Het hoeft niet altijd even ernstig te zijn, zeker niet tijdens het weekend, maar wanneer ik deze morgen de professor hoorde op de radio met zijn onderzoek naar het waarom we onze geheimen (meestal mannen zo blijkt) prijsgeven aan toiletdeuren, dan dacht ik recent iets te hebben over gelezen. Het is zo plastisch omschreven dat iedereen zich wel ergens zal in herkennen. Hier gaat hij:
Soms trek ik me terug in openbare toiletten. Op die manier kun je jezelf rustig afzonderen, zittend op een bekend of onbekend toilet, op de wc bij iemand thuis of op café, alsof het leven is opgehouden. Je zit opgesloten in een verticale doodskist voorzien van een luchtkanaal totdat de stortbak gorgelend zijn verlossend woord spreekt. Je kijkt naar het grijsachtige onaffe spel van vlekken en lijnen op de muur. Dat alles in een sfeer van achterwerken, urine, stilte en allerlei gerucht. Soms hoor je water stromen door de buizen, een gulp vies water die om de zoveel tijd door het keelgat van het buizennet komt geklokt.
Buiten is het stadsgeruis hoorbaar, misschien het aanhoudend geroezemoes van de bar, het kabaal van de tapgast. Of je hoort het gesprek van twee cafébezoekers die in de pisbakken vlakbij hun vrije loop laten. Jij in je hokje, daar op de pot of staand, je kijkt naar de zwart uitgeslagen lamp, de zwaar mishandelde rol wc-papier, zo kleurloos en gedienstig, het stof en de deur.
De deur staat vol opschriften, inkervingen van namen, littekens gemaakt met een pen, bruine vlekken, kleine brandplekken, de vunzigheid van geslachtsdelen die werkelijk mét geslachtsdelen lijken te zijn getekend, één of andere politieke toespeling, een vrouwennaam, open en bloot, een homofiel telefoonnummer. Een ander heeft heeft er met zijn zakmes een andere naam overheen willen kerven ...
Het decadente plezier in het banale, dergelijke kunst is tegenwoordig in de mode, zonder erbij na te denken dat het een inbreuk is op het eigendom, vandalisme. Maar hier gaat het nu niet om. Zoals de professor het zegde geeft dit alles vorm aan mijn eenzaamheid, een schreeuw of een afrekening die je niet kunt maken met de echte mens, en gelukkig dan maar. De deur, het toilet is dan je intieme partner waarover jezelf met je beste vrienden niet over praat.
|