Veel vrouwen krijgen te maken met borstkanker. Al 18 jaar ben ik aan het vechten tegen die vervloekte ziekte. Genezing zit er helaas niet in. Wel proberen we de tijd zo lang mogelijk te rekken. Tijd die ik wil doorbrengen met mijn kinderen en mijn man, met familie en goede vrienden. Gewoon tijd om te leven, want ik geniet zo graag van het leven.

Drie en vijf waren mijn kinderen toen het verdict viel. Dat was meteen mijn grote drijfveer om te vechten en zeker niet op te geven. Ik moest en zou mijn kinderen zien opgroeien, ondanks de slechte prognose. Tien jaar, smeekte ik. Ik wil er alles aan doen om er nog minstens tien jaar te zijn voor mijn kinderen. Ik heb zo lang op kinderen moeten wachten. Ik was al 35 toen onze dochter werd geboren, en 37 toen onze zoon er aankwam. Ik kon ze nu niet achterlaten. Dat was ondenkbaar.

Zo sukkelde ik verder, van de ene behandeling naar de andere, met een aantal ingrepen en paniekmomenten onderweg. Maar tussen die kritieke fasen door, kon ik genieten van mijn kinderen, en van het leven in al zijn facetten. De tiende verjaardag van mijn strijd hebben we gevierd, stilletjes in vertrouwde kring maar met veel dankbaarheid.

Tegen alle verwachtingen in heb ik ook de vijftiende verjaardag kunnen vieren. Bij die gelegenheid ben ik begonnen het verhaal van mijn vijftien jaar leven met kanker neer te pennen. Vlak daarna keerde mijn geluk. Er werden verschillende botuitzaaiingen vastgesteld. Sindsdien ben ik haast voortdurend in chemobehandeling. Daardoor draait het leven wel wat minder vlotjes, maar ik blijf vechten. Want hoewel mijn kinderen nu al 20 en 22jaar zijn kan ik ze toch niet achterlaten. Ik wil graag oma worden. Ik wil graag nog vaak op reis gaan, op stap gaan met vriendinnen … ik wil graag zoveel nog …

De tijd begint nu echt te korten. Maar dat besef is opnieuw een stimulans, een aanmoediging om vol te houden en te blijven vechten, want wie weet …

Blog als favoriet !
Inhoud blog
  • inleiding
  • nog eens gevallen
  • eerste valpartij
  • slecht nieuws!
  • bestralingen van de schedel
  • Opnieuw schele hoofdpijn
  • Wat scheelt er?
  • Jerry
  • Klaar voor vakantie
  • Mis poes!
  • wiskunde
  • feestje
  • Jarig
  • het betert weer
  • Flink en moedig zijn?
  • Driekoningen
  • Welkom 2012 !
  • onverwachte opname
  • Ongelijke strijd
  • uitputtingsslag
  • maandag
  • Mysteries opgeklaard
  • Dipje & Brats
  • Pijn!
  • rotweek
  • weerslag van de feesten
  • tweede dosis
  • Onmacht
  • Mestreech
  • Ongeluksdag?
  • terug feest
  • dank u wel!
  • 24 jaar
  • Provence
  • het betert!
  • pijnlijke voetjes
  • bijtanken
  • oorlog
  • Ander nieuws
  • goed nieuws
  • mooie woorden
  • Communicatie
  • geduldoefening
  • bloed nodig
  • vakantieverwarring
  • een geloofskwestie
  • morfine, zegen of kwaal?
  • het betert niet!
  • gewoon geen zin
  • afkicken?
  • minder pijn
  • Nieuwe start
  • Kotsmisselijk
  • Slokdarmontsteking
  • Misselijk
  • Bedenkingen
  • Veel reacties
  • Libelle ‘mijn verhaal’
  • Tulpen Troost
  • IJsjes testen
  • een telefoontje
  • Nieuwe chemo met Capecitabine
  • afscheid van Marie-Rose
  • Vier weken extra
  • Vier weken vrijaf
  • Volkomen uitgeput
  • chemo op een lager pitje
  • infiltratie tegen de pijn
  • tweede kuur met EPO
  • pechvakantie
  • Nieuwe chemo Adriamycine
  • vier goede dagen
  • beterschap
  • de dag nadien
  • schedel aangestast
  • einde taxolbehandeling
  • voortdoen of stoppen
  • bospassen
  • vergiftigd geschenk
  • Kankerbrigade
  • permanente opmaak
  • Pink Ribbon
  • een grijze duif
  • Geen fut
  • een wondermiddel
  • opnieuw doodmoe
  • chemokwaaltjes
  • ¡ Ola Buenos Aires !
  • Moeilijke bevalling
  • wanneer gaat Spinneke jongen?
  • de reis gaat toch door !
  • Bloeddrukschommelingen
  • Geen chemo - wel scan
  • Spinneke zwanger
  • meer pijn
  • tumormerker sluipt omhoog
  • scanresultaten
  • pruik of kletskop ?
  • hoofdpijn
  • behandeling tegen misselijkheid
  • super opvang
  • kwaaltjes
  • bijwerkingen
  • hoe verloopt een chemodag?
  • start Taxolbehandeling
  • poortcatheter
  • de eerste bestralingen
  • de aftekening
  • de tweede dag in Hasselt
  • opname in Virga Jesse
  • die vervloekte kanker
  • tweede advies
  • toenemende pijn
  • botuitzaaiingen
  • geen kankerpatiënt?
  • nieuwe reisplannen
  • onrustige ribben
  • met vakantie
  • het zomert
  • mijmeringen
  • wat is er mis?
  • start Faslodex®
  • Meer Tijd Graag
  • alleen maar uitstel
  • stilletjes dromen ...
  • doodmoe
  • tumormerker schiet omhoog
  • het verhaal vloeit uit mijn pen
  • schrijfkriebels
  • Stinkerke aan zee
  • Veraplex bijwerkingen
  • start Veraplex
  • tweede advies
  • tumormerker blijft stijgen
  • tumormerker stijgt
  • geen buit vandaag
  • Feest
  • Nieuwe hormonale behandeling
  • Mannen van het Licht
  • ringvinger gebroken
  • kleuren
  • Weerbericht
  • boeken op zolder
  • Mont Ventoux
  • Start Tamoxifen
  • Derde ingreep
  • Tweede ingreep
  • nieuw recidief
  • depressionistisch
  • een leerrijk gesprek
  • bloeduitslag
  • de volmaakte dag
  • berusten of alert blijven?
  • eierstokkanker
  • narcose met een hamertje
  • niemand weet hoe laat het is
  • plaatselijk recidief
  • alles gaat goed
  • mosselen
  • domme dingen
  • wachten op stralen
  • een reuze paddenstoel
  • een vergissing
  • nood aan rust
  • een ongelukje tussendoor
  • verkeerd beroep gekozen
  • oncodokter
  • Allah, help!
  • de kankerbrigade
  • mijn eerste chemo
  • wachthuisberg
  • wachten op de chemo
  • mooi litteken
  • één op tien
  • pour les Flamands la même chose
  • geluk bij een ongeluk
  • moeilijke nachten
  • deugddoend bezoek
  • invasief ductaal adenocarcinoma
  • Schuld, opluchting, angst
  • Schijngeluk
  • Hoe het allemaal begon
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Zoeken in blog

    ontboezemingen
    kankerdagboek: al 18 jaar leven met borstkanker
    11-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.start Veraplex

       De tumormerkerwaarden blijven hoog en een oplossing dringt zich op.

    Ten einde raad besluit ik een derde specialist te raadplegen, in Antwerpen deze keer. Die arts kan het voorstel van mijn oncoloog wel goedkeuren, maar wijst erop dat positieve resultaten niet bij iedereen verzekerd zijn. Dat had mijn oncoloog me al verteld.
    Het wordt duidelijk dat ik ondanks alle ingewonnen adviezen toch zelf de knoop zal moeten doorhakken.

       In februari 2008 besluit ik van start te gaan met de voorgestelde gecombineerde behandeling, ondanks de bijwerkingen van dat progesteron derivaat. Mijn oncoloog lijkt erg zeker van zijn stuk en zegt dat hij er al veel goede resultaten mee heeft bekomen. Hij bedoelt daarmee dat hij die patiënten een of meerdere extra maanden of jaren heeft kunnen geven.

       Vanaf 11 februari neem ik elke dag Veraplex bij de behandeling met Arimidex. Zien wat het geeft.

     

    © Karlijn Koninckx

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    » Reageer (0)
    27-10-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.tweede advies

       De vraag naar tweede advies in de borstkliniek van Gasthuisberg, is alweer een oefening in zelfbeheersing. Wachten, wachten en nog eens wachten. Nadien een gesprek, dat meer op een terechtwijzing lijkt, met een uiterst zelfingenomen arts, die zich bovendien vrij laatdunkend uitlaat over zijn collega. De door mijn oncoloog voorgestelde combinatietherapie wordt door de arts van de Borstkliniek op Gasthuisberg helemaal verworpen. Hier zijn we de mening toegedaan dat er geen afdoende bewijzen zijn over de werkzaamheid van deze methode, vertelt hij. De arts raadt me ten stelligste af deze werkwijze te volgen.

    Ik vraag de Leuvense specialist naar een alternatief en hij beschrijft me de verschillende behandelingen zoals zij ze plannen in de Borstkliniek, maar die heb ik intussen al allemaal gehad.

       ‘Wat als die middelen zijn uitgewerkt?’

    Op die vraag krijg ik geen duidelijk antwoord.

       ‘Dan moeten we eerst uw dossier nader bestuderen’, zegt de arts na een tijdje.

    Nochtans hebben ze alle originele gegevens vanaf de eerste fase op Gasthuisberg. Ik had bovendien een copij van mijn volledig dossier naar de Borstkliniek doorgestuurd, twee weken vooraleer ik er op raadpleging ging.

    Ik ben diep ontgoocheld.

    Na deze raadpleging blijf ik met nog grotere vraagtekens zitten.

     

       Opeens moet ik denken aan de televisie-uitzendingen van ‘het kinderziekenhuis’. Die mogen op het scherm dan sprookjesachtig lijken, de werkelijkheid in het ‘volwassenenziekenhuis’ in het Leuvense Gasthuisberg is helemaal anders. Is deze kinderziekenhuisreeks een opgeschoonde versie, bedoeld om zowel de kijkcijfers van de vrt als de patiëntentoeloop naar de heilige Gasthuisberg wat op te schroeven, of is ze écht? We zullen het nooit met zekerheid weten. Waarschijnlijk zijn zieke kindjes in staat om, zelfs bij de dokters van Gasthuisberg, toch nog enige gevoelens van menselijkheid los te weken.

    De koele, afstandelijke, onpersoonlijke en vaak onverschillige omgang van verschillende Leuvense geneesheren-specialisten met hun volwassen patiënten staat daar schril tegenover en is voor de betrokkenen dikwijls ronduit ergerlijk.

    De vaak erg zelfgenoegzame God-de-Vader-allures en waarschijnlijk ook de individuele loopbaanbelangen van sommige artsen in dit befaamde universitaire ziekenhuis staan blijkbaar elke vorm van menselijkheid in de weg. Zowel in de omgang met de patiënten (lees: onwetende onderzoeksobjecten), als in de omgang met de verpleegkundigen (lees: ondergeschikte minderwaardigen) zijn deze geneesheren vaak gewoonweg onbeschoft.

       Gelukkig zijn er uitzonderingen. Ik heb kunnen vaststellen dat er toch nog artsen zijn die hun beroepskeuze op andere gronden dan prestigezucht hebben gemaakt en die het lot van hun patiënten wel ter harte nemen. Ook heb ik kunnen vaststellen dat de afdeling oncologie er wel op is vooruitgegaan, sinds hun verhuis naar Gasthuisberg.

    Bovendien geeft de verzorging door de verpleegkundigen in het ziekenhuis doorgaans weinig reden tot klagen en dat is waarschijnlijk een van de redenen waarom de Leuvense Gasthuisbergfabriek tot op heden nog niet ten onder is gegaan.

     

    © Karlijn Koninckx

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    » Reageer (0)
    10-05-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.tumormerker blijft stijgen

       2007. De tumormerkerwaarden blijven stijgen.

    Wat nu gedaan? Er is geen nieuwe medicatie meer beschikbaar.

    De oncoloog stelt voor de huidige aromataseremmer te blijven verder nemen en hem te combineren met Veraplex ®, een progesteronderivaat. Er komen wel een aantal bijwerkingen bij kijken, maar daar moet ik me niets van aantrekken, zegt de arts.

    Maar precies omwille van die bijwerkingen en het gebrek aan gewaarborgd effect van de behandeling, heb ik mijn twijfels en wil ik nog even wachten. Ik besluit om tweede advies te gaan  vragen bij de concurrentie, op Gasthuisberg.

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (2 Stemmen)
    » Reageer (0)
    14-06-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.tumormerker stijgt

       Najaar 2006 gaat de tumormerker weer stilletjes omhoog.

    Ik geraak in een dipje. Het is telkens gespannen van de ene meting naar de andere gaan. Dat werkt op het humeur.

    Het is nu al drie weken sinds de laatste bloeduitslag en toch blijf ik gespannen en kregelig, slaap ik slecht en heb ik vaak hoofdpijn. Ik zou de knop moeten kunnen omdraaien maar het lukt me niet. Ik ben moe, lusteloos, soms hopeloos verdrietig en dan weer onredelijk boos.

    Ik heb niemand verteld over de stijging, omdat ik vrees dat anderen, hoe welwillend en goedbedoelend ook, mijn steeds terugkerende ongerustheid toch niet kunnen begrijpen. Uit eigen ervaring weet ik dat het bijzonder moeilijk is om zich in te leven in andermans angsten of zorgen. Je moet een ziekte, verdriet of pijn als het ware zelf meemaken eer je er de volle draagwijdte van beseft en dat is nu eenmaal niet mogelijk. Gelukkig maar, zou ik zeggen.

     

       De opeenvolgende dipjes rijgen zich aaneen tot een ware depressie. Ik verzink in zelfbeklag. Mijn toestand lijkt hopeloos. Er is geen oplossing, enkel een uitstel van executie. Steeds opnieuw gaat die tumormerker de hoogte in en moet ik weer voor een ‘groot onderhoud’ naar het ziekenhuis om te zien of er een spoor van die woekerende kanker zichtbaar wordt. Soms wordt er iets opgemerkt in de botscan. Dan volgen bijkomende onderzoeken om uit te sluiten dat het kanker is.

       Wanneer er ergens in mijn lichaam een letsel wordt gevonden, ben ik opgelucht! Dan kan ik dat gezwel laten wegnemen en kan ik mezelf ervan overtuigen dat het kwaad uit mijn lichaam gehaald is. Het herstellen van de ingreep ervaar ik dan als ‘genezen’. Daarna kan ik er weer een tijdje ‘zorgeloos’ tegenaan.

       Wanneer er niets wordt gevonden, zoals de laatste jaren het geval is, word ik gewoonweg knettergek! Die onwetendheid maakt me kapot. Allerlei vragen spoken door mijn hoofd: waar zit die verdomde kanker dan? Waarom zien ze niets op de medische beeldvorming? Hebben ze de onderzoeken wel goed gedaan, met de nodige zorg en ernst en diepgang? Is er geen ander onderzoek dat ik kan ondergaan waarmee ze misschien toch iets nauwkeuriger kunnen kijken? Werkt mijn medicatie nog wel of moet ik op zoek naar iets sterkers of naar een alternatief? Bestudeert die radioloog of die oncoloog mijn geval na al die jaren nog wel met de nodige aandacht of treedt ook hier een zekere (begrijpelijke) gewenning op? Is mijn oncoloog, die intussen ook 12jaar ouder is geworden, nog steeds up-to-date? Moet ik elders tweede advies gaan vragen?

       Wat is de gulden middenweg tussen panikeren en berusten, tussen alert zijn en (blindelings) vertrouwen, tussen het opgeven en blijven vechten?

     

    © Karlijn Koninckx

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    14-11-2004
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.geen buit vandaag

    Het is half november en rond deze tijd van 't jaar komen de muizen weer door alle mogelijke en onmogelijke kieren de huizen binnengeslopen op zoek naar een warmer winterverblijf.  Zeker op de boerenbuiten en dus ook bij ons.

    Onze man heeft overal in huis vallen geplaatst en gaat trots elke morgen zijn trofeeën bewonderen.  Zo krijgen we de laatste dagen bij het ontbijt een kleurrijke beschrijving van het binnenhalen van de jacht.  Als afdoende dieetmethode een echte aanrader!

    Vanmorgen kwam de echtgenoot, voor het eerst na een paar glorierijke dagen, van een kale jacht thuis:

    "Amaai, vandaag geen enkele muis in de val gelopen! " verzuchtte hij mismoedig aan de ontbijttafel. 

    Waarop een spontaan antwoord volgde: "Oei,  en wat gaan we dan eten vandaag?"

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    » Reageer (0)
    17-03-2004
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Feest

    Ik voel me dit jaar heel gelukkig. Ik heb immers de tien jaar gehaald. Niemand had het durven hopen. Ik heb tien jaar extra tijd gekregen om mijn kinderen te zien opgroeien. Daar ben ik enorm blij om.

     

    Wie had het ooit gedacht? Ik had erop gehoopt, maar ik was er bijlange niet zeker van dat ik het zou halen.

    Precies tien jaar geleden, dag op dag kreeg ik te horen dat ik borstkanker had, met uitzaaiingen in de okselklieren. Invasief ductaal adenocarcinoma luidde het verdict. De vooruitzichten waren verre van rooskleurig. Het heeft de slechtste prognose van alle types ductale carcinomen.

    Maar de eerste tien jaar hebben we overleefd. Het was een beetje een “koers met hindernissen”, maar achteraf bezien viel het allemaal best mee. Ik mag me gelukkig prijzen.

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    03-03-2004
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nieuwe hormonale behandeling

        In 2004, wanneer de tumormerker opnieuw gaat stijgen, onderga ik het ganse ‘grote onderhoud’: RX van longen, mammografie en echo van de borst, echo van boven- en onderbuik, scan van thorax en scan van de onderbuik en tot slot een botscan. Er kunnen ook deze keer met de medische beeldvorming bij mij geen tumoren worden vastgesteld.

    Toch moet de hormonale behandeling worden aangepast. De oncoloog schrijft me een geneesmiddel van een heel ander type voor: anastrozole (Arimidex ®), een aromataseremmer die de oestrogeenconcentraties verlaagt.

    Enkele maanden later begint het middel effect te hebben. De tumormerkerwaarde zakt naar de grenswaarde. We zijn opnieuw een tijdje gerust.

    Wat later begin ik lichamelijke bijwerkingen te ondervinden. Ik krijg veel last van spier- en gewrichtspijnen. Het voelt als reuma of artrose, voor zover ik me daarbij iets kan voorstellen. Met wat beweging vermindert de pijn, maar telkens nadat ik even stilgezeten heb voelen alle gewrichten weer pijnlijk, stram en stijf. Startpijnen noemt de dokter het. Er zijn ogenblikken dat ik kreunend van een stoel recht strompel, krom en gebogen als een oud moedertje van 95jaar. Voor omstaanders moeilijk te geloven. Ik zie op hun gezicht dat ze denken dat ik me aanstel. Ik doe ook geen moeite meer om het uit te leggen.

     

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    15-12-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mannen van het Licht

    De straatlichting brandt vandaag de ganse dag. Milieubewust, en vooral bewust van het feit dat ons belastingsgeld wordt  verkwist, stuur ik een briefje naar de milieudienst van onze gemeente:

     

     

    Aan de Mannen van het Licht,

     

    Beste Mannen van het Licht

           ‘k voel het als mijn burgerplicht

    u te melden, dit bericht:

     

    De lichten in de Binkomstraat

            blijven heel de dag door schijnen,

    ik voel dan mijn belastingsgeld

            in een duister gat verdwijnen.

     

    Als de Man van 't Licht heel gauw

            aan de knop zou willen draaien,

    zou er op zo'n klare dag

            niet nodeloos veel geld verwaaien...

     

                                                                          

    Even later krijg ik van een eveneens dichterlijk bezielde gemeentebeambte het volgende antwoord:

     

    Geachte mevrouw,

     

    Al zijn wij zelf ook burgers die evenveel als jou betalen

    Toch kunnen wij hier niks besparen

    De mannen van het licht bevinden zich in Linden

    Waar je ze op de PBE kan vinden.

     

    Onze mensen van OW (Openbare Werken)

    zullen nu wel eens naar ginder bellen,

    maar indien ze ‘t daar vergeten

    laat het hen dan rechtstreeks weten.

     

    Alvast bedankt.

     

    Namens de milieudienst

    N.J.

     

    Leuk he?

     

    © Karlijn Koninckx



    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (5 Stemmen)
    » Reageer (0)
    14-09-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ringvinger gebroken

    Welja, dacht ik zo, een mens moet niet altijd zijn voet breken. 

    Dus heb ik deze keer mijn vinger gebroken ...  Hoe ik dat geflikt heb?  Met korfbal te spelen dinsdagavond.  Het was superleuk (de korfbal bedoel ik), we waren met velen en het spel was bijzonder spannend. Ik was in topvorm, had reeds vijf doelpunten gescoord, en bereidde me (in alle bescheidenheid) voor om uitgeroepen te worden tot topscoorder van het jaar.  Op het hoogtepunt van het succes, onze ploeg stond duidelijk voor, sloeg het noodlot toe.  We grabbelden met twee naar dezelfde bal, de bal is weliswaar ontsnapt, maar we hoorden beiden een duidelijke "krak".  Terwijl mijn tegenspeelster nog volop aan 't zoeken was waar die krak vandaan kwam, voelde ik aan de pijnscheuten in mijn ringvinger onmiddellijk dat er daar iets mis was gegaan.  Nog steeds in de euforie van de nakende overwinning speelde ik nog even verder, maar bij een volgend balcontact hield ik het niet meer van de pijn.  Ben dan maar afgedropen naar de cafetaria en heb daar mijn hand in een zak ijs gestopt.

        Om een lang verhaal kort te maken:  er is een stuk van het onderste kootje van mijn ringvinger afgebroken, en dat stukje kan door de tractie van de vingerstrekker die erop aanhecht onmogelijk vanzelf terug aan zijn oorspronkelijke plaats vastgroeien.  Dus volgt er een ziekenhuisopname (er was enkel nog een bed vrij op de materniteit, maar ik heb er geen extra kindje aan overgehouden ...), en een volledige narcose voor een chirurgisch ingrijpen waarbij een stuk ijzerdraad dwars door mijn vinger heen werd geboord.  Aan boven- en onderkant van de vinger is het ijzeren pinnetje met een loodje verzekerd, zodat het niet per ongeluk uit de vinger schuift. Met die ijzerdraad wordt het losgeslagen stukje bot weer netjes op zijn plaats gehouden gedurende de eerstvolgende vijf weken. Daarna, als alles weer naar behoren aan mekaar is gegroeid, mag ik nog eens naar het ziekenhuis om die ijzerwinkel er terug uit te halen!

    Afijn, waartoe een balletje leiden kan ...

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    » Reageer (0)
    10-02-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.kleuren

    Kleuren

     

     

    Groen

             is de kleur van het gras

             waarop ik lig

     

    Blauw

    de hemel op een zalige lentedag

     

    Geel

    klinkt als de zon

    zo helder in je oren

     

    Rood

    geurt naar het ziekenhuis

     

    Grijs

    het gevoel bij het horen

    dat de ziekte alweer de kop opsteekt

     

    Wit

    de kleur van de donkere leegte

    waarin een gouden bloem voor mama

    ieder weer de moed geeft

    om te geloven dat ze ooit

    weer beter wordt

     

     

     

    © Sofie   -  febr 2003

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (5 Stemmen)
    » Reageer (0)
    30-11-2002
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Weerbericht

    Dit najaar zou de geschiedenis ingaan als een van de natste ooit. Het regende nu al weken onophoudelijk. De grijze luchten vormden een gesloten gordijn waar geen enkele zonnestraal doorheen kon. De overstromingsberichten volgden elkaar op. Het water kon geen kant meer op. De aarde was verzopen. Was de grote zondvloed destijds ook zo begonnen?

    Ik keek door het keukenraam naar al die natte ellende en dacht aan de mensen die niet het geluk hadden in een warme keuken te zitten, en aan diegenen die zelfs geen dak boven hun hoofd hadden om hen droog te houden. Het gaf me koude rillingen en ik werd overspoeld door een gevoel van triestheid over de wantoestanden en tegelijk de onmacht om iets te veranderen aan dat rottige weer.

    Door de radio klonk het weerbericht waar je alleen maar neerslachtiger van werd en ik draaide de knop om.

    Terwijl ik me warmde aan een hete kop thee brouwde ik zelf een weerbericht:

     

    “We verwachten vandaag voorbijtrekkende regenvlagen, afgewisseld met buien en vochtige neerslag die plaatselijk zeer nat kan neerkomen. Na het optrekken van nevel en mist blijft elke vorm van opklaringen uit en genieten wij van een onophoudelijk betrokken wolkenhemel in alle tinten grauw en grijs, die plaatselijk het zicht op de zin van het leven kan beperken tot vrij nabije verten en die kan aanzetten tot buien van diepe neerslachtigheid en hier en daar zelfs wanhoop. Voor de volgende dagen wordt weinig verandering verwacht.”

     

    (opgesteld na nauwkeurige waarnemingen doorheen het keukenraam)

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    18-11-2002
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.boeken op zolder

    Vol energie was ik begonnen aan het opruimen van de zolder. Door de jaren was de oorspronkelijk lege zolder uitgegroeid tot een overvolle stapelplaats waar een kat haar jongen niet meer kon terugvinden. Er ligt onder meer een enorme verzameling boeken. Van de allereerste kinderboekjes tot volwassenenromans, allerlei naslagwerken, studieboeken, je vindt het er allemaal. Als ik de zolderopruiming zou beginnen met een aantal boeken weg te geven, dan was er al een groot werk gedaan. Ik maakte stapels per leeftijd en onderwerp en was in gedachten aan het nagaan welke gezinnen in onze kennissenkring ik er misschien mee kon plezieren. Dan kleefde ik er een briefje op en droeg ze naar beneden.

    Op een avond stapte ik met mijn armen vol boeken van de steile zoldertrap. Wat er precies gebeurde weet ik niet, maar het volgende ogenblik hing ik met één arm aan de leuning, het hoofd naar beneden, terwijl mijn benen ergens bovenaan bleven haperen. De boeken donderden met veel gedruis de trap af. Ik slaakte een gil toen ik een scherpe pijn door mijn enkel voelde schieten. Ons zoontje van amper twaalf probeerde mij tegen te houden opdat ik niet verder de trap zou afschuiven. Met het hoofd naar onderen zou dat nooit goed aflopen. Ik slaagde er niet in mijn benen te verplaatsen. Ze leken als verlamd van de pijn. Ik voelde stilaan de kracht in mijn armen afnemen. Zo zou ik het niet meer lang volhouden.

    Als bij wonder kwam toen, als een ware redder in nood, mijn man thuis van het werk. Hij slaagde erin me heelhuids van de trap te takelen.

    Ondanks de ijscompressen bleef mijn enkel de ganse avond fel pijn doen. Op aandringen van mijn man zijn we dan toch maar naar de spoed gereden om een fotootje te laten nemen. En ja, het onderste stukje van het kuitbeen, aan de buitenenkel, was afgebroken. Ik kreeg een open gips. Die moest een week blijven tot gevaar op zwelling verdwenen was, en daarna kreeg ik een gesloten gips voor de volgende vijf weken. Ik was voor zes weken ‘gepleisterd’. Het opruimen van de zolder zou een tijdje op de wachtlijst komen te staan.

    Pas naderhand bedacht ik welk een ongemak zo’n gips aan de voet met zich meebracht. Ik zou namelijk zes weken lang niet met de auto kunnen rijden! Wie zou de boodschappen doen? En wie zou de kinderen van en naar de sportclubs brengen? En zou ik niet een beetje gek worden met zes weken huisarrest?

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    23-07-2002
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mont Ventoux

       Goede vrienden van ons nodigen ons uit om samen met hen een weekje door te brengen in de Provence. Het voorstel is zeer welkom na de pas doorstane emoties en ik hap gretig toe.

       We maken grote wandelingen, genieten van het schitterende landschap, het mooie weer en het lekkere eten. Op een dag beslissen Paul en mijn man om de Mont Ventoux op te gaan. Ze vragen me of ik mee wil. Ik twijfel er sterk aan of ik het wel zal halen, ik heb ook niet het gepaste schoeisel, maar uiteindelijk neem ik de uitdaging aan. Ik vertrek met veel enthousiasme, maar Paul, die een geoefend wandelaar is, maant me aan het wat kalmer aan te doen. De weg is nog lang.

    We zouden het slingerende paadje kunnen nemen, dat loopt gemakkelijker, maar we kiezen voor de rechte weg naar boven. Halverwege begin ik last te krijgen van een pijnlijke blaar op mijn rechter hiel. Gelukkig heeft Paul het nodige in zijn rugzakje en met een stevige Compeed pleister kan ik weer verder. Naarmate de tocht vordert vallen de gesprekken stil. Ieder van ons stapt in gedachten verzonken verder met alle concentratie op het stappen. Links rechts, links rechts. We kijken naar de beste plekjes om onze voeten neer te zetten. Adem in, adem uit. Ik draai volledig op automatische piloot. Ik denk nog alleen aan verder stappen, niet opgeven, we komen er wel, nog even doorbijten. Het is zwaar. Opeens komen we uit de struiken op een open helling terecht met grote witte grillige rotsen. Het waait er verschrikkelijk. We happen even naar adem en trekken onze jassen wat dichter. De wind is ijskoud. We kunnen nu de top van de berg zien, maar het wordt nog een moeilijk stuk. Ik ben echter aan het eind van mijn krachten. Die koude, strakke wind is er teveel aan. Ik wil de andere twee niet ophouden en zeg dat ze zonder mij verder moeten gaan. Ik ga wat neerzitten in de beschutting van de laatste struiken en besluit te wachten tot ze terugkomen.

       Door de rust kom ik weer wat op adem. Ik kijk naar boven, maar van de mannen is niets meer te zien. Ze zijn elk een eigen weg uitgegaan. Het wachten in mijn eentje duurt lang en ik besluit om toch nog een stukje verder te klimmen. Het gaat zeer moeizaam. De kalkrotsen zijn grillig en ik sla regelmatig mijn voeten om. Maar ik kijk niet teveel omhoog en klim stapje voor stapje verder, vaak op handen en voeten. Ik moet en zal boven geraken. Ik ben nu al zo ver, het grootste stuk is achter de rug, ik kan nu niet opgeven.

        Langzaam maar zeker komt de lelijke top dichterbij. Wat vinden de mensen eraan om naar zo’n lelijk gebouw te gaan kijken, vraag ik me af. Van het landschap kan ik niet genieten. Ik ben volkomen uitgeput, zie haast niet meer waar ik mijn voeten moet zetten. Ik strompel meer dan ik ga. Opeens hoor ik mijn man roepen.

    ‘Joehoe, hierheen!’

    Dat geeft me net voldoende moed om de laatste meters af te leggen. Me vastklampend aan zijn arm struikel ik op trillende benen het cafeetje binnen, waar Paul op ons wacht. Er staat een cola voor me klaar. Ik laat me op de houten zitbank neervallen en reik dankbaar naar het glas, maar mijn arm trilt zodanig dat ik er niet in slaag het glas op te nemen. Ook mijn benen daveren en alle kracht lijkt eruit verdwenen te zijn. Mijn ganse lichaam trilt en davert oncontroleerbaar. Het is een ongekende ervaring. Nooit eerder in mijn leven heb ik zoveel van mijn lichaam gevergd. Nooit eerder ben ik zo tot het uiterste van mijn mogelijkheden geweest. Mijn verziekte lichaam is volkomen uitgeput. Het maakt me zelfs wat ongerust. Noodgedwongen moet ik een kwartiertje rusten eer ik armen en benen opnieuw onder controle krijg. Tegelijk ervaar ik een onbeschrijfelijk gevoel van voldoening bij het besef dat ik de top heb bereikt.

    Dat gevoel maakt alles goed.

    Ik begrijp nu wat die vrouwen moeten gevoeld hebben toen ze in de Andes gingen klimmen na hun borstkanker. De Mont Ventoux kan weliswaar niet vergeleken worden met de Andes, maar ik ben dan ook borstkankerpatiënt, ik ben geen ervaren bergwandelaar en ook helemaal niet getraind. Ik ben dus best tevreden met mijn prestatie. Die klim is een onvergelijkbare overwinning op mezelf. Mijn dag kan niet meer stuk.

     

     © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    05-05-2001
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Start Tamoxifen

    De hormonale behandeling wordt opgedreven. De oncoloog schrijft me Tamoxifen voor (Nolvadex-20 ®), een oestrogeenremmer, die ik dagelijks moet innemen. Die moet verhinderen dat er door de bijnierschors oestrogenen worden aangemaakt uit het buikvet. Het lichaam streeft immers altijd naar evenwicht en probeert het oestrogeentekort dat ontstaan is door het wegnemen van de eierstokken te compenseren door de bijnierschors in te schakelen. Die oestrogeenremmer maakt de menopauzeverschijnselen alleen nog maar erger.

    Wanneer de grootste oestrogeenproducent, de eierstokken, wordt uitgeschakeld, brengt het lichaam een vervangend mechanisme op gang om het oestrogenentekort aan te vullen. Er wordt een extra vetlaag aangelegd ter hoogte van de lenden. Uit dat buikvet kan de bijnierschors nieuwe oestrogenen aanmaken. Vandaar dat vele vrouwen na de menopauze een appeltjesmodel krijgen. De natuur zit goed in mekaar.

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    » Reageer (0)
    26-04-2001
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Derde ingreep

       De draadjes zijn amper verwijderd wanneer het onderzoeksresultaat binnenkomt. Er moet een derde keer ingegrepen worden. Er zitten nog steeds actieve kankercellen, onder de oksel. Daar zit genoeg huid, zegt de dermatologe in een poging mij de positieve kant van de zaak te doen inzien. Aan de voorkant durf ik echt niet meer te snijden, voegt ze er aan toe. De huid is daar door de veelvuldige ingrepen zondanig opgerekt dat ze doorschijnend is geworden. Je ziet er het onderliggende spierweefsel rozig doorheen. De grens van de huidrekbaarheid is bereikt.

       Wat als er later toch nog een lokaal recidief optreedt? Moeten ze de kanker dan laten zitten? Of moet ik dan voorovergebogen gaan lopen omdat de huid anders niet meer dichtgemaakt kan worden? Nu nog niet aan denken.

    Twintig dagen later wordt de derde ingreep uitgevoerd. Deze keer zijn alle snijranden kankervrij! Eindelijk goed nieuws.

       Ook al voelt de voorkant van mijn borst hard opgespannen aan, ik heb toch het gevoel dat ik weer makkelijker kan ademen. Na al die gespannen weken van geduld oefenen kan ik me eindelijk rustig toeleggen op herstel en op revalidatie. Er is deze keer heel wat kinesitherapie nodig om de beweeglijkheid van mijn bovenlichaam te herstellen.

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    07-04-2001
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tweede ingreep

       Na de ingreep is er slecht nieuws. De sectieranden zijn niet kankervrij. Er moet een groter deel worden weggenomen. De oncoloog raadt aan om meteen een strook over de gehele lengte van het litteken weg te nemen.

    Zo komt het dat ik zeventien dagen na die eerste ingreep een tweede maal onder het mes ga. De dermatologe zet deze keer merktekens op al het weggenomen weefsel, zodat ze ingeval van onzuivere sectieranden precies kunnen bepalen waar de overblijvende kankercellen zitten.

    Opnieuw geduld oefenen.

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    22-03-2001
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.nieuw recidief

    Mijn voorgevoel blijkt jammer genoeg juist. In maart 2001 schiet de tumormerker verder de hoogte in. Naar de oncoloog voor nader advies, zegt de huisarts.

    Tijdens het onderzoek ontdekt de oncoloog opnieuw een vlekje op het litteken, dat ik zelf niet had opgemerkt.

       ‘Laat het veiligheidshalve maar weghalen, dan zijn we gerust’, zegt hij deze keer op een toon alsof het totaal onbelangrijk is.

       ‘Moet ik dan naar Gasthuisberg terug?’

       ‘Dat is niet nodig’, zegt de arts, ‘een dermatologe met wat chirurgische ervaring kan dat even goed’.

    Een reden te meer om me niet ongerust te maken. Het is wellicht maar een prulletje.

     

    Het vlekje wordt door de huidarts vakkundig weggehaald en voor onderzoek doorgestuurd naar een gespecialiseerd labo. Veiligheidshalve heeft de dermatologe voldoende omliggende huid en onderliggend spierweefsel mee weggenomen.  Zodoende zit ik toch weer met een litteken van een zestal cm. Het zal wel twee weken duren eer het onderzoeksresultaat eraan komt, waarschuwt ze me.

    Geduld. Ik moet geduld oefenen, tegen wil en dank.

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    11-02-2001
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.depressionistisch

       ‘Ben je een beetje depressionistisch, mama?’

    Sofieke heeft altijd al haar eigen variaties gemaakt op de vele vreemde woorden die onze taal binnenglijden. Zo jong als ze is, ze voelt de veranderingen in mijn gezondheidstoestand en de daarmee samenhangende stemmingswisselingen steeds haarfijn aan. Vaak zelfs voor ik zelf doorheb dat er iets aan de hand is.

    Haar vraag overvalt me wat.

       ‘Euh, neen, waarom?’

       ‘Zomaar, omdat je terug zo moe bent en wat vaker slecht gezind. Net zoals de vorige keer.’

    Ze lijkt wel voelsprietjes te hebben op haar kleine hoofdje. Ik bedenk dat ik me moet herpakken, maar tegelijk herinner ik me dat het weeral tijd wordt voor de volgende tumormerkerbepaling. Er zal toch weer niets aan de hand zijn?

     

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    16-01-2001
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.een leerrijk gesprek

    We zitten samen aan de ontbijttafel als onze twaalfjarige dochter zonder enige aanleiding stelt dat het gat in de ozonlaag alsmaar groter wordt.  Jongere broer knikt ijverig mee en beaamt overtuigend “Ja, da’s waar”.

    Papa kijkt zijn jongste verbaasd aan en vraagt: “Weet jij dan wat het gat in de ozonlaag is?”

    “Ja hoor”, antwoordt onze wijsneus opgewekt: “Het is langs daar dat de regen naar binnen valt!”

    We kunnen amper ons gezicht in de plooi houden.

    “Maar neen, zotteke”,  gaat zus belerend verder, “De ozonlaag filtert normaal gezien de schadelijke zonnestralen vóór ze de aarde bereiken. Maar als de ozonlaag te dun wordt kan er een gat ontstaan waardoor de zonnestralen rechtstreeks op de aarde vallen, en dan kunnen die stralen kanker veroorzaken.”

    Broer is overbluft door zoveel kennis en denkt na over wat zijn slimme zus zonet vertelde.

    Wat later vervolgt ons manneke vol medeleven met een diepe zucht:  "Amaai, dat is wel erg eh, als je dan toevallig juist onder dat gat staat!".


    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)
    09-12-2000
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.bloeduitslag

    Een raar woord, bloeduitslag. Net alsof er uitslag zit op je bloed.   Bloedonderzoeksresultaat is natuurlijk een juistere verwoording, maar dat neemt zoveel plaats in.

    Vrijdagavond heb ik mijn tumormerkerwaarde al gekregen, bliksemsnel deze keer.

    Hij is vervaarlijk aan het stijgen, dunkt me en hoewel de dokter nog steeds zegt dat alles stabiel blijft,  begin ik wel te twijfelen. Ik heb er vorige nacht zowaar slecht van geslapen. Nochtans heb ik het al eerder meegemaakt, maar misschien ook precies daarom?

    Zodra die merkerwaarde gaat stijgen duiken allerlei doemscenario’s op en spookt er vanalles door mijn hoofd:  ‘dáárom ben ik de laatste tijd weer zo moe’, dáármee voel ik me zo lusteloos en futloos. De angst knijpt om mijn keel. Het zal toch niet waar zijn he?

    Kalm! Nuchter blijven is de boodschap. Zeker niet gaan paniekeren.

    Ik heb de waarden in grafiek uitgezet want dan krijg je een beter overzicht. En zie,  nu is het nog duidelijker, nog confronterender.  Enige maanden na de laatste ingreep waren de waardes gelijkmatig in een mooie curve gedaald tot een dankbaar dieptepunt in december 1999. Toen hebben we wel feest gevierd!  Nadien zijn de waarden bijna een jaar lang rond hetzelfde punt blijven hangen.  Maar nu opeens zijn ze zomaar eventjes vijf punten gestegen.  Ik vrees dus dat we weer in de lift zitten. Wat hangt er nu weer aan te komen? Eigenaardig hoe een mens van zo een klein cijfertje helemaal overstuur kan raken.  

    In allerlei wetenschappelijke artikels  heb ik al meer dan eens gelezen dat  tumormerker-tellingen enkel maar een benadering zijn, dat ze altijd met een voldoende dosis zout moeten geïnterpreteerd worden, dat ze nooit echt nauwkeurig zijn en dat er steeds rekening moet worden gehouden met een foutenmarge van minstens vijf punten...

    Die specialisten mogen ervan zeggen wat ze willen, toch kan ik me niet van het idee ontdoen dat er deze keer écht iets mis is. Ik kan niet verklaren waarom. Ik vóél het gewoon en ik zou het willen uitschreeuwen van ambetantigheid! 

    Gisterenavond toen Erik thuiskwam van de squash heb ik het hem verteld en ook dat ik er niet gerust in was. Hij heeft mijn naargeestige gedachten met zijn gebruikelijke nuchterheid en berustende instelling meteen weggewuifd.  Deze morgen in bed zei ik hem dat ik haast niet kon ademen van de schrik.  ‘Schrik?’ vroeg hij slaperig,  ‘waarvan hebt ge schrik?’. Natuurlijk dacht hij nu al van geen kanten meer aan die stomme CA15.3 en eer ik kon antwoorden draaide hij zich om en snurkte lustig verder. Het was tenslotte zaterdagochtend.

    Ik ben dan maar opgestaan en pannenkoeken gaan bakken.  Schotse pannenkoekjes, die eten de kinderen héél graag.  Dat houdt me tenminste bezig en stillekes denk ik tegelijk van ‘ik zal dat nu nog maar eens doen, nu het nog kan…’, terwijl ik overloop van zelfmedelijden. Ik weet dat ik vandaag wat kort van humeur zal zijn,  wegens de spookbeelden in mijn hoofd en wegens de slechte nacht.  Ik hoop uit de grond van mijn hart dat de pannenkoekjes nuttig zullen zijn als vooruitwerkende pleister op mogelijk komende wondes?  Zo probeer ik mijn geweten te sussen….

    Alleen maar omdat die éne stomme bloeduitslag niet is zoals je gehoopt had.

    © Karlijn Koninckx

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    » Reageer (0)




    Archief per jaar
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007
  • 2006
  • 2004
  • 2003
  • 2002
  • 2001
  • 2000
  • 1998
  • 1997
  • 1995
  • 1994

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Laatste commentaren
  • even schrikken ! (Chrisje)
        op nog eens gevallen
  • hey Karlijn (Carla )
        op nog eens gevallen
  • eerste val (karl)
        op eerste valpartij
  • labradors (CHRISTIANE)
        op nog eens gevallen
  • catherine (catherine)
        op inleiding
  • rot ! (Carla )
        op slecht nieuws!
  • moed (Patricia Maes)
        op slecht nieuws!
  • spijtig (Chrisje)
        op slecht nieuws!
  • mis poes (paula)
        op Mis poes!
  • catherine (catherine)
        op Mis poes!
  • Foto

    Mijn favorieten
  • Meer tijd graag.
  • borstkanker informatiepagina's
  • borstkanker.startpagina.nl
  • tegenkanker.be
  • Borstkanker [gezondheid.be]
  • Boezemblues
  • permanente opmaak


  • Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!