Carl Martin, 23, erft een huis. Hij heeft een goed ontvangen debuut geschreven, maar zijn tweede roman wil niet vlotten. Uit geldgebrek verhuurt hij de bovenetage van zijn woning aan de eerste de beste: de dierenartsassistent Dermot. Die betrapt hem als hij afslankpillen (uit zijn vaders grote collectie online medicatie) verkoopt aan een goede vriendin. Deze overlijdt en Dermot chanteert Carl: hij betaalt geen huur meer. Als Carl echt in geldnood komt, begaat hij een wanhoopsdaad. In haar 66e en laatste thriller tekent de prijswinnende auteur (1930-2015) personages van divers pluimage die elkaars pad kruisen. Carls vriendin, aan wie hij de verkoop opbiecht en die hem in het begin steunt, een kennis van de dode die haar huis en identiteit inpikt met bijna fatale gevolgen en de manipulatieve, christelijke Dermot en zijn enge verloofde. De dierenkliniek is de plaats waar sommige personages met elkaar in contact komen. Londen is prima beschreven. De plot zit vol kettingreacties die Carls nachtmerrie verder laten escaleren.
Dit boek leest heel aangenaam en vlot. Soms ludiek. Een aanrader!
|