Quando eu morrer voltarei para buscar Os intantes que não vivi junto do mar
Als ik dood zal zijn zal ik terugkeren om de ogenblikken te halen die mij ontglipten, kort bij de zee
Sophia de Mello Breyner (1919-2004)
Allerheiligen en Allerzielen naderen. De tijd om onze doden te herdenken. Toen wij vorige keer in Lissabon waren hebben wij dit kerkhof bezocht
nog net voor een regenbui ons verjoeg
Begraafplaatsen zijn in Lissabon ook eindpunten van tramlijnen. Het beroemde Cemitério dos Prazeres in het westen van de stad, is makkelijk te bereiken: het is het eindstation van tramlijn 28. Prazeres is misschien wel het meest bekende kerkhof van de stad. Geopend in1835, werden er in 1878 al 7.566 graftomben geregistreerd! Geen enkele Lisbonner stoort zich overigens aan de wel erg cynische naam: Prazeres betekent genot, plezier. De naam van de plek is afgeleid van de herenboerderij, de Quinta da Prazeres, die hier stond voordat van het terrein een begraafplaats werd gemaakt. Voordat de boer hier de olijven schudde, was deze plek een standplaats van hoertjes. Vandaar dus.
Dit kerkhof ligt op een helling die aan de achterzijde, de westkant, afdaalt naar een dal waarin brede ringlanen, viaducten en treinbeddingen rond de stad zich open en bloot en onbeschaamd aan je vertonen. Ook heb je hier een vrij zicht op de Taag en de Vijfentwintig Aprilbrug. De necropool is aan de andere zijden omgeven door woonbuurten die een pokdalige stad met lelijke appartementsgebouwen en een chaotische urbanisatie laten zien.
Bron: Dertig jaar verslaafd aan Lissabon, Paul Van Nevel, 2006, Uitgeverij EPO vzw, ISBN 90 6445 428 0
|