10. Clinckart en zoon, Lage weg, Hoboken, schaliedekkers.
Bouwvergunningen :
11. Van der Auwera Frans, Blaasveldstraat, architect Bradt Egied, kouter 4 bis Leest, aannemer.
12. Van den Heuvel Constant, Rennecauter Leest, architect, aannemer Cuypers Pieter, Pikkerie Hombeek en schrijnwerker de eigenaar zelf.
13. Nuytkens Alfons, Tisseltbaan Leest, aannemer Vloebergh Gebroeders, Dorp te Leest, architect Van de Vondel Mechelsesteenweg te Blaasveld.
14. De Smedt Albert, Kouter te Leest, architect Bradt Eg. Kouter 4 bis Leest. Aannemers Vloebergh Gebroeders, Dorp Leest en Teughels Jan, Brusselse steenweg te Mechelen voor de schrijnwerkerij.
15. Van Cauter, Kapellebaan nr 1 te Leest, architect Van de Vondel, Mechelse steenweg te Blaasveld, aannemer.
16. Parochiale werken der Dekenij Mechelen Zuid architect : Van Steenbergen te Beerse, aannemers Vloebergh gebroeders, Dorp te Leest en Teughels Theofoor, Dorp te Leest voor de schrijnwerkerij.
Veranderingswerken :
17. De Belser Frans, Dorp te Leest, aannemers Vloebergh Gebr. Dorp te Leest.
18. Piessens Frans, Dorp te Leest, aannemers Vloebergh Gebr, Dorp te Leest en Teughels Th. Dorp te Leest, schrijnwerker.
1951 – 11 en 18 maart : “Rust Roest” bracht “Passiebloemen”.
“Verleden zondag voerde “Rust Roest” de gunstig gekende toneelkring, het passiespel op : “Passiebloemen” door E.P. Hilarion Thans. De Eerw. schrijver heeft er voor gezorgd dat het geen bloot lijden was, maar legde het verhaal van het lijden van O. H. in verschillende monden. Vandaar dat de aantrekkelijkheid van het stuk merkelijk verhoogd wordt. De spelers en speelsters hebben allen voortreffelijk hun moeilijke taak volbracht. Er was spanning tot het laatste ogenblik. Hoogtepunten waren zeker de kruisdraging van Jezus en de ontmoeting met zijn H. Moeder. Veronica die haar hoofddoek kwam tonen, en het machtig slottafereel, dat ons denken doet aan de machtige scenes uit het Mariaspel te Halle. De kostumes waren schitterend en het lichtspel droeg machtig veel bij om het geheel in een kleur te zetten die nodig was, om de verschillende taferelen de nodige atmosfeer te geven. De koren, door enkele juffrouwen buitengewoon goed gezongen, stelde de toeschouwers al dadelijk in de vereiste stemming, om het stuk met de nodige gesteltenis te volgen. Een vertoning op heel de lijn waarop “Rust Roest” terecht fier mag gaan. Allen waren uiterst voldaan over deze buitengewoon geslaagde opvoering. Zondag 18 Maart hebben de liefhebbers van goed toneel nog een gelegenheid dit prachtige drama aller tijden te komen zien in de zaal “De Rozelaar” bij Teughels, te 6.30 u.” (Mediasprokkels in “Rust Roest Leest Ontmaskerd” van Guido Hellemans)
1951 – 31 maart : Barre winter.
De winter 50-51 heeft een gemiddelde temperatuur van -14°C gekend. Zelfs scheepvaart op de Schelde heeft stilgelegen. (KH-GvM)
1951 – 21 april : Leestse fanfares vierden mee in Hombeek.
De benoeming Koninklijk van de fanfare De Vrolijke Vrienden uit Hombeek werd gevierd in de zaal Alhambra op 22 april. Deelnemers waren Willen is Kunnen uit Zemst-Laar, St.-Cecilia uit Leest, St.-Cecilia uit Hombeek-plein, Arbeid Adelt uit Leest en St.-Martinus uit Hombeek-dorp. (KH-GvM)
1951 - 9 juni : Attest Gewapende Weerstander voor Jaak Eduard Coeckelbergh.
“De hoedanigheid van Gewapende Weerstander is toegekend aan : Mijnheer COECKELBERGH Jaak Eduard. Geboren te Leest de 30 november 1912 Door de 14de Herzieningscommussie van Brussel in datum van 9 juni 1951 bij toepassing van artikel 1, van het wetsbesluit van 19 september 1945, houdende vaststelling van het Statuut van de Gewapende Weerstand. Belanghebbende is aangesloten bij de Groepering B.N.B. De bij de Weerstand doorgebrachte tijd is van 1-3-44 tot 17-11-44, zijnde 9 maand, afgerond tot de hogere maand. Te Brussel, den 1 april 1955, voor de Minister van Landsverdediging, (getekend) Kolonel De Ridder, Hoofd van de Dienst van de Weerstand.”
Foto’s en documenten :
-Afgeleverde “leurkaarten”…
-De leurderskaart van Maria “Nieke” Janssens.
-Op de achtergrond haar frituur, op de voorgrond Hilda en Magda Van Steen in 1932. (Foto : archief Gerda De Laet)
-Het attest van de hoedanigheid van Gewapende Weerstander van Jaak Eduard Coeckelbergh.
Wijzigingen - aanvullingen. - Stany De Decker onderpastoor
Vervolg Kronieken van Leest.
1950 – 25 oktober : Stany DE DECKER werd onderpastoor te Leest.
Hij verving onderpastoor Leo De Schutter. Constantinus “Stany” Maria Florentinus De Decker was te Duffel geboren op 18 oktober 1924 en op 23 juli 1950 te Mechelen tot priester gewijd. Leest was zijn eerste benoeming, hij werd er onderpastoor op 25 oktober 1950. Tot 1955 bleef hij onderpastoor te Leest waarna hij (op 31 december) dezelfde functie waarnam te Mechelen-Coloma tot 1967. Te Leest doopte hij 44 kinderen en zegende hij één huwelljk in.
Zijn vertrek te Leest werd als een serieus verlies ervaren, zowel door de parochianen als door de pastoor. Tot twee jaar na zijn vertrek werd er in het decanaal verslag nog over hem geschreven. In 1956 : “Nood aan een goede onderpastoor. Het vertrek van de vorige is een groot verlies voor de werken en de geest van de parochie”. En in 1957 : “Vertrek van E.H. De Decker heeft veel jeugdwerken geremd.” Wie hem tegenkwam, ontmoette een opgewekte, lachende persoonlijkheid. Na zijn werk in Coloma werd hij op 15 juli 1967 pastoor te Elewijt. Zijn laatste functie was die van secretaris van het aartsbisdom (28-2-1973). Zijn zilveren priesterjubileum vierde hij weer in Elewijt (1975).
In 1956 schreef hij naar “De Band” : “Herinneringen aan Leest zijn er bij de vleet ! Mijn beste herinnering in het algemeen is de volledige medewerking van al de Leestenaren voor het goede. Steeds bereidwillig, behulpzaam, joviaal en meewerkend, niet alleen op gebied van de organisaties maar op heel het parochiaal plan. Ik heb de B.J.B.-ruiters weten beginnen. – Stichting van De Band. – Herstichting van het Davidsfonds. – Stichting van Vrijheid en Democratie. – Definitieve oprichting van Chiro-muziekkapel. Bouw van de parochiezaal en vernieuwing der lokalen ; bouw van de kapel van O.L.V van Fatima ; schildering van de kerk ; Missie in 1953 en Mariamissie in 1955 ; jubileum van beide B.J.B.-afdelingen in 1952. Mijn huidige parochie : 5.300 inwoners. Als stadsparochie zeer goed met flinke organisaties en echte lekenapostelen. De jaren die ik in Leest doorgebracht heb zal ik nooit vergeten. St. De Decker.” Stany speelde viool en was vooral bij de Leestse Chiro zeer populair. Zijn populariteit was zo groot dat de Leestenaars hem in 1968 een gift van 16.145 frank overhandigden als bijdrage voor herstelling van zijn kerk te Elewijt, hij was toen reeds vele jaren uit Leest weg.
Hij overleed op 20 mei 1994 als titularis-kanunnik in het Sint-Norbertusziekenhuis van zijn geboortedorp. “Stany had een groot hart, zijn hele leven lang. Zijn hart sprak voor iedereen, zelfs in die mate dat zijn hart het sneller dan verwacht begeven heeft. ‘Jezelf geven voor de anderen’, dat was de rode draad in heel zijn leven, steeds het positieve zien in de wereld romdom hem, zijn eigen lief en leed was voor hem niet de hoofdzaak. Als jonge priester te Leest en Coloma heeft hij zich steeds volledig in de parochiale werking gestort. Zieken en jeugd genoten zijn speciale aandacht. Zieken konden steeds rekenen op zijn optimisme, zelfs dat korte praatje gaf hen een andere kijk op het leven. De jeugdbeweging had een speciale plaats in zijn hart, meedoen met de jeugd, dat was zijn kenspreuk. Als parochiepriester van Elewijt werd het pas echt duidelijk hoe groot zijn inzet was voor de parochie. Gestoeld op een diep kristelijke overtuiging gaf hij richting aan het parochiale leven, zijn werkzaamheid in het verenigingsleven, het opknapwerk in de kerk…weinig woorden waarachter vele daden schuil gaan. Iedereen herinnert zich nog het feestelijk gebeuren toen hij als pastoor afscheid nam van zijn geliefde parochie ; jaren later werd hij gevierd naar aanleiding van 25 jaar priester in Elewijt. Deze gebeurtenissen waren slechts het topje van de ijsberg voor de waardering die hij genoot. Zijn promotie naar een functie met zware verantwoordelijkheden in het bisdom, gevolgd door zijn benoeming tot kanunnik, geven aan dat de kerkelijke overheid overtuigd was dat zijn diep menselijke inzet een waarde had voor de gehele kristelijke gemeenschap van het Aartsbisdom Mechelen-Brussel. Bescheidenheid heeft hem hierin steeds gesierd…Inzet en verantwoordelijkheid nemen vond hij het belangrijkste. Als familie denken wij met plezier terug aan de vele familiale bijeenkomsten; hij was er altijd, hij zocht zijn familie op, hij was een grote steun voor zijn moeder, hij deed met alles mee, zijn humor werkte aanstekelijk, voor iedereen van groot tot klein. Zelfs als hij wat zieker werd was de interesse voor zijn kleine neefjes en nichtjes groter dan voor zijn eigen leed. Dankbaarheid is het enkele woord, de rode draad voor ons allen die je kenden; we kunnen niet teruggeven wat jij ons gaf. Dank je, Stany.” (Warme woorden uit zijn gedachtenisprentje) (“De Sint-Niklaasparochie in Leest”, W. Hellemans en “DB”, nr.8, 1968) Zie ook in deze Kronieken: 20/5/1994.
1950 – 3 november : Opening van de nieuwe bewaarschool en huishoudschool. (DB-1956)
1950 – 17 december : Moeders gehuldigd door de “Bond der Kroostrijke Gezinnen”.
De “Bond der Kroostrijke Gezinnen” huldigde de moeders met tien en meer kinderen. De viering begon met een mis en ’s namiddags vond de feestzitting plaats in “de Rooselaer”. De moeders ontvingen een prachtige herinneringsmedaille van de Bond. Die werd hun overhandigd door de pastoor en de burgemeester. De feestrede werd gehouden door de heer Slaets, gewestelijk afgevaardigde. De meisjesschool droeg stukjes voor waarin de “moeder” centraal stond en Jan De Decker las een fragment voor van Ernest Claes : “Oorlogsnovellen : van een schamel moederke”. Na een kort woordje van de pastoor en secretaris Alfons Hellemans werden de aanwezige moeders en vaders op een koekenfeest vergast. (DB-1956)
1950 – 24 december : Vernieuwing van het dak van kerk en pastorij.
Bij openbare aanbesteding werden de werken toegewezen aan de heer Clinckart uit Hoboken voor de som van 243.539 fr maar gedurende de uitvoering werd deze som verhoogd tot ongeveer 250.000fr. (DB-1956)
1950 – 31 december : Bevolking.
Op 31 december 1950 telde Leest 1871 inwoners.
Foto’s : -Herinnering aan zijn handoplegging. -Stany als jonge onderpastoor. -Met pastoor Coosemans. -Op oudere leeftijd. -Tijdens zijn periode in Elewijt.