OVER
OPERETTEGEZELSCHAP KENTERING TIJDENS WO IIxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ik durf verzekeren
dat Kentering een club is buiten alle politiek en ik er geen deel zou hebben
van gemaakt in geval het tegen overgestelde, sedert den oorlog 14 heb ik niets
anders deel uitgemaakt dan van onpartijdige maatschappijen en altijd de meeste vriendschap
mèe ondervonden, en zóo is Kentering ook
Met hart en ziel
was ik spelend lid zoo lang ik kon, en met groot spijt heb ik moeten stop
zeggen, er blijven me nog de zoete herinneringen over van herhalingen en
vertooningen en ik hoop dat men iemand in de maatschappij zal vinden die Gustje
zal kunnen vervangen in geval van tombola en kaarten verkoopen, dit is mijn
vurigste en laatste wens.
Ik herinner me nog
heel goed ons vertooninge binds den laatste oorlog in Moerzeke, regen, kar en
paard, t water meer binnen dan buiten, en we moesten er toch door, kaarte
verkocht, de zaal bom vol, we speelde Hare Hoogheid wil niet trouwen, onze
naam was ginder gemaakt en hadde ne schromelijke groote bijval en zoo dikwijls
we naar Moerzeke vertooning kwamen geven, hoorde men anders niet dan t is de
groep van t Prinseske en Erna. Het volk was ten uiterste tevrede, maar wij
niet, we moesten terug naar de stad met een vlaag regen op onze cadaver.
De volgende keer
was het slechter, we waren aan t spelen, was het nu Gasparone of de Graaf
Van De Luxemburg, juist durf ik het niet zegge, maar wat ik weet dat het den tijd
was van de vliegende bommen en de zaal weer stampvol, ik was juist op de koer
toen er nen bom overkwam en ontplofte in Baesrode, ik had het goed gehoord,
zweeg om geen paniek te verwekken, maar verwittigde toch de spelers en t is
maar na het einde dat het publiek geweten heeft wat er voor gevallen was.
Daar kentering de
eenigste operette gezelschap hier in de stad was en met eige volk speelde, zoo
als George Dierickx, Fredje Lentdecker, de Vander, Antoinette en Celineke De
Deijn om maar deze te noemen en onder t Voorzitterschap van mijne vriend
Willem De Decker, broeder Alexis en Pa Armand en kentering altijd onder de
beste vriendsbanden werkten, waren we hier de geliefkoze en overal welkom zoo als
in Schoonaerde, Berlaere, Baesrode, Appels, Lebbeke, Zele waar we ook eens van
de oorlogsbrokke hebben gedeeld. (
)
Welke moed die
maatschappij gehad heeft om den oorlog door te brengen. Vooreerst t was om
ontspanning te bezorgen voor het volk en door ons volk, we mochte geen ander
stukken spelen dan gecensureerde, vooral geen joodse of Franse schrijvers, voor
herhalingen moesten we toelating hebben om later op straat te zijn, want we hadden
toen twee leden uit Lebbeke, ik zal ze hier maar noemen: t was onze Jan en
Hector, t waren onze beste oppassers niet tegenstaande ze begonnen als
figuranten en later als acteurs In alle weer en het zij regen, wind, hagel,
sneeuw, vorst, ons Lebbekaars waren daar en altijd van de eerste, ik heb ze nog
wete komen bij ijzel met hun kousen over hun schoenen zonder morren omdat de
leden van de stad niet waren opgekomen
(
) Ne volgende
avond waren we terug aan t repeteeren, t was in de Roxy, toen vliegers
overkwamen en hun eitjes liete vallen, juist achter de statie, al ons spelers
waren ook verdwenen, ik stond nog alleen in de zaal, ik dacht: de kelders zijn
groot genoeg, ze zullen daar wel schuil vinden en ik blijf hier.
Zekeren avond
gaven we vertooning in Zele, prachtig weer, t was weer t zelfde spel met de
vliegers, de vertooning liep ten einde, alles was ingepakt en t was of
Dendermonde stond in brand, schooner vuurwerk kon men zich niet voorstellen, we
vertrokken met kloppend hart en buiten Zele (
) vernamen we maar eerst dat het
t afweergeschut van Antwerpen was dat naar de vliegers der bondgenoten schoot
en toch ging kentering zijn weg voort. (
)
De vertooning in
schoonaarde t was op ne Maandag, een autocar was aangesproken en in pan
gevallen, van schoonaarde telefoneerde men gestadig: waar blijft Kentering, t
volk is ongeduldig en wij van hier zonder nieuws van de garagist, ik stuurde
Nancy, mijn vrouw, bij den overste der Engelse - hier waren we al bevrijdt - ons
geval uitgelegd en er wierden aanstonds twee chauffeurs gecommandeerd die
moesten gratis de reis naar schoonaerde doen. Binds den tijd dat de chauffeurs
om de wagens waren, was men bezig met grimeeren aan deze die eerst moesten
opkomen, alsook de kostumeering en we kwamen juist in tijds binnen, want ne
gewone chauffeur zou in zoo een record tijd dien afstand niet kunnen berijkt
hebben. De plank op en aan den trok en alles liep goed van stapel.
|