Archiefhoekje (33)
HUISNUMMERS
De genealogen die het stadium 'namen en data' voorbij zijn, willen graag meer details te weten komen over het dagelijks leven van hun voorouders. De eerste vraag die daar altijd bij opduikt is "Waar woonden zij precies?".
Eigenaardig genoeg is dit voor de periode vóór 1800 dikwijls eenvoudiger dan voor de laatste twee eeuwen. Eeklo telde toen maar een fractie van de twintigduizend inwoners van nu, en in de landboeken staat elk perceel grond vrij nauwkeurig omschreven, met in de marge telkens de achtereenvolgende bewoners of gebruikers. Na 1800 overschrijdt ons bevolkingscijfer al snel de vijfduizend, en ontbreekt een register met perceelkaarten.
In de negentiende maar zelfs in de twintigste eeuw bezorgen de adressen ons heel wat puzzelwerk. Het is in 2013 ons moeilijk voor te stellen, maar tot 1890 bestonden er in Eeklo geen huisnummers! Om het nog ingewikkelder te maken bestonden er wel registratienummers, die alleen in de stedelijke administratie werden gebruikt. Zij werden soms per straat gegeven, maar af en toe ook per wijk, zodat getallen boven de 400 geen uitzonderingen waren. Maar omdat in de 19de eeuw het aantal Eeklonaars sterk aangroeide en er voortdurend huizen werden bijgebouwd, schoven die nummers bij elke volkstelling weer op.
In 1890 gaf het stadsbestuur aan twee huisschilders de opdracht op elk huis per straat een volgnummer aan te brengen, volgens het systeem dat we nu kennen. Einde problemen? Allerminst. Tot 1930 bleef men bij elke tienjaarlijkse telling aanpassingen uitvoeren: nieuwbouw werd meegerekend, inrijpoorten kregen nu eens een eigen nummer en dan weer niet, twee of drie huisjes maakten plaats voor één groot gebouw met één nummer … Om maar een idee te geven van de chaos: op het laatste huis aan de noordzijde van de Stationsstraat varieerden de aanduidingen de laatste 125 jaar tussen nr. 95 en nr. 125 !
Vooral op de Markt zijn de complicaties enorm. Bijkomend probleem is hier dat delen ervan soms een eigen naam kregen. Zo heette de oostzijde decennialang de Verckensmarkt en kregen de huizen vanaf de hoek van de Stationsstraat de nummers 1, 2 … tot 13. Het adres 'Markt 2' verhuisde dan van die hoek naar het oostelijke hoekhuis van het Rootjen.
Gelukkig heeft het stadsbestuur in 1930 het belang van stabiele huisnummers ingezien. Bij de sloop van de Krugerfabriek bijvoorbeeld verdween het nummer 80 (ingang van de fabriek), maar behielden de verderop staande huizen hun oude adres. Problemen geeft dat niet: waarschijnlijk heeft in al die jaren slechts een enkeling dat gemerkt …
(Freddy Pille)

|