Foto
Categorieën
  • etymologie (74)
  • ex libris (57)
  • God of geen god? (169)
  • historisch (27)
  • kunst (6)
  • levensbeschouwing (239)
  • literatuur (40)
  • muziek (75)
  • natuur (7)
  • poëzie (93)
  • samenleving (225)
  • spreekwoorden (11)
  • tijd (12)
  • wetenschap (55)
  • stuur me een e-mail

    Druk op de knop om mij te e-mailen. Als het niet lukt, gebruik dan mijn adres in de hoofding van mijn blog.

    Zoeken in blog

    Blog als favoriet !
    interessante sites
  • Spinoza in Vlaanderen
  • de blog van Lut
  • Uitgeverij Coriarius
    Archief per maand
  • 04-2024
  • 03-2024
  • 02-2024
  • 01-2024
  • 12-2023
  • 11-2023
  • 10-2023
  • 09-2023
  • 08-2023
  • 07-2023
  • 06-2023
  • 05-2023
  • 04-2023
  • 03-2023
  • 02-2023
  • 01-2023
  • 12-2022
  • 11-2022
  • 10-2022
  • 09-2022
  • 08-2022
  • 07-2022
  • 06-2022
  • 05-2022
  • 04-2022
  • 03-2022
  • 01-2022
  • 12-2021
  • 11-2021
  • 06-2021
  • 05-2021
  • 04-2021
  • 03-2021
  • 12-2020
  • 10-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 10-2019
  • 07-2019
  • 06-2019
  • 05-2019
  • 03-2019
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 04-2018
  • 01-2018
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 02-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 01-2008
  • 12-2007
  • 11-2007
  • 10-2007
  • 09-2007
  • 08-2007
  • 07-2007
  • 06-2007
  • 05-2007
  • 04-2007
  • 03-2007
  • 02-2007
  • 01-2007
  • 12-2006
  • 11-2006
  • 10-2006
  • 09-2006
  • 08-2006
  • 07-2006
  • 06-2006
  • 05-2006
  • 04-2006
  • 03-2006
  • 02-2006
  • 01-2006
    Kroniek
    mijn blik op de wereld vanaf 60
    Welkom op mijn blog, mijn eigen website en dank voor je bezoek. Ik hoop dat je iets vindt naar je zin.
    Vrij vaak zijn er nieuwe berichten, dus kom nog eens terug?
    Misschien kan je mijn blog-adres doorgeven aan geïnteresseerde vrienden en kennissen, waarvoor dank.
    Hieronder vind je de tien meest recente bijdragen. De jongste 200 kan je aanklikken in de lijst aan de rechterkant; in het overzicht per maand, hier links, vind je ze allemaal, al meer dan 1400! De lijst van de categorieën bevat enkel de meest recente teksten; klik twee maal op het pijltje naar links onderaan voor nog meer teksten in dezelfde categorie.
    Als je een tekst wil gebruiken, hou dan rekening met de bepalingen van de auteurswet van 1994 en vraag me om toelating.
    Bedenkingen? Stuur me een mailtje: karel.d.huyvetters@telenet.be
    27-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.bindi, FGM en andere gebruiken

    Mensen doen vreemde dingen, dat staat buiten kijf. Vaak vraag ik me af: hoe komt het toch dat iemand zoiets doet, vooral wanneer er geen haar op mijn hoofd is dat eraan denkt om hetzelfde te doen. Ik heb het dan niet over allerlei eigenaardigheden die al bij al onbelangrijk zijn. Neem nu de bindi; dat is een lichaamsversiering die bestaat uit een gekleurde stip die men aanbrengt in het midden van het voorhoofd, net boven de wenkbrauwen. Het is een gebruik dat vooral in Zuid-Azië voorkomt en bij personen die van daar afkomstig zijn. Het is pijnloos, goedkoop, gemakkelijk te verwijderen, niet onhygiënisch en het ziet er best leuk uit. Waarom dus niet?

    Maar waarom wel?

    Omdat het een gebruik is. Men doet het al heel lang, blijkbaar en het is een ruim verspreide vorm van lichaamsdecoratie. Voor iemand die in een omgeving leeft waar dat gebruik in voege is, is het een heel kleine stap om zich ook aan een bindi te wagen. Misschien is er wel wat familiale en sociale en religieuze druk mee gemoeid, maar zelfs dan kan men maar moeilijk serieuze bezwaren bedenken tegen een dergelijk gebruik.

    Hoe men ertoe gekomen is, weet men niet meer. Iemand moet er ooit mee begonnen zijn en dan is het zijn weg gegaan. Allicht beantwoordt het aan esthetische verwachtingen: het ziet er best leuk uit. Maar het is vooral wanneer men dat spontaan ontstane versiersel gaat formaliseren dat het ook een gebruik wordt. Zo zijn er etnische gebruiken, culturele, religieuze, politieke enzovoort. Organisaties eigenen zich een bestaand of een nieuw ontworpen ‘gebruik’ toe en schrijven het voor als een uitdrukking van het toebehoren tot een of andere gemeenschap. In plaats van een willekeurig, spontaan en individueel gekozen uiterlijk teken wordt het dan een welomschreven, algemene en voorgeschreven verplichting. Wie zich eraan onttrekt, overtreedt een gebod en stelt zich bloot aan bestraffing.

    Om mensen dingen te laten doen, ook dingen die ze uit zichzelf nooit zouden doen, is het blijkbaar voldoende dat men iets formaliseert: een vaste vorm geven, er een gebruik van maken, er een morele, religieuze of culturele verplichting aan toevoegen, zodat het iets wordt waarover men niet meer nadenkt en dat tot de eigen identiteit behoort. Wanneer iets een gebruik geworden is dat al eeuwenlang meegaat en algemeen aanvaard is, wordt het zeer moeilijk om zich daaraan te onttrekken. Men moet eerst gaan nadenken over iets dat zo goed als vanzelfsprekend is en er zelf een oordeel over vormen. Wanneer men dan tot de conclusie komt dat men er niet meer wil aan meedoen, zal de gemeenschap daarop scherp en vaak zelfs gewelddadig reageren.

    Een bindi is best leuk. Er zijn nu allerlei mensen die zich een bindi schilderen of een kant en klare zelfklevende bindi plaatsen, zonder enige religieuze, culturele of andere betekenis, puur om esthetische redenen. En waarom ook niet?

    Er zijn echter ook andere gebruiken, die minder onschuldig zijn. Als we bij lichaamsversieringen blijven, zien we allerlei vormen van mutilatie of lichaamsverminking, gaande van een klein gaatje voor een bescheiden oorring of een onopvallende tatoeage tot zeer ingrijpende piercings en allerlei drastische insnoeringen en uitrekkingen van lichaamsdelen. Een aparte categorie vormt de genitale mutilatie, het verminken van de geslachtsorganen. Bij de man is dat de besnijdenis, waarbij de voorhuid van de penis verwijderd wordt. Bij de vrouw neemt het verscheidene vormen aan: de clitoridectomie of het verwijderen, geheel of gedeeltelijk van de clitoris; het verwijderen van de kleine schaamlippen of van de kleine en de grote schaamlippen, al dan niet gecombineerd met het zo goed als volledig dichtnaaien van de vagina.

    Vooral de vormen van vrouwelijke besnijdenis, die veel drastischer zijn dan de mannelijke en geen enkele hygiënische betekenis hebben, worden in gemeenschappen waar ze niet gebruikelijk zijn als gruwelijk ervaren. Maar in de bijna dertig landen waar ze tot de gebruiken behoren, is de weerstand ertegen veel minder evident. Dan wordt pas duidelijk hoe men zelfs de meest wrede, dwaze, nutteloze, vernederende en zelfs gevaarlijke ingrepen ingang kan doen vinden en ze tot symbolische gebruiken kan verheffen waartegen men zich nauwelijks verzet, zelfs niet als het met de eigen kinderen gebeurt. Voor ons is zoiets ondenkbaar, maar gedurende eeuwen hebben mensen zo hun kinderen verminkt en ook vandaag gebeurt het nog volop, niet alleen in bepaalde Afrikaanse landen, maar overal waar mensen dat als een gebruik beschouwen dat ze willen in stand houden.

    Het is een systeem: maak van iets een gebruik, schrijf het voor, en men zal het ook doen, wat het ook is, zonder erover na te denken. Dat lukt natuurlijk het best bij mensen die überhaupt niet veel nadenken: ongeschoolde, arme, ondervoede, vernederde, uitgebuite, zieke mensen uit de laagste bevolkingslagen. Daaruit komen ook degenen die dergelijke gebruiken voorschrijven en de verminkingen uitvoeren, al zijn er ook hoger opgeleide personen die zich daaraan schuldig maken. Tradities zijn zeer krachtig en moeilijk uit te roeien, zelfs als ze volkomen zinloos zijn, wanneer ze dictatoriaal opgelegd worden aan machteloze mensen. Het is vooral in democratische samenlevingen dat individuen zich spontaan zullen verzetten tegen wat zij onaanvaardbaar vinden voor zichzelf of voor anderen, bijvoorbeeld ernstige lichaamsverminkingen als de vrouwelijke besnijdenis, en het is een kenmerk van democratische politieke regimes dat ze dergelijke gebruiken niet zullen opleggen, maar ze verbieden en bestraffen.

    Er zijn talloze gebruiken in de wereld. De mens is een gewoontedier, wij apen elkaar na en de druk van de gemeenschap is aanzienlijk. De markteconomie maakt ongeveer alles mogelijk en de reclame verzint dagelijks nieuwe toepassingen en ‘trends’. Iedereen doet er aan mee, het is bijna onmogelijk om eraan te ontsnappen, het aantal mensen dat op een volstrekt originele manier leeft, is uiterst beperkt. Maar wij moeten ons ervan bewust zijn dat gebruiken goed of slecht kunnen zijn en dat slechte gebruiken ten minste zo gemakkelijk ingang vinden als totaal ongevaarlijke. Als men vaststelt dat een of ander gebruik zware negatieve gevolgen heeft, moeten we de moed hebben ertegen te protesteren en ertegen op te treden op een krachtdadige en efficiënte manier, voor het te laat is.

    Er zijn vandaag in onze wereld talloze wijd verspreide gebruiken die onze afkeuring verdienen, maar die zich niet gemakkelijk laten uitroeien. Wij moeten ze durven aanwijzen en ons ertegen verzetten, ook wanneer wij daarmee ingaan tegen tradities, voorschriften en de instellingen en de personen die ze in stand houden. Maar het eenvoudigste en het belangrijkste dat wij kunnen doen, is er zelf niet aan meedoen.

     


    Categorie:levensbeschouwing
    Tags:maatschappij
    21-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Seksualiteit

    Seksualiteit: wie heeft daar geen mening over? Wie is er niet mee bezig, in gedachten en in de praktijk? Maar de meningen zijn ook hier verdeeld. Niemand zal natuurlijk ontkennen dat er zoiets als seksualiteit is; denk aan de titel van dat hilarische boek Is Sex Necessary? Maar wat is het precies? Het is een complexe kwestie en ik ben niet beter geplaatst dan gelijk welke andere 69-jarige om er uitspraken over te doen.

    Het is vaak bij bijzondere gevallen van seksualiteit dat men zich vragen gaat stellen, zoals pedofilie, incest, verkrachting, homoseksualiteit, masturbatie. Dan blijkt dat seksualiteit inderdaad veel ruimer is dan de kwestie van de voortplanting. In onze moderne tijd zijn die twee steeds meer van elkaar gescheiden: seks kan zonder voortplanting, en voortplanting kan zonder seks. Dat eerste was vroeger ook al zo: er zijn altijd al mensen geweest die seks wouden zonder dat er kinderen uit voortkwamen en daarnaar handelden. Seks en alles wat eromheen hangt, is een van de sterkste menselijke drijfveren. Dat die seksuele aandrift, de mogelijkheid om opgewonden te geraken en genot te beleven aan het seksuele bestaat, betekent dat die een voordeel betekent voor wie die heeft. Zonder die neiging of drift zou er allicht geen spontane voortplanting zijn. Wij zijn genetisch gericht op voortplanting en seksueel genot is een middel om dat aantrekkelijk te maken.

    Maar eens er een dergelijk systeem aanwezig is in onze genen, gaat dat ook een eigen leven leiden in onze beschaving. Het krijgt vorm en evolueert verder naargelang de omstandigheden en de beleving door de mens. Vergelijk het met drinken: dat is een natuurlijke behoefte en dorst waarschuwt ons voor uitdroging en drank verschaft ons genot, maar als je ziet wat drinken betekent in onze huidige maatschappij…

    Als we het hebben over seks, dan bedoelen we niet alleen wat er gebeurt bij de bevruchting. Het begrip is veel ruimer dan dat. Men kan gerust stellen dat alles wat mogelijk is in die context ook gebeurt, of ooit gebeurd is, of ooit wel eens zal gebeuren. En de mogelijkheden zijn even onuitputtelijk als de menselijke nieuwsgierigheid en vindingrijkheid. Als we de menselijke seksualiteit bekijken zoals antropologen en biologen dat doen, dan stellen we een enorme waaier van gebruiken vast, waarbinnen de bevruchting van de vrouw door de man slechts een miniem onderdeel is. Het volstaat het aantal keren dat een mens seks heeft te vergelijken met het aantal kinderen dat een mens voortbrengt om dat in te zien. En dan hebben we het niet eens over de vele uitingen van seksualiteit die niet op de voortplanting gericht zijn, zoals masturbatie, anale, orale, intercrurale seks enzovoort, fetisjisme, sadomasochisme en noem maar op. Ook subtiele, innerlijke vormen en aspecten van seksualiteit zoals verliefdheid, tederheid, bezorgdheid, verlangen, lijden, jaloersheid enzovoort zijn enorm belangrijk voor ons, vaak veel belangrijker dan de ‘eigenlijke’ seks zelf.

    Hoewel heel veel mensen allicht meestal seks hebben op de gebruikelijke manier, dat wil zeggen dat ze als man en vrouw intiem genitaal contact hebben in een levenslange monogame relatie, zijn er heel veel mensen die hun seksualiteit anders beleven, op een van de talloze mogelijkheden die daartoe bestaan. En er is wellicht niemand die uitsluitend op die gebruikelijke manier seks heeft. Dat die manier gebruikelijk is, betekent alleen dat ze het meest voorkomt, en niet eens exclusief. Dat ze nooit de enige manier is, bewijst dat andere manieren ook gebruikelijk zijn, in mindere of meerdere mate. De meest gebruikelijke is dus niet automatisch de enige juiste, of de enige natuurlijke vorm, waardoor al de andere vormen meteen ook verkeerd of onnatuurlijk zouden worden.

    Zijn alle vormen van seksualiteit dan evenwaardig? Dat is afhankelijk van welke waarde men hanteert bij de beoordeling. Als men vertrekt van ‘voortplanting’ als de hoogste exclusieve waarde, dan zijn evident alle vormen die niet tot voortplanting leiden minderwaardig. Maar wij weten dat seksualiteit op alle punten veel ruimer is dan alleen maar de voortplanting, dat voortplanting zelfs maar een miniem aspect is van de menselijke seksualiteit. Er is dus geen reden om dat aspect als enige norm te gebruiken of op te leggen; dan houdt men immers geen rekening met het grootste deel van de uitingen en vormen en belevingen van de menselijke seksualiteit. Het is dus niet omdat onze voortplanting seksueel gebeurt dat onze seksualiteit uitsluitend voor de voortplanting zou kunnen of mogen gebruikt worden. Vergelijk het nogmaals met eten en drinken: op die manier zorgen we ingevolge genetische impulsen voor onze instandhouding en we beleven daar genot aan, maar we eten en drinken ook voor het genot dat we eraan beleven: Boire sans soif et faire l'amour en tout temps, madame, il n'y a que ça qui nous distingue des autres bêtes (Beaumarchais, Le mariage de Figaro).

    Moet men dan alle vormen zonder meer toelaten? Seksualiteit is slechts een van de manieren waarop wij onze eigenheid beleven. Het is niet duidelijk dat daarvoor fundamenteel andere regels zouden gelden dan voor al de andere domeinen van het leven. De mens leeft onvermijdelijk in gemeenschap met andere mensen en vindt daarin ook zijn hoogste ontplooiing; dat samenleven is slechts mogelijk als men onderling bepaalde regels afspreekt die moeten verhinderen dat de vrijheid van de ene belemmerd wordt door die van de andere en die anderzijds zoveel mogelijk bijdragen tot een vreedzame co-existentie en zelfs de samenwerking bevorderen en leiden tot de optimale verwezenlijking van de mogelijkheden van elkeen. Ook voor de beleving van onze seksualiteit zullen we dus tot dergelijke afspraken moeten komen.

    De mensheid heeft van bij haar ontstaan dergelijke regels bedacht en wetten opgesteld en ingevoerd met vallen en opstaan. Zo heeft men ontdekt dat incest tussen familieleden in de eerste graad vaak aanleiding geeft tot nakomelingen met defecten. Dat leidde tot een algemeen incestverbod. Maar ook zo’n wet gaat een eigen leven leiden: het wordt een taboe dat een bovennatuurlijke dimensie krijgt en daaraan zijn kracht ontleedt: men ziet niet af van incest omdat men wil vermijden dat er ‘mismaakte’ kinderen komen, maar omdat het absoluut verboden is. Terwijl seks met nauwe verwanten die niet gericht is op de voortplanting vanzelfsprekend ook geen aanleiding geeft tot kinderen met een handicap en dus vanuit alleen dat oogpunt en met uitsluiting van alle andere mogelijke nadelen, toch geoorloofd zou kunnen zijn. Waarom zou de staat moeten tussenkomen wanneer bijvoorbeeld een broer en zus als gehuwden gelukkig samenwonen en ofwel kinderloos blijven, of de nodige voorzorgen nemen om genetische fouten te voorkomen bij hun nakomelingen? Men moet dus spaarzaam zijn met wetten, ook over seksualiteit en misschien zelfs vooral over seksualiteit: men weet immers dat men die wetten moeilijk kan implementeren en dat ingrijpen in het meest intieme van het persoonlijk leven een uiterst delicate zaak is voor een overheid.

    Vandaar dat in een democratische rechtsstaat de overheid uiterst tolerant zal zijn op verscheidene belangrijke gebieden en misschien vooral op seksueel gebied, terwijl overheden die niet democratisch zijn vaak uiterst intolerant zullen zijn. Zo heeft men bij ons lang masturbatie verboden, vanuit de gedachte dat dit een onnatuurlijke daad is: het is zelfbevrediging en het is niet gericht op voortplanting. Er werden zelfs wetenschappers gevonden die bereid waren te ‘bewijzen’ dat masturbatie schadelijk was voor de gezondheid, en dat terwijl iedereen wel eens masturbeerde zonder manifeste negatieve gevolgen.

    Homoseksualiteit is een ander voorbeeld. Het is van alle tijden en alle streken en men kan maar bezwaarlijk zeggen dat het schadelijk is, behalve wanneer de maatschappij zelf die schade berokkent door wetten die homoseksualiteit verbieden en de betrokken personen stigmatiseren, discrimineren en zo ook emotioneel schaden. Het is daarbij vanuit maatschappelijk oogpunt totaal onbelangrijk of homoseksualiteit een natuurlijk verschijnsel is en als dusdanig onweerstaanbaar, of het resultaat van omstandigheden buiten de wil van de betrokkenen, dan wel een vrije en bewuste keuze. Homoseksualiteit bestaat, en men moet beslissen of men daarover wetten maakt of niet. Die wetten zijn er evident geweest en ze zijn er nog en zelfs wanneer die wetten erg tolerant zijn of dode letter blijven, is er nog steeds een vrij ruim verspreide argwaan tegenover homoseksualiteit, ongetwijfeld hoofdzakelijk als gevolg van eeuwenlange verontwaardigde verbodsbepalingen. Men weet nog altijd niet precies wat de oorzaak is van homoseksualiteit. Alles wijst erop dat het een combinatie is van genetische en omgevingsfactoren, die bij verschillende individuen tot verscheidene resultaten leiden. Maar wat daar ook van zij, men zal met heel sterke argumenten moeten afkomen om homoseksualiteit te kunnen verbieden. Tot nog toe heeft men niets anders kunnen bedenken dan dat het tegennatuurlijk is en niet leidt tot nakomelingen. Op dat laatste punt is er overigens een belangrijke verandering gekomen door het homohuwelijk, kunstmatige inseminatie en adoptie door homoseksuelen.

    Menselijk gedrag is uiterst divers. Zoals de Natuur alle mogelijkheden die er zijn ook uitprobeert en er zo een complex Universum tot stand komt, zo doen ook mensen alles wat ook maar enigszins mogelijk is, om welke reden dan ook, met dezelfde complexiteit tot gevolg voor de samenleving. Zoals wij ook de Natuur slechts proberen in te tomen wanneer die manifest schadelijk is voor ons, zoals bij overstromingen, zo moeten we ook het menselijk gedrag slechts indijken en kanaliseren wanneer het schadelijk is voor de betrokkenen, voor anderen of voor de Natuur, of een combinatie daarvan. Zeker in het geval van de seksualiteit moeten we een nauwkeurig onderscheid maken tussen wat toegelaten is en wat wenselijk is. Wij kunnen immers onze wensen, die verschillen van persoon tot persoon, niet tot wetten verheffen waarmee we anderen onze wil opleggen. Het is de overheid die zal beslissen of er wettelijke maatregelen moeten getroffen worden; die zal daarbij met de grootste omzichtigheid tewerk gaan. Zij kan geen autocratische beslissingen nemen op onzekere gronden, maar het is evenmin aanvaardbaar dat zelfs een democratische meerderheid haar wil discriminerend zou opleggen aan een minderheid. Onze seksualiteit is een onvervreemdbaar mensenrecht van elke persoon en iedereen is vrij om die te beleven zoals hij of zij dat wil en kan. De overheid moet daarin enkel tussenkomen zoals in alle andere gevallen waarbij de rechten van individuen manifest onverenigbaar blijken zijn met die van anderen en tot ernstige onoplosbare conflicten leiden. Alleen in die gevallen kan de overheid een beperking van sommige vrijheden opleggen, die iedereen dan ook moet respecteren.

    Homoseksualiteit is geen goed voorbeeld van een dergelijk conflict: men kan niet aantonen dat homoseksualiteit als levenshouding of als seksuele activiteit op enigerlei wijze schadelijk zou zijn; zelfs in het extreme geval dat iedereen exclusief homoseksueel zou zijn, kan er vandaag nog steeds voortgeplant worden. Dat was vroeger niet zo, maar het aantal homoseksuelen is nooit zo aanzienlijk geweest dat het een bedreiging betekende voor het voortbestaan van de soort. Als dat het geval zou geweest zijn, zou het immers als kenmerk in de loop van de evolutie weg geselecteerd zijn.

    Pedofilie daarentegen lijkt wel degelijk een conflict in te houden. Mede door het inherente leeftijdsverschil gaat het om asymmetrische relaties, waarbij bewuste volwassenen seksueel omgaan met kinderen die zich in een kwetsbare fase van hun ontwikkeling bevinden en die niet zonder meer in staat kunnen geacht worden tot het maken van bewuste en vooral verantwoorde keuzes. Men heeft kunnen vaststellen dat pedofiele contacten op kinderen een traumatische invloed kunnen hebben met negatieve gevolgen tot op latere leeftijd. Er is ook meestal sprake van dwang, verleiding, misleiding, intimidatie en druk door de pedofiele persoon, elementen die weliswaar niet vreemd zijn aan andere relaties, maar die zeker in deze gevallen kunnen beschouwd worden als voldoende bezwarend om er een negatief oordeel over te vellen. De maatschappij zal dan ook maatregelen nemen om pedofiele praktijken af te keuren, te verbieden en te beteugelen. Zij mag zich echter niet bemoeien met het innerlijk leven van pedofiele personen en moet hun vrijheid op dezelfde manier respecteren en waarborgen als bij alle anderen. Het is enkel wanneer die personen een reëel en concreet gevaar betekenen voor de maatschappij dat men tegen hen kan optreden. Dat zal allicht betekenen dat de pedofiele persoon zich zal moeten onthouden van seksuele contacten en zijn specifieke seksualiteit op een andere manier zal moeten beleven.

    Dat onze seksualiteit genetisch gestructureerd is, hoeft geen betoog: we worden geboren met mannelijke of vrouwelijke eigenschappen, als man of vrouw. Maar louter fysiologisch is daarin al heel wat variatie mogelijk, zowel wat betreft de primaire als de secundaire geslachtskenmerken. De meer subtiele, mentale aspecten van de seksualiteit (en zegt men niet dat seks tussen onze oren zit?) zijn eveneens ten minste gedeeltelijk genetisch van aard, zoals blijkt uit onderzoek naar bijvoorbeeld homoseksualiteit. Er is dus al op genetische basis een zeer brede waaier van mogelijkheden voor seksuele identiteitsvorming, waarbij mannelijke en vrouwelijke kenmerken in alle mogelijke combinaties voorkomen; elke persoon is uniek en enkel door zeer oppervlakkig te veralgemenen kan men tot bepaalde zichtbare types komen, waarvan de traditionele hetero en de traditionele homo (m/v) er slechts twee zijn. Maar zoals elke hetero verschilt van elke andere, zijn er ook evidente verschillen tussen homoseksuelen.

    Het wordt nog complexer wanneer er andere factoren toegevoegd worden aan de genetische: de omgevingsfactoren, die bovendien veranderen naargelang plaats en tijd en zoals de genetische eveneens voor niemand dezelfde zijn, omdat iedereen een andere levensgeschiedenis heeft waarin al de persoonlijke ervaringen diep verweven zijn.

    Dat alles maakt dat men werkelijk alle mogelijke combinaties van factoren zal aantreffen, wat dan weer zorgt voor een quasi onbegrensde veelheid van gedragingen, om nog te zwijgen van emoties, op seksueel vlak.

    We kunnen dus niet anders dan concluderen dat de seksuele identiteit van een persoon uniek is en dat termen als hetero, homo, transgender, of fetisjist of sadomasochist slechts een zeer algemene aanduiding geven van iemands seksuele activiteiten en een nog vagere weergave zijn van iemands seksuele identiteit, in de mate dat we die zouden kunnen afzonderen van de specifieke algemene identiteit van die persoon. Onze seksualiteit heeft immers een zo sterke impact op onze levenshouding dat men zonder seksualiteit niet van een volledige persoonlijkheid kan spreken: de mens is een seksueel wezen.

    Deze opvatting staat haaks op onder meer de christelijke seksuele moraal, die nog steeds uitgaat van wat zij als de natuur van de seksualiteit beschouwt, namelijk haar functie bij de voortplanting. Men zou kunnen zeggen dat de christelijke seksuele moraal enkel daarover gaat: de bevruchting, en geen raad weet met alle andere aspecten van de seksualiteit, die dan weggemoffeld of verboden worden. De rijke complexiteit van elke persoonlijke identiteit wordt dan opgeofferd aan een radicale en onterechte reductie van de seksualiteit tot haar strikt biologisch procreatief aspect. De mens wordt op die manier herleid tot nog minder dan een dier en louter als een soort voortplantingsmachine beschouwd.

    Vandaar ons pleidooi om inzake seksualiteit het adagium van Terentius indachtig te zijn: Homo sum, humani nil alienum a me puto (Ik ben een mens en ik beschouw niets menselijks als mij vreemd). Een mens blijft een mens, wat ook zijn seksuele neigingen, voorkeuren of gedragingen zijn. Men moet niet proberen om daar iets aan te veranderen, want dat zal wellicht niet lukken, gezien de complexiteit van de oorzaken van de seksuele identiteit. En welke onbetwistbaar goede redenen zal men kunnen aanvoeren om zelfs maar te proberen iemand van gedacht te doen veranderen? Wat men natuurlijk wel moet doen, is het seksueel gedrag, zoals elk menselijk gedrag, maatschappelijk reguleren. En voor elke mens geldt de opdracht om zich te bezinnen over zijn identiteit en zijn gedrag, ook zijn seksueel gedrag en identiteit.

     


    Categorie:levensbeschouwing
    Tags:maatschappij
    20-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oost west, thuis best?

    Onlangs ontmoette ik enkele mensen die een vakantie hadden doorgebracht in Zuid-Afrika. Een van hen vermeldde de vreemde ervaring van de zon in die streken: bij ons komt die links van ons op (als je naar het zuiden kijkt) en gaat rechts van ons onder. In Zuid-Afrika is dat blijkbaar net andersom.

    Ik moest er even bij nadenken, en dat is vreemd. Moet ik 69 jaar oud worden voor ik dat te weten kom? Je zou toch kunnen vermoeden dat dit opvallende feit in het hele zuidelijke halfrond ooit al eens iemand voldoende zou opgevallen zijn om het ergens te vermelden, maar nee hoor. Ik las het bijvoorbeeld nergens in een handboek of bij een of andere ontdekkingsreiziger.

    Misschien vind jij het vanzelfsprekend dat de zon zich ginds anders beweegt aan de hemel, maar ik blijkbaar niet. De aarde is een bol en draait in één richting, van west naar oost; van boven de Noordpool gezien draait de aarde in tegenwijzerzin of tegen de wijzers van de klok in. Dat is zo voor iedereen op aarde, zou je dan denken. Maar als je op aarde naar het zuiden kijkt, dan kijk je naar de evenaar, en als je in het noordelijk halfrond naar het zuiden kijkt, is het oosten aan je linkerkant en het westen aan je rechterkant. In het zuidelijk halfrond is dat net andersom. Twee personen die in elk halfrond naar het zuiden kijken, kijken elkaar aan, als het ware, en dus zien ze elkaars wereld in spiegelbeeld. De zon komt overal op in het oosten en gaat overal onder in het westen, maar de plaats waar we ons bevinden op aarde bepaalt waar het oosten en het westen zich bevinden voor ons.

    Dat moet toch ooit iemand opgevallen zijn die zich naar het andere halfrond verplaatste en de evenaar overstak? En dan moet men daar toch over nagedacht hebben: waarom is dat zo? Want men dacht dat de zon om de aarde draaide, en als ze in het zuidelijk halfrond in de andere richting lijkt te draaien, van recht naar links, dan moet dat toch te denken gegeven hebben? De zon kan immers niet in twee richtingen om de aarde draaien.

    Onze plaats op aarde tegenover de evenaar bepaalt ook de baan die de zon beschrijft. Op de evenaar komt de zon op in het oosten en stijgt steil naar boven, tot ze op de middag pal boven ons hoofd staat; daarna daalt ze even steil naar beneden. Dat verschijnsel verplaatst zich noord- en zuidwaarts van de evenaar in de loop van het jaar. Halverwege tussen de evenaar en de pool beweegt de zon zich minder steil naar omhoog en omlaag en komt nooit zo hoog als op de evenaar.

    De schijnbare beweging van de zon is ook verschillend in de zomer en de winter: ze is zelfs de oorzaak van zomer en winter. Door de schuine stand van de as van de aarde worden de dagen korter en langer omdat de zon korter en langer boven de horizon uitkomt. Als ze kortere tijd zichtbaar is, bijvoorbeeld slechts acht uur hier bij ons op 21 december, komt ze ook meer naar het zuiden op en gaat ze meer naar het zuiden onder. Aan de polen komt ze in putteke winter zelfs niet eens op.

    Het zijn allemaal verschijnselen waar we niet bij stilstaan, maar die ons leven toch grondig beïnvloeden: de tijd van het jaar, de seizoenen, de lengte van dag en nacht, de hoogte van de middagzon, de veranderende plaats waar de zon opkomt en ondergaat in de loop van het jaar. Vroegere beschavingen besteedden daar meer aandacht aan. Bij heel wat primitieve volkeren probeerde men cruciale momenten van het jaar vast te leggen met kunstmatige middelen: de zomer- en winterzonnewende op 21 juni en 21 december, wanneer de zon haar hoogste en laagste stand bereikt en de dagen het langst en het kortst zijn, respectievelijk; de lente- en herfstnachtevening op 21 maart en 21 september, wanneer dag en nacht even lang zijn. Als men dan op de middag de stand van de zon vastlegt tegenover een vast punt op aarde, weet men wanneer dat moment van het jaar gekomen is. Dat kan heel eenvoudig met twee stokken, pilaren of zuilen van verschillende lengte op de zon te mikken, zoals je met een geweer doet. Stonehenge is daarvan een voorbeeld, evenals verscheidene antieke tempels, waar men een venster zo plaatste dat een zonnestraal die erdoor viel op die bepaalde dag op een gemarkeerde plek kwam. Dat waren hoogdagen, en dat merken we nog altijd: Kerstmis is de winterzonnewende, Pasen de lente-evening. De langste dag vieren we ook, maar de herfstnachtevening is bij ons wat minder in evidentie. In het Boeddhisme en in de theosofie is het wel een belangrijk moment: de dagen beginnen te korten, in de natuur sterft alles af. Bij ons gedenken we dat pas op 1 en 2 november.

    In onze moderne wereld houden we steeds minder rekening met de natuur: we willen gewoon doorgaan met onze dagelijkse bezigheden. Als het vroeg donker wordt en laat klaar steken we gewoon het licht aan, als het koud is de verwarming. Eten hebben we altijd in overvloed, ook in de winter. Regen, hagel of sneeuw kan ons niet deren. We werken en slapen even lang op de kortste dag als op de langste. Voor de primitieve volkeren bepaalde de natuur alles, omdat ze nauwelijks middelen hadden om zich ertegen te verzetten. Dat zijn de twee uitersten: de moderne mens die totaal onafhankelijk is van de wisselingen in de natuur en de primitieve mens die er totaal aan onderworpen is. Zoals gewoonlijk lijkt het wenselijk die uitersten te vermijden, en als moderne mensen toch wat meer rekening te houden met de natuurelementen. Een goed begin zou zijn dat we ons al wat meer bewust zouden worden van die natuur, en beseffen dat we er onlosmakelijk deel van uitmaken. Het zou immers verwonderlijk zijn indien wij geen enkele invloed zouden ondergaan van die astronomische bewegingen, of die invloeden helemaal zouden kunnen neutraliseren. Ons lot is met de aarde en het universum verbonden, wij zijn de aarde en het universum zoals al het andere op aarde, wij zijn allemaal een vorm die het universum aanneemt gedurende korte tijd en dan weer afbreekt om nieuwe vormen aan te nemen. Zo is het altijd al gegaan en zo zal het blijven gaan. Wij kunnen niet veel meer dan proberen de korte tijd die we hebben zo goed mogelijk te gebruiken. We doen dat niet slecht, in het algemeen gesproken, met zijn zeven miljard mensjes, maar er is duidelijk nog veel ruimte voor verbetering.

     


    Categorie:samenleving
    Tags:levensbeschouwing
    07-02-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Recensie: Het voordeel van de twijfel, Tim De Mey.

    Tim De Mey, Het voordeel van de twijfel, Rotterdam: Lemniscaat 2014, 255 blz., € 29,95 (hardcover, groot formaat).

    Eerst even een mogelijk misverstand uit de weg ruimen: dit boek heeft niets te maken met een gelijknamige televisiereeks die nu (begin 2015) loopt op Canvas, het tweede net van de VRT, noch met het gelijknamige boek dat bij die reeks hoort. Dus: caveat emptor.

    Wat is het dan wel?

    Dat is een vraag die ik me de hele tijd gesteld heb onder het lezen. Uiteindelijk ben ik tot de conclusie gekomen dat het een studentencursus is, of collegenotities, of een handboek bij een lessenreeks aan een universiteit of hogeschool. Maar zo ziet het er echt niet uit: het is een zeer luxueuze uitgave, hardcover, op dik, glanzend papier, met een lay-out als van een mode- of kunstboek, met talrijke afbeeldingen in z/w, met teksten in de marge en in gekleurde kaders, met uitstapjes naar de film en de literatuur enzovoort.

    Al dat fraais, noch de bij momenten speelse schrijftrant kan evenwel verhullen dat het hier nog altijd gaat om een academische behandeling van het scepticisme als filosofische houding en van de geschiedenis van dat scepticisme. De vraag is dan: is het in zijn genre, als handboek voor het hoger onderwijs, een geslaagd boek? Ik meen van wel. Ik kan me voorstellen dat jongelui een aanpak zoals hier aangeboden wordt wel zullen smaken. De auteur heeft duidelijk heel hard geprobeerd om wat in feite een vrij ingewikkelde, taaie en met momenten ook saaie filosofische discipline is, op een aantrekkelijke, boeiende manier te presenteren. Of de studenten aan de hand van deze presentatie zullen doordringen tot de kern van de zaak zal dan afhangen van hun eigen ijver en intellectuele mogelijkheden.

    De auteur houdt duidelijk van voorbeelden en gedachte-experimenten, dat blijkt ook uit zijn eigen bibliografie. Dat is een aloude didactische traditie, en ik neem aan dat ze ook werkt in de praktijk, ik bedoel bij het lesgeven: zo houd je tenminste de aandacht gaande en de studenten wakker. In een boek werkt dat minder goed, meen ik. Dan krijgt wat mondeling een speelse excursus is en enkel bedoeld om iets anders duidelijk te maken, door het neerschrijven en uitwerken een gewicht dat het niet verdient. Elke vergelijking gaat immers mank, en die mankementen springen van het blad bij het lezen en verhinderen net de gedachtesprong die ze beogen. Een uitgewerkte filosofische tekst is iets anders dan een reeks anekdotes en gedachte-experimenten; dat is meer iets voor Zenmeesters, me dunkt. Bij het zoveelste vergezochte gedachte-experiment ging althans deze lezer steigeren: als een veronderstelling te idioot is om waar te zijn, zijn allicht ook de conclusies daaruit te idioot om waar te zijn. Het scepticisme heeft een rijke geschiedenis van dergelijke extreme voorbeelden en onrealistische veronderstellingen, en de verleiding is natuurlijk groot om daarmee te gaan spelen als docent, maar filosofie is een ernstige zaak, en geen intellectueel spel. Wanneer men zich (en de werkelijkheid) al te zeer verliest in ijle gedachte-experimenten, creëert men bij de meer bedachtzame of minder verduldige lezer een spontane reactie van afkeer tegenover zoveel ijdele spielerei. Het is niet ondenkbaar dat de filosofie precies daaraan haar slechte naam heeft te wijten.

    Het is echter een moeilijke keuze voor een auteur. De bladzijden waar de voorbeelden, excursussen en gedachte-experimenten ontbreken, zijn net zo taai en saai als alle andere filosofiehandboeken. Er zijn talloze verwijzingen naar bekende en minder bekende filosofen, maar steeds uiterst summier, wat wel eens leidt tot een nauwelijks verteerbare opeenstapeling van namen en begrippen, meer dan de lezer in zijn parate kennis kan opslaan of langer kan onthouden dan tot het omdraaien van de bladzijde. In die zin is het boek ook een naslagwerk en bron voor verdere studie.

    Een uitstekend vertrekpunt daarvoor is de substantiële verzameling van twaalf primaire teksten in het tweede deel van het boek, vanaf blz. 153. Dan blijkt nog maar eens dat Husserls zu den Sachen selbst in de filosofie nog steeds de beste methode is: men kan beter één bladzijde van een belangrijke filosoof lezen dan een heel boek over die bladzijde van een niet zo belangrijke filosoof. De afbeelding op blz. 72 is daarvan een sprekende symbolische illustratie: een bladvullende afbeelding van een antieke buste van Plato, met op de sokkel zijn naam in forse Griekse hoofdletters. En daarnaast, in een minuscule corpsgrootte: Plato.

    De eindconclusie is gemengd, zoals past bij het onderwerp: dit is ongetwijfeld een geslaagd handboek bij wat vermoedelijk boeiende colleges zullen geweest zijn over een belangrijke maar vrij ingewikkelde filosofische discipline en haar geschiedenis; door de luxueuze vormgeving is het echter een onbehoorlijk grote hap uit een studentenbudget. Als zelfstandig filosofisch werk vertoont het dan weer talrijke sporen van zijn oorspronkelijke functie als handboek bij colleges. Men zal in de bibliografie van dit boek moeiteloos een aantal andere goede inleidingen vinden tot het scepticisme. De keuze is dan aan de lezer.


    Categorie:wetenschap
    Tags:filosofie


    Foto

    Foto

    Foto

    Inhoud blog
  • Buizingen, een parochie miskend
  • Main morte
  • Celsus?
  • Een betere zaak waardig.
  • 'De waarheid zal u bevrijden.'
  • Feminisme
  • Tijdverspilling
  • Anarchist
  • Sjostakovitsj
  • Om de liefde Gods
  • Het boek
  • Naastenliefde
  • Parabels
  • Alzheimer
  • Verkiezingskoorts
  • Cynthia
  • Sindh
  • Cicero, Wet en rechtvaardigheid (recensie)
  • Israël, Oekraïne
  • Godsdienst en religie
  • Abraham en de vreemdeling
  • Winterzonnewende 2023
  • Anaximander
  • Links? Rechts?
  • Willen jullie meer of minder Wilders?
  • Het Gemenebest
  • Jeremy Lent, Het betekenisveld, Stichting Ekologie, Utrecht/Amsterdam, 2023 (recensie, op eigen risico...)
  • Richard Wagner
  • Secularisme
  • Naastenliefde
  • Godsdienst en zijn vijanden
  • Geloof, ongeloof en troost?
  • Iedereen gelijk voor de wet?
  • Ezelsoren (recensie)
  • Hersenspinsels?
  • Tegendraads, of draadloos?
  • Pico della Mirandola
  • Vrouwen en kinderen eerst!
  • Godsdienst als ideologie
  • Jean Paul Van Bendegem, Geraas en geruis (recensie)
  • Materie
  • God, of de natuur
  • euthanasie, palliatieve zorg en patiëntenrechten (recensie)
  • Godsdienst of democratie
  • Genade
  • Dulle Griet, Paul Claes
  • Vagevuur
  • Spinoza- gedicht, Stefan Zweig
  • Stefan Zweig, Castellio tegen Calvijn (recensie)
  • Hemel en hel
  • Federico Garcia Lorca, Prent van la Petenera
  • als in een duistere spiegel
  • Dromen zijn bedrog
  • Tijd (recensie)
  • Vrijheid van mening en academische vrijheid
  • Augustinus, Vier preken (recensie)
  • Oorzaak en gevolg
  • Rainer Maria Rilke, Het getijdenboek. Das Stunden-Buch (recensie)
  • Een zoektocht naar menselijkheid (recensie)
  • De Heilige Geest
  • G. Apollinaire, Le suicidé
  • Klassieke meesters: componisten van Haendel tot Sibelius (recensie)
  • Abelard en Heloïse (recensie)
  • Kaïn en Abel
  • Symptomen en symbolen
  • Voor een geweldloos humanisme
  • Bij een afscheid
  • Recreatie
  • Levenswijsheid
  • Welbevinden
  • De geschiedenis van het atheïsme in België (recensie)
  • Peter Venmans, Gastvrijheid (recensie)
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 15
  • Secretaris
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 14
  • De boeken die we (niet) lezen, 2 WIlliam Trevor en Adriaan Koerbagh
  • Abortus
  • Verantwoordelijkheid (1)
  • Verantwoordelijkheid, deel 2
  • Mijn broeders hoeder?
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 13
  • Eerst zien, en dan geloven!
  • Homoseksualiteit
  • Sonja Lavaert & Pierre François Moreau (red.), Spinoza et la politique de la multitude (recensie)
  • Atheïsme: vijf bezwaren en een vraag, W. Schröder (recensie)
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 12
  • Zoo: Een dierenalfabet.
  • De rede
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 11
  • Sinterklaas, Spinoza, en de waarheid
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 10
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 9
  • De boeken die we (niet) lezen. Over Karl May en Jean Meslier.
  • Waar men gaat langs Vlaamse wegen...
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 8
  • Gastrubriek: Vrije Wil? Geef mij maar Vrijheid (deel 2), Patrick De Reyck
  • Gastrubriek: Vrije Wil? Geef mij maar Vrijheid (deel 1), Patrick De Reyck
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 7
  • Fascinerend leven (recensie)
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 6
  • Recensie: Atheismus, Winfried Schröder.
  • Gastrubriek: Sophia De Wolf
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 5
  • Gastrubriek: Tijd als emergente eigenschap van het klassiek-fysische universum, Patrick De Reyck
  • Recensie: Wat loopt daar? Midas Dekkers
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 4
  • William Trevor, Een namiddag
  • recensie: Een kleine geschiedenis van de (grote) neus
  • Pascals gok
  • recensie: Rudi Laermans, Gedeelde angsten
  • 'Geef mij een kind tot het zeven is, en ik zal je de volwassene laten zien.'
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 3
  • Bias
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 2
  • Recensie: Epicurus
  • Gastrubriek: Leesportefeuille, Hugo D'hertefelt, 1
  • De waanzin van het kwaad
  • Het einde
  • God, of Christus?
  • Een onsterfelijke ziel?
  • Geloof en godsdienst in een seculiere samenleving
  • Godsdienst en wapengeweld
  • Aloud atheïsme
  • de grond van de zaak: de neutraliteit van de staat?
  • Paul Claes, Het pelsken van Rubens
  • De persoon en de functie.
  • Chaos en orde
  • Godsdienst of cultuur?
  • Recensie: Hans Plets, Verdwaald in de werkelijkheid.
  • vrijheid van mening genuanceerd?
  • Het placebo-effect
  • De Maagdenburgse halve bollen
  • Godsdienst en secularisme
  • Overweging bij de moord op een Franse leraar: antiklerikalisme
  • Het Gele gevaar
  • Studentendoop, of moord.
  • orendul
  • orendul
  • Vergif uitademen
  • Si dolce e'l tormento
  • Pasen?
  • Melomaan, nogmaals
  • Socialisme, toen en nu
  • Le prisonnier de la tour
  • Nachtwandeling
  • 'Rassengelijkheid' en intelligentie
  • verantwoordelijkheid
  • al te vroeg gestorven
  • Melomaan
  • digitale revolutie: weerstations
  • Lof: Tantum ergo
  • Gnossiennes? Een etymologische bijdrage van gastauteur Paul Claes
  • God is groter. Het testament van Spinoza.
  • Dichtbundel Mia Loots: wie ik ben
  • Peter Venmans, Discretie (recensie)
  • Het geloof van de kolenbrander
  • Openbaring
  • pas verschenen
  • Luts verjaardag 2018
  • Beestenboek
  • Adam en Eva in het aards paradijs
  • Waarom? Daarom!
  • appartementisering
  • Gedichten-dag 2018
  • René Willemsen, Het onvoltooide leven van Thomas (recensie)
  • Thomas van Aquino, Over het zijnde en het wezen (recensie)
  • What's in a name?
  • Spinoza: Ethica
  • Patrick Lateur (vert.), Goden. 150 epigrammen uit de Anthologia Graeca
  • Ter inleiding bij de tentoonstelling van Lut in De schuur van A, 9 september 2017
  • Paul Claes, SIC, mijn citatenboek
  • Facebook
  • De heilsstaat is niet voor morgen.
  • Paul Claes: Catullus, Lesbia (recensie)
  • het boerkini-verbod en de filosoof
  • de gruwel en de verantwoordelijkheid
  • Exit buxus
  • Terugblik
  • Een poging tot samenvatting
  • Leonard Cohen
  • De wraak van Jan met de pet
  • Foucaults slinger: naschrift ter correctie
  • En toch beweegt ze! Foucaults slinger.
  • Tentoonstelling
  • De rode draad
  • Avondlied
  • Afscheid van kerstmis
  • Spinoza: De Brieven over God
  • Spinoza: de Brieven over God
  • Keren Mock, Hébreu, du sacré au maternel, 2016 (recensie)
  • Geen visum voor vluchtelingen?
  • Rudolf Agricola (recensie)
  • Jan Verplaetse, Bloedroes (recensie, niet voor zachtmoedigen)
  • De verlichting uit evenwicht? (recensie)
  • Godsdienst: macht of inspiratie?
  • 'En bewaar het geheim.' Intieme blikken van vrijmetselaars (recensie)
  • Lamettrie, Het Geluk (recensie)
  • El cant dels Aucells
  • Peter Venmans, Amor Mundi (recensie)


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!