EEN INTERESSANT APPELRAS:DE MEEKERSAPPEL
In 1997 op
de eerste Engelandreis van de Nationale Boomgaardenstichting leerde ik Fons
Houben kennen. Hij was toen nog leraar Frans aan de hotelschool van
Kerk-de-Stad. Te East Malling kwamen we in de befaamde Hatton leifruittuin,
waar praktisch geen enkele vrucht te bespeuren viel. We stonden in bewondering
voor de verschillende leivormen en Johan Baecke uit Balen, leifruitspecialist,
was in de zevende hemel. Dat jaar had een late lentenachtvorst lelijk
toegeslagen. Ook bij mij waren enkel de laatste bloeiers aan de vorst ontsnapt.
Van Fons
hoorde ik toen dat zijn Meekersappel, zoals steeds, toch goed droeg. Ik kreeg van hem enthout en entte dit op een MM
106 . De Meekersappel bleek een flinke
groeier die al vlug ging dragen. Hij blijkt maar weinig schurftgevoelig. Ik heb
wel al een kleinere tak met kanker weggeknipt. De takken groeien breed uit en
gaan door de zware dracht doorbuigen. Vorig jaar, 2004 moest ik stutten. Maar
ook dit jaar was er weer een goede dracht van eerder grote, groene appels, met
soms wat bruine verruwing. Het is een echte winterappel, die pas na nieuwjaar
voldoende smaakt. Een hoogvlieger is het niet. Maar een appel kan je ook op diverse manieren verwerken.
Blijkbaar
was de Meekersappel Ludo Royen, de stichter van de Nationale
Boomgaardenstichting dat jaar ook opgevallen, want in het nummer 4 /1997 van
Pomologia brengt hij een pomologische beschrijving.
Een zekere
Edgard Meekers brengt een ent mee uit de streek van Zelzate en ent deze op een
Ijzerappel (Marie Joseph dOthée) in de boomgaard van zijn vader Michel
omstreeks 1945. Waarschijnlijk betrof
het een ent van een goede zaailing, want tot nog toe werd geen ander ras
gevonden.
(Tussen
haakjes. Momenteel loopt er een studie naar de genetische samenstelling van 250
appelrassen van de NBS door Prof Wannes Keulemans van de KU Leuven. Het DODO-
project. Ik weet niet of de Meekersappel hier ook bij betrokken is.)
De
Meekersappel werd destijds nogal aangeplant in de streek van Borgloon en werd
een Limburgse specialiteit. Maar ook in de Kempense zandgrond doet hij het
goed.
|