Op 28 september vloog 6B met het vliegtuig van KWA Airlines naar India. Daar kroop iedereen in de huid van een Indiase inwoner. Je heette niet meer Vital, Emma of Thijs, maar Sekar, Shanti of John. Sommige leerlingen bleven in Mumbai wonen. Je kon typist zijn, reclameschilder, ijzerhandelaar, enz. Je kon ook huisvrouw zijn en chapatti's (= een soort platte koeken) moeten maken. Of je woonde in een illegale krotwoning, en de politie kwam je huis kapot slaan.
Andere leerlingen reisden nog verder met de trein naar het platteland en gingen in het dorp Malaipatti wonen. Daar werd je landbouwer en kreeg je te maken met de droogte en waterproblemen. Of je was kleermaker of je hield een theekraampje open. Enkelen maakten een lekkere bananenrijst klaar. Door samen te werken en op te komen voor elkaar probeerden we iets te verbeteren aan de levenssituatie in de stad en het dorp.
Op het einde vierden we allemaal samen het Pongalfeest (= oogstfeest) in het dorp. Iedereen smulde van de lekkere rijst en de chapatti's en dronk van de heerlijke Chai-thee. We namen ook nog een herinneringsfoto bij de lievelingsgod van de Indiërs : Ganesh, de hindoegod met het olifantenhoofd.
's Namiddags trokken we naar het Nationaal Wielermuseum en maakten we kennis met de geschiedenis van de fiets. Sommigen vroegen zich af hoe je met die fietsen van vroeger veilig kon rijden. We leerden ook heel wat bij over de wereld van het wielrennen en de vele Vlaamse wielerkampioenen.
|