1983
Vrijdag 30 september : Landelijke Ruiters Leest : Mosselavond
van 18 tot 22 uur : mosselen+brood
= 220 frank.
In de parochiezaal.
(voor wie geen mosselen lustte was
er ook stoofvlees verkrijgbaar)
1983
Oktobernummer De Band : Soep van de
troep brief van SM Johan De Laet
Ik was dus voortbestemd om chauffeur te worden,
maar ja, een adjudant vond dat ik niet kon rijden en buisde me dus. Rijbewijs
of niet, ge moet naar Duitsland. Op den DVT is het zeven uur sporen en we
moesten 4x van wagon veranderen met pak en zak, wat geen zottigheid is, in de
nauwe gangen en ze wegen zwaar vooral met al het eten en drinken dat ge
meesleurt. Na nog een half uur bus waren we dan in Brakel (plus minus 500 km).
En we troffen het weer, het was juist actieve fetch (of zoiets). Dat is een
grote alarmoefening : dan ziede hier kamions, bussen, jeeps enz als dollen
rondrijden, soldaten in volledige uitrusting van hier naar ginder rijden en
lopen, en worden de raketten volledig paraat gemaakt. t Is hier namelijk een
raketbasis met hawks (raketten van 2,5 miljoen t stuk) en t zijn er een heel
pak. t Heeft hier geduurd tot een kot in de nacht (en t was van s morgens
bezig) en ze waren daarachter natuurlijk te moe om ons neen doop te geven.
Maar uitgesteld is niet verloren en s anderendaags kregen we dan neen doop in
de kantine. Vier pinten drinken en een bifiworst opeten in twee minuten tijd.
Als ge t niet kunt moet ge ne ronde geven aan uw kamer. Ge krijgt normaal nog
een doop in de kamer, maar daar ik van kamer moest verhuizen hebben ze dat maar
niet gedaan.
Nu een woordje over de kazerne. Het is hier maar
klein (300 miliciens) maar een echte sterrenwinkel. Zoveel sterren bijeen ziede
niet dikwijls. Maar ja, we hebben daar
niet zoveel last van, behalve als we vergeten te groeten, en dan is t verslag
met alle gevolgen vandien.
Ja, ik moet hier zeven maanden met mijn achterste
op een bureau gaan zitten in t planton BSM. Wat het wil zeggen weet ik niet
maar ik moet verlofbrieven invullen en karweien verdelen. En t belangrijkste
is, ik krijg er 2 latten bij =8 fr. meer soldij = bijna 1 pint meer.
Voor de rest is de omgeving hier prachtig. Met nog
een bos uit de tijd van Ambiorix (bijna 100 km2 in Brakel alleen) en natuurlijk
vele heuvels (geen echte bergen) waar de boeren grote stukken land hebben. In
de winter kunde zelfs skieën (de sneeuw kan hier gaan tot 1,5 m).
Zo, tot volgende keer.
Recruut
Johan.
In
hetzelfde nummer stond ook een bericht van Gino De Leeuw :
Op één februari moest ik naar t Klein
Kasteeltje. Na ongeveer zes maanden kreeg ik bericht om op 1 augustus mijn
opleiding te doen in Heverlee. Dat waren zeven weken.
Het waren drie vliegen in één klap. Om niet te
vergeten ! Het was mijn verjaardag, mijn overgang naar de liefhebbers en het
begin van mijn legerdienst.
Ik was de benjamin van de kamer van 10 man.
Kans om wat te trainen zat er niet in. Het was :
refterdienst, wachtpiket en spuitjes.
Na veel zweten ben ik geslaagd in mijn examen voor zwaar vervoer.
Op maandag 19 september vertrek ik naar Peutie, en
nu maar verder afwachten.
Recruut
Gino De Leeuw.
1983
Oktober : Leestenaars treden zo uit
de oude doos (verzameling Stan Huysmans)
Een opstel
van Marcel VERBRUGGEN van 11 september 1955 :
Een week te Warnant
In de vacantie ben ik met de Chiro mee op bivak geweest
naar Warnant. Ik trachtte al lang naar de dag van het vertrek. Eindelijk was
die dag aangebroken. s Morgens gingen we eerst naar de mis en naderden allen
ter Heilige Tafel. Na de mis gauwgauw naar huis eten en dan
vertrekken.
De kamion, waarmede we zouden vervoerd worden,
stond al klaar. Plots bestormden we allen samen de auto. Nog een laatste groet
aan moeder en we bolden weg, naar de Ardennen.
Toen we in Warnant aankwamen brak er een groot
gejuich los. Het eerste wat we deden was gaan eten. Ons bivak was juist gelegen
tegen een kapelleken en daarnaast was een fontein. Het water van de fontein was
helder als kristal en zeer fris. Een man, die daar woonde, zei ons dat dit
water geschikt was voor zieke ogen.
De tweede dag trokken we de bergen in, waar we een
hol ontdekten. Het hol was onder een berg en misschien wel honderd meter lang.
In de verte zagen we een andere grote mooie berg. We trokken er naartoe, maar
als we er opklommen, stond hij vol doornen gegroeid. We konden met moeite er
een weg door banen. Van op die berg zagen we een geschikt terrein liggen om te
voetballen. Maar nee, dat ging niet door, we moesten terug naar de boerderij.
Als we daar aankwamen konden we onze handen wassen en dan begonnen we te eten.
We hadden grote honger.Na het eten een uurtje rusten. En zo ging het bivak
altijd voort, alle dagen wat anders, tot we terug naar Leest zouden vertrekken.
De valiezen en rugzakken lagen al op de auto. Eerst nog een foto nemen en dan
ook de auto op; nog even wuiven en de auto scheerde weg, terug naar huis, naar
ons moeder.
En zo was dit mooie bivak ook weer spoedig
voorbij.
Toelichtende
notas bij dit opstel :
-Warnant
ligt in het hart van de provincie Namen, niet ver van de Maas en van het
riviertje de Molignée, ruim 15 km ten zuiden van de stad Namen.
-Op mijn
vraag naar de toenmalige leiders in de Chiro noemt Marcel : Eddy Beterams en
Louis Vloebergh.
-Een paar
jaar terug heeft Marcel nog een bezoekje gebracht aan Warnant en wel ter plekke
van de boerderij bij het toenmalige bivak. Een nieuwe boer en een nieuwe boerin
vormden de enige verandering (verjonging).
De
schrijver Marcel VERBRUGGEN :
-Tijdens
het schooljaar 1955 56 leerling in het 7de leerjaar.
-Geboren te
Leest op 24 februari 1944.
-Zoon van
VERBRUGGEN Jan en LAMBERTS Maria (+1981), Tiendeschuurstraat 19 (gezin met 7
kinderen).
-Gehuwd met
Maria PEETERS, verpleegster H. Hartziekenhuis (Lier).
-Wonende te
2508 Kessel (deelgemeente van Nijlen), Heidestraat 32.
-Beroep :
Directeur PMS te Willebroek (Psycho-Medisch-Sociaal centrum).
-Kinderen :
Elke (9) en Wim (7).
-Studies na
7de leerjaar : Grieks-Latijnse Humaniora (Klein Seminarie Mechelen),
daarna 4 jaar Psychologie (Universiteit Leuven). Titel : Licenciaat in
psychologie.
-Hobbys :
lezen en tennissen.
-In verlof geweest
dit jaar, Marcel ?
-Ja, waarom
niet ? Af en toe moet men toch eens uit zijn gewone doening treden. Graag wordt
het jaarlijks verlof mooi meegenomen. Dit jaar kwamen de Franse Alpen aan de
beurt.
Inderdaad
Marcel, de boog mag niet altijd gespannen staan, want dan verliest hij zijn
veerkracht. De mens moet al eens een paar weken zijn lied van toon veranderen,
en zijn molen naar de frisse verjongende vakantiewind zetten, want de toon
maakt de muziek, en de goede manier van leven creëert en verrijkt het mooie
levenspel.
Langs deze
weg doet Marcel graag de groeten aan zijn medeleerlilngen 7de
leerjaar en dat waren toen : De Wit Herman, Geerts Jan, Gobien Lucien, Huysmans
Leo, Nuytkens Albert, Polspoel Alfons, Spoelders Jan, Verbeeck Henri en
Vloebergh Jozef.
Ach die
mooie tijd van toen
Stan Huysmans.
(DB,
oktober 83)
|