
Tot de Wilgenfamilie behoren de wilgen met minstens 300 en de populieren met minstens 30 soorten. Allen zijn ze min of meer lichtbehoevende pioniersplanten. Wilgen zijn knotbomen en bevatten salicylzuur, de grondstof voor aspirine. Talrijke planten en dieren, zoals bijen, leven van/op/samen met de wilgen. Daarom zijn wilgen voor de natuur zeer waardevol. Het geslacht wilg (tweehuizig) is één van de meest veelvormige geslachten van houtgewassen. Er behoren zowel dwergstruiken als hoge bomen toe en alle groeivormen daartussen. De meesten zijn gebonden aan vochtige standplaatsen en komen voor in alle werelddelen behalve Australië. Het gebruik van wilgen: Knotwilgen zijn een typisch Vlaams landschapskenmerk. Enkele vroegere toepassingen van wilgenhout, wapenschilden, bootpeddels en bootgeraamten, bijlstelen, muurwanden, gevlochten matten voor dijken, manden en fuiken, klompen, afsluitingen enz. Heden vindt men o.a. toepassingen op gebied van energie waarbij snelgroeiende wilgen worden gebruikt voor hoogrendement energieopwekking (houtvergassing).
|