Het evenement vindt plaats midden in het centrum van Waregem. Vier platte boerenkarren en een podium zullen geplaatst worden voor de dekenij en op het achterste deel van het kerkplein.  Het verhaal is opgedeeld in verschillende scènes. Die worden telkens op een andere kar gespeeld. Nieuwe, verrassende acteurs staan in een middeleeuws decor telkens opnieuw klaar om de toeschouwer mee te slepen in het verhaal. 

Het publiek volgt een traject van kar tot kar, zoals dat ook de gewoonte was bij de middeleeuwse toneelspelen.  De dans vindt echter plaats op een podium. Dit geeft de dansers meer bewegingsruimte om hun talenten te tonen.  Het spel eindigt dan met een Godenstem die over de karren zal galmen en de moraal van het verhaal zal meedelen. De moraal geeft de middeleeuwse boodschap mee aan de bevolking. Enkel bij noodweer gaat de voorstelling niet door.

project

Het project kadert in het vak ‘seminarie’ met vakoverschrijdende activiteiten. De nadruk ligt op het zelfstandige verwerkingsproces van de leerlingen en het is dus de bedoeling dat de leerkrachten vanaf de zijlijn begeleiden. Dat was al het geval bij de ietwat late aankondiging  vanavond voor de persmensen op de maandelijkse persmeeting met het stedelijk bestuurscollege in de Briek Schottezaal op het stadhuis. 

De leerlingen van 6 Latijn-Moderne Talen en 6 Humane Wetenschappen van het O.-L.-V.-Hemelvaartinstituut kregen dit jaar de opdracht om het middeleeuwse toneelstuk “Mariken van Nieumeghen” uit te werken in het kader van de vakken Nederlands, geschiedenis en esthetica. Het einddoel is de opvoering op 15 februari 2008, aan de kerk, opgevat als een heus middeleeuws wagenspel. ‘Mariken van Nieumeghen’ is een waar gebeurd verhaal dat zeker de moeite waard is om te komen zien.  

Om tot de opvoering te komen hebben de leerlingen zelf de verantwoordelijkheid gekregen en genomen over alle deelaspecten van het voorbereidingsproces. We denken hier ondermeer aan het bewerken van de Middelnederlandse tekst naar speelbare taal, de selectie van de scènes, de opvoeringwijze per onderdeel, de choreografie van de dans, het ontwerpen en maken van de decors en kostuums, en ook de volledige organisatie kwam in hun handen terecht. Ze zorgden voor de karren, de affiche, de sponsors, de aankopen van het materiaal voor de decors en de kledij en namen contact op met de bevoegde instanties. Het was ook de bedoeling deze klus te klaren met een zo miniem mogelijk budget.

Deze manier van werken bood aan leerlingen (en leerkrachten) de kans om eens iets volledig nieuws uit te proberen; om hun grenzen te verleggen en dit alles binnen de schooluren. De puzzel van dit leerrijke proces zal eigenlijk pas in elkaar vallen bij de uiteindelijke opvoering, als het werk van alle leerlingen voor het eerst samenkomt.

Het verhaal

In de tijd toen hertog Arnold van Gelre door zijn zoon Adolf gevangen werd genomen, woonde er op drie mijlen van Nijmegen een vrome priester, Heer Ghijsbrecht. Zijn nichtje Mariken, een weeskind, woonde bij hem in en beredderde er het huishouden. Oom Ghijsbrecht stuurt Mariken naar Nijmeghen om boodschappen te doen. Als ze niet op tijd thuis kan raken, kan ze bij haar tante overnachten. Jammergenoeg is ze niet welkom bij haar tante. Die is namelijk razend over de politieke toestand van het land. Mariken loopt onthutst de stad uit en wil buiten overnachten.

Ze voelt zich wanhopig. Ze geeft zich onverschillig over aan God of de duivel. De listige duivel, in mensengedaante (Moenen), komt haar halen. Hij wil haar ‘cavelier’ zijn. Hij leert haar vrije kunsten, vreemde talen, is een ‘goed gezel’ en bezorgt haar een rijk en vrolijk leven. Ze maakt haar kruisteken niet meer en moet van Moenen haar naam veranderen. Dat wil ze niet, want de naam Mariken komt van de Heilige Maagd Maria! Ze beslissen dan samen om de eerste letter van haar naam te behouden en haar Emmeken te heten. Ze reizen naar Antwerpen waar ze een zondig leven leiden.

Ondertussen is Oom Ghijsbrecht doodongerust en gaat naar de tante in Nijmeghen, maar die lacht hem uit. Ze is er dan ook van overtuigd dat zijn nichtje zich gaan amuseren is in de kroegen. Even later steekt de tante zichzelf met het mes in keel en verspeelt zo haar ziel aan de duivel. De duivel en Emmeken gaan op café, waar twee dronkemannen verlekkerd zijn op Emmeken en verbaasd zijn over haar wijsheid. De duivel profiteert van de situatie wanneer nog meer mensen komen luisteren naar Emmeken en stookt er een gevecht aan dat uitmondt in een heus gevecht waarbij velen hun leven laten…

Het verhaal is echt gebeurd. Emmekens graf en ringen zijn nog te Maastricht te zien. Na haar begenadiging leefde Emmeken nog twee jaar.