaanse omzwervingen in Zuid- en Midden-Amerika.

    Talrijke nieuwe ingrediënten werden geïntroduceerd in het oude continent.

     

    Nu wil ik me (tijdelijk) richten op een land dat van de “splendid isolation”

    zijn handelsmerk heeft gemaakt, en niet onder de invloed stond van al de

    overzeese lekkernijen.

    Ze wilden (nu nog trouwens) het allemaal, met inbegrip van het culinaire

    op eigen houtje doen: Engeland.

    Tot op vandaag volharden ze bijvoorbeeld in hun afschuwelijke “kidney pie”.

    Stel je voor; een taart, met daarin een nier.

    Of “haggis”, het nationaal gerecht van  de Schotten! Schapenmaag, walgelijk!

    We komen hier in Spanje dagelijks in contact met Engelsen, en echt,

    je ziet het er aan dat ze niet eten.

     

    Een recept afkomstig uit Engeland heeft dus een heel andere achtergrond,

    en moet benaderd worden met de nodige voorzichtigheid.

    Ik heb iets bereid dat heel bekend is (in Engeland weliswaar) uit Lancashire.

    Het graafschap Lancashire is de plaats waar de industriële revolutie

    als eerste is begonnen.

    Was deze streek in het noordwesten van Engeland vóór 1770 vooral

    een duister en vochtig moeras, daarna bracht de katoenindustrie er

    ontwikkeling en welvaart (voor de eerder zeldzame rijken).

    De bevolking vertienvoudigde tussen 1770 en 1840 en er ontstonden

    in het graafschap enkele grote en een reeks middelgrote industriesteden.

    Rond 1830 werd 85% van de katoenproductie in de wereld afgeleverd

    door Lancashire.

    Het Graafschap Lancashire was heel belangrijk, tot in 1972 grote steden,

    zoals Liverpool en Manchester administratief werden afgesplitst. 

     

     

     

    Over het recept zelf: het stamt uit de tijd van de industrialisatie.

    De gewone mensen moesten toen 60 uur per week zware arbeid uitvoeren,

    en hadden geen tijd meer over om te koken.

    Daarbij konden ze een stevige maagvuller goed gebruiken.

    Zo ontstond de Lancashire Hotpot, een eenpansgerecht, dat eigenlijk

    de hele dag kon staan pruttelen in een zware pot op een laag vuur.

    Hotpot staat eigenlijk gewoon voor “stoofpot”.

    Oorspronkelijk was het gebaseerd op lam of schaap, ui en aardappelen.

    Het basisrecept bevatte ook oesters, die toen spotgoedkoop te krijgen waren.

     

    Tijd om het smakelijke en super simpele recept eens van naderbij te bekijken:

    Here we go: Lancashire Hotpot.

    Een eenpansgerecht is een uitstekende keuze voor een schamele amateurkok

    zoals ik, want je moet geen rekening houden met verschillende onderdelen

    die dan tegelijkertijd klaar moeten zijn.

     

    .

     

     

    ingrediënten voor 3

    bereiding

    500g stoofvlees

    snijd het vlees in 1/2 cm dikke plakken

    500g aardappelen

    schil de aardappelen, maak de wortelen schoon

    300g wortelen

    snijd beide in dunne schijven van ½ cm

    2 grote uien

    pel de uien en snijd ze in ringen

    ¼ l vleesboeljon

    leg alles laagsgewijze in een diepe pan

    pezo

    het vlees onderaan, de bovenste laag moet aardappelen zijn

    1 tl worcestersaus

    kruid de boeljon met bijna alle kruiden, en meng goed

    ½ tl marjolein

    giet de boeljon in de pan en strooi er paprikapoeder over

    1 tl mild paprikapoeder

    leg er vlokjes boter bovenop, en sluit de pan goed af

    cayennepeper of cajunkruiden

    laat het gerecht 2 à 3 uur sudderen

    eventueel andere kruiden

    zet het eventueel de laatste 15’ in een oven van 180°

    30g boter

    zo kan de bovenkant goudbruin worden

     

    bestrooi eventueel met peterselie of koriander

     

     

    Hieronder zie je de onderdelen gesneden, opeen gestapeld in een ovenschotel

    en met een beetje (vloeibare) boter erbovenop.

     

     

     

    Heel belangrijk!

    Het mag geen smakeloze troep worden zoals bij de katoenbewerkers destijds.

    Wat er zeker in moet naast allerlei kruiden is cayennepeper en Worcestersaus.

    Een van de weinige gunstige bijdragen van de Engelsen aan de culinaire wereld

     is dit donkere product in een hoog smal flesje.

    De echte naam is eigenlijk Worcestershire saus, uit de gelijknamige streek,

    maar de naam is zo al moeilijk genoeg.

    Worcestersaus is een gefermenteerde vloeistof gemaakt met moutazijn, stroop,

     maïssiroop, water, chilipepers, sojasaus, peper, tamarinde (pulp van de vruchten),

     ansjovis, uien, sjalotjes, kruidnagels en knoflook.

    Iets ingewikkelder dan ketchup, maar Engelsen maken het graag moeilijk.

    De saus wordt als smaakmaker gebruikt in gekookte en ongekookte gerechten,

    en vooral met rundvlees. Het is een belangrijk ingrediënt in Caesar salad,

    Filet américain, Carpaccio en in de cocktail Bloody Mary.

     

     

     

    De kruiding mag dus nogal straf zijn, en dan is het echt lekker.

    Hier komt de hotpot uit de oven.

     

     

     

    Na het lange sudderen zijn de groenten en het vlees volledig harmonisch

    op elkaar afgestemd.

    Onderschat dit gerecht niet, want zelfs superkok Gordon Ramsey,

    bekend van TV heeft zijn eigen recept op het internet gezet.

    Hij gebruikt wel wat extraatjes, zoals lamsniertjes en andere rariteiten.

    Als aardappels schrijft hij voor: “2 large King Edward potatoes,

    about 350g each, peeled”. Alsjeblieft!

    Wat er zoal speciaal is aan de piepers van Koning Edward mag Joost weten.

    Je moet ze dan nog snijden ter dikte van een stuk van 1£. Die Engelsen toch!

     

     

     

    Dit recept komt nu op het geschikte moment, want het is echte winterkost.

    Na een volledige portie kan je de regen, vorst en wind gemakkelijk trotseren.

    Enjoy your meal!

     

     

    Bereid naar Groot Fontein Kookboek, Eenpansgerechten, pag. 323

     

     

    11-12-2009, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (1)

    02-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Segovia (2): de geheimen van het Alcázar

     

     

     

    Een ophaalbrug verder en een militaire binnenplaats later gaan we er in.

    De eerste zaal na de ingang bevat enkele ridders in volle wapenuitrusting.

    Om het paard eten te geven moest men een sardineblik opener gebruiken.

    Dit veerkrachtige mannetje heeft als model gestaan voor de latere sportdiscipline

     polsstokspringen. Het paard heeft men dan gelukkig terzijde gelaten.

     

     

     

    Ook het voetvolk(je) werd soms stevig verpakt.

    De soldaatjes waren in de 15de eeuw nog niet helemaal uit de kluiten gewassen.

     

     

     

     

    Hier heb ik al mijn hele leven op gewacht.

    Ik heb me altijd afgevraagd hoe de ridders uit de middeleeuwen hun

    sanitaire stop regelden.

    Stel je voor dat tijdens een zwaardgevecht een van de twee kemphanen zegt:

    “Kan je een ogenblik stoppen met op mij in te hakken, want ik moet even?”

    Eindelijk weet ik nu hoe de vork in de steel zit (bij manier van spreken),

    maar ik geef geen uitleg. Je moet zelf maar gaan kijken.

     

     

     

    Het portret van Koningin Isabella de Katholieke neemt

    in deze zaal een hele wand in beslag.

    Het schilderij werd gemaakt ter gelegenheid van de kroning

    tot koningin van Castilla-Leon, op 13 november 1474 in Segovia.

     

     

     

    Deze kamer wordt de “dennenappel” zaal genoemd, wegens de gelijkenis

    van het plafond met deze conische boomvruchten.

    De wanden zijn bekleed met Vlaamse wandtapijten uit de 15de en 16de eeuw,

    maar we wisten het niet en Greta heeft ze niet vereeuwigd.

     

     

     

     

    De troonzaal is indrukwekkend, en bedoeld om gezag uit te stralen.

     

     

     

    Ook de zoldering in deze zaal is een zetelende koning waardig.

    De Moren waren nog niet lang uit de buurt, dat zie je.

     Intussen zijn ze terug.

     

     

     

    Het brandglasraam toont een beeld van koning Henri IV (Enrique IV),

    om de veldslag rond Ximena in herinnering te brengen, naast een 20eeuwse

    bezoeker die Ximena zelfs niet weet liggen. Is het een stad of een vrouw?

     

     

     

    Van daar gaan we naar de Koninklijke Kamer, waar ook allerlei activiteiten

    van nationaal belang werden ontplooid door de vorstjes.

     

     

     

    Hier, in deze hoek bijvoorbeeld vind je het koninklijke bureau, waar de vorst

    zijn laptop stond, en waar alle randapparatuur netjes in de kastjes en laden

    kon worden weggeborgen.

     

     

     

    Nog een andere prachtige locatie is de zaal van de Monarchen.

    Destijds was het de belangrijkste plaats in het Alcázar. De fries rondom

    toont alle 52 vorsten van Asturië, Castilla en Léon, allemaal netjes gezeten

    voor de foto.

     

     

     

    Een doorgang leidt naar de Cordonzaal. 

    De naam komt van een absoluut waargebeurde anekdote.

    Het gevolg is dat er een koord rond heel de kamer loopt, want…

     

    Koning Alfonso de Wijze (??) had een voorkeur voor Segovia

    en in de laatste jaren van zijn leven hield hij er zijn hofhouding.

    Volgens een overlevering beweerde hij op een dag dat hij God tijdens

     de schepping graag van advies had willen voorzien.

     

    Als straf voor deze godslastering vloog dezelfde dag nog het kapsel

    van zijn echtgenote in brand, wat hem ertoe bracht de volgende dag

    zijn woorden openlijk terug te nemen en bij wijze van penitentie de gordel van

    de Heilige Franciscus als versiering in zijn kamer aan te brengen.

     

    Hieraan hebben we de naam Sala de Cordón, zoals zijn kamer nu

    nog genoemd wordt, te danken.

     

     

     

    Dan komt de Koninklijke kapel, maar de batterijen laten het afweten,

    en als ze vervangen zijn, hebben we al via een binnenplaats

    de volgende zaal ontdekt: de wapenkamer.

     

     

     

     

    Het krioelt hier van antieke wapens en dito uitrustingen.

    Hier zie je bijvoorbeeld een dikke Bertha (op de voorgrond).

     

     

     

    Of een Duitse houten jachtkruisboog van Keizer Karel V met inlegwerk.

    Verder nog talloze mortieren, musketten, kruisbogen, hellebaarden,

    klakkebuizen en de fameuze militaire helmen, die wel gekend waren

    in de Nederlanden tijdens de Spaanse aanwezigheid in de 16de eeuw.

    Zie bijvoorbeeld ook in Suske en Wiske: “Het Spaanse Spook”.

     

     

     

    Af en toe loont het de moeite even uit het raam te kijken.

    Op deze plaats kunnen we genieten van het uitzicht op de noordelijk gelegen

    Huerto del Rey, een beboste helling buiten de stadsmuren en de bosachtige

    weg langs de oever van de Eresma.

    Hier moet zich een afschuwelijk drama afgespeeld hebben.

    Het schijnt dat een Koninklijke baby de moederlijke armen van een kamermeisje

    ontglipte en langs de kasteelmuren in de diepe gracht te pletter viel.

    Er onmiddellijk van doordrongen wat voor gruwelijke straf haar te wachten stond,

    is het kamermeisje de baby seconden later wanhopig achterna gesprongen.

     

     

     

     

    De kathedraal tekent zich af als een Russische ruimteraket tegen het gebergte.

     

     

     

     

    Je kunt ook buiten op de uiterste punt, en dan kan je de tuin zien vanuit de hoogte.

     

     

     

    Dit besluit het bezoek aan het Alcázar. Een andere grote attractie is het aquaduct.

    Deze Romeinse waterleiding van Trajanus, uit de 1e eeuw, loopt ca 28 m hoog

    door een deel van het centrum.

    De enorme constructie bestaat uit 160 bogen, deels in twee verdiepingen,

    van granieten blokken.

    De lengte van het aquaduct is 728 m, en maakte onderdeel uit van de

    16 km lange waterbevoorrading tussen Ríofrío en Segovia

     

     

    Hier zie je het overdag, maar wijzelf zien het ‘s avonds schitterend verlicht,

    terwijl we langs de gezellige straatjes de weg naar beneden vinden.

     

     

     

    Morgen kammen we de omgeving uit, en bezoeken een grote, speciale kristalfabriek.

     

     

                         

     

    02-12-2009, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (0)

    26-11-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KOKENETEN: lekker bier is langs hier

     

     

     

    In het jaar 1128 bouwde de Heilige Norbertus in de Brabantse gemeente

    Grimbergen een abdij voor de kloosterorde der Norbertijnen.

    Naast het vervullen van godsdienstige taken, legden de paters zich ook toe

    op de kunst van het brouwen van gerstenat.

    Dit bracht veel meer leven in de brouwerij (letterlijk). 

    De abdij was gekend voor haar gastvrijheid en gaf pelgrims en reizigers

    in vaak woelige tijden een veilig onderkomen, en een schuimend glas nat.

    Met de grootste zorg en precisie werd het recept voorbeeldig op punt gezet.

     

    De abdij van Grimbergen is verscheidene malen verwoest door branden,

    maar elke keer opnieuw uit de as herrezen, na bluswerken met schuimend nat.

    De Fenix, net boven het woord Grimbergen op het etiket van de fles,

    symboliseert deze wederopstanding.

    Samen met de afschaffing van het klooster tijdens de Franse Revolutie

    verdween ook jammerlijk de brouwerij.

    De Fransen zagen uiteraard liever wijnverbruik dan bierconsumptie.

    Bij de latere heroprichting van de abdij werd er geen brouwerij meer voorzien.

     

    !! Toch intussen even terug nu naar het gerecht, want naast bier

    bevat het toch nog enkele andere interessante onderdelen.

    Als bijgerecht komt er een traditionele salade op tafel.

    Samen met wat geraspte wortels vormt dat een kleurrijk geheel.

     

     

     

    Terug nu naar het belangrijkste element: de Grimbergen.

     

    Met evenveel oog voor traditie en kwaliteit worden de bieren van hoge gisting

    van Grimbergen vandaag door Alken-Maes gebrouwen in Alken, Limburg.

    Hoe wijzelf de kans kregen als primeur de nieuwe Grimbergen Goud

    te proeven wordt toevallig ook op deze weblog uit de doeken gedaan.

     

    !! Zeker lezen: klik hiernaast rechts onder Archief per Maand op “03-2009”,

    en kijk onder “Olaba: fietsen door de Limburgse Mijnstreek (deel 2)

    voor een live verslag over een exclusief live bezoek aan de fameuze  brouwerij.

    Het Grimbergen bier laat zich perfect combineren met alle typisch Belgische

     gerechten, zoals waterzooi, mosselen friet of de fameuze tomaat garnaal.

    Dankzij zijn uitgebreide gamma, van Blond over Dubbel, Tripel en Optimo Bruno

    tot Cuvée de l’Ermitage, vindt u ook altijd de ideale Grimbergen

    voor bij streekgerechten of zelfs meer exotische schotels.

     

    De soorten Grimbergen bier zijn:

    Dubbel - 6,5% vol.

    Blond - 6,7% vol.

    Cuvée de l'Ermitage - 7,5% vol.

    Goud - 8% vol.

    Tripel - 9% vol.

    Optimo Bruno - 10% vol.

    In Spanje koop ik Grimbergen in supermarkt Alcampo

     

    Wat ontbreekt op de vorige foto: een Grimbergen Optimo Bruno natuurlijk,

    dezelfde als waarmee het gerecht bereid is.

     

     

     

     

    Het bereiden van dit gerecht is zo spotgemakkelijk, dat ik me ruimschoots kan

     veroorloven al vooraf te genieten van deze heerlijke Optimo Bruno.

     

    Wie meer wil weten over Grimbergen bier: zie www.grimbergenbier.be.

    Voor mijn talrijke Nederlandse lezers heb ik: www.grimbergenbier.nl.

     

    Terloops: Heineken heeft de brouwerij Alken-Maes gekocht, en is dus in feite nu

    de brouwer van Grimbergen. De goede (gastronomische) smaak is zich duidelijk

    naar het noorden aan het verplaatsen.

     

     

     

     

    Tijd om het smakelijke en super simpele recept eens van naderbij te bekijken:

    Here we go: Vlaamse Karbonaden met Grimbergen.

     

     

    ingrediënten voor 4

    bereiding

    800g rundstoofvlees

    braad het stoofvlees kort aan op hevig vuur in ruime vetstof

    boter of olijfolie

    (eventueel in twee maal als je een kleine braadpan gebruikt)

    pezo

    schep het vlees met een schuimspaan op een bord

    2 dikke uien

    kruid het met pezo

    2 el bloem

    snijd de uien in fijne ringen, bak ze 10’ in hetzelfde braadvet

    2 el wijnazijn

    doe het vlees erbij, en meng goed door elkaar

    1 kruidnagel

    bestuif alles met de bloem, voeg alle kruiden toe en de mosterd

    1 tl Dijon mosterd

    overgiet met 15 cl water, en dan het bier

    1 teen look (of vers uit potje)

    kijk toe dat alles onder staat, en breng langzaam aan de kook

    1 takje tijm, of in poeder

    dek af en laat 1.5 tot 2 uur stoven

    2 blaadjes laurier

    kruid naar smaak bij met peper en zout

    1 donker bier van 33 cl

    (eventueel de saus nog wat dikken met maïzena express)

    (eventueel maïzena express)

    serveer met frietjes en een salade

     

    TIP: als bier nam ik Grimbergen Optimo Bruno)

     

    Serveer hetzelfde bier er ook bij aan tafel

     

     

    Ik kan nog net genoeg concentratie opbrengen om er frieten bij te bakken.

     

     

     

     

     Hier komt het geheel, met de stoverij, op tafel, en het eetfestijn kan beginnen.

     

     

     

    Bereid naar een recept uit Libelle, met tips van SOS Piet

     

     

    26-11-2009, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (2)

    22-11-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Burgos naar Segovia (1)

     

    Goed uitgeslapen, en volledig gereed voor de korte autorit van vandaag.

    Het weer doet het weer goed.

     

     

     

    Segovia is een stad in het zuidelijke deel van het autonome gebied

    Castilla y León (letterlijk: kasteel en leeuw) en hoofdstad van

    de gelijknamige provincie Segovia, hier bijgekleurd in het rood.

    De stad ligt op een hoogte van 1005 m.

     

     

     

     

     

    Het wapenschild van Segovia bestaat, zoals in veel gevallen,

    uit een geparelde kroon, maar het bevat ook (en dat is uitzonderlijk)

    de afbeelding van het historisch Romeinse aquaduct van keizer Trajanus

    uit de eerste eeuw.

     

     

     

    We zitten en staan nog altijd in het centrum van Spanje, in een omgeving

    waar het historische machtige koninkrijk zich heeft ontplooid.

    De stad ligt 87 km van Madrid, het gewezen boerengat dat pas 15 eeuwen

    later onder impuls van koning Philips II in beeld kwam, als hoofdstad.

     

    De oude stad ligt boven op een rots waar de rivieren de Eresma en Clamores

     samenvloeien aan de voet van de bergketen Sierra de Guadarrama.

     

    Halverwege naar het hoogste punt van de stad is de ‘Plaza Mayor ’,

    een plein waar ook de prachtige kathedraal staat.

    Dat is niet de enige kerk, er staan nog 20 Romaanse kerken in de stad.

    Weer verder naar boven naar een volgend plein en eindigt in het machtige Alcazar.

     

     

     

    Het hooggelegen deel van de stad is geheel ommuurd.

    In de stad zijn veel Romeinse en middeleeuwse monumenten te zien.

    We zijn op weg naar boven, naar het Alcazar.

     

     

     

    Greta is tevreden dat ze de voorkant van het prachtige gebouw

    al te zien krijgt, na al dat klimwerk.

     

     

     

    Ikzelf heb in Segovia nog geen echte Emilio gevonden zoals in Burgos,

    en troost mezelf voorlopig dan maar met deze reusachtige nepgids,

    waarschijnlijk een ex-basketbalspeler.

    Qua verschijning lijkt hij tamelijk goed op Emilio, hij is alleen (nog) wat

    minder beweeglijk.

     

     

     

    Via de Puerta de San Andres lopen we de historische stad binnen.

     

     

     

    Via een open ruimte krijgen we het Alcazar nu van dichtbij te zien.

    Dit is het kasteel van Philips II, zoon van keizer Karel, of als je wil Karel V,

    geboren in 1500 in Gent.

    De Spanjaarden kennen deze laatste onder de naam Don Carlos.

     

     

     

     

    Het dateert uit de 11de eeuw, zit vol met Moorse invloeden, die in de 15de eeuw

     getemperd werden door aanpassingen in het dak en de torens.

    Philips II baseerde zich hiervoor op de Vlaamse conische leistenen,

    die hij had gezien in Vlaanderen, tijdens zijn jeugd in de omgeving van

    zijn vader Karel V.

    Ook op twee postzegels staat het Alcazar afgebeeld in al zijn pracht.

     

     

      

     

     

    Vanuit het Alcazar heb je een mooi uitzicht over het omliggende land.

    Het is een intiem en tegelijk romantisch kasteel.

    Het complex heeft trouwens model gestaan voor het Cinderella kasteel

    in Disney World.

    Rechtsonder op de foto zie je een driehoekige structuur, als de boeg van een schip.

    Deze architecturale constructie werd later nog gebruikt.

    Het is zelfs gekopieerd in een bouwwerk dat nog beroemder is:

    het Alhambra van Granada.

     

     

     

     

    Dit kasteel is de historische plek waar na Philips II later nog diverse

    Spaanse koningen gehuisd hebben.

     

    Een bezichtiging binnen is gelukkig mogelijk.

    We staan hier voor een prachtig onderhouden paleis met veel vertrekken

    die volledig ingericht zijn, een binnenplein waar de soldaten hebben geoefend,

     wapenkamers, enz.

    Maar, veel meer informatie daarover in de volgende sessie.

     

     

     

     

     

    22-11-2009, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (1)

    15-11-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KOKENETEN: een super kleine mini Tomatina

     

     

     

     

    Tomaten hebben we te danken aan de Spanjaarden, die dit sappig roodhuidje

    uit de Andes meebrachten, zo'n vijfhonderd jaar geleden al.

    Het lekkere bolletje heeft wel wat wijzigingen ondergaan, maar later daarover meer.

    Nu wil ik alleen een woordje kwijt over een feest, met de rode tomaat in de glansrol:

    La Tomatina in het dorpje Buñol in de buurt van Valencia.

     

    Het is een jaarlijks terugkerend vreedzaam tomatengevecht op de laatste

    woensdag van augustus. Dit evenement trekt altijd enorm veel toeristen.

    Samen met de San Fermín feesten en de bijbehorende stierenrennen

    in Pamplona behoort het tot de internationaal bekendste feesten van Spanje.

    In 2009 deden 38000 mensen mee en er werd 132 ton tomaten gebruikt.

     

    Hoe is deze happening ontstaan ? (in het kort)

    In 1944 zochten enkele jongeren ruzie (toen waren er al hooligans!)

    omdat ze deel wilden nemen aan een typische lokale optocht van

    "gigantes y cabezudos" (reuzen en groothoofden).

     

    Omdat ze zich in de buurt van een groentenkraam bevonden, stalen ze

    tomaten om die naar de optocht te gooien.

    De oproerpolitie kwam en liet de jongeren de schade vergoeden.

    Het jaar daarna deden de jongeren hetzelfde met tomaten die ze

    meebrachten van thuis.

     

    Het feest werd enkele jaren verboden, maar uiteindelijk werd het toch toegestaan

    en naast het gooien van tomaten werden andere gebruiken ingevoerd.

    Zo werd men met water overgooid en werden er waterstralen

    op de tegenstander gericht.

     

    In 1957 werd het feest weer verboden en stond op de overtreding

    een gevangenisstraf.

    Dat jaar besloten omwonenden om een lijkwade met een grote tomaat

    door het dorp te dragen, "om hem te begraven".

    Deze processie werd bijgestaan door bands die begrafenismuziek speelden.

    In 1959 werd Tomatina definitief toegestaan en sinds 1980 deelt de gemeente

     jaarlijks tomaten uit aan de steeds talrijker wordende bezoekers.

     

     

     

    We gaan ter ere van dit feest onze eigen super kleine mini Tomatina maken,

    en we sleuren er een onschuldig lammetje bij.

    Van contrast gesproken!

     

     

     

     

    Tijd om het smakelijke recept eens van dichterbij te bekijken:

    Here we go: Lamsvlees in tomatensaus.

    Heel gemakkelijk te maken.

     

     

    ingrediënten voor 2

    bereiding

    2 lamshaasjes of -steaks

    snij elke tomaat in zes partjes

    350g (pruim)tomaten

    pel de ui en snipper hem fijn, idem voor de lookteentjes

    1 ui

    bak de lamsteaks even aan op hoog vuur in 1 el olijfolie

    2 teentjes look of uit een potje

    bestrooi met pezo aan de 2 kanten

    2 el gehakte tuinkruiden (diepvries)

    zet ze even aan de kant in aluminiumfolie

    (bijvoorbeeld salie, peterselie, tijm)

    verwarm de rest van de olie in de braadpan

    2 el olijfolie

    fruit de ui glazig en bestrooi lichtjes met wat bloem

    7.5 cl droge witte wijn

    doe er de tomaten, de wijn en een snuifje suiker bij

    1 tl geraspte citroenschil

    laat 5’ sudderen in de open pan

    suiker

    doe de helft van de kruiden en de look bij de saus

    pezo

    kruid ze naar smaak bij met pezo

     

    leg de steaks in de saus

     

    laat 10’ stoven op een zacht vuur

     

    (als de tomaten niet veel water bevatten, zet deksel er op)

     

    meng de citroenschil met de rest van de look en kruiden

     

    schep op de biefstukjes en dien op

     

     

     

    TIP: lekker met fijne tuinboontjes (diepvries) en piepers

     

     

     Hier komt het geheel op tafel.

     

     

     

    Een close up van het gerecht, dat nog warm in de pan ligt, en de dampende

     tuinboontjes houden zich al gereed om het gehemelte te verwennen.

     

     

     

    En zo ziet mijn bord eruit voor het aan mijn maag wordt toevertrouwd.

    En lekker smaken doet het.

     

     

     

     

    Bereid naar een recept uit Libelle

     

     

    15-11-2009, 13:47 geschreven door grob  

    Reageer (0)

    05-11-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In Burgos zonder Emilio (2)

     

     

    Hieronder zie je de kaart van Spanje, met de autonome gebieden in vette druk,

    en daarin telkens de provincies.

    Wij gaan dus naar Andalusië, helemaal onderaan in het zuiden.

    Nu moet je toch de Spaanse kaart eens aandachtig bekijken.

    Ze lijkt sterk op een verfrommelde polo, met twee korte mouwen en een kraag.

    Het is alsof de nonchalante polodrager een druppel rode wijn heeft gemorst,

    net onder de kraag. Dat is de plaats waar Burgos ligt.

     

     

     

    De partnerstad van Brugge is er trots op dat ze de hoofdstad is van Castilla

    (zie het kasteel in het wapenschild), en ook de streek van El Cid, schrik der Moren.

     

     

     

    Vandaag moeten we het doen zonder Emilio, en we bezoeken hoofdzakelijk

    de kathedraal. Volgens de meeste echte kathedralenkenners heeft Burgos

    de tweede mooiste kathedraal van Spanje. Die van Sevilla is natuurlijk onklopbaar.

    Deze kathedraal is Gotisch, heeft drie beuken, dwarspanden, veel kapellen

    en een zware middentoren uit de 16de eeuw. Er steken acht torentjes boven uit.

    De hoofdingang is aan de westkant, met twee klokkentorens.

    Die torens staan rechts hieronder op de maquette.

     

     

     

     

    Het gebouw is helemaal niet gebouwd volgens de traditionele Spaanse stijl,

    en doet vooral denken aan de Franse kathedralen, zoals die van Reims.

     

     

    Aan de noordzijde (deze kant van de maquette) ligt het straatniveau veel hoger.

    Hier situeert zich aan de binnenkant de “escalada dorada” of gouden trap

    uit de Renaissancetijd. 

     

    We maken ons gereed om binnen te gaan aan de zuidkant.

    Hier is een gezellig pleintje waar ook het toeristische treintje vertrekt.

    De wacht wordt opgetrokken door een bedevaarder van de Camino

    de Santiago de Compostella.

     

     

    Van al dat staan word je natuurlijk moe, en de bedevaarder komt zich naast Greta

     op de bank neervlijen.

    Je weet natuurlijk al lang dat voetballers, rugbyspellers, en beoefenaars van

    ruwe sporten ter bescherming, een preventieve schelp dragen.

    Voor wie het toch nog niet weet, zou ik wat uitleg kunnen geven,

    maar een beeld zegt meer dan 1000 woorden.

    Greta wijst dus nu even (op een discrete manier) de bewuste plek aan.

    Maar de bedevaarders naar Compostella dragen ook een grote schelp,

    aan een touwtje rond de hals maar wel met een ander doel.

    Het is een soort diploma, om aan te tonen dat je de Camino hebt gedaan.

    Je ziet ze hier (een beetje moeilijk) op de foto boven de linkerelleboog van Greta.

     

     

     

    Hetgeen verwarring schept in heel deze situatie is dat (Sint) Jakob in het Spaans

    “Santiago” heet. Vandaar spreekt men ook van “Santiago de Compostella”.

    In feite heet deze heilige, die aan de grondslag ligt van de bedevaart gewoon “Jakob”.

    Vandaar dat diegenen die de Camino vervolledigen, zichzelf tot het einde

    van hun leven mogen tooien met een Sint Jakobsschelp rond hun nek,

    én met de typische wandelstaf. Zoals het exemplaar naast Greta.

     

    We stappen nu de kathedraal binnen, onder een portiek met Bijbeltaferelen.

     

     

     

    We hebben geen Emilio, maar wel een audiogids, die ons binnen laat stoppen

    aan alle interessante plaatsen, en uitstekende informatie verstrekt.

    Onverwachts komt een pittoresk figuur even om de hoek,

    of beter van de balustrade af kijken, in het gezelschap van een paar klokken.

     

     

     

    De meeste kapellen puilen uit van extreme pracht en praal, met bladgoud overdekt.

     Waarschijnlijk is dit het goud dat Columbus uit Amerika heeft ontvreemd.

     

     

     

     

     

    Dit zijn beelden van bovenaan deze kapel. Ze zijn tot in het kleinste detail uitgewerkt. 

     

     

     

    Nog een ander voorbeeld van een kapel.

    Omdat in de tijd dat deze kerken gebouwd werden (bijna) niemand kon lezen,

    was de Kerk verplicht de Bijbelverhalen te illustreren. Strips avant la lettre.

      

     

     

    Dit is dan de ingang, gans bovenaan, aan de noordzijde, met de gouden trap.

    Rolstoelfaciliteiten bestonden toen nog niet…

     

     

     

    … want naast de trap staat geen rolwagen, zoals je zou denken, maar een

    praalwagen om de stad rond te rijden met gouden en zilveren ornamenten.

     

     

     

     

    Het sublieme hoofdaltaar van de kathedraal bulkt van de Bijbelse

    verhalen, vier verdiepingen hoog en zeven gouden panelen breed.

     

     

     

    Sommige plaatsen zijn zo (ongewild) fotogeniek dat je er stil van wordt.

     

     

     

    Dit is de fameuze en oogverblindende koepel, waarboven aan de buitenkant

    acht torentjes in de hoogte steken.

    Hieronder is de Spaanse nationale held El Cid en zijn gade, Doña Jimena begraven.

    Trouwens, hoe kwam hij aan deze naam, want zijn echte naam was Rodrigo Diaz de Vivar? 

    Welnu: 'Cid' is de Spaanse verbastering van “sayyid” (Arabisch voor 'heer').

     

     

     

    Voor de filmrol van El Cid werd Charlton Heston gekozen, niet om zijn

    artistieke talenten, maar omdat hij zulke grote handen had.

    Dat was nodig om zijn zwaard “La Tizona” te kunnen hanteren

    waarmee hij de gewoonte had dagelijks enkele Moren te neutraliseren

    en in de Valenciaanse paellapan te hakken.

    Wegens de grote handen van de filmacteur, koos men ook voor Sophia Loren

    als zijn filmgemalin Jimena.

     

     

    Naast Morenvertrapper, ridder van de koning en heerser van Valencia,

    mag men El Cid ook beschouwen als de eerste bancaire specialist van Europa.

    Ziehier waarom.

     

    Om zijn soldaten te kunnen betalen bezocht hij, met een grote kist,

    een prominente geldschieter.

    El Cid stelde zich op een buitengewoon vriendelijke manier voor en vertelde

    wat hij deed (de financier wist dit maar al te goed).

    De financier kreeg een genereus aanbod als hij een pak geld aan El Cid zou lenen.

    Als onderpand bood El Cid de kist aan, die volgens hemzelf vol zat met

    goudgeel slijk der aarde.

    Jammer genoeg was de kist op slot en had hij de sleutel verloren.

    Maar El Cid was immers een man van eer, en gaf zijn woord dat hij

    het geld met rente terug zou betalen.

    De financier slikte even, bedacht wie hij voor zich had en leende het geld.

    Toen El Cid weg was zette hij de kist weg en schreef het geld als verloren af.

    Op de afgesproken dag kwam El Cid weer op bezoek en betaalde het geld met

    rente terug (een paar kleine plunderingen brengen altijd wat aarde aan de dijk).

    Nu werd het de financier te machtig. Hij wilde weten wat zich in de kist bevond.

    El Cid opende de kist en de inhoud was duinzand.

    De kist hangt nu in de kathedraal van Burgos, in de buurt van zijn graf.

    Dit was de eerste bancaire crisis in Europa, maar in dit geval liep ze nog goed af.

     

     

     

     

    Zo komen we tot het einde van ons bezoek aan Burgos.

    We gaan zeker nog terug voor een volgend bezoek, misschien zelfs vóór 2016.

     

     

    We zijn nu klaar om op weg te gaan naar Segovia.

     

    À propos, het is zeker niet verboden een reactie te plaatsen op dit blogje.

    Zo kan ik het blogje verbeteren, en mogelijk aanpassen aan je wensen.

    Het zou me veel plezier doen je eens te lezen.

    Gewoon klikken op “reageer” hieronder rechts.

    Dank bij voorbaat beste lezer.

     

    05-11-2009, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (1)

    30-10-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.KOKENETEN: een antieke klassieker, uit het bos

     

     

     

    Kip op jagersmanier! Poulet Chasseur. Traditioneel, en duimenlikkend lekker.

    De naam is eeuwenoud, en geeft aan dat het seizoen van de jagers

    en de (wilde) champignons samenviel.

    Vandaag kan je natuurlijk 365 dagen per jaar paddenstoelen verkrijgen,

    maar in de tijd dat bovenstaande foto genomen werd (1909!) was dat wel anders.

     

     

    Het is een heel klassieke bereiding die elke kok met plezier zal maken, en

    zelfs voor een amateurkok als ik, is het een koud kunstje (hoewel het toch

    best warm wordt geserveerd).

     

     

     

     

     

     

    De stukken kip worden heerlijk op smaak gebracht met rookspek in blokjes.

    Een geslaagde groentecombinatie blijft natuurlijk ook wortelsnippertjes met ui.

    Een geut rode wijn en een slok kippenboeljon maakt de smaak volledig.

    Intussen komen ook de champignons in de pan terecht, en kunnen de piepers

    aan hun kookproces beginnen.

    De zure room houdt zich klaar om de smaak nog voller te maken.

     

     

     

     

    Tijd dus om het recept eens van dichterbij te bekijken:

    Here we go: Kip op jagersmanier.

     

     

    ingrediënten voor 4

    bereiding

    een kip of borsten + bouten

    indien hele kip, in 6 tot 8 stukken snijden, bestrooien met pezo

    pezo

    de spekblokjes in een pan rustig aanbakken

    150g rookspek in blokjes

    de kip erbij leggen en aan alle kanten aanbraden

    2 stevige wortels

    spek en kip uit de pan nemen, de uien snipperen

    1/8 l rode wijn

    de wortels in duxelles fijnsnijden en met de stukjes ui roosteren

    ¼ l kippenboeljon

    de stukken kip er ook bijvoegen, met de rode wijn overgieten

    300g verse paddenstoelen

    het vocht tot de helft laten inkoken

    20g olijfolie of boter

    de kippenboeljon erover gieten (eventueel Huysentruyt + water)

    1 el bloem

    in gesloten pan de kip langzaam in circa 30’ laten smoren

    1/8 l zure room

    intussen de champignons (proper) in dikke stukken snijden

    peterselie, fijn gesneden

    laat ze 10’ smoren in een afgedekte pan

    2 uien

    de bloem met de zure room vermengen

     

    samen met de paddenstoelen (met vocht) bij de kip voegen

     

    alles nog 5’ lichtjes laten koken

     

    opdienen, rijkelijk bestrooid met peterselie, en gekookte piepers

     

     

     

    Hier zit alles bijeen, en kan het gerecht nog vijf minuutjes rustig borrelen.

     

     

     

    Gelukkig laat het weer toe om dit heerlijke gerecht in openlucht te smaken.

     

     

     

    Op het bordje leggen, met de gekookte piepers, en genieten maar!

     

     

    Bereid naar het Groot Fontein Kookboek, pag. 95.

     

    30-10-2009, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (0)

    25-10-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In Burgos met Emilio (1).

     

     

     

    We knopen terug aan met onze verplaatsing van België naar Andalusië,

    bij het verlaten van Zuidwest Frankrijk.

    Niet ver van Bayonne gaan we de Spaanse grens over,

    en via San Sebastian en Bilbao bereiken we moeiteloos Burgos.

     

    Burgos is een vrij grote, propere stad met 172000 inwoners.

    Het is een partnerstad van Brugge en Valencia.

    Als men Brugge vertaalt in het Spaans, komt men eigenlijk op Burgos.

    De historische band met Valencia komt hier wat verder nog aan bod.

     

    De stad ligt op een hoogte van 860 m aan de rivier de Arlanzon.

    Acht bruggen verbinden de stad. Rond het jaar 1000 wordt Burgos gesticht

    en het wordt later de hoofdstad van Castilië.

    Het wapenschild van Castilië herken je altijd aan de afbeelding van een kasteel.

    In 1200 wordt de eerste brug over de Arlazon gelegd ten behoeve van de pelgrims

    naar Santiago de Compostella, op de drukste weg van de Middeleeuwen.

    Kort daarop wordt er begonnen met de bouw van de prachtige kathedraal.

     

    Onderweg naar ons hotel “El Cordon” stoppen we even onwettig in het centrum

    op een halte van een lijnbus.

    Nog geen halve minuut later tikt een Guardia Civil agent op onze ruit.

    We melden hem en zijn collega dat de smalle straat van het hotel

    ontoegankelijk is door de aanwezigheid van een metalen paaltje.

    Ze maken ons duidelijk met een schets hoe we terug snel aan het hotel geraken,

    en een van de agenten zal ter plaatse op een knop gaan duwen,

    zodat het paaltje voor een minuut in de grond verdwijnt. Dank u wel agenten.

    Een uur later zien we ze opnieuw, en ze groeten ons hartelijk.

     

    Inchecken in het gezellige hotel, en dan rustig op stap is ons motto.

    Vlakbij vinden we een Plaza met  een prachtig gebouw, waar boven de poort

    een enorme koord (cordon) versteend is.

    In 1495, drie jaar na de ontdekking van Amerika, ontvangen de katholieke koningen

     Ferdinand en Isabella Columbus in de “Casa del Cordon” na zijn tweede reis.

    Dat is dus hier.

     

     

     

    Even verder komen we aan de Plaza Mayor.

    Erachter zien we al de overbekende kathedraal, waar we ook naartoe zullen gaan.

     

     

     

     

    Het plein is niet zo indrukwekkend, maar wel uitnodigend en gezellig.

     

     

     

    Dezelfde fonteinen komen regelmatig terug, Greta daarentegen blijft uniek.

     

     

     

    We plannen een rondrit met het toeristische treintje, maar

    er komt iets anders uit de bus…

     

     

     

    Terwijl ik me buig over het stadsplan, komt een inboorling me spontaan vragen

    of ik iets wil weten.

    Geen twee minuten later is Emilio met ons op weg, en toont hij ons

    de interessante plaatsen van het stadscentrum. Gemakkelijk, zo’n lokale gids.

    Een vriend voor het leven!

     

     

     

    De bekendste historische figuur van Burgos is zeker El Cid. Over zijn leven werd

     trouwens een speelfilm gemaakt met Charlton Heston in de hoofdrol.

     

    El Cid was een veldheer, die vele malen de Moren heeft verslagen.

    Men heeft zelfs nog eens zijn gebalsemde lijk uit de doodkist gehaald

    en in volle wapenuitrusting op zijn strijdros gezet.

    Begeleid door ridders en getrouwen reed hij zo de stadspoort van Valencia uit.

    De Moren bestierven het van angst en schrik toen zij de herrezen vijandige held zagen.


    Hij heette eigenlijk Don Rodrigo Diaz en werd in 1040 in Burgos geboren. 

    Toen hij 10 jaar was kwam bij reeds aan het hof van de koning van Castilië 

    in Burgos en werd op zijn 17de tot ridder geslagen.

    In 1094 veroverde El Cid Valencia op de Moren en vijf jaar later, is hij daar gestorven.

    Vandaar de historische band met zusterstad Valencia.

    Hij werd begraven in het klooster van San Pedro te Gardena,

    vanwaar de tuinsproeiers afkomstig zijn.

    In 1842 werd hij en zijn vrouw Jimena herbegraven in de kathedraal van Burgos.

    In 1955 richtte Burgos een ruiterstandbeeld op.

     

    Hij is uitgebeeld met een geweldige baard, een wapperende mantel,

    en zijn zwaard houdt hij schuin naar boven gericht, gereed om hoofden te hakken

    en aardappelen te schillen.

    Als je bedenkt hoe lang je vandaag met de wagen onderweg bent van Burgos

    naar Valencia, moest El Cid wel over een paard met zes versnellingen

    beschikken om die verplaatsingen te maken.

    Vandaar natuurlijk dat hij er zo gehaast uitziet, om de Moren mores te leren.

     

     

     

    Let nu eens goed op het gebouw achter El Cid. Het is het Teatro Principal.

    Men is bezig de buitengevel te reinigen en te restaureren.

    De complete gevel is overgeschilderd op een stuk textiel, waarachter men

    de eigenlijke stenen gevel reinigt.

    Met andere woorden, je ziet de gevel niet, maar wel een kopie op doek!

    Hetzelfde procédé hebben we gezien in de kathedraal van de Mesquita in Cordoba.

     

     

     

    Even verder worden we geconfronteerd met de lijfspreuk van de Burgodezen,

    of zijn het Burgo(n)diërs?

    De vlieg tegen de kikker: “Het is beter te sterven in de wijn dan te leven in het water”.

     

     

     

    Vanaf het theater (achteraan) strekt zich langs de rivier (rechts)

    een aangenaam wandelpad uit.

     

     

     

    Het apparaat hieronder is een middeleeuws foltertuig, ontworpen door El Cid,

    om de Moren te kraken. De vraag is maar: figuurlijk of letterlijk? 

    De proefpersoon werd naakt vóór dit toestel gezet, met zijn polsen vastgeklonken

    in de handbeugels.

    Wat er dan verder via dit apparaat gebeurde, heeft Emilio ons duidelijk gemaakt,

    maar ik zwijg erover in alle talen, en ik laat de interpretatie aan de lezer over.

    De foto zegt genoeg.

     

     

     

    Aan het einde van deze promenade langs de rivier komen we aan een van de

    vroegere stadspoorten: de Puerta Santa Maria, een prachtige constructie!

     

     

     

     

    In de avond doen we opnieuw een stapje in de stad, en belanden in een tapabar

    waar Greta een primeur krijgt: een totaal nieuwe tapa wordt er gecreëerd

    en Greta mag hem testen als wereldprimeur, maar wat er in zit weet ze niet meer.

    We zullen dus terug moeten gaan.

     

     

     

     

    Voor we ons ter ruste leggen, neem ik de plicht op mij om nog even

    de neus schoon te maken van een omstaander.

     

     

     

    Een jongedame met een bloemige paraplu wuift ons uit.

     

     

    Slaapwel.

     

    25-10-2009, 00:00 geschreven door grob  

    Reageer (0)

    Zoeken in blog


    Blog als favoriet !

    Laatste commentaren
  • Zegen op deze palmzondag middag, avond en nieuwe week (angelique)
        op toedeloe
  • Wens u nog een hele fijne zondag (Dirk)
        op test
  • Wens u nog een hele fijne vrijdag (Dirk)
        op Carlos en Discus
  • Goedemorgen (Dirk)
        op ga nog eens testen op doenbaarheid
  • Terug ? (ikke)
        op ga nog eens testen op doenbaarheid

  • kaper op de kust


    Foto

    Archief per maand
  • 03-2022
  • 07-2020
  • 06-2019
  • 12-2018
  • 03-2018
  • 12-2015
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 02-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 05-1978
  • 11--0001

    tophotel "Huerta de la Paloma" in Priego de Cordoba 


    Foto

    Poolse Jonagoldplukker in Haspengouw


    Foto

    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    diane
    blog.seniorennet.be/diane

    met vriend in Segovia


    Foto

    Een interessant adres?

    met Olaba op bezoek


    Foto

    tulpenbootje in Meliskerke/Zeeland


    Foto

    de ezels van Niort


    Foto

    kathedraal Bayonne


    Foto

    geitenfuif Luxemburg


    Foto

    discrete blik achter de schermen in Segovia


    Foto

    beste Spaanse tapabar: Gambrinus in Toledo


    Foto

    aan het werk in hoteltuin in Alberic


    Foto

    aan de Groenplaats met Seniorennet


    Foto

    katedraal Burgos


    Foto

    met vrienden in El Palmar (Valencia)


    Foto

    catamaran van Tarifa naar Tanger


    Foto

    lunch in Parador van Arcos de la Frontera


    Foto

    Viking van de Geiranger fjord


    Foto

    aan de Zaansche Schans


    Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!