1966 Zondag 12
juni : Leest in feest bij de aanstelling van Frans Lornoy die pastoorxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Coosemans opvolgde.
Gazet van Mechelen van 13 juni
hierover :
Triomfantelijke ontvangst voor Z.E.H.Lornoy te Leest
Zondag werd Z.E.H. Lornoy, onderpastoor van de
O.L.V.-O.D.Dijle te Mechelen, aangesteld tot nieuwe parochieherder van de
St.-Niklaasparochie te Leest.
Bleken de weersomstandigheden in de voormiddag niet
mee te zitten, tegen drie uur verdreef een schuchter zonnetje de regenwolken,
zodat Leest zijn parochieherder kon verwelkomen zoals het dat reeds weken had
gepland, met luister, veel muziek en met heel veel volk.
Maar de afscheidnemende parochie had er aan gehouden
haar onderpastoor met biezondere luister uitgeleide te doen. Een autokaravaan
van een 50-tal proppensvolle personenwagens en twee stampvolle autobussen
vertrokken rond 14.30 u aan de O.L.Vrouw kerk om hun onderpastoor naar Leest te
brengen.
Aan de grens Hombeek Leest stond het voltallig gemeentebestuur.
Burgemeester Lauwers verwelkomde de nieuwe herder, die
bij zijn aankomst vergezeld was van Kan. De Backer, pastoor-deken van O.L.
Vrouw-o.d.Dijle, en de ZZ.EE.HH. Van Aelst en Van Beeck, die als getuigen voor
de nieuwe pastoor optraden.
In antwoord dankte pastoor Lornoy de gemeenteoverheid
en hoopte dat het tot een vruchtbare medewerking zal komen.
Dan ging het stoetsgewijs naar de parochiekerk langs
de bevlagde huizen, waar talrijke welkomstspreuken waren aangebracht. Men
bemerkte de B.L.B.-ruiters, de vlaggen van alle parochiegroepen, de
Chirojongens met muziekkapel, de Chiromeisjes, de K.L.J.-jongens en meisjes, de
kon.fanfare St.-Cecilia, enz.
Aan de kerkdeur werd het woord gevoerd door de
voorzitter van de kerkfabriek de h. Constant Buelens, die de nieuwe parochieherder welkom
heette. Vooraleer hem de sleutels overhandigd werden, hield Z.E.H. Lornoy eraan
nogmaals alle parochianen te danken voor de beloofde medewerking. Hij van zijn
kant sprak de hoop uit iedereen te voldoen en steeds een priester Gods te
blijven.
Na de sleuteloverhandiging stroomde de stemmige kerk
stampvol.
In concelebratie met kan. De Backer en pater Damiaan
droeg de parochieherder de h. mis op na de officiële aanstelling door kan. De
Backer. Dit misoffer werd muzikaal opgeluisterd door het mannen- en knapenkoor
van O.L. Vrouw-o.d.-Dijle.
In zijn homilie herdacht kan. De Backer de
oud-pastoor, Z.E.H. Coosemans.
Na de eucharistieviering werd in de parochiezaal een
feestzitting gehouden.
De afscheidnemende O.L.Vrouwparochie liet het woord voeren
door Mw. Lettany en de heer Boden. Bloemen en geschenken kwamen er bij te pas.
Namens het Marialegioen nam de h. Bogaerts eveneens
afscheid van Z.E.H. Lornoy.
Leest verwelkomde zijn pastoor met toespraken door
mej. Elza Vleminckx, hoofdonderwijzer Huysmans en de h.h. Duysburgh en
Hellemans.
Met een slotwoord van Z.E.H. Lornoy en ook een woord
van Z.E.H. deken de Backer werd de nieuwe pastoor definitief ingeburgerd te
Leest.
Een speciaal
opgericht feestcomité leidde de verwelkoming in vlotte banen.
De stoet startte in
de Kouter en had volgende volgorde :
1. B.J.B. ruiters.
2. Welkomstplaat.
3. Alle vlaggen.
4. Chirojongens met
muziekkapel.
5. Chiromeisjes.
6. K.L.J. jongens.
7. K.L.J. meisjes.
8. Jongensschool.
9. Meisjesschool.
10. Boerengilde.
11. Parochiale
Vrouwengilde.
12. K.W.B.
13. Bond der
Gepensioneerden.
14. B.S.P.
15. Boerenfront.
16. Niet
georganiseerde mannen.
17. Niet
georganiseerde vrouwen.
18. Koninklijke
Fanfare St.-Cecilia.19. Plechtige Communicanten (meisjes jaar 1966).
20. Z.E.H. Pastoor
en Overheden.
21. Knapenkoor.
22. Mensen van
O.L.Vrouw over de Dijle.
Als jonge knaap liep
Frans Lornoy school in het college te Geel, het dorp waar hij op 12 april 1921
was geboren.
Na zijn 18de
bracht hij 6 jaar door in het seminarie. In 1945 werd hij dan priester gewijd.
Dat gebeurde in de katedraal van Mechelen door kardinaal Van Roey samen met 91
anderen.
Mijn roeping als priester is eigenlijk heel
stillekens gekomen, tijdens heel mijn humaniora, reeds vanaf mijn plechtige
communie. Thuis baden ze er voor, een priester in de familie hebben was een eer
en een genade. Maar ook de zeer degelijke en hoogstaande leraars die ik op het
college had, hebben mijn roeping versterkt. En er was ook het klimaat van de
kristelijke Kempen met de Abdij van Tongerloo. (in De Band van mei 1985)
In september van
datzelfde jaar werd hij benoemd als leraar aan het St.-Romboutcollege.
Hij bleef er 7 jaar.
In april 1952 werd
hij onderpastoor te Tildonk waar hij na 5 jaar wegging om in
O.-L.-Vrouw over de
Dijle onderpastoor te worden. Dat waren erg mooie jaren voor Frans Lornoy : Ik had er de zielenzorg in de
Sint-Jozefskliniek : dopen, zieken begeleiden. Ik heb er veel miserie gezien,
maar ook veel opbeuring en groot geloof van gewone mensen. Daar kon je echt
priester zijn en ik heb er veel voldoening aan gehad.
Op 12 juni 1966 werd
hij pastoor in Leest. Samen met hem kwam ook zijn latere opvolger pater Van
Aken in Leest postvatten.
Hoe ik in Leest terecht gekomen ben. Wel je bent
40-45 jaar in de fleur van je leven.
En dan kijk je uit naar een pastoorschap. Ik had zo
al eens hier en daar uitgekeken, maar ik was telkens te laat. En toen kwam
Leest vrij en ik werd er benoemd. Ik kende Leest niet. Ik ben er aan begonnen.
In 1970 werd hij te
Leest gevierd n.a.v. zijn 25-jarig priesterjubileum en in 1985 werd
dat nog eens
overgedaan bij zijn 40-jarig
priesterschap.
Gedurende mijn 40 jaar priesterschap is er in de Kerk
meer veranderd dan in de 400 jaar ervoor. (sinds concilie van Trente)
Wij waren gevormd en opgeleid voor Mis en Sacramenten.
Na de oorlog verlangde men echter dat wij de spil gingen zijn in de vele
sociale organisaties en moesten wij minstens een parochiehuis bouwen.
Ik ben altijd graag in Leest geweest. Ik heb de zaken
niet geforceerd, stapje voor stapje ben ik altijd vooruitgegaan. Het kerkgebouw
is in orde, daarvoor ben ik de Kerkfabriek en ook het vroegere gemeentebestuur
van Leest dankbaar : de toren en het uurwerk werden vernieuwd, een derde van
het dak is ook nieuw, de stoelen, de verlichting, wij mogen zeggen dat onze
kerk in orde is.
Met het verenigingsleven liep het niet steeds van een
leien dakje. De meisjesschool die van Huldenberg moest overgenomen worden. Toch
beschikt het verenigingsleven hier nu over mooie lokalen : het klooster kwam erbij
en de parochiezaal werd gemoderniseerd. Ik heb meegeholpen aan het geven van
kansen, van mogelijkheden voor de vele verenigingen van Leest.
Mijn grootste ontgoocheling is dat het aantal
misgangers met de helft is teruggevallen. Dat zoals de Kardinaal het zegt wij
echt nog gelukkig leven met kristelijke waarden en dat voor zovelen deze
waarden niets meer zeggen. Dat doet pijn, dat geluk niet meer kunnen doorgeven.
Maar voor de toekomst van de kerk vrees ik niet. Eerst en vooral zijn er de
leken, zij zullen veel zelf moeten doen en doen het reeds in de organisaties.
De priester zal er dan zijn voor 2 of 3 parochies,
maar hij zal zich dan bezig houden met het echt priesterlijk werk, met het echt
godsdienstige.
Bijvoegsels :
-Herinnering aan zijn priesterwijding en eremis.
-11 november 1960 : collega Feremans vertrok naar
Kongo. In het midden Kanunnik De Backer, uiterst rechts een piepjonge onderpastoor
Lornoy.
-Pastoor Frans Lornoy.
-Rouwbrief van pastoor Lornoy.



|