"Eens zien hoe ver we de mensen kunnen krijgen, hoe ver we ze kunnen laten gaan, hoe we ze kunnen manipuleren"... Limburgse burgemeesters riepen de bevolking gisteren op om massaal witte vodden aan hun gevels te hangen en te applaudisseren voor alle zorgverleners die coronapatiënten verzorgen. Om klokslag 12 uur. De oproep kreeg veel navolging. En dan zie je overal allerlei lakens wapperen aan vensters en balkons, blanke lakens, gore lakens, vuile was, witte was... alsof mensen allemaal tegelijk hun bedden aan 't verschonen zijn. Iedereen gelijk met gelijke beddelakens. Als schapen.
Een gevoel van eensgezindheid en verbondenheid wordt opgewekt door massahysterische toestanden waarbij iedereen zich in hetzelfde schuitje waant, afstevenend op hetzelfde lot. Collectieve euforie verzacht het individuele leed, angst verdwijnt en onrust ebt weg bij het zien van zovele andere lotgenoten, maar het werkt wel verdovend, en we verliezen er onze nuchtere realiteitszin door.
Zorgverleners zijn vandaag dus in de bloemetjes bezet. Zelf heb ik geen hoge pet op van verpleegsters, zij hebben hun imago vroeger verprutst in de PMS-centra waar ik ze kende als koffieslurpende roddeltantes die taterend en kwebbelend hun lege dagen vulden. Slechts nu en dan werden ze weggeroepen voor hun verplichte medische onderzoeken.
Verpleegster Zwarte Lola was de aanvoerster van het hele gezelschap, het roddel- en lasterwijf. Zij was de dirigent. En dan waren er ook nog Gertrude en Germaine die tijdens de diensturen alle wekelijkse Hasseltse markten afschuimden op zoek naar lingerie en wat lekkers. En verpleegster Zulma zorgde voor sensatie toen ze betrapt werd in een innige omhelzing met de schoolarts. Het was dokter Zhivago die erotische signalen uitzond om verpleegstertjes te doen bezwijken. Eulalie en Eufrasie toonden hun onbekwaamheid om het medisch onderzoek in goede banen te leiden toen de schoolarts erop aandrong dat moslimmeisjes zich net als Vlaamse meisjes zich moesten uitkleden alvorens bij de schoolarts te verschijnen. En als apotheose was er Marie-Thérèse die pardoes van haar bureaustoel viel en tot groot jolijt van haar collega's geen onderbroekje bleek te dragen... Ghislaine en Philomène hielden het eerder rustig met kruiswoordraadsels oplossen, breien en haken, nagels lakken of een dutje doen. En verpleegster Irène presteerde het om de vier muren rond haar bureau een fris couchke verf te geven, om 's anderendaags pannenkoeken te bakken om van te smullen bij de koffiepauze...
|