Een braguette (ook codpiece, schaambuidel, schaamkap, kulzak of kullezak) is een kap, zak of buidel die de schaamstreek van de man bedekt, en waarmee men zonder schaamte de aandacht op het mannelijk geslachtsdeel vestigt om de viriliteit te benadrukken.
Het kan gezien worden als erotisch kapitaal.
Engels : Codpiece Duits : Schamkapsel, Braguette, Bragetto, Brayette, Latz, Gliedschirm Frans : La braguette
portretten met braguettes
Tot in de 14e eeuw droegen mannen lange, losse kousen, ook hozen genoemd, die met veters waren bevestigd aan de onderbroek.
Daaroverheen viel een overkleed of jak.
Aan het begin van de 15e eeuw werd dit jak bij modieuze lieden steeds korter en dreigde de kous-onderbroek verbinding zichtbaar te worden.
Ter camouflage werd daarom van dezelfde stof als de hozen een driehoekig lapje gedragen, ook lats of latse genoemd.
Rond het begin van de zestiende eeuw ontwikkelde de flap zich tot een steeds meer uitpuilende, gewatteerde piemelhuls, die steeds meer bij de rest van de outfits begon te passen.
Deze uitsteeksels konden worden versierd met metaaldraad, getuft met satijn, afgemaakt met strikjes of juist met vlechten.
Het werden prachtige, persoonlijke paleisjes voor de penis.
Deze schaambuidels waren hol en gemaakt van verschillende lagen linnen of leer, vaak gevuld met stro, hooi of paardenhaar en ze bestonden in verschillende vormen.
De open ruimtes aan de binnenkant beschermden de genitaliën tegen wrijving en incidentele botsingen met objecten die aan de riem van de man hingen, bijvoorbeeld zwaarden, dolken en harde tassen.
afbeeldingen met braguettes
De braguette komt op veel afbeeldingen uit die tijd voor.
Bekende dragers waren bijvoorbeeld Hendrik VIII van Engeland, keizer Karel V en Grote Pier.
Maar ook bij de gewone man uit de 16e eeuw was de braguette een modieus onderdeel van de kledij, zoals op verschillende schilderijen van bijvoorbeeld Pieter Bruegel de Oude wordt uitgebeeld.
Er is ook een theorie die zegt dat de ontwikkeling van de braguette kan worden gelinkt aan de syfilisepidemie van de zestiende eeuw.
De 'Franse Pokken' zoals de ziekte ook wel werd genoemd, verspreidde zich snel door Europa.
Bij de symptomen hoorden zweren op de penis, vuile afscheiding en pijnlijk gezwollen liezen, wat uiteraard leidde tot problemen met lopen en urineren.
Een smeersel gemaakt van kwik en dierlijke vetten was de meest voorkomende behandeling van syfilis.
Met dergelijke symptomen en remedies in het achterhoofd, was de braguette een grote, veilige kamer die :
het verband op zijn plek hield,
voorkwam dat de vettige zalf vlekken maakte op de weelderige stoffen waarvan kleren gemaakt waren,
zorgden voor camouflage, aangezien alle mannen braguettes droegen en je zo niet kon zien wie syfilis had en wie niet, behalve dan wanneer men werd onderworpen aan inspectie van 'de kleine arm'.
De Braekel of Brakel is een van de oudere Belgische kippenrassen.
De geschiedenis gaat terug tot 1416, uit dat jaar dateert een document waarin de Braekel wordt vermeld als succesvol ras uit de omgeving van Brakel in België.
Engels : Braekel, Brakel Duits : Brakel, Braekel Frans : La braekel
Braekel haan - zilver
auteur : Wouter Hagens CC 3.0
In het verleden werden er twee typen erkend: het grote type dat voorkwam in het rijke kleigebied van Vlaanderen en een licht type uit het kleiner vruchtbare gebied rond de Kempen.
Ten gevolge van kruisingen van de verschillende typen verdween dit verschil en resulteerde in een enkel rastype.
Het Braekel hoen is er in de kleurslagen wit, zilver, zwart, blauw, goud, blauwgezoomd en geelwit gebrand.
Braekel haan en hennen
foto : http://allesmetpluimen.blogspot.com/
De Braekel werd van oudsher gehouden voor de eieren.
Hennen van het ras zijn in staat 180 tot 200 witte eieren per jaar te leggen.
Het zijn sterke, actieve kippen die van nature behoorlijk schuw zijn.
Het braekel hoen heeft een gewicht variërend van 2,2 - 2,8kg.
Braekels zijn temperamentvol gehard en vertrouwelijk.
Het zijn tevens goede vliegers.
Bracketing is een Engelse term voor het maken van een reeks van foto's waarbij een bepaalde instelling steeds iets verandert.
Soms is bracketing bedoeld om achteraf de beste foto te kunnen kiezen, maar vaak kunnen de verschillende losse foto's gecombineerd worden tot een enkele foto.
Over het algemeen wordt een statief gebruikt, en werkt deze techniek alleen bij stilstaande voorwerpen.
Engels : Bracketing Duits : Belichtungsreihe Frans : Le bracketing, prise de vue en fourchette
Bracketing
Meestal wordt met bracketing bedoeld dat enkele foto's (meestal 3 of meer) snel achter elkaar worden gemaakt, met verschillende belichtingstijden.
Achteraf kan dan de beste foto worden gekozen, of de beelden kunnen gecombineerd worden tot een High Dynamic Range (HDR) afbeelding.
Veel digitale camera's hebben een speciale instelling voor bracketing.
De gebruiker kan kiezen hoeveel stops verschil in belichtingstijd er is tussen de verschillende opnames.
Voor het combineren van meerdere foto's tot een HDR-afbeelding is het belangrijk dat de opnames niet te veel van elkaar verschillen.
Daarom is het gebruik van een statief bij deze vorm van fotografie aan te bevelen, hoewel het niet noodzakelijk is.
De foto's moeten bij voorkeur zeer kort na elkaar worden gemaakt.
Voor snel bewegende objecten is bracketing ongeschikt om HDR-afbeeldingen te maken.
Eindresulaat samengesteld uit 3 foto's bracketing
foto : Arlon op PlanetNikon Forums
Het is ook mogelijk om verschillende foto's te maken die op verschillende afstanden zijn scherp gesteld.
Die losse foto's zijn ook te combineren tot één foto die overal scherp is.
Er zijn ook programma's die automatisch de verschillende foto's combineren tot één foto, maar het resultaat valt vaak tegen.
Omdat het resultaat van een foto met flitslicht niet van tevoren bekeken kan worden, wordt hierbij bracketing gebruikt.
Er wordt een reeks van foto's gemaakt met verschillende sterktes van de flits.
Vervolgens wordt gekeken welke waarde het beste resultaat geeft.
De Brabantse Successieoorlog was een strijd tussen Gelre en Vlaanderen enerzijds en Brabant anderzijds over de opvolging van hertog Jan III van Brabant, die overleed in 1355.
In 1336 werd de Brabantse hertog Jan III samen met Lodewijk van Nevers, graaf van Vlaanderen, medeheer van Mechelen, sinds de 10e eeuw een enclave van het prinsbisdom Luik midden in Brabants territorium.
Door de Verdragen van Saint-Quentin (1347) kwam Mechelen volledig aan zijn oudste zoon Hendrik toe en werd zijn dochter Margaretha uitgehuwelijkt aan Lodewijk van Male, zoon van Lodewijk van Nevers.
Toen Jan III in 1355 overleed, werd hij in Brabant en Limburg opgevolgd door zijn oudste dochter Johanna, die gehuwd was met Wenceslas, hertog van Luxemburg.
Deze erfregeling werd echter door Gelre en Vlaanderen betwist en leidde tot de Brabantse Successieoorlog.
Reinoud III, hertog van Gelre, die gehuwd was met Johanna's zuster Maria, nam in 1356 genoegen met de heerlijkheid Turnhout en een behoorlijke jaarrente, maar de Vlaamse graaf Lodewijk van Male viel met succes tot tweemaal toe het Brabantse territorium binnen (slag bij Scheut).
De strijd werd besloten met de Vrede van Aat (4 juni 1357), waarbij Lodewijk de rechten van Johanna erkende en de heerlijkheden Antwerpen en Mechelen verkreeg, alsmede het recht de titel hertog van Brabant te blijven voeren.
Ter gelegenheid van hun blijde intrede hadden Johanna en Wenceslas de Blijde Inkomst
(3 januari 1356) moeten verlenen, waarbij onder meer aan de inwoners van Brabant een aantal rechten werd toegekend en de integriteit van het Brabants territorium werd gewaarborgd.
Hoewel de Blijde Inkomst door de gevolgen van de Brabantse Successieoorlog dode letter is gebleven, is het charter inspirerend blijven werken en hebben tot aan de Franse Revolutie alle vorsten in Brabant een analoge oorkonde moeten verlenen.