Sentenaar Antoine Claeys, toen baggerkapitein bij De Nul, was nauw betrokken bij de reddingsoperatie van de gekapseisde ferry. ‘Ik herinner me die zondagavond nog heel levendig’, vertelt Antoines vrouw, Monique Antheunis (68). ‘Het was bijna mijn verjaardag en ik had verzoekjes aangevraagd bij het programma “Vragen staat vrij” van Lutgart Simoens. Ik heb haar toen opgebeld en uitgelegd wat er aan de hand was. Ik vroeg ook om mijn verzoekjes de week nadien eens te herhalen, want op die bewuste avond was ik uiteraard met mijn gedachten bij de Herald of Free Enterprise.’
Vijf minuten nadat de Herald gekapseisd was, kwam ik thuis van mijn werk’, vertelt Antoine Claeys, die in die dagen actief was op de Norma, een schip van de Tijdelijke Vereniging Bergingswerken waarmee wrakken voor de Belgische kust geborgen werden. ‘Ik werd opgeroepen en mijn vrouw bracht me onmiddellijk terug naar Zeebrugge. Toen we er aankwamen was de Norma al uit het Brittanniadok vertrokken, dus werd ik met een sleepboot naar het schip gebracht.’ Om dichterbij de Herald te geraken, moest de bemanning van de Norma overstappen op de Zeebrugge I. ‘Dat schip kon tegen de Herald of Free Enterprise gaan liggen’, gaat Antoine Claeys verder. ‘Vanop de Zeebrugge I konden we op de Herald.’ Door het vlugge en professionele optreden van het Norma-team konden er die avond veel mensen gered worden.
‘Gelukkig was het op het moment van de scheepsramp laag water. Anders waren er nog veel meer slachtoffers gevallen’, aldus Antoine Claeys. ‘We zijn er die avond in geslaagd om 35 mensen levend uit het schip te halen. Zij werden met de sleepboot “The Fighter” naar Zeebrugge gebracht.’ Hoe verder de tijd vorderde hoe duidelijker de omvang van de scheepsramp werd. ‘Het was vreselijk. Veel drenkelingen hadden kapotte handen. In hun doodstrijd hadden ze geprobeerd om zich te bevrijden en vast te klampen. De lichamen waren erg gezwollen. Er was zelfs een kindje bij van een paar maanden oud. Die avond stond heel Zeebrugge vol met lijkwagens en ambulances.’ Ook de volgende dagen bleef het Norma-team nauw bij de bergingswerken van de Herald betrokken. ‘Ons team plaatste onder meer het juk op het dek van de Herald. Daarmee kon het gekapseisde schip door de Norma en bergingsfirma Smit Tak uiteindelijk gelicht worden. Toen de Herald boven water kwam, zag ik als kraanman van de Norma door het ruitje van een kajuit een ventje dood op zijn stoel zitten, dat zijn dingen die je niet vergeet.’ (Michel Wijne)
Bron : www.taptoe.be
|